KUNST EN LETTEREN
SPORT
CONCERTGEBOUWORKEST
NATIONALE OPERAGROEP
CHANSONAVOND
JOSEE SANN
CONCERT SWEELINCK-
KWARTET
HAAGSCTTE COURANT Maandag 24 Febr. 1941 2e bl. pag. 3
KAMERMUZIEK-
VEREENIGING -
Dirigent: Hermann Abendroth
Opgetogen toehoorders in Diligentia
Tannhauser
JOZEF VAN RAAY
FRAAIE ZEGE VAN R.D.G.
OTTO HANRATH
LOUIS HAVER
DE BOEKENWEEK
NIEUWE UITGAVEN
LEERLINGENMIDDAG
ALBERT DANKMEYER
WEDEROPVOERING VAN
„ROOFVOGELS”
o
i
o
1
o
KELLER EN VAN DARTELEN
LEIDEN
In Pulchri-Studio
Quartetto di Roma
DAMMEN
Solist: George van Renesse.
71-4
KAMPIOENSCHAP CADRE
heeft
kent.
KAMPIOENSCHAP VAN DEN HAAG
DIVERSEN
Het Residentie-Tooneel in den
van
J. M.
BOM LOOPT
UIT
kampioenschap
Carelsen
jr-
In
Neder-
0
1
0
1
2
2
2
1
2
2
2
1
2
2
2
1
1
0
0
4
2
1
1
1
1
1
1
0
0
0
o
1
1
o
2
2
2
1
1
0
1
2
4
3
3
2
2
1
3
2
2
1
0
0
0
o
o
o
o
1
2
3
3
2
2
2
2
1
1
0
P
4
3
2
1
0
9
6
6
5
5
4
4
3
3
2
2
1
Fresseman
Leeuwenburgh
Wimmers
Breevoort
Van Midde
Verhoef
Van Sas
Breevoort
Van Midde
Flesseman
Leeuwenburg
Verhoef
Van Sas
Schuling
150
143
150
105
150
101
150
122
150
88
150
134
150
117
46
46
23
23
42
42
18
18
35
35
24
31
29
13
18
15
48
18
17
19
14
16
21
17
4.54
3.06
3.57
3 40
8.33
4.88
3.26
2.65
6.52
4.56
4 28
3.82
3 40
2.65
33
33
44
44
gem.
5.17
2.31
pnt.
150
67
brt.
29
29
h.s.
49
17
LEZING DR. IR. J. H. PLANTENGA
Voor het genootschap Dante Alighieri
zal dr. ir J. H. Plantenga, directeur van
de academie voor beeldende kunsten al
hier. spreken op Zaterdagmiddag 1 Maart
a.s. te half 4 in het gebouw van het ge
nootschap, Mauritskade 21, over het on
derwerp „Kerk en kunst in Rome ten
tijde van contrareformatie en barok**.
Exposeert bij Kleykamp
De tentoonstelling van oude en nieuwe
schilderijen, aquarellen en teekeningen
door Otto Hanrath, die in de Kunstzaal
Kleykamp tot Maandag, 3 Maart geopend
blijft, geeft den algemeenen indruk van *n
zeker niet onbegaafd, toegewijd kunste
naar. maar ook van een werker die zijn
vak nog niet voldoende beheerscht Gevoel
voor kleur heeft Hanrath zeker, maar in
zijn verf is hij hier en daar wat schraal.
Zijn handen zijn niet sterk geteekend, dat
ziet men duidelijk bij portretten van Roode
Kruis-soldaten en verpleegsters. Het werk
heeft nog veel zwakke kanten, maar de
aanleg die er uit spreekt, doet hopen, dat
Hanrath deze in beoefening van het vak
manschap zal weten te overwinnen.
J. M. Bom
C. C. J. Diederik
R. v. d. Klift
R. A. Posthuma
F. v. Rennes
J. Winkelman
G. Couprie
P. v Oosten*)
G. Woudenberg
J. v Abswoude
A J. Bom
F. Gordijn*)
Afgebroken partij.
Klein biljart cadre
Zaterdag is in het clublokaal der ’s-Gra-
venhaagsche biljartclub een aanvang ge
maakt met de wedstrijden om het kam
pioenschap van den Haag klein biljart
cadre 3/5 De partijen waren ter lengte
Over de vitale en zinvolle directie van
Hermann Abendroth is hier al meermalen
met groote waardeering geschreven Wat
tevens van dezen dirigent op hoogen prijs
te stellen valt, is zijn propagandistischen
arbeid voor Max Reger. Ook nu weer ver
gat hij den grooten, maar nog betrekkelijk
weinig erkenden Beier niet, maar liet ons
een van diens werken hooren uit den tijd
zijner schoonste inspiraties. Reger’s latere
levensjaren hebben een schier onafgebro
ken reeks van meesterwerken opgeleverd.
Een daarvan is de Böcklin-Suite opus 128.
De eigenheid van 's componisten wezen
openbaart zich dadelijk op de indringend
ste wijze in „Der geigende Eremit” in
zwaarmoedigheid en subtiliteit, eigen
schappen die zoo veelvuldig zijn kunst be-
heerschen. Subtiel, ijl, mysterievol is in
wonderbaarlijkheid „lm Spiel der Wellen”.
Onvergelijkelijk staat zulk een stuk, ge
lijk vele zijner latere Scherzi of Scherzo
achtige composities in de toonkunst aller
tijden Diepe melancholie, somberheid
ademt „Die Toteninsel”. Tot snikkens toe
wordt men bewogen door deze vertwijfe-
lend-smartelijke muziek. En tegelijk, welk
een loutering voltrekt zich in de geteister
de zie) dezer kunst. En dan in „Baccha
nal”, welk een vervoering, verrukking,
welk een extatische levensaanvaarding en
hoe aandoénlijk deze van wrang leed aan
gedane wil tot vreugde bij dezen heerlijk
.zuiveren” kunstenaar „wien niets men-
schelijks vreemd was” en in wien demon
en engel zooveel moeizame maar ook ver
troostenden strijd gestreden hebben.
