I
Ce'
A*
'w-
SlfËi
No. 17824.
1941.
In het stampvolle Concertgebouw
te Amsterdam
REDE VAN DEN
RIJKSCOMMISSARIS
•1
4
B
Donderdag 13 Maart.
h -
'SF
w
A Wl
f c
heden, verleden
Beschouwingen
over
toekomst
en
w
CA*
WELKOMSTWOORD
W. PAUSTIAN
n
I
o
een
Overzicht van de zaal tijdens de rede van den Rijkscommissaris
Na de rode van den Rijkscommissaris vond «mi.groote parade plaats
A
Ar
O
F
het
het
A
M
Telefoon 116300 (zeven lijnen) - Giro Ne. 12500
‘r
w
Jl
In een groote bijeenkomst, welke de kring Noord-Holland van
„Arbeitsbereich” der N.S.D.A.P. in Nederland gistermiddag in
Concertgebouw te Amsterdam had georganiseerd, heeft de Rijkscommis
saris Rijksminister Seyss-lnquart een belangrijke rede gehouden. De be
langstelling voor deze gebeurtenis was overweldigend groot. Niet alleen
was er geen stoel meer onbezet, maar reeds een half uur voor het begin
der bijeenkomst stonden de belangstellenden in dichte drommen tot in alle
uithoeken van de groote zaal, welke met bloemen, dennegroen en vlagge-
doek feestelijk was versierd. Ook het podium, waarop een militair muziek
corps had plaats genomen, was smaakvol aangekleed. Toen de Rijks
commissaris om 4 uur in de zaal verscheen, verhieven de aanwezigen zich
van hun plaatsen, waarbij zij de hooge autoriteit den Duitschen groet
brachten.
V
f
f
HAAGSCHE
COURANT
PRIJS DEZER COURANT:
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Groote rede
den Rijkscommissaris
van
(Stapf)
ingeluid
werd
(rStapf)
f
Rijkscommissaris Dr. Seyss-lnquart
(Foto-archief)
Partijgenot) ten,
Kameraden,
i A
Na de begroeting hield de Rijkscomnris-
saris de volgende rede:
I up voiKscn
I verdrongen door confessioneele en dy
nastieke belangen en het Rijk, dat gedra
gen werd door deze idee, viel uiteen.
Daarmede waren echter ook de banden
der orde en van het harmonische even
wicht losgemaakt. De randgebieden van
het machtsgebied, waartoe sedert 1648 met
de afscheiding van het Rijk ook de Neder
landen waren gekomen, waren zonder ge
meenschappelijk zwaartepunt en wijdden
zich aan eigen taak.
Van 15 regels 1.75. Iedere regel meer tot 10 regels 45 ct, daarna iedere regel
meer 50 ct. Reclames 95 ct. per regel, Bewijsnummers 5 ct. fr. p. post 10 ct.
Incasso binnen de stad 5 cent, buiten de stad volgens posttarief. Bij
vooruitbetaling: Kleine Advertenties 95 ct; Dienstaanbiedingen 75 ct.
Advertentiën waarin voorkomt „Brieven aan het bureau van dit blad” 10 ct. meer.
Historische wording
Gemeenschappelijkheden en vermoede
tegenstellingen uit het heden moeten haar
motiveering en ontwikkeling vinden in de
historische wording.
Wij weten, dat dit Nederlandsche volk,
dat zijn volksche substantie evenals een
groot deel van het Duitsche volk, gevon
den heeft in de stammen der Friezen, Ne-
der-Saksers en Franken, indertijd, toen
de eerste Rijksstichting in het middel-
Europeesche gebied plaats vond, dus in
'4.
f f w
Voor ’s-Gravenhage bij vooruitbet. per 3 mnd. met „Kikeriki”, „De Nieuwste Mode”,
„Koloniaal Bijblad" en „Letterkundig Bijblad” f 3.15. Franco per post met Mode
blad 4.20, zonder Modeblad 3.95. Buitenland 9.45. Landen waarop het
verlaagd intern, drukwerk-posttarief van toepassing is 7.35 p. kw. Bij postkantoren
tegen de geldende goedgek. abonn.prijzen. Afz. nummers 5 ct., fr. p. post 10 ct
Deze courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen
BUREAUXWAGENSTRAAT 35—37
Bijkantoor: Scheveningen, Kelzerstr. 319, Tel. 550310; Filialen: Rijswijk,
Kantoorboekh. Leeuwendaal, Oranjelaan 3, Tel. 119461, Voorburg, Boekhan.
