De beeldende kunstenaars SUPEROL het Gebouw L’Arlésienne” KUNST EN LETTEREN men in noodig Welken distributiebon heeft 18 17 Maart t/m 27 April 17 Vorming van een gilde 10 08 07 19 09 62 72 61 71 92 82 15 16 117 09 08 6 09 08 09 08 08 9 DISTRIBUTIE VASTE BRANDSTOFFEN 1 TOT EN MET 31 MAART Oprichting van een Neder- landsche Kultuurkamer Uit „L’Arlésienne”, bij het Nederlandsch Tooneel. Cor van der Lugt Melsert als Balthazar de herder, Annie van der Lugt Melsert—van Ees als Vivette en Carla de Rael (zittend) als het onnoozele kind. 15 16 17 9 E HAAGSCHE COURANT Maandag 24 Maart 1941 le bl. pag. 3 HET NEDERLANDSCH TOONEEL ARTIKELEN BON 17 Maart t/m 13 April Yvonne Georgi onze t/m 20 April 100 gram 24 Febr 250 gram t/m 20 April 24 Febr 250 gram t/m 20 April 24 Febr 250 gram 24 Maart t/m 20 Aprfl 100 gram KAAS 200 gram KAAS 200 gram be- EIEREN één ei EIEREN één el zullen en 500 gram 24 Febr. t/m 30 Maart 1 Maart t/m 30 Maart 1 Jan. t/m 30 April BROODKAART 100 gram BLOEMKnART 24 Maart t/m 20 April BOTERKAART VETKAART VLEESCHKAART 100 gram 75 gram 100 gram HONDEN- EN KATTENBROOD 1 Vm 31 Maart N.B. 1000 gram 1 kilogram; 500 gram 1 pond; 100 gram 1 on*. ons gas* 1 hl Rede van dr. T. Goedewaagen te Amsterdam 24 Febr. t/m 20 April 24 Febr. t/m 31 Maart an- het 2 liter 2 liter (Polygoon) bestaande uit: beeldhouwers, i van aan BON THEE of KOFFIE of KOFFIESURROGAAT l$ALFS- 01 125 gram 150 gram 250 gram 250 gram 200 gram 250 gram 250 gram 250 gram 250 gram 250 gram 35 gram 35 gram 35 gram 50 gram als boven 160 gram 140 gram 200 gram 90 gram 75 gram 300 gram 600 gram 500 gram 400 gram 150 gram 120 gram 300 gram 200 gram 150 gram 250 gram 125 gram 250 gram 200 gram 50 gram 125 gram 250 gram 1 kilogram BON 35tm.41 24 Febr t/m 20 April 24 Maart t/m 6 April extra t/m 20 April 10 t/m 23 Maart extra t/m 6 April 24 t/m 30 Maart extra t/m 6 April, echter niet in restaurants e d. 17 Maart t/m 23 Maart extra t/m 30 Maart ech ter niet in restaurants e.d. 20 t/m 30 Maart extra t/m 2 April BOTER BOTER of margarine BROOD of 1 RANTSOEN „gebak Dit is: Koek of Speculaas of andere koekjes of Biscuits en Wafels of Beschuit of Cake of Taart en gebakjes of Boterletter of Amandelbroodjes SCHEERZEEP (Spart strookje) of Scheercrême of scheerzeep 10 k.g. 8 k g. 5 k.g. 4 k.g. 3 k.g. k.g. 50 gram 1 tube 1 pot 17 t/m 23 Maart extra t/m 30 Maart ech ter niet in restaurants e.d. 24 Vm 30 Maart extra t/m 6 April, echter niet in restaurants e. d. 17 Vm 23 Maart extra t/m 30 Maart 24 Vm 30 Maart extra Vm 6 April. 17 t/m 23 Maart extra Vm 30 Maart 24 t/m 30 Maart, extra Vm 6 April. MARGARINE of boter of vet MARGARINE of boter Tijdvak waarin geldig GORGELEN MET T BU APOTH EN CROC IN BUISJES 21 >Ook voor wonden de ideale desinfectans* PEULVRUCHTEN ZEEP Toiletzeep (nieuwe samenstell.) of Huishoudzeep of Zachte zeeppasta of Zachte zeep (oude samenstell. of Zachte zeep (nieuwe samenat.) of Zeeppoeder of Zeepvlokken of Zelfwerkende waschmiddelen of Vloeibare Zeep Voor 20 k.g. droog waschgoed moet aan de wasscherij één bon worden afgegeven. autonomie, een beroep medewerking van alle Op voederkaarten voor Honden. Voor groep I en II III IV V VI v Op voederkaart voor katten TARWEBLOEM of -meel of Roggebloem of -meel of zelfrijzend bakmeel of Brood of half rantsoen Gebak 18 een te'hten ^rborgd SU IKER MAÏZENA of griesmeel of sago of aardappelmeel of puddingpoe der of puddingsauspoeder met 100 gram zetmeel (maizenapakjes in oude