Men voelt dat door innige liefde Abend
roth met Reger’s kunst verbonden is.
Maar tevens door innig begrip Soepelheid
van tempo, rubato en dynamische verfij
ning op welke elementen het hier zoozeer
aankomt, waren in volkomenheid aan
wezig als uitvloeisel van een heel sterk
gevoel voor deze muziek
Wij zijn Abendroth ten zeerste erkente
lijk voor de superieure leiding bij de weer
gave van het sublieme werk.
George van Renesse speelde dan Mo
zart’s Pianoconcert in D-moll K.V, 466.
Men kent dezen artist met het groote mu
zikale en technische gemak Laat ons er
dadelijk bijvoegen „en met de gevoelig
heid, die zoo fijn en zinvol zijn kan”. Dit
laatste heeft hij mee op dezen middag na
drukkelijk getoond. Hoe poëtisch is de be-
tooverende Romance gespeeld. Voorbeel
dig is de phraseering van dezen pianist.
Het Rondo was niet het minst een lust in
dit opzicht Wat treffende schakeeringen
worden er voorts tusschen legato en stac
cato gegeven. Wèl is ’t wonder der Finale
in zijn rijkdom van varieering op bijzon
der schoone wijze tot zijn recht gekomen.
Warm applaus dat tevens op dirigent en
orkest te betrekken was wegens de kleur-
gevoelige en uitnemend zich aanpassende
begeleiding waarbij de orkest-partij ten
volle tot haar recht kwam
Na de pauze bracht Abendroth de Vierde
Symphonie van een componist, die voor
Reger in menig opzicht, vooral in vroe
gere jaren, een voorbeeld is geweest en
die steeds door hem bewonderd is, name
lijk Brahms. En de dirigent van dezen
middag is in de voetsporen van zijn voor
ganger aan de Hoogeschool voor Muziek
te Keulen, Fritz Steinbach getreden en
heeft zich tot een Brahms-vertolker bij uit
nemendheid ontwikkeld. Dit is de ware
klankvorming en sfeer, zooals zij bij de
kunst van den Hamburgschen meester pas
sen, voor ons gevoel althans. Qua melodie
en phrase komt alles zoo natuurlijk tot zijn
recht, klinkt alles zoo vrij uit Inderdaad
wordt aan de fantasie de vrije loop gela
ten Deze dirigent forceert niet, dwingt den
gang der muziek niet volgens eigendunke
lijkheden van opvatting, maar volgt, met
piëteit speurend, hoe rhythme, melodie
zich door eigen innerlijken aard, d.i. door
de inspiratie van den toondichter, bewe
gen vormen vervormen willen. Dwang
wordt niet aangedaan, hoe krachtig deze
directie ook zijn moge Maar het is een
kracht, die met de matiging der beheer-
sching samengaat, die uit liefdevolle toe
wijding geboren wordt Laat ons tenslotte
slechts nog zeggen, dat het innerlijk rijke
en bezonken werk in al zijn heerlijke
schoonheid geklonken heeft. Het orkest
onderscheidde zich door bijzondere hoe
danigheid van techniek en klank alsmede
door een zeer gevoelig reageeren op de
bedoelingen van den dirigent. De heer
Abendroth liet het roemruchte ensemble
dan ook deelen in de applaushulde, die
hem terecht met zooveel warmte gebracht
werd.
RESIDENTIE-ORKEST
Het achtste Zondagmiddagconcert te
geven door het Residentie-Orkest op Zon
dag 2 Maart a.s., aanvang 2.30 uur, zal,
wegens ziekte van Carl Schuricht, gediri
geerd worden door Frits Schuurman. De
violist Adolphe Poth zal zijn solistische
medewerking aan dat concert verleenen
Het programma luidt als volgt I. E- N.
von Reznicek, Ouverture Donna Diana. II
Saint-Saëns, 3e concert b moll. III. Tschai-
kowsky, 4e Symphonie,
Het „Geschenk 1941”
De Boekenweek duurt dit jaar van 1
tot en met 7 Maart. Net als vorige jaren
heeft de Boekenweek-commissie van de
Vereeniging ter Bevordering van de be
langen des Boekhandels het initiatief ge
nomen. tot de uitgave van een ..ge
schenk”. De redactie, Emmy van Lok
horst en E van Vriesland, hebben dezen
keer ook verzen in den bundel opgeno
men. er de aandacht op vestigend „dat
de aandacht voor de Nedelandsche dicht
kunst is toegenomen” Vooral gedichten
van de jongere generatie zijn naar voren
gebracht. Proza werd bijgedragen door
Henriëtte van Eyk, Theun de Vries en
Hidde Heringa (debuteerende met een
novelle „Oerwoud”
„P tactische handelsken-
n i s” voor de middenstand. 9e en lüe
druk, door K K. Rovers; „Taal- en
stijloefeningen bij practi-
sche handelscorrespondentie voor de mid
denstand door B. A. Dijkstra en K. K.
Rovers, 5e en 6e druk.
Aan den vleugel: W. Stanley
Zaterdagavond heeft de lieftallige,
geestige en populaire „vedette de la
chanson Francaise” Josée Sann, weder
om een chansonavond gegeven in de
kleine Diligentia-zaal, welke tot in alle
hoeken door haar enthousiaste bewonde
raars werd bezet. De zeer begaafde, en
tevens zoo uiterst bekoorlijke kunstena
res, bracht naast haar in geheel den
Haag bekend geworden repertoirenum-
mers, eenige nieuwe liedjes, waaronder
„La petite Américaine”, Notre Valse
d’amour” van Lacy du Gay, ,,I1 peut
neiger” van Wal-Berg, „Mon petit
kaki” en „Presque rien” van M. Emer
ten gehoore. Buitengewoon concentratie
vermogen, gevatheid en guitigheid ken
merken Josée Sann als een waar na
tuurtalent, als geboren chansonnière.
