den Rijkscommissaris
De Groene Politie défileert
Lentestemming
voor
te Maastricht komt
glasbranderij
een
GIPSY DOTT ERFT
EEN GEHEIM
rl
Ld
In het zoogenaamde „Pesthuis”
,w
1
O
fflk
nKli
I
I
kW
HAAGSCHE COURANT Dinsdag
i
11 EeBr. 194T TWEEDE BLAD
DE ZON LOKT DE MENSCHEN NAAR BUITEN.
Voorjaars-
ZWARE KANON
tafereeltje in het Haagsche Bosch.of hebben wij ons
HET
FEUILLETON
(Nadruis verboden.)
21)
beste
r
MONTEEREN VAN HET
WACHTEN IS OP HET BEVEL TOT VUREN.
voelde
zeker
Zeer juist! Irene Fancy bracht
me op het spoor van de gezochte erf
gename. Door het contract van Gipsy
Dott met haar directeur, mr. Grey-
i man, wist zjj haar waren naam: Ma-
p
I
kail
zijif
Henriëtte Dotting. Daar miss Fan-
een zeer interessante vrouw bleek
zijn en ze ook mijn gezelschap zeer
prijs scheen te stellen, werd de
inismaking voortgezet. Als ze wil,
h ze werkelijk bijzonder geestig
hij de strenge oogen van
Warner op zich gericht
hij zich toch niet
van zjjn zaak.
Op het groote schrijfbureau lagen
zijn verslagen. Warner kuchte veelbe-
teekenend. (Wordt vervol£rd.X
v OORJ AARSSTEMMING IN DE MANÉGE.
ZOODRA HET WEER IS OMGESLAGEN, RUIKEN DE PAARDEN HET VOORJAAR. DE STRALENDE ZON
ROEPT DE DIEREN UIT DE BOXEN. (Polygoon;)
DUITSCH LANGE-AFSTANDSGESCHUT AAN DE KANAALKUS1.
HET
Hebt u niet naar zijn naam ge
vraagd, oom?
Natuurlijk, jongen. Hij noemde
zich eenvoudig een vriend van de erf
gename.
En verder heeft hij niets ge
zegd? wilde Jim weten. Is hij van
u Gipsy’s tooneelnaam te weten geko
men en aan welk theater zij verbonden
is?
Tobias Fox schudde ontkennend het
hoofd.
Het geheele gesprek beperkte
zich tot hetgeen ik je zooeven zei.
Daarna legde hij de telefoon op den
haak. Maar het is niet onmogelijk,
dat hij aan mijn klerk miss Dottings
tooneelnaam heeft gevraagd. Is dat
dan van zooveel belang?
Jim gaf geen antwoord, omdat er
plotseling een nieuwe veronderstelling
door zijn hoofd ging. De man, die een
bezoek had gebracht aan het kantoor
van zijn oom en zich later telefonisch
met dezen in verbinding stelde, was de
vreemdeling uit loge 8. Dat stond
voor hem vast.
Vertelt u mij eens, oompje, hebt
u Irene Fancy iets van dat halssnoer
en de manier, waarop het in uw han
den kwam, meegedeeld?
De notaris knikte verlegen.
Ik geloof wel, dat ik het haar
heb verteld, gaf hij kleintjes toe.
Ik kon immers niet weten, dat die
onbeteekenende aangelegenheid tot
een misdaad zou uitgroeien. Ik moet
je zeggen, dat ik die heele geschiede-
maar Jim nam er geen notitie van.
Zijn hersenen werkten koortsachtig.
Irene wist dus alles van die erfenis af,
maar ze had er tegenover hem met
geen woord over gesproken. Discretie
was haar ten eenen male vreemd.
Daar waren ongetwijfeld allen, die
haar kenden, het over eens. Irene’s
stilzwijgendheid in dit geval moest
dus wel een zeer bijzondere oorzaak
hebben. Maar welke?
Hoe kwam dat halssnoer eigen
lijk in uw bezit, oom? vroeg hij na
een poosje. Is het u door dien no
taris in Honoloeloe ter overhandiging
aan Qipsy toegezonden?
De oude jurist werd plotseling le
vendig.
Nee, eigenlijk niet. Aan dien ket
ting is een ietwat zonderlinge geschie
denis verbonden. Gisteren verscheen
er een man in mijn kantoor. Ik zelf
was niet aanwezig. De bezoeker over
handigde mijn oudsten klerk een pakje
met de mededeeling, dat dit tot de
nalatenschap van Cranenburg behoor
de en dat de inhoud persoonlijk aan
juffrouw Dotting ter hand moest wor
den gesteld. In dit pakje bevond zich
het snoer.
Noemde de man zijn naam?
Nee, maar hij heeft me later nog
eens opgebeld.
Wat zei hij?
Dat ik er vooral zorg voor moest
dragen den ketting aan de erfgename
persoonlijk te overhandigen. Dat heb
ik hem toen natuurlijk beloofd.
WW
HET MAASTRIUHISCHE „xESIHCIö WUKDT GLASBRANDERU.
B. en W. van Maastricht hebben den Raad voorgesteld het z.g. „Pest
huis” te verhuren, met bepaling, dat het gebouw zal worden gebruikt
voor de vestiging van een glasbranderij. Een opname van het historische
gebouw, dat dateert uit 177S 'Wot
INSPECTIE DOOR RIJKSCOMMISSARIS RIJKSMINISTER DR. SEYSS
INQUART VAN DRIE BATALJONS AFLOSSENDE GROENE POLITIE.
