Training Amsterdamsche roeiers GIPSY DOTT ERFT EEN GEHEIM Zuidslavische ministers bij den Führer Een uitkijktoren - Herinnering aan walvischvangst - Duitsche vliegers in Italië w 7J| I I iff I TWEEDE BLAD 21 EeHr. 19ÏT HAAGSCHE COURANT Vrijdag FEUILLETON (Polygoon) (Hoffmann) Duitschen vliegerkameraad zijn geweer. (Nadruk verboden.) dankbaar de bWoKtt vtrvolgd.1 i t IN OORLOGSTIJD OPSLAGPLAATS VOOR BENZINE ONDER OLIJFBOOMEN. (Holland) ontwarren leeljjk aan. IN DE ZEVENTIENDE EEUW waren de West-Friesche plaatsjes Hoog woud en Aardswoud bekend om hun drukke scheepvaart op de Oostzee. De bewoners trokken ter walvischvangst en nog bewaren talrijke dingen de herinnering aan dezen tijd. Ook in de muren treft men herinneringen aan dien tijd aan. Het „Familieschip". (Polygoon) 30) Mjjn grootvader heeft stellig nooit een regel over zijn tochten op papier gebracht. Ik heb hem tenmin ste nog nooit achter zijn schrijftafel zien zitten. En de een of andere ver zameling hield hjj er evenmin op na, behalve dan een paar griezelige mas kers, wat speren, schilden en andere wapens, welke de muren van zjjn ka mer sierden. Ja, en dan bezat hjj ten slotte nog dat houten halssnoer. Juist ja, dat snoer, zei de nota ris. Heeft uw grootvader u daar niets van verteld? Hoe dat in zijn be zit is gekomen, bedoel ik? Mjjn grootvader sprak maar heel Weinig met me en nooit over zjjn per soonlijke aangelegenheden. Ik weet al leen, dat hjj bijzonder trotsch was op dien ketting en buiten zichzelf van kwaadheid, toen hjj verdwenen bleek te zjjn. Hjj maakte me een vreeseljjke scène, maar... ach, daar wil ik maar liever niet meer over praten. Laten we dat ellendige halssnoer laten rusten, zei Bob Hunter snel. Waarschijnlijk was de oude heer er on een of andere reden bijzonder aan DE ROTTERDAMSCHE DIERGAARDE „BLU-DORP” nadert haar voltooiing. De prachtige uitzichttoren, van waar men een fraai panorama heeft over den tuin, zal binnen afzienbaren tijd m gebruik genomen kunnen worden. (Polygoon) Ik geloof, dat het heel goed voor u zou zijn, als u de stad eens een poosje verliet, zei hjj sarcastisch. We zouden het bjjzonder op prijs stellen, wanneer u ons zoudt willen vergezellen, mr. Fox, viel Bob Hunter zijn vriend bij. Vooral bjj het on derhoud met notaris Tompson zou uw aanwezigheid zeer nuttig kunnen zijn. Ja... hm... als u dat denkt, zal ik natuurlijk graag meegaan. En ik ben ook van de partjj 1 riep Jim. Sperren jullie je ooren maar goed open, want nu komt de groote verrassing. De „Fanfare” stuurt me naar Honoloeloe. Mjjn baas is van meening, dat het raadsel van Gipsy’s erfenis alleen daar te ontwarren is, Kjjk me toch niet zoo Gipsy I Dat doe ik toch niet, lachte het meisje. Ik weet nu eenmaal wel, dat je met hart en ziel reporter bent en ik heb me er dan ook al lang bjj neergelegd, dat je mjjn ingewikkelde erfeniskwestie tot een dankbaar onder werp van je welversneden pen hebt gemaakt. Jim keek zjjn oom triomfanteljjk aan. Mjjn vriendin Gipsy is tenminste een verstandige vrouw, wat oompje? Nou, ben ik soms niet verstan dig? meesmuilde de notaris. Heb ik je dan niet weer in genade aange nomen? In genade vooral, ja! Vannacht moest ik Ben bellen om me eruit te laten gooien! vliegen of op ouderwets degelijke wjjze van den trein gebruik maken? vroeg hjj. Waar geef jij de voor keur aan, Gipsy? Ach, voor vliegtuigen ben ik nog altijd bang! En dat noemt zich een moderne vrouw! plaagde Jim. Je bent toch, hoop ik, ook niet bang voor de boot, welke je van Frisco naar Honoloeloe moet brengen? Nee, want die reis heb ik al eens meer gemaakt, ging het meisje op de scherts in. Ik heb een beter plan, riep Bob. In Frisco heb ik nog een goeden vriend, die de gelukkige eigenaar is van een prachtig motorjacht met alle denkbare comfort. John Cresson zal het bepaald een genoegen zjjn ons met zjjn „Zeezwaluw” naar Honoloeloe te mogen brengen. Ik zal hem vandaag nog telegrafeeren. Tijdens dit laatste gedeelte van het gesprek, had de notaris onrustig op zjjn stoel heen en weer geschoven. Als jongmensch ben ik eens in Honoloeloe geweest, zei hjj, toen hjj eindeljjk aan het woord kon komen. Het is een paradijs van zon, bloe men en vroolijke menschen. Ik zou... hm... ik kon er eigenljjk best eens een paar weken tusschenuit. Gisteravond ben ik al op het idee gekomen. De lucht in New York schijnt me den laatsten tjjd geen goed te doen. Waar om lach je, kwajongen? Dit laatst was tegen Jim, die zjjn oom een veelbeteekenend knipoogje gaf, Dat klopt dan niet geheel met zjjn brief aan uw moeder, dat hjj een vermogen bijeen had gespaard, vond mr. Fox. Er is in deze geschiedenis meer, dat niet klopt, bromde Jim. Enfin, dat