Met het ontroerende en ver boven de
doorsnee cabaretkunst verheven „Le
Carillonneur de Bruges” van Joëguy,
heeft Josée nu eens met een nieuw re-
tra-
dat
Res. Damgen
D.C. IJmuiden
Zuider Damclub
Van Embden
Excelsior
Gistermiddag heeft het uit jonge musici
bestaande Sweelinck-kwartet een concert
voor een klein auditorium in Pulchri Stu
dio gegeven. Met het kwartet op, 20 no. 4
in D. gr. t. van J. Haydn opende het en
semble deze matinée. In de vertolking,
welke van dit milde, reine werk werd ge
schonken. zijn de buitengewone kwalitei
ten van het Sweelinck-kwartet op tref
fende wijze tot uiting gekomen. Het
rhythmisch zoo beheerschtè spel was
doorzichtig, klankschoon en van een zeld
zame hoofdsche allure en artistieke voor
naamheid. welke gepaard gingen aan een
blijmoedigheid en élan, die in den regel
slechts door het enthousiasme van jonge
menschen voor hun kunst glans en fasci-
neerende zeggingskracht aan vertolkin
gen geven. De bijzondere innemendheid,
welke uit deze spontaniteit wordt gebo
ren, kenmerkte ook datgene, wat het
Sweelinck-kwartet ten beste heeft gege
ven. Het boeide ons dan ook op ongeken
de wijze, ondanks het feit, dat wij ons
met eenige opvattingen in het geheel niet
konden vereenigen. Het Menuetto (alle
gretto alia zingarese) uit dit Haydn-
kwartet werd bijvoorbeeld, evenals het
overeenkomstige deel uit het na de pauze
op zoo n sensitieve, bezielde wijze voor
gedragen kwartet in C gr. t. no. 6 K.V
465 van W. A. Mozart, o.i. in een te snel
tempo uitgevoerd. De met élégance ge
paard gaande statigheid ontbrak dienten
gevolge aan deze menuetten en zij droe
gen dan ook eerder het karakter van de
scherzi. welke eerst ten tijde van Beetho
ven de plaats van den ouden dans hebben
ingenomen.
Als tweede nummer nooraen wij het
kwartet van Cl. A. Debussy, dat het hoog
tepunt van dit concert vormde, door de
meesterlijke uitvoering, welke het heeft
genoten. Het zakken van de eenmaal aan
genomen stemming, dat wel eens meer
op deze matinée merkbaar was. deed zich
echter ook hierin gelden, terwijl de eer
ste viool te scherp klonk voor een De-
bussy-vertolking. Doch door de verrukke
lijke voordracht klonk het Andantino
doucement expressif, als een gebed. Het
was zoo rijk aan kleuren, zoo verdroomd
en toch zoo uiterst gedetailleerd, dat men
„le musicien francais” de hem toeko
mende eer met deze uitvoering bewezen.
Na de pauze werd, behalve het reeds
genoemde Mozart-werk, een kwartet van
R. Wertheim voorgedragen. Het Allegro,
energico van deze compositie bezit stellig
eenige geslaagde vondsten. En toch heeft
het geheel door gebrek aan eenheid en
inhoud niet bepaald diepe indrukken ach
ter gelaten. De componiste, die bij de uit
voering van haar schepping aanwezig
was, heeft echter een aandeel in de hulde
betuigingen van de toehoorders ontvan
gen.
De kunst van het Sweelinck-kwartet
zal nog geacheveerder kunnen worden,
doch al met al behoort dit ensemble thans
reeds, door de buitengewone technische-
en artistieke kwaliteiten van zijn leden,
tot de beste kwartetten, welke ons land
heden telt.
Tentoonstelling in „De Clou”
In de kunstzaal „De Clou”, Noordeinde
93a. wordt tot 9 Maart een tentoonstelling
ehouden van werken door Jozef van Raay,
knap, vakkundig werk, dat de moeite van
een ernstige beschouwing ten volle loont.
Van Raay heeft een merkwaardigen, eigen
stijl, die op het eerste gezicht merkwaar
dig „ouderwetsch” aandoet. Niet dat hij
in zijn werk teruggrijpt tot de vroege Ne
derlanders, maar wel herinnert hij sterk
aan de vorige eeuw Dit „ouderwetsche"
in zijn werk, maakt, dat men even wennen
en zich instellen moet, maar dan boeit het
ongetwijfeld. In dit verband valt b.v. te
wijzen op het werkje „Vader”, een klein
schilderij, dat óók uit de vorige eeuw zou
kunnen zijn maar dat een zoo groote le
vendigheid, een zoo rake, menschelijke
typeering en prachtige sfeer bezit, dat
menigeen den wensch bij zich zal voelen
opkomen van eigen dierbaren een zoo fijn,
stemmingsvol en intiem beeld te mogen
bezitten. Ook het portret „Moeder” heeft
voortreffelijke kwaliteiten terwijl de schil
derij „Portret van den heer de Z.”, voor
hen die den geportretteerde kennen, een
opvallend rake gelijkenis naar wezen en
uiterlijk vertoont. Ook stillevens schildert
van Raay, met een droodringend begrip
en meesterlijke beheersching in zijn weer
gave van de materie. De stofuitdrukking
is bij hem tot het hoogste opgevoerd In
zijn ets-werk treffen verschillende bladen
door serieus vakmanschap, maar hier en
daar doet een enkel exemplaar '(b.v. „Ijs
vermaak op Kagerplas” wat koel en te
nuchter geobserveerd aan.
Kampioenschap van Nederland
Zaterdagmiddag werd in restaurant
Munniks te Haarlem de tweede ronde ge
speeld van den wedstrijd om het persoon
lijk kampioenschap van Nederland.
