GIPSY DOTT ERFT EEN GEHEIM Wedstrijden in schoonrijden op de schaats - Schaatswedstrijden voor voetballers Opening van het wandelseizoen in de sneeuw - Hongaarsche minister in Berlijn o i i r I H ll iï Ê-l'l Hib w o JT i L I HAAGSCHE COURANT Maandag 3 Febr 1941 TWEEDE BLAD FEUILLETON 3 (Scherl) (Nadruk verboden.) al, OP DE BANEN VAN DE IJSCLUB AMSTERDAM-NOORD werden Zon dagmiddag wedstrijden gehouden in oud-Hollandsch schoontijden. Een paar zwiert over de baan. (Polygoon) STRLTBIS OP DE 500 M. (Polygoon) NIEUWE ROODE KRUIS POSTZEGELS IN FINLAND. Ten bate van het Roode Kruis is in Finland deze mooie serie post zegels uitgegeven, waarvan de waarden zijn 50 plus 5 p. groen, 1.75 plus 15 p. geelbruin, 2.75 plus 25 p. wijnrood, 3.50 plus 35 p. blauw. (Stapt) niet ik Voetballers OP DE SCHAATS. In het Olympisch Stadion te Amster dam werd Zondag een schaatstournooi voor voetballers gehouden om het kam pioenschap van Amsterdam. Behalve individueele kampioenschappen was ook een clubkampioenschap aan dit aardige tournooi verbonden. Dijkstra van D.W.S. (links) en Bergsma van Ajax komen gelijk over de streep. (Polygoon) DE WEDSTRIJDEN OP „KRALINGEN” IN ROTTERDAM. DE WINNAAR VAN DEN ELFSTEDENTOCHT, PIET KEYZER, WINT VAN ENGELSCHE GEVANGENEN IN EEN ITALIAANSCH GEVANGENEN. KAMP. Een groep Engelsche gevangenen in een Italiaansch kamp. sprong open. Tegelijkertijd viel uit de holle benedenhelft een zorgvuldig ge vouwen stukje papier. Jim greep er naar en vouwde het open. Alweer een raadsel! zei hij met verbaasden spot. Wat staat er op? vroeg Hunter. Een waarschuwing, welke kenne lijk voor Gipsy bestemd is". Hier, lees zelf maar! Het meisje nam het miniatuur- briefje over. Het bevatte slechts eeni- ge woorden: „Kom niet naar Honoloeloe!” Wat moet dat nu weer beteeke- nen? riep Hunter. Ja, beste kerel, als ik die vraag kon beantwoorden, dan zou het ge heim van dezen mferkwaardigen ket ting en alles wat daarbij behoort, vol ledig zijn opgelost! Weet jij de bedoe ling van die waarschuwing, Gipsy? Ken je het handschrift? Het meisje schudde ontkennend het hoofd. Nee, ik heb het nooit eerder ge zien. Ik weet ook niet, wat ik hier nu weer van denken moet. Heb je er bezwaar tegen, dat ik het snoer en het briefje zoolang be houd? Niet in het minst. Steek jij dat mysterieuze ding maar gerust bij je. Het herinnert mij maar aan een tijd, welken ik niet meer terug wensch. En nu zou ik het liefst naar huis gaan. Het was een opwindende avond voor me. Het duizelt me, als ik denk aan DE WANDELSPORTVEREENIGING „DE HAAGSCHE VIERDAAGSCHE” heeft Zondag het wandel, seizoen geopend met marschen door den Haag en omstreken. Ondanks den sneeuwval was de stemming opperbest. De deelnemers (neemsters) in de sneeuw. (Polygoonf 14) Die Fancy is je reinste Kenau! barstte Greyman uit, zich opnieuw opwindend bij de herinnering aan het gebeurde. Juist in het laatste be drijf moest ze haar kleedster buiten de deur zetten. Het gevolg was, dat ze natuurlijk niet op tijd klaar kwam, zoodat de heele boel in het honderd dreigde te zullen loopen. Wees ver standig en wordt u maar nooit thea terdirecteur, mr. Fox. Dat geeft niets dan ergernis! Uw vriendin Gipsy Dott bezorgt me ook allerlei moeilijk heden... Kom, kom, meneer Greyman, u kunt er haar toch geen verwijt van maken, dat zich dat drama in uw theater heeft af gespeeld! Daar heb ik het hnmers heele- maal niet over! Gipsy wil haar con tract niet verlengen. Probeert u haar toch eens een beetje te bepraten! Ik heb niet den minsten invloed op miss Dott, wees Jim het verzoek botweg af. En nu zou ik inspecteur Bratt wel even willen spreken. - Die is hier niet meer. Hy is met de ziekenauto meegereden naar het Bethlehem-gasthuis. Ik moest u mee deden, dat hij straks in de club op u zal wachten. Doet u mij een genoegen, mr. Fox en maakt u in de krant als jeblieft geen loge nr. 8-geval uit de zaak. Dat behoef ik niet meer te doen, beste Greyman, antwoordde Jim. Daar heeft een ander al voor ge zorgd. U kunt toch bezwaarlijk ver wachten, dat de pers daar nu maar verder over zal zwijgen. Krantenmenschen zijn hartelooze kerels! schold Greyman woedend. Dat hebben ze dan met theater directeuren gemeen. Goeden avond! i Jim Fox wierp de deur achter zich dicht en verliet het theater. Den weg naar de „Taverne” legde hij te voet af om over de gebeurtenissen van dezen avond nog eens rustig te kunnen nadenken. Daar waren in de eerste plaats Bob Hunters wandeling door de stad, welke met den koop van het exotische halssnoer