DE UITREIKING VAN DE
PERSOONSBEWIJZEN
Haa£sche Courant van Woensdag 26 Februari 1941
Een beeld
het Zuiderpark
den, Haag
voor
BINNENLAND
STADSNIEUWS
in
„Nederland voedt
zichzelf”
Engelsche bommen op ons land
en zes
De oude Inkomstenbelasting
DERDE BLAD, PAGINA 1
DE ZUIVERHEIDSVERKLARING
VOOR WONINGEN
HUURDE RIJWIELEN EN
VERKOCHT ZE
HOE DE DISTRIBUTIE-LUISTERAARS
HUN LUISTERBIJDRAGE MOETEN
BETALEN
Lijstencollecte Winterhulp
half Maart
In de afdeeling Kunstgieterij in de Doezastraat no. 35 te Leiden der N.V. Eerste Nederlandsche WitmetaaL
fabriek te Loosduinen is men begonnen met het gieten van een der drie meter hooge beelden,
welke bestemd zijn voor het Zuiderpark in den Haag. Het gieten van het brons. Links op den achtergrond
de maakster van de beelden, mevr. Corrie Franzen—Heslenfeld (Polygoon)
Huurwaarde de belangrijkste
maatstaf
Betaling in acht termijnen
Richtlijnen voor de gemeente
besturen
Een doode, drie vermisten
zwaar gewonden
in
op
ingele-
teit
DE GEMEENTE ZAL ONTHEFFING
VRAGEN VOOR GROEPEN
VAN HUIZEN
dacht
van
het
de
mijn
bij
over
Nederland van heden
Wat het heden betreft wil ik beginnen
met een ander bekend woord: die in het
schuitje zit, moet medevaren. verleend.
Het bericht in ons nummer van gisteren,
dat Winterhulp Nederland een lijstencol
lecte zal houden, welke de geheele maand
Maart zal duren, heeft alleen betrekking
op Amsterdam. ïn alle andere gemeenten
zal half Maart een lijstencollecte worden
gehouden.
Het schijnt nog maar niet tot de Ne
derlanders door te dringen, dat wij in
bezet gebied leven en ons dus hebben te
schikken. Wij hebben niet kunnen ver
wachten, dat wij het even goed zouden
hebben als wij het hadden en wij mogen
niet verwachten, dat wij het beter zullen
hebben dan de bewoners Van het land
van den bezetter.
Voor hen, die nog gaarne Engelsch
spreken, zou ik nu willen zeggen: Make
the best of it.
En de vraag is dan maar, hoe krijgen,
wij het nog zoo best mogelijk?
Van de redenen, die in Duitschland tot
de Erzeugungsschlacht leidden: buiten-
landsche politiek, de verdediging van het
land en de economische politiek kan niet
een groote aansporing voor ons, om tot
een productieslag te komen, uitgaan.
De reden voor Duitschland: De erva
ringen in den wereldoorlog opgedaan,
had voor ons
doch deze laten wij nu maar rusten.'
Wij moeten dus de reden om thans
een productieslag te beginnen ergens
anders zoeken.
Vervolg van pag. 1.
De technische mogelijkheid
Daarom gaat Staatssekretar Backe op
de technische mogelijkheid in. Hij vertelt
ons dan dat het vaste land van Europa
48 millioen tonnen tarwe verbruikt en
dat hiervan 46 millioen tonnen geacht
kunnen worden op het vaste land van
Europa zonder Rusland en zonder de
onlangs tot Rusland teruggekeerde ge
bieden voortgebracht te worden.
Van rogge brengt Europa zelf 22 mil
lioen tonnen voort en is het invoerover
schot slechts 0.4 millioen tonnen. De
verzorging van broodgraan is dus bij
--J---
in Europa mogelijk. Volgens Staatsse
kretar Backe kan Frankrijk, waar 5
6 millioen H.A. land braak ligt, zeker
voor de aanvulling van de tarwe zorgen.
Voor haver en gerst bestaat evenmin
zorg.
TWEEDE TOEWIJZING STIKSTOF-
MESTSTOFFEN SEIZOEN 1940/1941
Het rijksbureau voor de voedselvoor
ziening in oorlogstijd deelt mede, dat de
productie en de aanvoer van stikstof-
meststoffen het thans mogelijk maken
voor bepaalde gewassen (aardappelen,
suikerbieten, koolzaad, groententeelt en
intensieve fruitteelt) een tweede toewij
zing van stikstofmeststoffen te doen uit
reiken.
De provinciale voedselcommissarissen
hebben inmiddels de richtlijnen ont
vangen voor het verstrekken van deze
tweede toewijzing, zoodat de land- en
tuinbouwers hierover binnenkort nadere
mededeelingen zullen ontvangen.