verpakking van 225 gram op twee bonnen) INDISCH ENSEMBLE „INSULINDE” De oprichting van het Indisch ensem ble ..Insulinde'’, waarover wij kort gele den het een en ander mededeelden, is niet geschied door Indische studenten, maar door een aantal hier te lande ver toevende Indische jongelui, zoowel niet- studenten als studenten. De vereeniging heeft dus in zooverre niet het karakter van een studenten-groep, zooals bijv. de reeds bestaande Stud. Ver. ter bevorde ring van Indonesische kunst (S.V.I.K.), welke vereeniging het karakter van ama teurs draagt, terwijl Insulinde”, naast het meerdere bekendheid geven van de Indonesische kunst, ook tot doel heeft I het tegemoet komen aan de financieele zorgen van verschillende harer leden. taak. In de toekomst moet een nieuwe kunstenaarslevensstijl ontstaan. Dat is niet mogelijk, als de opvoeding en vorming niet in handen van het gilde zijn. Het departement kan tenslotte niets doen als het gilde niet voor de opleiding zorgt. Het gilde heeft en die is zeer belangrijk een nationale en volksche taak De kunst uit de middeleeuwen was anders dan die uit de Renaissance, de Boeddhistische was anders dan die der 17e eeuwsche Nederlanders. Zij hebben door hun stijl een stempel gedrukt op de kunst. Het is dus van het allergrootste belang den kunstenaar de Nederlandsche waarden te doen begrijpen. Iedere tijd heeft zijn bepaald kunstenaarstype. Dat moet ook onze tijd brengen. Er moet dus een nieuwe kunstenaarsstijl ontstaan en een nieuwe volksche kunst, die daaruit voortspruit Die volksche kunst beteeke.it geen voorliefde voor het eenvoudige al leen, doch moet zijn een kunst, welke ver ankerd is in de Nederlandsche tradities. Jos. Leonards (Roermond), Jop. Pollmann (Amsterdam), Piet Tiggers (alhier), en Guus Weiss (Rotterdam) mag na de cursussen van Doorn (Augustus ”40) en Weert (December ’40) wel voldoende be kend geacht worden; door practische en theoretische scholing wordt gestreefd naar de vorming van een zeer groot keurcorps van volkszangleiders en -leidsters, die ge heel voor hun taak berekend, in eigen mi lieu school, clubs, e.d. het Nederlartd- sche volk weer tot het eigen-Nederland- iche volkslied brengen. Wij schreven al, dat het succes groot was. Lang en geestdriftig is geapplaudis seerd; Arntzenius en Yvonne Georgi deelden in de hulde. Verschillende artisten kregen bloemen. muziek-medewerkers PETROLEUMZEGELS Koken Verlichting om in samenwerking met Bizet’s mooie, even welluidende als pakkende muziek, gepaard ten deele ook met artistieken dans, een grootsch geheel te scheppen. Hoe dit zij de uitslag heeft bewezen, dat men met deze keuze goed heeft gedaan, i want onder regie en artistieke leiding van Cor van der Lugt Melsert is de vertooning van dit levendige, kleurige melodrama tot een waarlijk artistieke daad geworden. Wij kunnen ons dan ook slechts erover verheugen, dat Zondagmiddag de groote zaal van ons Gebouw voor K. en W. van onder tot boven zoo goed gevuld was met een publiek, dat in stille aandacht uren lang de ontwikkeling op het tooneel ge volgd. de schoone muziek beluisterd en door lang en geestdriftig applaus van zijn groote waardeering en bewondering ge tuigd heeft. Is dit drama verouderd Het antwoord op die vraag hebben wij eigenlijk zoojuist gegeven, want zoolang een kunstwerk het publiek pakt, het boeit, bekoort en zelfs I ontroert, zoolang blijkt het dan toch, on- I danks ziin leeftijd, niet waarlijk verouderd te