De resultaten warenJ. de Krijger
R. C. Keller 11, J. DruijfG. C. Hart
man 11, J. M BomP. J. v. Dartelen
1—1
De partij W,. v. d. KraanB. Dukel ging
niet door, daar Dukel zich wegens drukke
werkzaamheden uit den strijd teruggetrok
ken heeft. Het is niet zeker of het bonds-
bestuur nog een anderen speler zal uit-
noodigen.
Voorts speelde tezelfder tijd in Rotter
dam J. Blom tegen Ph. J. Ham, waarbij
eerstgenoemde in de meerderheid bleef.
De debutanten leverden dezen wed
strijddag kranig werk. Vooral de Krijger
weerde zich tegen Keiler geducht en had
na een goede opening langen tijd het
initiatief, doch nauwkeurig spelend kon
de titelhouder in het middenspel de kan-
>sen gelijk houden. In het verdere be
loop zette hij evenwel zwak voort, het
geen echter zonder nadeelige gevolgen
bleef, omdat de Krijger wellicht onder
den indruk van het gewicht van zijn
partij een zeer kansrijke zet verzuimde
en in plaats daarvan een directe remise-
gang koos.
Ook de Nijmegenaar Hartman deed het
goed en gaf zijn tegenstander Druijf geen
schijn van kans Hij had in het eindspel
zelfs iets voordeel, zonder evenwel op
winst te kunnen hopen
Het best bracht de Rotterdammer Blom
het er af, die zijn stadgenoot Ham zijn
tweeae nederlaag bezorgde. Deze laatste
blunderde wederom en schijnt wel geheel
uit vorm te zijn.
De Hagenaar Bom kon het tegen van
Dartelen niet tot een overwinning bren
gen. Na een belangwekkende, onregelma
tige opening ontstond een aantrekkelijke
positiepartijwaarin Bom gaandeweg iets
beter kwam te staan. De bekwame verde
diging van den Haarlemmer sloot echter
elke winstkans uit en, nadat beide spe
lers in tijdnood eenige hachelijke momen
ten doorstaan hadden was de remise spoe
dig een feit.
De stand luidt
Na zijn overwinning op Diederik is. de
positie van
aanmerkelijk
van 150 caramboles. De eerste uitslagen
luiden:
Na de vijfde ronde luidt de stand als
volg4
Wimmers
Schuling
Hedenavond 7 uur worden de wedstrij
den voortgezet
P. J. v. Dartelen
R. C. Keiler
J. Blom
J. M Bom
G. E. Hartman
J. de Krijger
W. v. d. Kraan
J. Druijf jr.
Ph. J Ham
De derde ronde
gesp.gew.rem.verl.pnt.
- x
1
1
0
0
0
o
o
o
wordt Zondag in cafe-
rest. „Den Hout”, alhier, gespeeld.
M Maas—K de Jong 1—1; W. van Esch-
A van den Burg 11 Totaal 911
gesp. gew. rem. verl
2
3
1
2
2
rem.verl.pnt.
0
1
0
o
o
o
1
2
1
3
3
1
gesp. gew.
5
5
5
4
4
3
4
4
4
5
5
2
Onder de auspiciën van „Die Haghe
Sanghers” en onder de artistieke leiding
van Gerard Giesen en Jos Vran
ke n jr. heeft de Nationale Operagroep
Zondagmiddag in het Gebouw voor Kun
sten en Wetenschappen een opvoering in
de Duitsche taal gegeven van Richard
Wagners groote romantische opera Tann-
hëuser, waarvoor, gelet op de talrijke
opkomst, van de zijde van het publiek
groote belangstelling bleek te bestaan.
Met deze opvoering kunnen wij de ini
tiatiefnemers gelukwenschen. Zij was
blijkbaar met zorg en talent voorbereid
en heeft over de geheele linie een uitste
kenden indruk gemaakt, inzonderheid wat
het muzikale gedeelte betreft. Jos
Vranken jr., wiens talenten als koorlei
der alom in den lande gewaardeerd wor
den wie kent niet zijn bijzondere
prestaties als leider van ons zelfs buiten
de Nederlandsche grenzen met roem be
kend elitemannenkoor „Die Haghe
Sanghers? heeft thans bewezen ook
een operadirigent te zijn, met wien te
rekenen valt.
Wat hij gistermiddag in samenwerking
met het orkest van de Arnhemsche orkest
vereniging en het met leden van Rottes
Mannenkoor en „Die Haghe Sanghers”
versterkt Spangensche Koor heeft ge
presteerd, verdient lof en bewondering.
Wij moeten in onze opera-herinneringen
wel heel ver teruggaan om te komen tot
een Tannhauser opvoering door landge-
nooten, welke choraliter en instrumentaal,
ook wat het contact tusschen tooneel en
orkest betreft, zoo goed verantwoord was
als deze.
Het Arnhemsche orkest heeft onder
deze aanvoering getoond een voortreffe
lijk ensemble te zijn, dat aan de prachtige
partituurt al heel weinig schuldig bleef
en het was tevens een lust voor het oor
ditmaal te luisteren naar den afgeronden,
msasalen, fraai genuanceerden klank der
vocale ensembles op het tooneel.
Wie de moeilijkheden daarvan
weet wat er voor noodig is om hier ver
boven het peil uit te komen van het
dragelijke. Komen wij tot de prestaties
van de dramatis personae, dan zullen
wij aanstonds moeten toegeven, dat zich
daaronder geen vermaarde sterren bevin
den, doch tevens moeten erkennen, dat
de hier bijeengebrachte solisten zonder
uitzondering, de een meer dan de ander,
op zeer aannemelijke wijze de hun toe
vertrouwde partijen hebben vervuld.
Zij zouden o.i., beter dan eenig ander
Nederlandsch ensemble een kern kunnen
vormen voor een nationale opera-onder-
neming, welke als gevestigde instelling
kans van slagen zou hebben bij het vor
men van een vast-repertoire.