- afleveren, de
“‘leveren, vervoeren en doen ver- Zuid-Binnensingel 10. Deze samenkom»!
Izal aimvdDgen des namiddags 3 uur,
kennis geeft.
Voor de abonné’s op de Haagsche Te«
lefoon-radio geldt geheel dezelfde rege
ling. Zij vinden met ingang van 1 April
de extra f 0.75 op hun maand rekening
en dienen zich, indien zij reeds voor meer
dan drie maanden hebben betaald, te
richten tot de Haagsche Telefoonadmini-
stratie.
Ingevolge het besluit van den secre-
taris-generaal van Binnenlandsche Zaken
betreffende de bestrijding van wandge
dierte, gepubliceerd in de Staatscourant
van 12 Februari j.l., moet met ingang
van 1 April a.s. ieder, die een woning of
gedeelte daarvan al dan niet gestoffeerd
of gemeubileerd aan anderen verhuurt
of in gebruik geeft, tevoren een verkla
ring bij B. en W. inleveren, geteekend
door een als zoodanig erkende deskun
dige, dat in die woning, noch in het
eventueel aanwezige huisraad wandge
dierte is aangetroffen. Dezelfde verkla
ring wordt vereischt van allen, die hun
intrek nemen in de betreffende ruimte
ten aanzien van het huisraad, dat zij van
plan zijn daarin onder te brengen. Ook
deze verklaring moet vóór de verhuizing
bij B. en W. zijn ingeleverd. De rijks- en
gemeentepolitie zijn met het toezicht op
de naleving van dit besluit belast.
Van de bevoegdheden, die het college
van B. en W. voor de uitvoering van het
besluit in elke gemeente werden toebe
deeld. is de belangrijkste om van den
secretaris-generaal van Binnenlandsche
Zaken ontheffing te verzoeken van deze
verplichting met betrekking tot bepaalde
buurten, klassen of groepen van wonin
gen. In verband hiermede vernamen wij
van den heer M. Vrijenhoek, wethouder
voor Stadsontwikkeling en Volkshuisves
ting, Bouw- en Woningtoezicht en Cen
traal Woningbeheer, dat eenige dagen
geleden hierover een bespreking is ge
houden met den directeur van Gemeen
telijk Bobw- en Woningtoezicht, de heer
G. A. Meijer, en den directeur van den
Gemeentelijken geneeskundigen dienst,
den heer A. J. Putto, arts, waarin is be
raadslaagd, dat men voor onze gemeente
ontheffing zou vragen niet voor bepaalde
buurten, maar voor bepaalde huizen,
gegroepeerd naar huurwaarde. Men ging
daarbij uit van de veronderstelling, dat
de huizen van de beter gesitueerden be
halve dat zij een gezondere ligging heb
ben. ook met meer zorg kunnen worden
onderhouden dan de huizen van hen, die
over weinig middelen beschikken. Op
welke huurwaarde de grens der reinheid
ligt, is echter moeilijk te zeggen en dan
ook nog niet beslist. Men is druk bezig
met het oog op deze kwestie de klachten
over het euvel te onderzoeken naar de
plaats van herkomst. Bovendien wordt
bekeken in welke huizen vooral de ont-
smettingsdien^t is werkzaam geweest.
Uit de gezamenlijke gegevens zal men
vervolgens de noodige conclusies trek
ken. Wij moeten opschieten, besloot wet
houder Vrijenhoek, want 1 April treedt
het besluit in werking.
Waaraan bijzondere aandacht
moet worden besteed
Welke producten nu het meest op
den voorgrond zullen treden weet ge
uit de „Agrarische Post”.
Er zal bijzondere aandacht ge
schonken worden aan de verhooging
van de aardappelproductie, de ver
hooging van het voortbrengen van
graan en een doeltreffende weidecul-
tuur, in verband met de conservee-
ring van het gras. De oplossing van
het vetvraagstuk brengen wij daar
door een belangrijke schrede ver
der.
VROU WENWERELOGEBEDSDAG.
Vanwege het Nederl Comité „Vrouwen
wereldgebedsdag” zal op Vrijdag 28 Febr.
a.s. ook een samenkomst plaats vinden in
kerk dgr Baptiste-Gemeente alhier.