zijn, ook al zou men in vorm en inhoud we! een en ander kunnen vinden, dat ver moedelijk bij ’n hedendaagsch auteur niet of eenigszins anders voor den dag zou zijn gekomen. De geschiedenis, die Daudet ons hier vertelt, is er een van alle tijden een jongeman heeft zijn hart verloren aan een jonge vrouw (in dit geval gaat het om een Zuid-Franschen boerenzoon en een stadsjuffertje uit het naburige Arles), maar de jongevrouw blijkt een bedenkelijk verleden en ook heden te hebben en de rechtschapen jongeman verstoot haar, óók als zijn moeder en andere na-verwanten, ziende hoezeer hij lijdt onder het gemis van haar, die hij ondanks alles innig is blijven liefhebben, hem toestaan met ,,1’Arlésienne” te trouwen. Hij zoekt ver getelheid en troost in een huwelijk met een braaf boerinnetje, dat hem reeds lang bemint,, doch het is hem onmogelijk, de vrouw van zijn liefde te vergeten. Ver langen en jaloezie verteren hem en hij zoekt en vindt eindelijk bevrijding in den dood. Daudet heeft dit gegeven op een leven dige wijze bewerkt, met een juist ver deeld relief voor de .verschillende figuren en zorg voor de sfeer en entourage. Corvan der Lugt Melsert heeft hem als regisseur knap daarin gevolgd,, getuige verschillende détails en ook de schilderachtige décors (van Jacques Snoek) en de aardige costumes. Me» animo hebben de artisten van het Nederlandsch Tooneel dit in zijn eenvoud nog altijd bekorende stuk over het voet licht gebracht. In de eerste plaats noemen wij Magda Janssens, die door haar temperament volle spel aan de moederfiguur warm leven gaf. Dank zij haar vooral boeide en ont roerde ook het sombere slottafereel. Maar ook Johan Schmitz gaf als Fréderi, de zoon, eenzelfde mooi en tem peramentvol spel, feller bewogen nog overeenkomstig de handeling, een voor ons levend mensch wiens diepe innerlijke beroeringen wij konden meevoelen. Annie van der Lugt Melsert— van Ees was als de lieve, brave Vivette van een klaren eenvoud en reine liefde, die haar terecht tot het tegendeel van de onzichtbaar blijvende Arlésienne maak- RUND- IfALFS- VARKENS- PAARDEN- 01 SCHAPEN- VLEESCH (been inbegrepen) of 1 Rantsoen Vleesch waren. Dit is: voor gerookt of gekookt varkens- rund- kalfs- paarden, en scha- penvleesch en voor gerookte worstsoorten, b.v. ham, schouder- carbonade. spek, rookvleesch, pe- kelvleesch, Geldersche rookworst, plockworst en snijworst voor gekookte worstsoorten, b.v. boterhammenworst. lunchworst, rolpens en knakworst b.v. Frankforter en Weener voor leverartikelen als b.v Ber liner Saksische en Haagsche leverworst en verder van tongen worst en nierbrood voor bloedworst 100 k.g. Briketten, geheel of gedeeltelijk vervaardigd van uitval en/of af val van vaste brandstoffen, geen turf zijnde. 250 k.g. Briketten, geheel of gedeeltelijk vervaardigd van uitval en/of af val van turf. 75 k.g. niet tot briketten geperst uitval en/of afval van vaste brandstof fen. De veel gebruikte inhoudsmaat 1 mud I In het Stedelijk Museum te Amsterdam I jjeeft Zaterdagmiddag de secretaris- I ggneraal van het departement van I volksvoorlichting en Kunsten, dr. T. Goe. I (jewaagen, in een zeer druk bezochte bij- I eenkomst van bij de Nederlandsche en de I ^jnsterdamsche federaties aangesloten I yereenigingen van Beeldende kunstenaars I een rede gehouden, waarin hij nauwkeu- I rig de richtlijnen uitstippelde, volgens I welke in de toekomst de beeldende kun- I jtenaars in een gilde zullen worden ge- I