Hier zijn werkelijk ontwikkelingsmoge
lijkheden aanwezig. De zeer zware titel-
partij over de moeilijkheden er van,
zoowel scenisch als muzikaal leze men
de beschouwingen van Wagner zelf maar
eens na was aan Johan van der
Ploeg toevertrouwd. De zanger zal zelf
wel weten dat zijn vocale middelen niet
opulent genoeg zijn om aan alle gedeelten
datgene te geven, wat er aan toekomt, maar
wij hebben toch een dramatiscn zanger in
hem, die lang niet de eerste de beste is.
Vooral in het verhaal van den pelgrims
tocht in de derde acte, had hij treffende,
hoogst expressieve momenten en was ook
zijn dramatische uitbeelding vol spanning
en bewogenheid.
De Elisabeth van Dini Erkens maak
te mede én vocaal én als tooneelverschij-
ning een zeer sympathieken indruk. Haar
sopraan is vooral in de hoogte, .jugend-
frisch” en vol klankcharme, het medium
zou men zich iets voller en rijker van
timbre kunnen wenschen. Wanneer men
bedenkt, dat de componist deze rol oor
spronkelijk heeft toebedacht aan zijn
zeventienjarige nicht dan blijkt daaruit
intusschen wel, dat hij zich hier vooral
niet een zangeres van het groote plan met
een z.g. „Bombenstimme” heeft gedacht
Bij eenige verdere vocale ontwikkeling zul
len de prestaties van Dini Erkens onge
twijfeld nog kunnen groeien
De Venuspartij werd door P i m B o r-
k e n t in spel en zang zeer aannemelijk
vertolkt. Ook deze zangeres is een jonge
kracht, die belofte inhoudt.
Corite van Alphen zong het par
tijtje van den jongen herder en voldeed
daarin uitstekend. Iets rustiger, wat min
der bewagelijk had het o.i. gekund.
Een bijzondere aanteekening verdient
de Wolfram von Eschinbach van Gerard
Holthaus, wiens welluidende, voor
naam getimbreerde lyrische bariton cul
tuur heeft en zich bijzonder goed leent
voor deze en soortgelijke partijen.
Const v d. Elshoudtjr. gaf aan
de figuur van Walther von der Vogel
weide het noodige vocaal-lyrische relief
en Marinus Buys viel in de rol van
Biterolf, dien hij wat onstuimiger had
kunnen voorstenen op door zijn kernach
tige bariton.
Henk W»imar (landgraaf Hermann
von Thüringen) is een bas-bariton met
prachtkwaliteiten, wiens vocale cultuur
echter nog niet geheel au point is aan de
grenshoogte
Wijnand Beke en Willem Rus-
ting completeerden resp. als Heinrich der
Schreiber en Reinmar von Z we ter het
septet der ridderensembles, waarin zij zich
uitstekend voegden.
Spelleiding en tooneelschikking waren
bij Gerard Giesen als operazan
ger en regisseur nier sinds jaren geen
onbekende in vertrouwde handen.
Décors en costumeering voldeden aan re
delijke eischen, ook de balletten in de
Venusbergscènes onder leiding van
Xanda Stradowska droegen bij tot
het verkrijgen van een uiterlljk aesthe-
tisch aspect Men heeft na iedere acte en
vooral aan het slot de hoofdpersonen met
geestdrift eenige malen teruggeroepen.
Beide artistieke leiders moesten ten too-
neele verschijnen. Ook aan bloemenhulde
heeft het daar niet ontbroken.
den titelhouder J. M. Bom
versterkt. Jammer, dat
Bom's meest te duchten concurrent Win
kelman door ziekte eenige partijen achter
is geraakt, waardoor de regelmatige af
werking van het programma in gevaar
komt
Van der Klift heeft zich in het leidend
peloton gewerkt, waar hij nu met Diede
rik de tweede plaats deelt. Toch staan
Posthuma en van Rennes, met een partij
minder gespeeld, relatief gunstiger. Deze
twee spelers houden tot nog toe aardig
vol e. vooral van Rennes deed, door
Couprie zijn eerste nederlaag toe te
brengen, meer dan van hem verwacht
werd. Gordijn staat zeer gunstig tegen
van Oosten en behoort dus eigenlijk niet
op de laatste plaats thuis.
De zesde ronde wordt Donderdagavond
bij H.C.D.V. in het gebouw C.J.M.V. ge
speeld.
BILJARTEN
Stadsschouwburg
Het Haagsche publiek zal er het Resi-
dentietooneel ongetwijfeld dankbaar voor
zijn, dat het Hellman's tooneelspel „Roof
vogels” wederom op zijn repertoire heeft
genomen. Het stuk teekent ons. hoe een
familie, t.w. twee broers en een zuster
door geïntrigeer, door bedrog en diefstal
trachten hun bezit te vermeerderen Geen
methode is dit drietal te laag om tot zijn
doel te geraken. En buiten dit milieu van
zelfzucht staat de jonge vrouw Birdie
die in onwetendheid een huwelijk aan
ging met een der leden van de familie,
met het gevolg, dat haar leven tot één
groote desillusie werd. Soms laat zij zich
verleiden en vertelt van haar idealen te
gen haar nichtje Alexandra, de negermeid
Addie en haar zwager Horace Giddens,
die lijdende is aan een hartkwaal doch
ondanks zijn ernstigen toestand, meege
sleept wordt in de duivelsche plannen
van zijn vrouw en haar twee broers.
Vooral zijn rol, vertolkt door Philippe la
Chapeile. was vol van ontroerende mo
menten En hoe prachtig sloot daarbij aan
het spel van Fie Carelsen. zijn vrouw, die
voor niets terugdeinst en bij haar streven
naar macht, door haat verblind is.