Het departement van Financiën heeft
besloten, de gelegenheid open te stellen
voor hen, die op grond van hun aanslag
in de nieuwe Loonbelasting ontheffing
voor een derde van den aanslag der In
komstenbelasting 1 Mei 19401 Mei 1941
hebben gevraagd, het resteerende twee
derde gedeelte der inkomstenbelasting in
acht termijnen te voldoen. Deze maat
regel geldt niet voor iedereen, die thans
in de Loonbelasting valt, doch uiteraard
slechts voor diegenen onder hen, die
hun aanslagbiljet in de oude Inkomsten
belasting zóó laat hebben ontvangen,
dat gelijktijdige betaling van dezen
aanslag èn van de Loonbelasting een te
zwaren druk zou beteekenen.
Ook de abonné’s van de Haagsche
Telefoonradio
Over de eerste drie maanden van dit
jaar dienen de aangeslotenen bijderadio-
distributie hun luisterbijdrage op dezelf
de wijze te betalen als de andere radio
luisteraars: door het plakken van radio-
zegels of door storting of overschrij
ving op gironummer 400200.
Daarna wordt echter voor de distribu-
tie-luisteraars een nieuwe regeling van
kracht. Zij behoeven voor de verdere ter
mijnen niet meer zelf voor de betaling
der luisterbijdrage te zorgen, doch deze
wordt door de distributie-centrale, waar
bij zij zijn aangesloten, tegelijk met de
kosten van het distributie-abonnement
bij vooruitbetaling bij hen geïnd. De
weekabonné’s betalen met ingang van de
week, welke met 16 Maart begint, /0.17j
meer, de maandabonné's met ingang van
1 April /0.75 meer.
Voor hen. die door middel van de giro
reeds over een langeren termijn dan drie
maanden hebben betaald, begint de in
ning der luisterbijdragen natuurlijk even
redig later. Hiervoor is echter noodig,
dat de desbetreffende, onder overlegging
van de girostrook. daarvan aan de distri-
voorgaande vraag reeds beantwoord is
met de vermelding van een werkgever.
Het is de bedoeling, dat slechts als
werkloos zullen worden beschouwd per
sonen, die gewoon zijn in loondienst te
werken, die echter op den dag, waarop
de vraag beantwoord wordt, niet tot
eenigen werkgever in loondienstverband
staan, en zoowel bereid als in staat zijn
werk in loondienst te aanvaarden. Zij,
die wel in loondienstverband staan, doch
op den dag, waarop de vraag beantwoord
wordt, feitelijk geen arbeid verrichten,
b.v. wegens ziekte of vacantie of door
dat zij van hun werkgever wachtgeld
ontvangen, moeten niet als werkloos
worden beschouwd. Zij, die afwisselend
werken en werkloos zijn (losse arbei
ders), moeten, als zij op den dag, waar
op de vraag beantwoord wordt, feitelijk
zonder werk zijn, niet als werkloos wor
den aangemerkt. Als werkloos mogen
ook niet worden beschouwd gepension-
neerden, personen zonder beroep, die
volstrekt geen werk zoeken of ontvan
gers van ongevallen- of invaliditeits-
rente (voorzoover toegekend wegens blij
vende arbeidsongeschiktheid).
(Wordt vervolgd.)
I.
De secretaris-generaal van het depar
tement van Binnenlandsche Zaken
heeft een beschikking uitgevaardigd,
getiteld „Richtlijnen Persoonsbewij
zen”, welke bestemd zijn voor de ge
meentebesturen.
Aan deze richtlijnen ontleenen wij o.a.,
dat alleen van moeilijk vervalschbare inkt
(documenteninkt) gebruik mag worden
gemaakt. Aangezien de meeste vulpen-
houderinktsoorten niet diepzwart van
kleur zijn, mogen ambtenaren en hulp
personeel alleen dan van hun vulpenhou
der gebruik maken, indien deze is gevuld
met door den burgemeester beschikbaar
gestelde documentenschrijfinkt.
Voor de gerechtigden is het verboden,
bij het plaatsen van hun handteekening
gebruik te maken van een vulpenhouder.
Voorts ontleenen wij aan de richtlijnen
Persoonsbewijzen, welke zijn opgenomen
in de Staatscrt van 25 Febr. 1941, het
volgende:
Tijdvak uitreiking uitnoodigingen
De geleidelijke toezending of uitrei
king der uitnoodigingen geschiedt uit
sluitend met de lexicografische volgorde
der geslachts- en voornamen van de ge
rechtigden, zooals deze zijn vermeld in
het bevolkingsregister.