organiseerd. I pe secretaris-generaal werd ingeleid I door den kunstenaar Ed. Gerdes, hoofd I van de afdeeling bouwkunst, beeldende I kunsten en kunstnijverheid van het de- I partement. De bemoeiingen van de Ne- I derlandsche overheid in Rijk, provincie I en gemeente, zoo zeide de heer Gerdes. I en de voorlichting van het Nederlandsche I volk in kunstzaken door de pers en in I periodieken, hebben de laatste halve I eeuw, behoudens enkele loffelijke uitzon- I deringen, gestaan 'in het teeken van het I amateurisme. Toen het bij den bouw van het Stede- I lijk Museum te Amsterdam, ongeveer I vijftig jaar geleden, mogelijk bleek, dat I de architect A. W. Wijssman rond de I groote trap, tot hoon van bet gemeente- I bestuur en de gemeentefinanciën, een I fries, voorzien van het motief van bokke- I koppen en omgekeerde geldzakken aan- I bracht, zonder dat zijn bouwheeren zulks I bemerkten, was de periode van ama- I teurisme ingeluid. IDe heer Gerdes zette uiteen, dat in de I toekomst zal moeten worden uitgegaan I van het standpunt, dat alles wat in dit I land aan cultuurbezit aanwezig is, moet I worden tot volksbezit in den waren zin. I Slechts uit werkelijke cultuur wordt een I civilisatie geboren. Teneinde derhalve tot I deze civilisatie te geraken zal alles, wat I deze cultuur wrocht, doelbewust en wel geordend onder bereik van het Neder landsche volk gebracht en Ut waarachtig geestelijk bezit gemaakt moeten worden. In de toekomst zal het niet mogelijk zijn, aldus de heer Gerdes, dat de directie, om een voorbeeld te noemen, of het bestuur van een provineiaal of stedelijk museum, bij machte is in eigen, besloten kringetje te doen en te laten, wat op dat oogenblik toevallig bestuurderen goeddunkt en wat wellicht lijnrecht staat tegenover de ge zonde tradities van het volk der Neder landen. Wij hebben het allen meegemaakt, zoo zeide de heer Gerdes, dat, hce hooger de instantie, hoe grooter vaak de ondeskun digheid was. Het is noodzaKelijk, dat in het vervolg de kunstenaars hun lot in eigen handen kunnen neiiien en zonder verdere tusschenpersonen rechtstreeks met het departementshoofd in verbinding staan. Dr Goedewaagen, zoo besloot spr., zal voorzitter worden van de binnenkort op te richten Nederlandsche Kultuurka mer, waarin de beste van de vaklieden zitting zullen hebben en welke Kamer tevens rechtsbevoegdheid zal bezitten Dë heer Gerdes verzocht de welwillende samenwerking en medewerKing van alle aanwezige kunstenaars voor de taak, welke dr. Goedewaagen en zijn mede werkers zich hebben gesteld, opdat de kunstenaars samen een hecnt fundament zullen leggen, waarop het gebouw kan worden opgetrokken, waarvan de kun stenaars zelf de bouwlieden zullen zijn. moeten nakomen, een noodzakelijke eisch Die nieuwe organisatie zal zijn: het gilde der beeldende kunstenaars, door den Staat gesticht. Het is geen vereeniging, maar een autonoom lichaam, met publiek rechtelijke, verordenende bevoegdheid. Tot dit gilde behooren al diegenen, die door de leiding waardig worden gekeurd. In de toekomst moet worden uitgemaakt, wie den titel van beeldenden kunstenaar mag dragen. Niet iedereen zal zich dus langer beeldend kunstenaar kunnen noe- mben. Alleen zij, die tot het gilde behoo ren, kunnen én mogen als kunstenaar werken. De beroepsuitoefening zal dus alleen zin hebben binnen het gilde. Na tuurlijk is iedereen vrij om voor zijn genoegen te schilderen of te teekenen, maar hij zal dan geen rechten kunnen doen gelden op den titel van kunstenaar. De maatstaven, welke zullen worden aangelegd voor de toekomstige gildeleden, •yiir» furonorloi' hun tin Vlrim<4i rrl-irïiz4 100 k g.) cokes (ook cokes). 