eindigde, inspecteur Bratts telefoontje naar de redactie en diens mededeeling over den ontvluchten Harris Frank, alsmede de inbraak bij Tobias Fox. Daarna was de onbeken de briefschrijver, op wien in loge 8 een aanslag was gepleegd, opgedoken. En al die gebeurtenissen daar viel eenvoudig niet aan te twijfelen hiel den op de een of andere manier ver band met Gipsy’s merkwaardige erfe nis. Maar hoe? KitCANS LEGGING DOOR DEN HONGAARSCHEN MINISTER VAN OOR LOG BIJ HET GEDENKTEEKEN UNTER DEN LINDEN IN BERLUN. - De als gast van generaal-veldmaarschalk Keitel in Berlijn vertoevende minister van Oorlog Bartha légde 24 Jan. bij het gedenkteeken in Berlijn een krans neer. Onze foto toont het défilé van de eerecompagnie voor den Hongaarscben minister van Oorlog. (Holland) Ik weet het niet, moest Jim Fox terneergeslagen bekennen. Hij trof Gipsy Dott en Bob Hunter in de „Taverne” aan een tafeltje in een box. Een schotel met koude ge rechten stond voor hen; op de tafel lag het snoer uit den uitdragerswinkel van Mattia Brander. Het jonge meisje speelde met de houten kralen en keek den journalist aan. Zoo, ben je daar eindelijk, Jim my. Bob heeft me zooeven het ver haal verteld. Dien ketting ken ik heel goed. Fox staarde haar verbaasd aan. Waar vandaan dan, Gipsy? Hij was het eigendom van mijn grootvader. Ik heb hem vaak in diens huis in Honoloeloe gezien. En... er is voor mij nog een onaangename herin nering aan verbonden ook. Hoe dat zoo? Het meisje aarzelde. Wederom was het, of ze op het punt stond een of andere bekentenis af te leggen. Dan zei ze: Ik vertelde je immers al, dat mijn grootvader heel moeilijk in den omgang was. Hij gedroeg zich niet bepaald tactisch. Toen het halssnoer op zekeren dag spoorloos verdwenen bleek, beschuldigde hij mij ervan het te hebben weggenomen. Dat is eenvoudig ongelooflijk! riep Hunter geërgerd. Hoe kwam hij op die absurde verdenking? Over Gipsy’s gezicht gleed een vluchtige blos. Ik... ik weet het werkelijk meer, Bob. Kort daarop verliet trouwens het huis en sindsdien heb ik noch van mijn grootvader, noch van dien ketting ooit meer iets gehoord. Ik kan me alleen nog heel goed her inneren, dat hij het ding als zijn grootsten schat beschouwde en er zorgvuldig op paste. Jim Fox had aandachtig toege hoord. Wederom bekroop hem het ge voel, dat Gipsy Dott een belangrijke bijzonderheid, welke het volle licht zou kunnen werpen op al deze raadsel achtige gebeurtenissen, verzweeg. Hij nam het snoer van de tafel en liet de groote, glanzend zwarte kralen door zijn vingers glijden. De gouden haak jes, waarmee ze aan elkaar bevestigd waren, rinkelden zacht. Het massieve gouddraad, dat de kralen bovendien samenhield, eindigde in een grof be werkt slot van hetzelfde metaal. Het zag er uit als een klein, rechthoekig doosje. Jim rukte en trok aan de sluiting, maar daar was geen beweging in te krijgen. Er bestaat een of andere truc om het open te maken, zei Gipsy. Weet jij dan, hoe het moet? Ik herinner me flauw, dat je van een schuiver gebruik moet maken; dan gaat het ding open. Het werkt zoo ongeveer als een lucifersdoosje. Het is een ouderwetsch mechaniek. Probeer het zelf maar eens. Gipsy nam het snoer en schoof het bovenste deel van het slot terug. Het alles, wat er vandaag is gebeurd. Wat wilde die man, die mij dien anonie- men brief schreef? Waarom verdween hij weer even plotseling als hij geko men was? Wat beteekent dat onver wachts opduiken van dien rampzaligen ketting? Bob Hunter legde zijn hand op den arm van het meisje. Maak je niet ongerust, Gipsy. Dat alles zal ongetwijfeld worden op- gehelderd. Mag ik je naar huis bren gen? Het meisje knikte moe. Jim Fox vergezelde het tweetal tot de auto. Hunter nam achter het stuur plaats. Ik zie je vanavond toch nog? fluisterde hij. Je moet me beslist vertellen, wat er eigenlijk allemaal gebeurd is... Jim legde hem met een handgebaar het zwijgen op. Ik ga nu naar de redactie. Ik moet daar nog... hm... een bericht voor het ochtendblad schrijven. Over een uur kun je me in de club ver wachten. Inspecteur Bratt zal er dan ook wel zijn, voegde hij er fluisterend aan toe. Hunter knikte. De kleine wagen gleed schier geruischloos over de, ook op dit uur nog drukke straten. Het ge schreeuw der krantenjongens over stemde hier en daar het rumoer van het nachtelijk verkeer. FanfareNachteditie Fanfare! klonk het aan Hunters oor. {tWordt vervolgd^, .-•a 1F 'W k' K Wf - I I i -Y >.x>.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Haagsche Courant | 1941 | | pagina 5