„Roofvogels” heeft de vertaler dit stuk
genoemd en zeker had hij geen beteren
titel kunnen kiezen. Bij de première
schreven wij er uitvoerig over. Volstaan
wij nu slechts de namen van de overige
spelers te vermelden tw Piet Bron (Os
car Hubard). Mimi Boesnach (Birdie
Hubard). Jan C de Vos (Benjamin Hu
bard) en Annie van Duijn (Alexandra
Giddens) Joekie Broedelet, Maarten
Kapteijn en Henk van Buuren in hun
kleinere rollen gaven eveneens verdien
stelijk spel te zien.
Een volle schouwburgzaal neeft door
enthousiast applaus van zijn groote ap
preciatie voor deze uitstekend verzorgde
voorstelling doen blijken Fie Carelsen
werden bloemen aangeboden
Zaterdag j.l, vond in de geheel bezette
Bechstein-zaal van Voornveld en Spoor
een leerlingen-middag plaats van onzen
bekenden stadgenoot, den pianist Albert
Dankmeijer.
Na een kort inleidend woord van den
heer Dankmeijer, die enkele nummers van
*t programma toelichtte en erop wees, dat
hetgeen de leerlingen ten gehoore zouden
brengen, alleen bereikt is door een toe
gewijde en ernstige studie, werd het pro
gramma geopend Vóór de pauze speel
den eenige leerlingen, die nog in het be
gin van hun studie staan, muzikaal en
correct hun werkjes Als intermezzo zong
de heer Frank Delboy „Das Veilchen"
van Mozart en ,,An Sylvia” van Schubert.
Als laatste voor de pauze speelde één der
oudere leerlingen twee werken van Fr.
t-hopin In het tweede deel van het pro
gramma kwamen de oudere leerlingen
aan het woord,
Leerlingen en leeraar kunnen met groo-
voldoening op dezen geslaagden middag
^rugzien Dat het gebodene ook bij de
toehoorders oijzonder op prijs gesteld
”erd, bleek uit de bloemenhulde en de
BI^a,r]deerende woorden, v'elke van ver-
“Ullende zijden werden gesproken.
GYÖRGY FARAGO
Aangezien de Hongaarsche pianist
György Faragó met zijn tournee, welke
hij kort geleden in ons land maakte, een
buitengewoon succes behaalde, zal deze
kunstenaar een tweede tournee in Holland
maken en wel in de tweede helft van
Maart.
Twee Hagenaars schreven
De belangstelling voor het
landsch kampioenschap 71/2 blijkt dit
seizoen buitengewoon groot te zijn, zoo
groot zelfs, dat voorwed strijden noodza
kelijk zijn geworden. Niet minder dan
tien spelers hebben voor dit tournool,
hetwelk, naar men weet, op 27, 28, 29 en
30 Maart a.s. te Leeuwarden wordt ge
organiseerd en bedoeld is als officieel
afscheid van den Frieschen crack Jan
Wiemers. ingeschreven. Twee Hage
naars,, twee Rotterdammers, twee Arn
hemmers, drie Amsterdammers en Jan
Wiemers meldden zich aan. Het 10-tal
wordt gevormd door C. van Vliet (’s-Gra-
venhaagsche B.C). A. Metz (Entre Nous),
P. J. van de Pol (De Maasstad), J. C.
Baay (B.t/ Rotterdam), J. Dommering
(Arnhem), N. F. Stikkelman (Arnhem),
P de Leeuw (K.R.A.S.), J. H Sweering
(K.R.A.S.), G. J. Beekhof (Benoorden
het Y) en J. Wiemers (Friesche B.C.)
Bepaald is, dat de heeren Metz. Baay,
Stikkelman en Beekhof voorwedstrijden
zullen spelen voor twee plaatsen in de
finale, welke, zooals te doen gebruikelijk,
uit acht deelnemers bestaat.
Titelverdediger is van Vliet, die het
vorig seizoen het kampioenschap behaal
de met het fraaie algemeene gemiddelde
van 15.29, hetgeen een nieuw Neder
landsch record beteekende. De historie
van dit kampioenschap is als volgt:
1934-5 P de Leeuw 10.48; 1935-6 P de
Leeuw 8.41; 1936-7 C. van Vliet 10.61;
1937-8A. Bos 13 50; 1938-9 P de Leeuw
8.33; 1939-40 C. van Vliet 15.29
J1U JITSU FEESTAVOND IN
PULCHRI STUDIO
Den laatsten tijd is in ons land een
sterke opleving merkbaar in de belang
stelling voor algemeene lichaamsontwik-
keling Onder de sprekende verschijnselen
daarvan mag gerekend worden 't groeien
de aantal beoefenaars van de Jiu-Jitsu-
sport, die Zaterdags ten getale van ruim
600 de groote zalen van Pulchri Studio be
volkten, ter gelegenheid van een Jiu-Jitsu-
feestavond, georganiseerd door Maurice
van Nieuwenhuizen, leider van bet Jiu-Jit
su Instituut aan de Laan van Meerder-
voort alhier.
De neer S. van Harten, voorzitter van
den Nederlandschen Jiu-Jitsu-bond, onder
welks auspiciën de avond plaats vond,
sprak in zijn openingswoord zijn voldoe
ning uit over den toeloop van belangstel
lenden en illustreerde de algemeene ver
breiding van de Jiu Jitsusport met het
feit, dat duizenden leden van den Ar
beidsdienst thans een jiu-jitsu-cursus vol
gen
Hoewel de meeste aanwezigen het dan
sen ongetwijfeld als hoofdzaak beschouw
den The Swing Papas zorgden daar wel
voor zijn toch de Judo en Jiu-Jitsu-de-
monstraties met aandacht bewondering en
spanning gevolgd. De prestaties van de
neeren Nauwelaarts, Gravendijk, Stumpff,
en Blok, allen amateurs, benevens den
professional J. v. d. Bruggen werden door
een microfoon toegelicht door den heer v.