De verzending of uitreiking wordt zoo
danig over den beschikbaren tijd ver
duld, dat tusschen 1 Maart en 1 October
elke maand ongeveer 1/7 deel der ge
rechtigden wordt opgeroepen en elke
week ongeveer 1/4 deel van het aantal
per maand. Gerekend kan worden, dat het
aantal gerechtigden ongeveer 2/3 deel
van het totaal aantal inwoners bedraagt
Photo's
De ingeleverde photo’s worden met den
persoon, en ook onderling, nauwkeurig
vergeleken en getoetst aan de gestelde
eischen. Photo’s, welke niet in alle op
zichten aan de gestelde eischen voldoen,
worden geweigerd. Indien de afmetingen
grooter zijn dan 3| c.m. breed, bij 4|
c.m. hoog, worden de photo’s beide op
maat gesneden. Zijn beide of een der af
metingen geringer, dan moeten de photo’s
geweigerd worden.
De photo, welke bestemd is om in het
Persoonsbewijs gevoegd te worden, moet
met het oog op den te plaatsen vingeraf
druk, aan de achterzijde geheel blanco
zijn. Potloodaanduidingen mogen met
vlakgom worden verwijderd. Indien na
de verwijdering echter blijkt, dat het pot
lood een indruk of moet heeft achterge
laten. zal dat een reden tot weigering
kunnen (moeten) vormen.
Vaststellen van identiteit
Geen behandeling vindt plaats, indien
de verschenen persoon niet schriftelijk is
uitgenoodigd, of indien hij de hem ge
zonden uitnoodiging niet heeft ingeleverd.
Verklaart de persoon, dat de hem gezon
den uitnoodiging in het ongereede is ge
raakt dan wordt hij opnieuw schriftelijk
opgeroepen, tenzij de burgemeester of
de aangewezen ambtenaar hem persoon
lik kent of op grond van andere overwe
gingen de verantwoordelijkheid voor
«tiens identiteit meent te kunnen aanvaar
den.
De opgeroepene legt tevens zijn identi
teitsbewijs over en, indien dit identiteits
bewijs niet de distributiestamkaart is, bo
vendien zijn distributiestamkaart.
Zijn de antwoorden niet bevredigend,
wf bestaat uit anderen hoofde reden tot
rWfltel aan de identiteit, dan wordt de
opgeroepene uitgenoodigd zich door mid
del van bescheiden en/of door tusschen-
komst van te goeder naam en faam be
kend staande getuigen, die verklaren den
persoon meer dan twee jaren onder den
door hem opgegeven naam te kennen, na
der te identificeeren. Desgewenscht wor
den rechtstreeks of door tusschenkomst
ven andere burgemeesters, inlichtingen
ingewonnen bij familie of verwanten van
den te identificeeren persoon, met over
legging van diens photo.
Is geen zekerheid omtrent de identiteit
van den persoon te verkrijgen, dan wordt
de verdere behandeling voorloopig gewei
gerd en de zaak voorgelegd aan de daar
toe bevoegde instantie.
Indien de ontvangen antwoorden zoo
bevredigend zijn, dat de identiteit van den
opgeroepene geacht kan worden genoeg
zaam vast te staan, wordt nè vergelij
king van de gegevens omtrent geslachts
naam, voornamen, dag, maand en jaar van
geboorte, geboorte-gemeente, en -provin
cie, en eventueel geboorteland, voorko
mende op de persoonskaart, met die. welke
zijn vermeld op het Persoonsbewijs en op
de ingeleverde uitnoodiging onmiddel
lijk overgegaan tot het vaststellen van de
nationaliteit.
worden bepaald,
te distribueeren
°°k bij een produc-
Dykomende omstandig-
doch ik heb goede hoop,
de noodige steun zal worden
KRABBENMEEL
In de Nederlandsche Staatscourant van
gisteren -is opgenomen een bepaling van
aen secretaris-generaal van het departe-
bift Van landbouw en Visscherij, waar-
J krabbenmeel wordt aangewezen als
crisisproduct, waarvan het
doen r
voeren is verboden.
Wij willen allen gaarne wat meer
te eten hebben, welnu dan moet er
meer geproduceerd worden. Dit is
voor mij voor het heden reeds een
afdoende reden, doch nu de toe
komst.
Slechts hij, die niet ziende blind is,
moet nu toch wel kunnen vaststel
len, dat of en wanneer de oorlog
afloopt, wij in een andere wereld
zullen leven en de veranderingen
reeds na den wereldoorlog zijn aan-
Nu Duitschland en Italië en wij mo
gen wel aannemen het grootste deel der
Balkanstaten zich allen aan een bepaal
de veelal geleide economie hebben ge
bonden, zit er voor Nederland niet anders
op en voor de andere landen van het
vaste land van Europa evenmin, of wij en
zij zullen ons daarnaar hebber te richten.
Het verleden
Wat voorbij is, is voorbij en daarom
over het verleden slechts kort.