zal alles wel worden opgehelderd, als u zelf naar Honoloe loe gaat, meende zjjn oom. Hoe eerder u daartoe besluit, hoe beter me dat lijkt. Ik vertrek, zoodra Greyman me vrij laat. Dat heeft hij al gedaan, riep Bob Hunter, blij nu ook eens iets goeds te kunnen meedeelen. Een paar uur geleden heb ik hem opgebeld en hjj verklaarde zich onmiddelljjk tot me dewerking bereid. Gipsy drukte hem hand. Dan staat uw vertrek dus niets meer in den weg, lachte de notaris. Het zal het beste zjjn, dat u in Honoloeloe allereerst notaris Tomp son gaat,opzoeken. Daar zult u zich als de gezochte erfgename met de noodige papieren moeten legitimeeren. Misschien heeft Tompson nog particu liere mededeelingen van uw groot vader aan u, welke hjj u dan zeker ter hand zal stellen. Alleen zou ik u den raad willen geven, miss Dott: reist u niet alleen! U denkt waarschijnlijk aan de geheimzinnige waarschuwing, welke zich in het slot van het halssnoer be vond, mr. Fox? Dat niet alleen, ik zou ook nog andere argumenten voor mjjn welge- DE ZUID-SLAVISCHE iVHMSTER-t'RESlDEiN 1 DOOR DEN FÜHRER OP DEN BERGHOF ONTVANGEN. De Führer ontving in tegenwoordigheid van den Rijksminister van Buitenlandsche Zaken von Ribbentrop den Koninklijk-Zuid- Slavischen minister-president D. Zwetkowitsch en den Koninklijk-Zuid-Slavi- schen minister van Buitenlandsche Zaken Cincar Markowitsch op den Berghof. Naast den Führer de Zuid-Slavische minister-president, daarachter (half zicht baar) de Zuid-Slavische minister van Buitenlandsche Zaken, rechts Rijks minister van Buitenlandsche Zaken von Ribbentrop, links gezant dr. Schmidt (Hoffmann) gehecht, want het lijkt me niet bjjster waardevol. De gouden ringetjes, waarmee de kralen aan elkaar beves tigd zjjn, schijnen me met twintig dol lar behoorlijk betaald. Aangezien mr. Cranenburg een vermogend man was, kan het geldelijk verlies voor hem niet van beteekenis zijn geweest. Misschien toch wel, overwoog het meisje. Ik had niet den indruk, dat mijn grootvader rijk was, al deed hjj dat dan ook voorkomen in den brief, welken hjj mjjn moeder schreef. Ach kom, zei de notaris geïnte resseerd. Waaruit meende u dat te mogen opmaken, miss Dott? In de eerste plaats wel uit het feit, dat de huishouding op zeer so bere wjjze werd gevoerd, Vóór ik in Honoloeloe kwam, zorgde Anna San tos, de dochter van José Santos, voor mijn grootvader. Toen ik er was, bracht hij daar onmiddeUjjk verande ring in en moest ik de huishouding doen. Hij gaf mjj een klein bedrag en was boos, toen ik dit in een week verbruikte. Ik had er een geheele maand mee moeten rondkomen. En daarbjj hadden we toch heusch niet royaal geleefd. Misschien was de oude heer een beetje... hoe zal ik het zeggen... op den penning? veronderstelde de nota ris? Nee, ik geloof niet, dat dèt de oorzaak was. Anna Santos vertelde mjj, dat zjj ook altjjd oneenigheid met hem had gehad over het huishoud geld. Hjj scheen werkelijk met eiken cent te moeten rekenen. SNEEUW, REGEN EN KOUDE TROTSEEREND. TRAINEN DE LEDEN VAN DE AMSTERDAMSCHE STU- DENTEN-ROEIVEREENIGING „NEREUS" VOOR HET KOMEND SEIZOEN. TIJDENS HET TRAINEN IN DEN „TROG" V F Os DE WAPENBROEDERS. Een Italiaansche soldaat toont aan zijn meend advies kunnen aanvoeren. In ieder geval Ijjkt het me zeer ge- wenscht, dat u zich bij iemand aan sluit. Miss Dott heeft mij als haar be schermer uitverkoren, lachte Hunter, die het pleidooi van den notaris met warme instemming had gevolgd. Dat is een zeer verstandig idee. Ik wil u niet ongerust maken, maar het is wel gebleken, dat deze nalaten schap allerlei perikelen aankleven, waartegen u alleen niet bent opgewas sen. Jim heeft u zeker wel verteld, dat de man, die later het slachtoffer werd van den aanslag in het Monico Theater, het snoer op mijn kantoor heeft gedeponeerd? Er scheen hem veel aan gelegen te zjjn, dat het di rect in uw handen kwam. Ik begrijp niet, dat men zooveel waarde hecht aan dien ketting, mom pelde Gipsy. Waar is hij eigenljjk? Inspecteur Bratt heeft hem in bewaring, maar hjj zou je het ding vandaag nog toesturen, zei de repor ter. Gipsy toonde zich met dit vooruit zicht allerminst ingenomen. Alsjeblieft niet, Jim, smeekte ze. Neem jjj hem dan maar voor me in ontvangst. Bob Hunter had op één der boeken planken een reisgids ontdekt en zat daar nu ijverig in te bladeren. Het vooruitzicht, dat we ons bin nenkort aan de herfstnevelen van de Hudson zullen onttrekken, stemt me bepaald vrooljjk, zei hjj. Zullen we van New York naar San Francisco |gL «SB® Ff 'f- -;il - k MllHI M fff- Ili - SF -rf f- f - -f, - W s. C fa f

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Haagsche Courant | 1941 | | pagina 5