Nieuwenhuizen. Jiu-Jitsu zoo zei hij. be-
teekent zelfverdediging. Het bestaat uit
de toepassing van over de 300 grepen,
die meer op een nauwkeurige kennis van
het menschelijk lichaam berusten dan op
kracht. Op groote schaal wordt voordeel
getrokken uit het feit, dat er in allerlei
houdingen, dikwijls maar weinig noodig
is, om iemand zijn evenwicht te doen ver
liezen. Zeer illustratief was na deze woor
den het z.g. Judo-loopen, de aanvang van
Judo, het Japansch gevecht tusschen 2
Jiu-Jitsukenners, die op halfdoorgebogen
knieën, de armen in elkaar geslagen, pro-
beeren elkander in een onvaste positie te
brengen. Dat duurt zoo even met steeds
stijgende spanning, totdat bliksemsnel de
onvoorzichtige met een onontkoombaren
greep gedwongen wordt te zwichten Vaak
vielen zij met een dermate harde smak op
den parketvloer neer, dat men voor het
leven van den betrokkene het hart vast
hield „Vallen” is dan ook een elementair
vak voor het beoefenen van Jiu-Jitsu, het
geen Maurice van Nieuwenhuizen, zelf
kampioen van Nederland, aan het eind
van zijn zelfverdedigings-demonstratie
nogmaals met eenige zwaaien van zijn ge
heele lichaam tegen den grond terdege liet
zien. Na eiken val stond hij lachend op,
alsof er geen vuiltje aan de lucht was.
Even tevoren waren vooral de meisjes,
hevig geboeid geworden door de afweer
grepen tegen het omarmen en kussen!
Ook wij deden enkele grepen uit het ge
varieerde programma en kwamen tot de
conclusie, dat het dubbel onverstandig
was, ruzie te maken met een Jiu-Jitser
Later op den avond lieten The Judo 3e-
renaders, een Hawaiïband zich van een
verleidelijken kant zien en hooren De
heer B. Sternfeld droeg tijdens het dansen
met velerlei attracties het zijne tot de
feestelijke stemming bij.
De heeren Zuccarini. Montelli, Perini
en Oblach hadden, zooals gewoonlijk, een
deel van het programma aan de kunst
van hun land gewijd Ditmaal waren twee
werken van Respighi gekozen, waarvan
het eerste eigenlijk een zetting voor kwar
tet was en wel van Dqnsen en een Aria
uit de 16e en 17e eeuw van de hand
van Ignoto, Besardo en Roncalli Het eer
ste deel, Italiana. bezit al het zoet
vloeiende en gelouterd-kleurige. dat de
naam laat vermoeden. De Aria dan eer
warm en ernstig zangstuk Van edele
drift getuigt een Sicilians. Een kernach
tige, fiere en tevens teedere muziek. En
de Passacaglia tenslotte is een en al
kracht en bruisend temperament. De
breedheid en het levensvolle werden door
de spelers voortreffelijk gegeven. Aan in
tensiteit bij de weergave van andere
stemmingen ontbrak het trouwens even
min. Inzonderheid melodische liefelijkheid
was meermalen van bijzondere charme.
Met Respighi’s volkomener eigen en in
grooteren vorm geschreven compositie,
zijn Quartetto Dorico. werd vervolgd
Hoewel een werk uit onzen tijd, is het
doortrokken van de resultaten van
eeuwenlange cultuur. Deze smaakontwik-
keling, vormverscheidenheid en -verfij
ning, melodische rijkdom, voornaamheid
van innerlijke beschaving en schier on
beperkte geschakeerdheid van uitdruk
kingsmogelijkheden, het is alles het uit
vloeisel van een lange periode van gees
telijke werkzaamheid. En het is dit Ro-
meinsche kwartet wel gegeven ons de be-
teekenis van deze kunst te doen beseffen
Techniek, klank, sfeer, expressie, zij wa
ren volkomen op het niveau dezer mu
ziek Een superieure uitvoering.
Dit laatste viel ook te zeggen omtrent
Haydn’s opus 76 no. 1 in G-dur Van een
ensemble van dit hooge artistieke gehalte
is ook eigenlijk niet anders te verwach
ten. De weergave van het Adagio betee
kende een wel heel innig aanvoelen van
de ziel van deze schoon-ernstige en die
pe muziek. Treffend klonk ook het
speelsch-mysterieuse Presto en heel sterk
was ook het indringen in den geest van
de Finale. Uitmuntend de dynamische
gevarieerdheid, de pittigheid van het
rhythme. Tintelend van geest, deze vertol
king, en heel mooi de momenten van in
keer Deze kunstenaars beseffen de hoog
te van Haydn’s geest ten volle. Groot suc
ces Na de pauze nog Schumann’s opus
41 no. 1 in A-moll. In de fugatische inlei
ding kon men de toonkwaliteiten van elk
der spelers afzonderlijk bewonderen, wat
tevoren buiten den eersten violist in
hoofdzaak bij den altist het geval was
geweest. De vier kunstenaars geven el
kander echter niet veel toe. althans niet
in de functie, die zij hier vervullen. Het
Scherzo was qua scherpte van rhythme
en pittigheid van uitdrukking een lust
om naar te luisteren. De eerste violist
beschikt over een streekvirtuositeit, die
hier uitnemend te pas kwam Heerlijk
klonk dan de cel in het Adagio, maar
ook de toonschoonheid in de andere in
strumenten was alweer opvallend, niet
het minst bij de tweede viool Het zange
rige, zielvolle stuk is op wel heel boeien
de wijze voorgedragen. En in de leven
dige, heftige finale hebben virtuositeit,
samenspel en geestelijke beheersching
zich nogmaals op schitterende wijze ge
demonstreerd. Met geestdriftigen bijval
heeft men van het uitmuntende ensemble
afscheid genomen.
excelsior IJmuiden
Je s-Hertogenbosch eindigde de strijd
tusschen Excelsior en D.C IJmuiden in
een kleine 119 overwinning voor de
IJmuidenaren De uitslag luidde'
ExcelsiorD.C IJmuiden: B.