Als voor ongeveer acht jaar, toen door
mij en anderen duidelijk en uitvoerig de
aangevangen en nog te volgen landbouw
politiek bestreden weref, eens was begre
pen, dat het toen reeds tijd was om de
productie van eigen bodem te bevorde
ren en niet te belemmeren, wat zouden
vele dingen er dan anders uitzien.
Wij in Nederland hadden in 19141918
toch genoeg ervaring opgedaan om te we
ten hoe afhankelijk het landbouwbedrijf
hier te lande van buitenlandsche invoeren
was.
Men kon toen ook niet meer leven in
de illusie, dat alles wel weder als van
ouds zou worden, want naarmate de tijden
voortgingen, werd het landbouwbedrijf
noodlijdender.
Men keek te veel Westwaarts en te
weinig Oostwaarts. Voor dit verleden
geldt het woord: „Hij heeft er het beste
van gezeid, die er het allermeest van
zwijgt".
In den afgeloopen nacht zijn eenige
Engelsche bommen op Nederlandsch
grondgebied geworpen, welke grooten-
deels op open veld terecht kwamen. In
een plaats werd een scheepvaartbedrijf
aangevallen, doch de bommen misten
doel. Ook overigens is de schade onbe-
een reden kunnen zijn, langrijk, op een punt na, waar een drie
tal woonhuizen door een brisantbom is
vernield. Hier is een burger gedood,
drie anderen zijn onder het puin bedol
ven, zes personen zijn zwaar gewand.
Elders ging een graanschuur in vlam
men op.
dingen, wordt de verdere behandeling
voorloopig geweigerd en de zaak voor
gelegd aan het Hoofd der Rijksinspectie.
Den belanghebbende wordt voor den tijd
van drie maanden een voorloopig bewijs
afgegeven, houdende, dat wegens onder
zoek naar de nationaliteit een Persoons
bewijs nog niet kon worden uitgereikt.
Blijkt bij de behandeling, of uit vak
5 van de persoonskaart, dat een Neder
lander of een Nederlandsch onderdaan
tevens een vreemde nationaliteit bezit,
dan wordt nagegaan of de ter zake voor
geschreven aanteekening„Bezit tevens
vreemde nationaliteit” op bladzijde 6 van
het Persoonsbewijs is gesteld.
Bij twijfel omtrent dubbele nationali
teit wordt de zaak eveneens voorgelegd
aan het Hoofd der Rijksinspectie.
Vaststellen van den burger,
lijken staat
Het vaststellen van den burgerlijken
staat geschiedt overeenkomstig de on
derscheidingen ongehuwd, gehuwd met,
weduwnaar van of weduwe van en ge
scheiden van (ongeacht of dit is echt
scheiding of huwelijksontbinding na 5-
jarige scheiding van tafel en bed). Zij,
die van tafel en bed gescheiden leven,
worden als gehuwd aangemerkt.
De aandacht wordt er op gevestigd,
dat voor gescheidenen van echt op het
Persoonsbewijs alleen doorhaling van de
gedrukte aanduiding Overl plaats vindt. een kiejne vermeerdering der productie
Het is evenwel op verzoek van de(n) - -•
gerechtigde geoorloofd den geslachts
naam en de voorletters van de(n) ge
wezen echtgenoot(e) in het vak, bestemd
voor den geslachtsnaam en de voorletters
van de(n) echtgenoot(e) te vermelden.
In dat geval moet tevens de datum der
huwelijksontbinding op het Persoonsbe
wijs worden vermeld. Het is geoorloofd,
op verzoek van de belanghebbende tevens
melding te maken van een vroegere (n)
echtgenoot (e), b.v. Jansen. P. J. Gesch.,
vroeger weduwe van Pietersen, L. In
dien de naam van de(n) echtgenoot(e)
niet aan de hand van officieele gegevens
Bekende van de politie aangehouden
Door de politie is aangehouden de 27-ja
rige schilder W. J. P. van D„ die des
tijds reeds is gearresteerd voor het onbe
voegd dragen van een uniform van den
Opbouwdienst. Hij maakte er de laatste
weken zijn werk van, rijwielen te huren en
die dan te verkoopen. Tot vier maal toe
is hem dit gelukt en wel bij ondernemin
gen in de Krayenhoffstraat, de Troost-
straat en in de Morelstraat. Van D. legiti
meerde zich behoorlijk, vertelde dan een
ongeluk te hebben gehad en ziektegeld
wachtende te zijn. In afwachting van deze •----- -
uitkeering wilde hij een fiets huren om, butiecentrale, waarop hu is aangesloten,
wanneer hij het geld had, tot aankoop van --
een rijwiel over te gaan.
De benadeelde uit de Morelstraat zag
hem op een rijwiel rijden en wees hem
een agent aan, die van D. aanhield; hij is
in bewaring gesteld.