del H. E. G. Ruys, Heerenstr. 124, Tel. 778038; N.V. Kantoorboekh. Th. J.
de Koning, Goudsbloemlaan 3, Tel. 330263; Boekh. J. B. v. Seters Jr., There-
siastr. 108a, Tel. 772444; Boekh. E. O. Couvée, van Hoytemastr. 66, Tel. 721187
door de regeling der successie van Karei op volksche selectie berustende idee is
V in 1555, was van toen af verschillend, i
Toen werden de Nederlanden uitgeleverd
aan de Spanjaarden. In den strijd tegen
de Spanjaarden en tegen het katholicisme
veroverden de Nederlanden hun confes-
sioneele en dynastieke vrijheid, welke
tevens beteekent, dat zij wegvielen uit het,
Rijksverband, zij het ook een verband, dst
op zichzelf eigenlijk reeds verbroken was.
Men moet echter in het oog houden, dat
de bedoeling der Nederlanden primair niet
erop gericht was, het Rijk te verlaten, maar
hun volkschen aard te behouden tegenover
de Spanjaarden en het katholicisme. En
wij weten, dat Marnix van St. Aldegonde
als vertegenwoordiger der Nederlanden,
op den Rijksdag te Worms in 1578 in een
door volksche verantwoordelijkheid ge
dragen redevoering den Duitschen vorsten
en stammen heeft bezworen, de Nederlan
den in den strijd tegen de Spanjaarden
niet te verlaten en niet te dulden, dat
deze landen uit het Rijksverband zouden
worden gescheurd. Toen heeft het Rijk
gefaald.
Confessioneele en dynastieke belangen
waren toonaangevend voor de besluiten
der machthebbers, volksche en nationale
overwegingen telden niet mee. De vol
trekking dezer ontwikkeling was het jaar
1648, dat voor de Nederlanders een jaar
van blijde herinnering moge zijn, wan
neer zij met den toen beginnenden terug
tocht uit het kloppende leven van Eutopa
en vooral van het Europeesche midden,
voor altijd tevreden willen zijn, een jaar
van rouw voor alle Duitschers. aangezien
het de manifestatie vormde der ineen
storting van de rijksidee.
Het Rijk van het avondland, zooals het
door de Carolingers, Saksers en Staufen,
gegrondvest en opnieuw gegrondvest was,
berustte op de idee der ordening van het
Europeesche gebied, waarbij de stammen
van Germania de dragers en garanten van
deze orde moesten zijn. Rondom deze
machtskern schaarden zich zinvol de an
dere stammen en volkeren, om in de
kracht van den ban des vredes van dit
Rijk het eigen geluk na te streven. Deze
in laatste instantie zij het ook onbewust,
het Carolingische rijk, reeds in een ge
meenschap met andere stammen, die thans
versmolten zijn tot het Duitsche volk, was
opgenomen.
En in de deelingsverdragen, die ten
slotte langs de Rijksgrens geleid hebben
tot het Frankrijk en Duitschland van den
modernen tijd, lag het deel van de Ne
derlanden, voor zoover het voorwerp kan
zijn van mijn beschouwingen, dus de thans
bezette gebieden, en voor zoover zij toen
reeds aan de zee ontworsteld waren, als
Germania Inferior dus Neder-Duitsch-
land in het gebied der gemeenschap
van dit eerste Rijk. Dat in die tijden
Rijkslegers in de Nederlanden bestreden
en onder meer ook teruggeslagen werden,
vormt geen bijzonderheid voor de Neder
landen. Gebeurtenissen van gelijken aard
hebben zich in alle andere deelen van het
Rijk voorgedaan, wanneer de dragers der
macht om dynastieke of confessioneele re
denen, zich keerden tegen de Rijksidee, of
wanneer de volksche substantie van een
deel van dit Rijk in het nauw werd ge
bracht. De bewering zal niet worden uit
gesproken, dat de Nederlanders in die
tijden niet een bijzonderen, eigen aard
hadden, zooals die zich nu eenmaal op
grond van de substantie van het ras en
de harde levenservaringen aan de kusten
der zee evenzeer ontwikkeld heeft als bij
voorbeeld in de Oostelijke- en de Alpen
gouwen. Men kan echter rustig beweren,
dat omstreeks de wisseling van de zestien
de eeuw het Nederlandsche volk precies
zooals de overige volksstammen, die toen
verbonden waren in het gemeenschappe
lijke Rijk, heeft beschikt over de eigen
schappen en voorwaarden om bij een
overeenkomstige verdere ontwikkeling een
element te worden van het Duitsche volk,
waartoe de in het Rijk gebleven stammen
intusschen zijn versmolten. Dit te consta-
teeren zegt ons, dat de Nederlanders en
de Duitschers, gezien van het standpunt
van den nationalen staat, niet tot één volk
zijn geworden, maar dat zij beschikken
over dezelfde voorwaarden van ras en
derhalve naar den bloede verwante vol
keren zijn, in staat tot een steeds nau
were gemeenschap.