LiemptA. Ligthart 20: J Bechthold
H Laros 0—2; M Koch—C. Suyck 02;
J. V'tIouwH. de Boer 11; W Haas—
H. Buys 20: N VerlouwTh Postma
1—1; H van Nimwegen—H van der Hei
de 0—2; Gvd Heuvel—R. Huehl 1—1;
Om het clubkampioen schap
Na de vorige week IJmuiden in eigen
huis met 119 te hebben geklopt, bleef
het Residentie Damgenootschap thans
met niet minder dan 146 de baas over
de sterke Amsterdamsche vereeniging
Van Embden, zoodat de Hagenaars wel
een goeden gooi doen naar het lands
kampioenschap.
Deze belangrijke wedstrijd werd Zon
dagmiddag in „La Réserve” alhier ge
speeld en trok uiteraard de noodige be
langstelling. Zooals uit de cijfers blijkt,
was er van eenige spanning geen spra
ke. want reeds na de eerste beslissingen
kregen de Amsterdammers een achter
stand te boeken, welke zelfs tot 113
aangroeide, waarna drie remises den eind
stand op 146 brachten.
Toch was na twee uur spelen nog wei
nig van den afloop te zeggen. Van Rooij
was door ietwat onbesuisd optreden een
stuk achter geraakt, maar Gordijn daar
entegen was een stuk vóór gekomen
Eenige teekening kwam in den strijd toen
de Schaap een fout maakte, waardoor
Bijlsma een winnenden damzet kon uit
voeren. Intusschen waren er bijna drie
uren verstreken en de eerste tijdcontróle
naderde Opvallend was nu. dat de hoofd
stedelingen zich al heel slecht aan het
straffe speeltempo hadden weten aan te
passen, zoodat zij het aan de meeste
borden ernstig te kwaad kregen met de
klok, waardoor fouten niet konden uit
blijven. Aan tal ’'an borden kwamen de
gastheeren, die bijna ponder uitzondering
uitstekend op dreef waren, in de meer
derheid en wisten zich door overwinnin
gen van Verhoeve, Lapaer en van Weijck
een veiligen voorsprong te verzekeren
Toen tenslotte ook Gordijn won was het
pleit beslecht
De gedetailleerde uitslag was:
R D G.Van Embden: B. van Weyck—
J. Druijf jr 20; G. J. BijlsmaPh. de
Schaap 20; W. C. van RooijM
Sandagt 02; R. v. d KliftM Markus
11; J H BrabersH. Koperberg 11;
F GordijnJ. Verdonc 20; G van As
C Katoen 11; J. VerhoeveL. Worms
2— 0; G. de Stigter—S. de Houd 1—1; G
M. P LapaerJ Marku' ’—0 Totaal
pertoirenummer haar begrip voor
giek getoond. Wij hopen dan ook,
deze kunstenares, onbekommerd om de
mate van succes, vooral in dit dramati
sche genre voort zal werken. Zij heeft
daar enorm veel talent voor.
De bloemen lagen aan het einde van
den avond op den vleugel opgestapeld.
Dat de huldebetuigingen aan luidruch
tigheid niets te wenschen overlieten,
spreekt vanzelf.
De pianist W. Stanley heeft de chan
sonnière op zeer slagvaardige wijze be
geleid. Behalve zeer geslaagde passa
ges, konden wij echter ditmaal ook veel
misslagen hooren. Voor zijn prestaties
heeft W. Stanley een aandeel in de ova
ties ontvangen.
Kampioenschap van den Haag
De afgebroken partij R. v. d. Klift—
A. J. Bom, voor den wedstrijd om het
persoonlijk kampioenschap van den
Haag, is door v. d. Klift gewonnen. Een
verrassend resultaat, daar deze speler
schijnbaar slecht stond. Het was even
wel een bedrieglijke stelling, waarin
Bom’s voordeel slechts miniem was. Hij
liet zich echter verleiden toch op winst
te spelen, met het gevolg, dat hij in het
nadeel kwam, van kwaad tot erger ver
viel en tenslotte in een verloren eindspel
belandde, hetwelk door v. d. Klift be
kwaam tot winst gevoerd werd.
Kunstzaal ’t Center
In den kunstkelder 't Center. Toren
straat 140 hoek Geest alhier, wordt een
collectie kleurhouts/ieden door Louis Ha
ver tentoongesteld. Het is met de hout
snede een merkwaardig geval: de con
trastwerking van zwart-wit en de eigen
aard der techniek is op zichzelf reeds zóó
boeiend dat kleur dikwijls meer verzwakt
dan versterkt Slechts een volkomen be
heersching van materiaal, van kleur en
druk, (maar ook: van een uiterst moei
lijke techniek!) kan er toe leiden dat de
kïeur-houtsnede de zwart-wit plaat over
treft De Japanners, met hun klassieke
prestaties op dit gebied hebben een on
betwistbaar meesterschap veroverd.
Louis Haver, een kunstenaar, die zien
tot het moeilijke procédé van de kleuren-
houtsnede en tot den langen weg van dit
kunst-ambacht aangetrokken voelt, heeft,
blijkens het tentoongestelde, niet overal
dezelfde resultaten bereikt Toch zijn er
drukken te over, die bewijzen dat hij in-
ziclr en zuiver gevoel bezit Ook heeft
zijn lijn een zekeren zwier en spreekt er
voornaamheid uit de visies op vele zijner
onderwerpen Deze factoren kunnen in de
toekomst zich voortreffelijk ontwikkelen
en men moet Haver met waardeering en
belangstelling volgen op dezen zelfgeko
zen moeilijken weg, waarop alleen het
allerbeste voldoende is.