Landbouwbedrijven mogen geen
speculatieve bedrijven zijn
Wij kunnen dat naar mijn overtuiging
te gemakkelijker doen, omdat het in
werkelijkheid een verkeerd iets was:
onze landbouwbedrijven in speculatieve
industriebedrijven om te zetten.
Wij kochten (importeerden) veevoe
der en als dan de aanschaffing van de
grondstoffen plus die van onze kuikens,
biggen en kalveren minder kostte dan
de verkregen producten; eieren en kip
pen, varkens, melk en vee opbrachten,
dan meenden wij, dat het in den land
bouw goed ging, doch in werkelijkheid
konden wij niet anders zeggen, dan dat
de speculatie goed gelukt was.
Wij moeten weder uitgaan van onzen
eigen bodem. Daaruit aan voeding voor
mensch en dier halen, wat er maar uit
gehaald kan worden, en dan bij de voed
selopbrengst voor de dieren onze kip
pen, varkens en veestapel aanpassen.
Reeds tweemaal in een menschenleven
is ons aan den lijve bewezen hoe onze
ker het boerenbestaan is als het afhan
kelijk is van het buitenland voor zijn
eerste behoefte: veevoeder.
Maar niet alleen het boerenbestaan,
doch het bestaan van het geheele volk
hangt aan een zijden draad als het kans
loopt den toevoer van voeding voor
mensch en dier plotseling te zien afge
sneden.
Willen wij inderdaad medewerken tot
een gezond zichzelf voedend vasteland
van Europa, dan zal Nederland nu
reeds moeten aanvangen zijn plaats
daarin te veroveren.
Schuilnamen, enz.
De burgemeester of het hoofd der Rijks
inspectie, kan op schriftelijk verzoek, van
den gerechtigde op bladzijde 6 van het
Persoonsbewijs, onder „aanteekeningen
van bevoegd gezag” melding doen maken
van den schuilnaam (pseudoniem), waar
onder deze als schrijver, tooneelspeler,
kunstenaar, of artist bekend staat.
Het vorenstaande is van overeenkomsti
ge toepassing ten aanzien van Roomsch-
Katholieke geestelijken en ordebroeders
of ordezusters, die in deze hoedanigheid
een bijzonderen naam voeren, bijv. Pater
Franciscus, zuster Angelica enz. In andere
gevallen is het melding maken van schuil
namen enz. niet geoorloofd.
De op blz. 6 van het Persoonsbewijs ver
melde bijzondere naam wordt op de inge
leverde uitnoodiging aangeteekend in de
ruimte naast de ingevoegde photo, zoo
mede als staande in verband met het
T TT *n van de persoonskaart,
n het persoonsregister wordt een verwij-
zmgskaart geplaatst.
Vaststellen nationaliteit
Ten aanzien van een ieder wordt, on
mankelijk van de aanduiding in vak 5
an de persoonskaart, door vraagstelling
.e nationaliteit vastgesteld. Hierbij is
echts rekening te houden met de on-
j.e'icn^iding in Nederlanders, Neder-
ndscne onderdanen en vreemdelingen
merm begrepen de staatloozen).
Het is wenschelijk, dat vooral aan-
t wordt geschonken aan de gevallen
Nederlandsch onderdaanschap, waar-
Nan vele ten onrechte als gevallen van
ederlanderschap in de bevolkingsregis-
v. rs 2Ür> vermeld. In het algemeen dient
standpunt te worden ingenomen, dat
belanghebbende de voor de beoor-
noodige gegevens moet ver-
Chaffen en desgewenscht waarmaken.
B n.8eval van verschil, alsmede in elk
aeval van twijfel omtrent de nationali-
overeenkomstig de drie onderschei-
Ik heb geen cijfers bij de hand, welke
geheel vergelijkbaar zijn met degenen,
die ik bij Staatssekretar Backe las,
doch wensch toch mede te deelen, dat
onze opbrengsten van tarwe, gerst en
(consumptie-) aardappelen zich met de
Duitsche opbrengsten kunnen meten.
m het bijzonder bij deze
gelegenheid de aandacht op wensch te
dat h<ie de omstandigheden
ook zijn, d.w.z. of er meer of minder
kunstmest beschikbaar zal zijn en/of
meer of minder veevoeder, toch alles
ten aanzien van het verbruik van
waParrOdvTeTrise is Téter^" - ^Paald'
dan waar weinig is.
Natuurlijk spelen
tieslag prijzen en
heden een rol,
dat in dezen
tuur
houden.
Langer dan oorspronkelijk
voornemen lag, heb ik stilgestaan
hetgeen Staatssekretar Backe
„Europa’s voeding’ vertelt.