110 k.g bruinkoolbriketten. 450 stuks (200 k.g.) baggerturf. 175 k.g fabrieksturf. 300 stuks <195 k g.) persturf. 200 k.g overige soorten turf. De op te richten Kultuurkamer Vervolgens gaf dr. Goedewaagen een overzicht van het werk der op te richten Kultuurkamer en wel speciaal van het daarin op te nemen gilde van beeldende kunstenaars, dat zal staan naast de dere kunstgilden, het persgilde en filmgilde. De gildeleider krijgt zeer groote voegdheden, maar ook een zeer groote verantwoordelijkheid. Hij zal worden bij gestaan door een gilderaad, waarin de vakgroepen zijn vertegenwoordigd welke een adviseerende stem heeft. Dat dit alles inbreuk op de vrijheid van den beeldenden kunstenaar zou be- teekenen ontkende dr Goedewaagen ten stelligste. Thans is de kunstenaar afhan kelijk van den kunsthandel en staat hij zonder vertegenwoordiging tegenover een maatschappij, die hem als een luxe be schouwt. Hij staat alleen In ee chaotische samenleving. Het gilde brengt hem dus de mogelijkheid van een waardig inner lijk en uiterlijk bestaan In de volksge meenschap. De secretaris-generaal vroeg tenslotte de levende en eerlijke medewerking van de kunstenaars. Die medewerking is noodzakelijk Door verordeningen alleen is niets te bereiken. Ook de overheid is voor autonomie van de Kunst, maar niet in individualistischen zin. Want de ge meenschapsidee is niet in strijd met de De secretaris-generaal deed op het vertrouwen en de kunstenaars^ Het gilde De heer J van Anrooy, waarnemend hoofd van de afdeeling Beeldende Kun sten van het departement, gaf tot slot een overzicht van de werkwijze en de indee- ling van het gilde. De gildeleider en de ondergildeleider worden door den presi dent van de Kultuurkamer benoemd, als mede de gilderaad, welke bestaat uit de voorzitters der vakgroepen. De zakelijke leider wordt benoemd door den gildelei der. De vakgroepen zijn ingedeeld in: scheppende kunstenaars, architecten, schilders, kunstnijveren. kunsthandel en vereenigin- gen van kunstminnaars. Het land zal wor den ingedeeld in acht districten, aan het hoofd waarvan districtsleiders met dis- trictsraden staan. Na de vergadering werd in een der an dere zalen de thee gebruikt, waarbij de kunstenaars in de gelegenheid waren ken nis te maken met dr. Goedewaagen. Een van schrijft: Bij deze opvoering van A Daudet’s „rArlésienne" werd de bijna gelijktijdig met het drama ontstane, daarvoor geschre ven tooneelmuziek van G. Bizet door het Residentie-orkest onder leiding van den dirigent L. M. G. Arntzenius ten gehoore gebracht. Nieuwe perspectieven werden door deze verbinding met het tooneelge- beuren in muzikaal opzicht op dezen mid dag niet geopend. Bizet’s compositie is na melijk, door de beide, herhaalde malen in de concertzalen uitgevoerde Suites, waar. I van één door den toondichter zelf en de andere door Guiraud uit het geheel werd samengesteld, overbekend geworden in bijna completen vorm. Doch Bizet’s schep ping is zóó weinig woorddienend en is zóó uitsluitend sfeerscheppend, dat zij ook zonder visueele handeling niet alleen be staanbaar blijkt te zijn, maar haar volle waarde en zeggingskracht behoudt. Ik acht dan ook eerder Daudet’s drama ondenk baar zonder muziek in ieder geval zou het werk wel