De ontwikkeling, die
Uitzonderingen op de boete
De beschikking betreffende het innen
der boete zal als gevolg hebben, dat naar
alle waarschijnlijkheid de groote kring
van hen, die met open blik de nieuwe
vormgeving der dingen tegemoet zien en
deze houding trouw gebleven zijn, slechts
bij uitzondering getroffen wordt; met uit
zonderingsgevallen kan echter rekening
gehouden worden. Deze episode in de
geschiedenis der bezetting is afgesloten.
De voor de bezetting als normaal gel
dende omstandigheden zijn weer inge
treden. De vastbeslotenheid der Bezet
tingsmacht om haar standpunt te verwe
zenlijken, is duidelijk.
Ik maak onmiddellijk van deze gele
genheid gebruik, om voor u partijge-
nooten en kameraden te treden, ten
einde u uiteen te zetten, waarom het
thans gaat, want de kracht van onze ba
jonetten is vooral bedoeld voor den vijand
van buiten. Binnen het terrein echter,
waar wij moeten besturen, doen wij ons
vooral gelden door de kracht der idee,
welke wij vertegenwoordigen en door de
overtuiging, welke uit de verkondiging
van deze idee medegedeeld wordt. Ik kom
derhalve vooral tot u, de partijgenooten uit
het Arbeitsbereich, aangezien gij immers
mijn nauwste medewerkers moet zijn bij
de verwezenlijking van de taak, welke
mij de Führer in dit land heeft gegeven.
Gij zijt ertoe geroepen het Nederlandsche
volk door uw leven een voorbeeld te ge
ven van de nationaalsocialistische volks
gemeenschap in het gebied der Groot-Ger-
maansche Gemeenschap. Gij moet weten,
waarom het gaat, welk doel wij moeten
bereiken en hoe wij een standpunt moeten
bepalen ten aanzien van de afzonderlijke
gebeurtenissen, welke zich voor ons voor
doen. Ik juich het toe, dat zich in ons
midden een zoo opmerkelijk aantal Ne
derlandsche nationaal-socialisten bevindt,
die in een harden nog vaak verkeerd be
grepen strijd als pioniers medewerken aan
den opbouw van een nieuw Europa en
die in deze idee en strijdgemeenschap ze
ker kunnen zijn van onze onverbrekelijke
kameraadschap.
Ik spreek echter ook in het bewustzijn,
dat mij de overige Nederlanders hooren.
Nederland is uit een eeuwenlangen
droom gewekt. De Nederlanders zien zich
met dit ontwaken tegelijk geplaatst voor
het eene probleem: Duitschland. Duitsch
land beteekent voor de Nederlanders in
het algemeen en voor de Hollanders in
het bijzonder, zooals in een aan gedach
ten rijk geschrift van een Hollander uit
eengezet is, den eisch, een standpunt te
bepalen ten aanzien van de dingen der
wereld. Nederland merkt, dat het niet
meer naar zijn stillen tuin en zijn rustig
omheinde bosschage terugkeert. Het be
gint te begrijpen, dat de tot Nederland
gerichte vraag van het lot eerst dan een
volksch Nederlandsch antwoord zal krij
gen, wanneer het tegenover Duitschland
een waarlijk scheppende houding weet te
veroveren. De voorwaarde voor een zoo
danige actieve, dus een actie eischende
houding is, dat men een duidelijk inzicht
heeft in de grondslagen van deze actie.
omstandigheden moest worden ge
handhaafd en dat de Bezettings
macht in staat is, om zelfs de at
mosfeer, die tenslotte opwekt tot
feitelijke handelingen van tegenstand
en deze daarmede eigenlijk eerst
mogelijk maakt, te treffen.