Hiervoor waren verschillende redenen.
Ten eerste geeft Staatssekretar Backe
zeer duidelijk aan, waar de schoen
wrong en hoe hij beter passend gemaakt
zou kunnen worden.
Ten tweede heb ik bij het lezen van
de gegevens van Staatssecretar Backe
herhaaldelijk gedacht: als ik nu eens in
plaats van Duitschland, Nederland
schreef, dan geldt hetgeen hij schrijft
even goed.
Ten derde zijn er door Staatssekretar
Backe verschillende redenen opgegeven,
die men in Nederland misschien wel van
hem wil aannemen, maar niet van mij.
Een profeet is nu eenmaal in zijn eigen
land niet geëerd.
Dit ter inleiding van hetgeen ik nu nog
ga zeggen.
Het probleem van het veevoeder
Bij maïs en den uit de oliehoudende
zaden vervaardigden veekoek ligt de
zaak iets anders. Bij mais is behoefte
aan 23 millioen ton en wordt 19 milli
oen ton voortgebracht. Wat de voeder-
graanbalans betreft liggen de getallen
aldus: Er is behoefte aan 63 millioen
vastgesteld kan worden, wordt ingevuld ton tegen een productie van 56 millioen
-u_ij ton. pjjer Hg*. het probieenii waarbij dan
nog de behoefte aan toevoer van vee
koek uit oliehoudende zaden komt.
Nu gaat van die ingevoerde voeder-
middelen weder een deel er uit, omge
zet in dierlijke producten en zuivelpro
ducten, n.l. naar Engeland.
De Erzeugungsschlacht in Duitsch
land heeft intusschen wel bewezen, dat
het geen onmogelijk probleem is om het
gat, dat nog bij de voedermiddelenvoor-
ziening bestaat, op te vullen.
Ook de voorziening van het vaste land
van Europa met suiker en aardappelen
is geen noemenswaard probleem.
Het vetvraagstuk
Op het gebied van het vetvraagstuk
moet echter ernstig aangepakt worden,
zal de voorziening van de volken van
Europa met vet zoodanig kunnen zijn
als deze volken tot nu toe verbruikten.
Het vetprobleem, dit heeft de Erzeu
gungsschlacht wel geleerd, is in hoofd
depothouder, employe, fabrieksarbeider, Zaak een voederprobleem. Er moet dus
*.i. iu j u i gestreefd worden naar een vermeerde
ring van de productie van voedermid-
delen.
Staatssekretar Backe gaat dan na,
welke mogelijkheden voor productiever-
meerdering nog bestaan en geeft daar
voor de gemiddelde opbrengsten van
tarwe, gerst en aardappelen in de jaren
1929 tot 1933 voor negen landen. Uit de
verzamelde gegevens blijkt wel hoever
de meeste landen bij elk der drie ge
noemde gewassen nog bij Duitschland
achter zijn en zijn conclusie is dan ook,
dat het technisch mogelijk moet zijn een
groot deel van de gaten, die in de Euro-
peesche voedingsmiddelenvoorziening
tot nu toe door invoer gevuld werden,
door vermeerdering van de productie
te vullen.
Voor Frankrijk wordt deze mogelijk
heid dan nog uitvoerig aangetoond.
Structuurverandering in Dene
marken en Nederland
Tenslotte beziet Staatssekretar Backe
Denemarken en Nederland. Hiervan
zegt hij, dat een verandering in de
structuur moet plaats vinden. Door uit
breiding van den verbouw van hak-
vruchten moet de afhankelijkheid van
voederinvoer uit het buitenland belang
rijk verminderd worden. De hooge trap,
waarop de intensieve cultuur in deze
landen staat en de gunstige natuurlijke
voorwaarden zullen het gemakkelijk
maken de verandering in het bedrijf
hier te voltrekken, vooral omdat de af
snijding van de wereldmarkt in deze
richting dwingt en bovendien de hoeveel
heid vee het beschikbare voedsel te bo
ven gaat. In Europa als,één geheel be
schouwd, zullen deze landen hun struc-
als veredelingslanden moeten be-
naam onbekend.
Vaststellen van het (beschermd)
beroep
Meestentijds zal noch op het Persoons
bewijs noch op de ingeleverde uitnoodi
ging een beroepsaanduiding voorkomen.
Voor de vermelding van het beroep op
het Persoonsbewijs is in het algemeen
alleen het voornaamste- of hoofdberoep
van belang. Ook ten aanzien van werk-
loozen of personen, die nog nooit betaal
den arbeid hebben verricht, behoort het
gewone beroep ïhet laatst uitgeoefende
beroep of het beroep, waarvoor opleiding
genoten is) als maatstaf voor de vermel
ding op het Persoonsbewijs te worden
aangenomen. Het beroep moet zoo wor
den omschreven, dat een ieder terstond
een indruk krijgt van de werkzaamheden,
welke de persoon verricht.