zeer sterk aan psychischen inhoud inboeten dan Bizet’s muziek zon der het gesproken, woord. Het is ook op merkelijk, dat Daudet zelf om het schrij ven van de tooneelmuziek heeft verzocht en den toondichter de in de partituur op genomen Provencaalsche melodieën ver schafte. Zoodoende zijn de locale sfeer en eenige „leidmotieven”, welke op Wagneri- aansche wijze soms op het komende zin spelen, de elementen, welke woord- en toonkunst binden. Zelden tevoren werd echter deze muziek op zoo’n sensitieve, openbarende wijze voorgedragen. Geheel nieuw van karakter klonk zij vaak, alsof zij op dezen middag werd herboren door de visie van Arnt zenius. Welk een poëzie ademde de ouver ture van het eerste tafereel, en tot welk een verrassing werd de daarin aange brachte. geniaal gevonden tempowisse ling! Een mildheid lag in het smettelooze, subtiele orkestspel besloten, welke de conflicten van het drama soms verzachtte. Het Adagietto, dat het gesprek tusschen moeder Renaud en den herder Balthasar begeleidde, werd als meesterstukje van Bizet’s orkestpalet, door rhythme en kleur onvergetelijk. Arntzenius heeft zich waar lijk een meester aan den lessenaar ge toond. Een welverdiend aandeel heeft hij aan het einde van de voorstelling in de applaus-ovatie ontvangen. Het koor R.K.O.V. vertolkte onder lei ding van zijn directeur Theo van der Bijl zijn partijen op bewonderenswaardige wijze. Door zuiverheid en algeheele klankschoonheid behoorden de koren uit het laatste tafereel tot het beste, wat wij van dit lofwaardige ensemble te hooren hebben gekregen. Eenige leden van het Yvonne Georgi- ballet dansten volgens de choreografie van de leidster een Farandole, een volks dans uit de Provence, op vrij stijlgetrouwe wijze. Met de beschikbare tooneelruimte bleek voor dit kleurrijke, artistiek hoog staande schouwspel meesterlijk te zijn ge woekerd. Yvonne Georgi zelf danste de rol van „1’Arlesienne” op voortreffelijke wijze. Het onwezenlijke, het demonische en de hypnotiseerende verleidelijkheid van deze vrouw, die alleen als visioen in Daudet’s drama verschijnt, werden door haar op geniale wijze uitgedrukt. Yvonne Georgi heeft hiermede eens feilloos werk ten too- neele gebracht. Een extra woord van lof voor deze kunstenares is hier dan ook ge rechtvaardigd. HET LEVENDE POPPENTHEATER Woensdagmiddag 26 Maart geeft Het Levende Poppentheater in Diligentia een herhaling van de voorstelling van den 19en Maart. Opgevoerd zullen weder wordenJan Klaassen geneest den zie ken koning van Leonard Roggeveen en Jan Klaassen verlost Katrijn van de booze heks van Klusje Geijl. VEREENIGING „HET NEDERLANDSCHE LIED” Het is de cursusleiding van de vereeni ging „Het Nederlandsche Lied” ondanxs langdurige en herhaalde poging niet gelukt haar plan tot het houden van een Paascn-- cursus in het Noorden des lands te verwe zenlijken. De derde weekcursus voor volkszangleiders en -leidsters in de Paaschvacantie wordt gehouden te Heer len in het retraitehuis „Molenberg”. Het doel van deze cursussen de lei ding berust ook nu weer bij de hr ten, al had zij in haar dictie meer 'van een beschaafde stadsdame dan van een boerenmeisje, hetgeen echter aan haar goede spel weinig afdeed. Cor van der Lugt Melsert maakte van den ouden herder Balthazar, sterk in mineur gespeeld, een mooie figuur. Louis van Gasteren (de van den GORT (-mout) of grutten HAVERMOUT of havervlokken, naverbloem aard.meelvlekken of gort (-mout )of grutten RIJST