TIJDENS HET DÉFILÉ OP DEN DAM TE AMSTERDAM. (Stapf)
t Dus dm weet Irene Fancy ook
alles! van de erfenis? viel Jim hem
haasjtig in de ede, teneinde niet ter-
zej-xe doende uitweidingen te voorko-
Bne.i
Ja, luidde het op aarzelenden
tcl'on gegeven antwoord. Natuurlijk
ze niet op de hoogte van de details,
- 'maar er zijn verder ook geen bijzon
fierheden. Ze weet alleen, dat Gipsy
Dott in Honoloeloe een huis heeft ge
ërfd...
De notaris was zichtbaar verlegen,
het halssnoer kwam, besloot hij zijn
relaas. Irene Fancy heeft hem in
gelicht. Ze staat dus onder zware
verdenking.
We zullen ons met haar bezig
houden, Jim. Aangezien ze in hetzelf
de huis woont als jij, kun je misschien
ook wel eens een oogje in het zeil
houden.
Jim beloofde het en legde den hoorn
op den haak. Daarna rekte hij zich
eens flink uit, waarbij hij vervaarlijk
geeuwde. Hij voelde nu toch ook, dat
hij moe was. Enfin, niets belette hem
om nu eindelijk eens naar -huis en
naar bed te gaan.
Toen Jim echter reeds met zijn jas
aan gereed stond om te vertrekken en
naar lucifers ">oor zijn pijp zocht,
werd er op de deur geklopt. Een co-
piejongen stak zijn hoofd om een kier*
Goed, dat u er nog bent, mr*
Fox. U moet direct even bij den baas
komen.
Bij „den baas” op het matje te
worden geroepen, beteekende iets bij
de „Fanfare”. Gewoonlijk waren aan
een dergelijke invitatie eenige onaan
genaamheden verbonden. Weliswaar
wist Jim, dat hij bij zijn superieur
goed stond aangeschreven, maar toen
den ouden
zag,
heelemaal
loop van het onderhoud gewacht.
Toen hij oom en neef zoo eensgezind
de trap zag afkomen, slaakte hij een
zucht van verlichting. Jim kneep den
ouden man vergenoegd in zijn arm,
toen deze de buitendeur voor hem
opende.
Laat morgenmiddag maar ge
bakken oesters aanrukken, fluisterde
hij hem haastig toe, ik ben te eten
gevraagd!
Gebakken oesters waren reeds sinds
zijn jeugd Jims lievelingsgerecht. Ben
besloot zooveel van deze smakelijke
schaaldieren op tafel te brengen, dat
master Jim zich volkomen schadeloos
zou kunnen stellen voor de vele por
ties, welke hij den laatsten tijd had
moeten ontberen. Het zou een schoon
verzoeningsfeest worden...!
Jim Fox begaf zich intusschen nog
maals naar het redactiebureau vaq
de „Fanfare”. Daar schreef hij een
verslag van den moordaanslag op den
man in loge 8. Vervolgens telefoneer
de hij op goed geluk naar Bratt en
vond daarbjj den inspecteur zoowaar
nog op zijn bureau.
Niets nieuws, Jim, zei hjj. Ik
was juist van plan naar huis te gaan.
Ik heb een nieuwtje voor jou,
Bratt!
Hij beschreef den inspecteur de in
braak bij Bob Hunter en bracht daar
na in het kort verslag uit over het
onderhoud met zijn oom.
Zoo, nu weèt je, hoe Harris
Frank achter de bewaarplaats van
nis buitengewoon onaangenaam vind.
Denk je, dat Bratt mij als getuige zal
hooren en zoodoende mijn naam be
kend zal worden?
Ik zal probee^en, of we dat niet
kunnen vermijden, beloofde Jim
grootmoedig. Bratt is een vriend
van me. Misschien stelt hij zich te
vreden met het resultaat van ons on
derhoud.
En wat moet ik nu tegenover
miss Fancy voor houding aannemen?
Precies dezelfde als tot dusver,
oom. Laat u haar vooral niets mer
ken en vertel ook niets van ons onder
houd.
Geen woord zal er meer over
mijn lippen komen, beloofde mr. Fox.
Hoe blijf ik op de hoogte van het
verdere verloop van die geschiedenis,
Jim? Wil je morgen niet bij me ko
men eten?
Ik zal eens zien, of ik tijd heb
voor een familiediner, beloofde Jim,
een slag om den arm houdend. En
nu zal ik u niet langer in het bestu-
deeren van uw acten storen,
oom.
Mr. Fox wierp een wanhopigen blik
op den stapel paperassen.
ik vrees, dat ik me vannacht
niet meer voldoende op mijn werk zal
kunnen concentreeren. Die pijnlijke
geschiedenis heeft me heelemaal in
de war gebracht. Tot ziens, jongen!
Tobias Fox bracht zijn neef per
soonlijk tot de voordeur.
De oude Ben had angstig op den af-
IS GEREED,
(Holland)
IiL
1
-
I
-Ki
n',i’>/<7oon)
‘n vroeg verhetipH 9
ïs
-s-, j
- M
- i
MM»