M.a.w., aan begrippen als agent, amb
tenaar, arbeider, bakker, bankwerker,
beambte, bediende, bode, boer, controleur,
aal. .j— —u.»: j
filiaalhouder, handelsagent, handelsbe
diende, handlanger, inspecteur, kantoor
bediende, koopman, kweeker, leerling,
metaalbewerker, naaister, procuratiehou
der, reiziger, schilder, sjouwer, smid, tim
merman, tuinman, typiste, venter, ver
tegenwoordiger, winkelchef, winkelbe
diende, winkelier, zetbaas en dergelijke,
welke slechts een vage aanduiding van
het beroep vermogen te geven, moet door
nadere omschrijving het karakteristiek
van den uitgeoefenden arbeid worden
verleend, bijvoorbeeld agent levensver
zekering, agent manufacturen, ambtenaar
gemeentesecretarie, bureau - ambtenaar
gasbedrijf, bureau-ambtenaar provincia
len waterstaat, banketbakker, broodbak
ker, suikerbakker, handlanger steenfa
briek, reiziger sigarettenfabriek, reiziger
in zaden en peulvruchten, kunstschilder,
huisschilder, rijtuigschilder, schilder in
speelgoedfabriek, winkelier textielwaren,
winkelier tabaksartikelen, enz.
Gehuwde vrouwen, die niet werkelijk
betaalden beroepsarbeid verrichten, wor
den. aangemerkt als te zijn zonder be
roep. De vermelding geschiedt door het
woord ..zonder”.
Voor studeerenden zonder beroep wordt
vermeld „studeerend”.
Renteniers en gepensionneerden worden
zonder meer als zoodanig aangeduid De
uitdrukking „particulier” is onjuist en
onvoldoende. Personen, die hun beroep
(tijdelijk) niet uitoefenen (bijv, wacht
gelders), worden geacht nog in het laat
ste beroep werkzaam te zijn. Bij het
beroep wordt alsdan vermeld (op wacht
geld) enz. Tenzij het tegendeel blijkt,
wordt ten aanzien van personen van 65
jaar of ouder, „zonder” ingevuld. Acade
mische titels worden niet vermeld.
Beschermde beroepen
Het is niet geoorloofd een beschermd
beroep op het Persoonsbewijs en op de
ingeleverde uitnoodiging te vermelden,
tenzij ter inzage is overgelegd het offi
cieele bewijsstuk, waaruit blijkt, dat de
persoon, krachtens aanstelling of diploma,
afgegeven door een wettelijk bevoegde
of algemeen erkende instantie, tot de
uitoefening van dat beroep in het be
zette Nederlandsche gebied bevoegd is.
Als beschermde beroepen worden be
schouwd elke functie in overheidsdienst,
in alle rangen en onder alle benamingen,
advocaat, apotheker, arts, candidaat-
notaris, dierenarts, ingenieur (bouwk.-,
electro-techn.-, scheik.-, enz.), makelaar,
notaris, predikant, priester, procureur,
tandarts, verpleegster, verpleger.
Invullen beroep op
verde uitnoodiging
Op de ingeleverde uitnoodiging komen
in het vak, dat bestemd is voor de ver
melding van het beroep, zooals het is
aangegeven op het Persoonsbewijs, bo
vendien een tweetal vragen voor, welke
nauwkeurig beantwoord moeten worden,
t.w.:
1. „Werkzaam bij”? Deze vraag dient
alleen te worden beantwoord ten aan
zien van hen, die in loondienst werk
zaam zijn. Uit het te geven antwoord
moet blijken, of de volgende vraag
(werkloos? Ja of neen?) juist wordt
beantwoord. Bij twijfel dienaangaande
kan n.l. een onderzoek moeten worden
ingesteld. Ingevuld moeten worden de
naam en het adres van den werkgever.
Huisarbeiders (zgn. thuiswerkers) wor
den gerekend onder hen, die in loon
dienst werkzaam zijr en moeten dus op
geven, bij welken werkgever zij werk
zaam zijn. Ten aanzien van reizigers,
die i itsluitend tegen genot van provisie
werken, moet eveneens worden vermeld
bij wie<n) zij in dienstbetrekking zijn.
2. „Werkloos Ja of neen Ten
aanzien van ieder persoon moet deze
vraag beantwoord worden door middel
van doorhaling van één der beide woor
den „ja” of „neen”, dus ook, indien de>