of rijstemeel of rijstebloem of rijstgries of gruttenmeel (ge mengd meel) MACARONI of spaghetti of ver- uiïcelli Dr. Goedewaagen spreekt Na deze inleiding gaf dr. Goedewaagen een uitvoerige en belangwekkende uiteen zetting. Er zijn vele kunstenaars, zoo zeide de secretaris-generaal, die meenen, dat de kunst en de politiek volkomen vreemd aan elkander zijn. Zij zeggen: het gebied, waarop wij werken, is een autonoom ge bied met een eigen vrije wetgeving. Deze kunstenaars denken verkeerd Er bestaat een belangrijk contact tusschen de kunst en de nieuwe politiek, waarvan ook spr. een vertegenwoordiger is. Beiden zijn symptomen van een culturetie beweging, die de wereld thans in beroering brengt. mensch als kunstenaar is een bouwer. politicus is een strijder. Wat op maat schappelijk terrein gebeurt, voltrekt zien ook in den beeldenden kunstenaar. Het is de wending der abstractie en het indivi- i dualisme naar-de organische gedachte. Cultuurkenteringen voltrekken zich over onze hoofden en door enze hoofden, w het eerste geval worden wij meegeno- lner> en in het tweede geval moeten wij ons uit vrij overtuiging inschakelen met Positieven wil. Dit geldt voor ons land ais geheel en voor ieder afzonderlijk ’’ant de wereldgeschiedenis gaat nu een maal haar gang in ons en over ons Vin nen wij geen positieve houding, dan gaan W1J als volk en als enkeling verloren, 'en Azuren wij in mokkende en steriele cri- on T.egen die steriele critiek moeten wij P Positieve wijze ingaan. Dat is thans niet «wiakkelijk voor ons volk. Want gene ties lang is het door volksvreemde ele- valsch voorgelicht. Het is zich sie kwijtgeraakt en bevangen door illu- J-S- Wij moeten nu tot ons zelf terug- jeren. Wij hebben, zooals de Rijkscom- idvnaris kortgeleden gezegd heeft, in een yile geleefd en moeten aerhalve weer -1 de werkelijkheid komen. Het ligt aan tP.k,z®h wij zullen meekemen of ach- olijven als slib, of wij levend organis- cintn fossiel zullen zijn, dragers van een uur of treurenden over een verleden. lejrie kunstenaar is gebonden aan een 1 inbrln<ie 8eéstelijke idee. Dit vormt geen I de Ult °P vrijheid, want het is juist Wii 5steliike gebondenheid, die bevrucht draai ewonderen immers in een kathe- kun„» van Chartres de gebondenheid der kunstp. onderling Want de beeldende tussrh1 iaar was. dienaar, en was een band tchilHp6? architectuur beeldhouwkunst. tebonX v11?1 en kunstnijverheid. Tot die belden nheid moeten wij terugkeeren De ,n en schilderingen moeten terug IpT-i architectuur Kunst is niet alleen ep1Öende geestelijke idee doch ook Btena-,rmeensctlaPsvorni, waarin de kun- htaatsr-h- m.?eten leven In de liberale hjds apP*j was de kunstenaar eener- een.Brne'? Paria, anderzijds een parasiet, de s ‘';eur die leefde op den roem van ^groote kunstenaars. Unstenaar had te weinig rechten Oelde te weinig zijn plichten. Daarom nieuwe organisatie, waarin de I van den kunstenaar worden ge- 1 on waarin hij zijn plichten zal zijn tweeërlei: hun vakkundigheid of talent en hun politiek-geestelijke instel ling. Zij, die denken dat daarbij de vak kundigheid te veel uit het oog verloren zal worden, vergissen zich. Men moet alleen bedenken, dat dë vakkundigheid I nier alles is. De geestelijke instelling immers moet een waarborg zijn, dat geen volksgevaarlijke kunstwerken zullen ont staan. Er is geeh sprake van, dat de leden tot een politieke beweging zullen moeten be hooren, njaar men zal moeten vertrouwen en