Staking en uitsluiting
ontoelaatbaar
De door den bevelhebber der Weer
macht gegeven instructies zijn ondubbel
zinnig en radicaal. De Nederlandsche
bevolking moet er kennis van nemen,
dat in een door oorlogshandelingen bezet
gebied een staking en evenzeer een uit
sluiting in ieder geval ontoelaatbaar, ja
volkomen ondenkbaar is, en steeds moet
worden beschouwd als een vergrijp
tegen de door de Bezettingsmacht te
handhaven orde. Mocht een in openbaren
dienst zijnde ambtenaar of employé in
het vervolg staken, dan vernietigt hij
daarmede zijn bestaan. Wij hebben in
tusschen met verordeningen een bescher
ming ingesteld tegen ongerechtvaardigd
ontslag en een recht van controle op de
loonverhoudingen, ook zonder uitdruk
kelijke klachten van den betrokken werk
nemer, die het mogelijk zullen maken,
de gerechtvaardigde aanspraken der ar
beiders in het oog te houden en te be
veiligen, voor zoover dat onder de ge
geven omstandigheden mogelijk is.
Vooral zullen langs dezen weg de on
gerechtvaardigde en asociale loonver-
schillen uit den weg geruimd en verhoo-
gingen toegelaten worden, waar de so
ciale behoeften der werknemers dit
eischen en waar zij volgens de economi
sche omstandigheden mogelijk zijn. Het
strikte stakingsverbod beteekent derhal
ve niet een belemmering der levens-
eischen van den arbeider, maar vormt
een maatregel, die in het eminente be
lang der instandhouding van de orde in
het bezette gebied onder alle omstandig
heden gehandhaafd zal worden.
Op het oogenblik, waarop de Duit
sche organen voor handhaving van
de orde ingrepen, stortten deze be
roeringen ineen. De als raddraaiers
schuldig bevonden personen zullen,
al naar de omstandigheden, door
het militaire gerechtshof tot een har
de, onvermijdelijke, maar verdiende
straf worden veroordeeld. Maar ook
de kring van hen, die volgens den
aard van dit land mede verantwoor
delijk zijn voor de vorming der open
bare meening, moet door drastische
maatregelen er aan herinnerd wor
den, dat hier de door de Bezettings
macht geëischte orde onder alle
De heer W. Paustian, leider van den
kring Noord-Holland van het „Arbeitsbe
reich” der N.S.D.A.P. in Nederland, heet
te de aanwezigen vervolgens welkom. In
het bijzonder richtte spr. zich hierbij tot
den Rijkscommissaris en tot de eeregasten
van dezen middag, tot wie o m. behoorden
de generaal der infanterie Ruoss als ver
tegenwoordiger der Weermacht, de com-
missaris-generaal S.S. Brigade-führer
Rauter, commissaris-generaal dr. Wimmer
commissaris-generaal tevens leider van
het „Abeidsbereich” der N.S.D.A.P in
Nederland Schmidt, de vertegenwoor
diger van het ministerie van buitenland-
sche zaken te Berlijn, gezant Bene, Bri-
gadeführer Knoblauch, de generaal der
politie Schumann, de Marinebefehlshaber
Admiral Kienast, verder alle provinciale
en stedelijke gevolmachtigden van den
Rijkscommissaris, de commissaris van de
provincie Noord-Holland, mr. A. J. Bac
ker, de regeeringscommissaris en burge
meester van Amsterdam, de heer E. J.
Voüte en de commissaris van het N.V.V.,
de heer Woudenberg. Voorts verscheidene
vertegenwoordigers van partij, Weer
macht en politie, alsmede belangrijke fi
guren uit de NSB. en N.S.D.A.P., pro
fessoren van de Amsterdamsche universi-
teit, vertegenwoordigers van het Amster
damsche stadsbestuur enz.
J
Typisch Nederlandsche prestaties
Erkend moet worden, dat de volkeren
en stammen van deze randgebieden en
daaronder versta ik niet alleen de gebie
den. die eens afhankelijk geweest waren
van het Rijk, maar ook die, welke zich
richtten naar het machtszwaartepunt van
het Rijk, zonder deelen te zijn geweest
van dit belangengebied uit de kracht
van hun Germaansch-volksche substantie,
buitengewone prestaties hebben volbracht.
Wij herinneren ons de even koene als ge
niale veldtochten van Karel XII en tot
deze categorie van appreciatie behoort de
kolonisatie van de Hollanders; voorts de
prestaties op het gebied van den dijkbouw
en van de waterbouwkunde in het alge
meen, van den scheepsbouw en tenslotte
ook hun prestaties in land- en tuinbouw.