gelooven, dat de beweging van thans de genezing van het geheele volk betee- kent Het litg niet in de bedoeling en het gaat ook niet aan, bepaalde ethische maatstaven aan te leggen voor de kunste naars, maar er zal streng worden opge treden tegen imjnoralisme, nihilisme en cynisme in de kunst. Het gilde heeft een ethische en sociale taak. Het wil dep kunstenaar sociaal ver antwoordelijkheidsbesef geven en hem bewust maken, dat hij een taak heeft tegenover de volksgemeenschap. Aan den anderen kant dient de kunstenaar verzekerd te zijn van de sociale voordee- len, als:' zorg voor arbeidsbemiddeling, ziektesteun en pensioen. De liberale maatschappij heeft op dit stuk schrome lijk haar plicht verzuimd. De nieuwe organisatie heeft verder een sociaal-economische taak De kunsthandel, welke vaak niets met kunst had te doen, doch alleen handel was, moet worden ge saneerd. Men moet eindelijk begrijpen, dat de kunst primair en de handel secun dair is. De juridische taak van het gilde be staat uit de bescherming van den titel. Evenals de titel van den tandarts en den advocaat moet ook de titel van den beel denden kunstenaar worden beschermd. En tevens zal de verhouding tusschen werk gever en werknemer juridisch worden ge regeld. Het gilde heeft ook een paedagogische Hoeveelheid BONKAART ALGEMEEN Per bon kan de met A aangeduide categorie (particulieren) 1 eenheid van de gewenschte soort vaste brandstoffen verkrijgen. Van 1 tjn 31 Maart zijn geldig: Van bonkaart distributie BON Van bonkaart distributie Vaste Brandstoffen ai Vaste Brandstoffen HAARDEN. KACHELS 03 tm. 41 CENTRALE VERWARMING Gedurende het tijdvak van 1 tot an met 31 Maart geven de met „een eenheid brandstoffen vfjfde periode” en de met „een eenheid cokes vijfde periode” gemerkte bonnen elk recht op het koopen van een eenheid vaste brandstoffen. (Dit geldt o.a. voor doktoren, kamerbewoners, Inkwartiering.) Hoeveel is de eenheid van de gewenschte soort? 1 EENHEID ia gelijk: 1 h.l. van max. 75 k g. anthraciet, steen kool, industrie- of eierbriketten. 2J h.l kolenslik 2 h.l. (max 100 k.g.) baggerturf. 2 h.l. (max „L’A r 1 s i e n n e”, door Alphonse Daudet. Wij weten niet precies, wat het Neder landsch Tooneel heeft bewogen, dit stuk uit de oude doos op het répertoire te nemen Wellicht is de goede, natuurlijke vertaling van J. W. F. Werumeus Buning grootvader), Han Bentz er niet vreemd aan; misschien is de reden B e r g (een heftige, dolverliefde boeren te zoeken in de gelegenheid, welke 1 knaap), Carla de Raet (een achter- Alphonse Daudet’s ,,1’Arlésienne” biedt |tfk jongentje), Marie van Wester- om in samenwerking met Bizet’s mooie, hoven (in een aardige kleine scène met den ouden herder), Jan van Ees (die verdienstelijk den ziekgeworden Johan Elsensohn verving) en Anton Grijnders voltooiden op zeer te waar- deeren wijze het ensemble. Yvonne Georgi en haar ballet luisterden voor het oog de vertooning op (zijzelve danste met eenige heeren het visioen van l’Arlésienne), evenals het koor van de R.K Oratorium Ver eeniging (achter de schermen) onder leiding van Theo van der Bijl, dit deed voor het oor. Een belangrijk aandeel in het geheel heeft voorts het Residentie Or kest, dat onder leiding van L. M. G. Arntzenius Bizet’s muziek ten gehoore bracht. Over muziek, zang en dans geven wij hieronder een van onze muziek-mede- werkers het woord.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Haagsche Courant | 1941 | | pagina 3