Indien wij hieraan nog het unieke van de
Nederlandsche schilderkunst en de belang
rijke prestaties op wetenschappelijk, voor
al medisch gebied toevoegen, dan vormt
zich voor ons, toeschouwers en buiten
staanders, het beeld van karakter en
prestaties, dat wij als typisch Nederlandsch
en Hollandsch kunnen qualificeeren en
>dat de waarden inhoudt, die wij als waar
lijk Nederlandsch kenschetsen en die wij
als een verrijking van het geheele avond
land erkennen en niet willen missen.
volk. Wij zullen in de toekomst, wan
neer dat noodig is, nog harder zijn.
Vooral waarschuw ik er voor, de
Duitsche Weermacht en de leden der
Weermacht te beleedigen.
if*
*%*-*,■
Ongeveer twee weken geleden waren
Amsterdam en eenige steden in Noord-
Holland het tooneel van beroeringen,
die gericht waren tegen de openbare
orde en de veiligheid van het openbare
leven. Amsterdam is weliswaar het ter
rein, waar niet alleen tengevolge van
de structuur der sociale verhoudingen
van zijn bewoners, maar ook door de
samenstelling der bevolking op zich-
zelve, vaak ongeregeldheden voorkwa
men, die het radicale optreden noodig
maakten van de organen voor de hand
having der orde, zoodat dergelijke
woelingen en stakingsbewegingen niet
als iets geheel ongewoons beschouwd
kunnen worden.
In het onderhavige geval heb
ben echter zonder twijfel die krachten,
vooral weer de Joden, die tenslotte de
zen al* Vemietigingsoorlog tegen het
Duitsche volk bedoelden strijd hebben
ontketend, weer de hand in het spel
gehad en een deel van de tot dusver
ordelijk haar werk verrichtende bevol
king tot tegenstand opgehitst en ver
leid. Juist om deze reden was het
hoodzakelijk, met de scherpste midde
len en op de meest besliste wijze de
zen tegenstand te breken. Ik hoop, ik
hoop, dat het Nederlandsche volk uit
de ervaringen der laatste dagen ge
leerd heeft, hoe onverbiddelijk de be
zettingsmacht haar taak en haar recht
Weet te handhaven. Ik hoop, dat het
Nederlandsche volk zich in de toe
komst niet meer zal laten verleiden
door elementen, vreemd aan land en
A
s.
w
In afhankelijkheid geraakt
Een critische beschouwing juist van de
koloniale prestaties en haar resultaten be
wijst ons evenwel, hoe Holland door dezen
rijkdom in afhankelijkheid geraakte. De
volksche basis, welke ter beschikking van
het Hollandsche en Nederlandsche volk
stond, was te smal, om deze afgelegen
rijkdommen uit eigen kracht te beveiligen,
was oorzaak, dat Nederland uitkeek naar
een beschermende mogelijkheid, welke zoo
al niet juridisch, dan toch in feite erkend
werd en maakte de Nederlanders politiek,
economisch en tenslotte maatschappelijk,
van Engeland afhankelijk. Dit Nederland
sche Rijk, dat zichzelf niet kon verdedi
gen, moest zich geestelijk steeds meer op
internationale betrekkingen en banden
oriënteeren en belanghebbende bij een
vredespolitiek tot eiken prijs worden. De
rijke economische basis overzee leidde bo
vendien in het moederland tot een zelf
voldaanheid, welke tenslotte tot stilstand
leidt.
Het kan zijn, dat de Nederlander in den
Duitscher ’n element ziet dat eeuwig beroe
ring, opwinding en onrust teweeg brengt;
een die nooit tevreden, onvoltooid en
steeds in wording is. De grenzen van het
Duitsche volk, die naar bijna alle zijden
geografisch onbeschermd open lagen en
bloot stonden aan het voortdurende op
dringen van volken van vreemd bloed,
dwongen den Duitscher, een strijder en
daarmede een eeuwig zoekende en stre
vende te worden. De Nederlander en
vooral de Hollander meende voor zijn
eeuwenlange afscheiding een zelfvoldane
veiligheid als het hem eigene te hebben
gevonden. Indien deze toestand als van
bijzondere waarde en als het wezen van
den Nederlander gevoeld mocht worden,
dan zal men begrijpen, dat het Duitsche
volk hiervoor niet hetzelfde begrip kan
toonen als voor die eigenschappen van den
Nederlander, waardoor dezen hun koloni-
satorische en cultureele prestaties hebben
volbracht. Wij bezitten des te minder be
grip voor dezen terugtocht naar de idylle,
omdat deze toestand voortvloeide uit een
voor de Nederlanders gunstige situatie, die
in haar grondslagen namelijk oplossing
vun de Europeesche machtskern en verleg
ging van het zwaartepunt van de
•macht naar de kusten van den At-
-
4
W?
s'*i
5
-