De beeldende kunstenaars
SUPEROL
het Gebouw
L’Arlésienne”
KUNST EN LETTEREN
men
in
noodig
Welken distributiebon heeft
18
17 Maart t/m 27 April
17
Vorming van een gilde
10
08
07
19
09
62 72
61 71
92
82
15
16
117
09
08
6
09
08
09
08
08
9
DISTRIBUTIE VASTE BRANDSTOFFEN 1 TOT EN MET 31 MAART
Oprichting van een Neder-
landsche Kultuurkamer
Uit „L’Arlésienne”, bij het Nederlandsch Tooneel. Cor van der Lugt
Melsert als Balthazar de herder, Annie van der Lugt Melsert—van Ees
als Vivette en Carla de Rael (zittend) als het onnoozele kind.
15 16 17
9
E
HAAGSCHE COURANT Maandag 24 Maart 1941 le bl. pag. 3
HET NEDERLANDSCH TOONEEL
ARTIKELEN
BON
17 Maart t/m 13 April
Yvonne Georgi
onze
t/m 20 April
100 gram
24 Febr
250 gram
t/m 20 April
24 Febr
250 gram
t/m 20 April
24 Febr
250 gram
24 Maart t/m 20 Aprfl
100 gram
KAAS
200 gram
KAAS
200 gram
be-
EIEREN
één ei
EIEREN
één el
zullen
en
500 gram
24 Febr. t/m 30 Maart
1 Maart t/m 30 Maart
1 Jan. t/m 30 April
BROODKAART
100 gram
BLOEMKnART
24 Maart t/m 20 April
BOTERKAART
VETKAART
VLEESCHKAART
100 gram
75 gram
100 gram
HONDEN- EN KATTENBROOD
1 Vm 31 Maart
N.B. 1000 gram 1 kilogram; 500 gram 1 pond; 100 gram 1 on*.
ons
gas*
1 hl
Rede van dr. T. Goedewaagen
te Amsterdam
24 Febr. t/m 20 April
24 Febr. t/m 31 Maart
an-
het
2 liter
2 liter
(Polygoon)
bestaande uit:
beeldhouwers,
i van
aan
BON
THEE
of KOFFIE
of KOFFIESURROGAAT
l$ALFS-
01
125 gram
150 gram
250 gram
250 gram
200 gram
250 gram
250 gram
250 gram
250 gram
250 gram
35 gram
35 gram
35 gram
50 gram
als boven
160 gram
140 gram
200 gram
90 gram
75 gram
300 gram
600 gram
500 gram
400 gram
150 gram
120 gram
300 gram
200 gram
150 gram
250 gram
125 gram
250 gram
200 gram
50 gram
125 gram
250 gram
1 kilogram
BON
35tm.41
24 Febr t/m 20 April
24 Maart t/m 6 April
extra t/m 20 April
10 t/m 23 Maart
extra t/m 6 April
24 t/m 30 Maart
extra t/m 6 April, echter
niet in restaurants e d.
17 Maart t/m 23 Maart
extra t/m 30 Maart ech
ter niet in restaurants e.d.
20 t/m 30 Maart
extra t/m 2 April
BOTER
BOTER
of margarine
BROOD
of 1 RANTSOEN „gebak Dit is:
Koek
of Speculaas
of andere koekjes
of Biscuits en Wafels
of Beschuit
of Cake
of Taart en gebakjes
of Boterletter
of Amandelbroodjes
SCHEERZEEP (Spart strookje)
of Scheercrême
of scheerzeep
10 k.g.
8 k g.
5 k.g.
4 k.g.
3 k.g.
k.g.
50 gram
1 tube
1 pot
17 t/m 23 Maart
extra t/m 30 Maart ech
ter niet in restaurants e.d.
24 Vm 30 Maart
extra t/m 6 April, echter
niet in restaurants e. d.
17 Vm 23 Maart
extra t/m 30 Maart
24 Vm 30 Maart
extra Vm 6 April.
17 t/m 23 Maart
extra Vm 30 Maart
24 t/m 30 Maart,
extra Vm 6 April.
MARGARINE
of boter
of vet
MARGARINE
of boter
Tijdvak waarin geldig
GORGELEN MET
T BU APOTH EN CROC IN BUISJES 21
>Ook voor wonden de ideale desinfectans*
PEULVRUCHTEN
ZEEP
Toiletzeep (nieuwe samenstell.)
of Huishoudzeep
of Zachte zeeppasta
of Zachte zeep (oude samenstell.
of Zachte zeep (nieuwe samenat.)
of Zeeppoeder
of Zeepvlokken
of Zelfwerkende waschmiddelen
of Vloeibare Zeep
Voor 20 k.g. droog waschgoed moet
aan de wasscherij één bon worden
afgegeven.
autonomie,
een beroep
medewerking van alle
Op voederkaarten voor Honden.
Voor groep I en II
III
IV
V
VI v
Op voederkaart voor katten
TARWEBLOEM of -meel
of Roggebloem of -meel
of zelfrijzend bakmeel
of Brood
of half rantsoen Gebak
18 een
te'hten
^rborgd
SU IKER
MAÏZENA of griesmeel of sago of
aardappelmeel of puddingpoe
der of puddingsauspoeder met 100
gram zetmeel (maizenapakjes in
oude verpakking van 225 gram op
twee bonnen)
INDISCH ENSEMBLE „INSULINDE”
De oprichting van het Indisch ensem
ble ..Insulinde'’, waarover wij kort gele
den het een en ander mededeelden, is
niet geschied door Indische studenten,
maar door een aantal hier te lande ver
toevende Indische jongelui, zoowel niet-
studenten als studenten. De vereeniging
heeft dus in zooverre niet het karakter
van een studenten-groep, zooals bijv. de
reeds bestaande Stud. Ver. ter bevorde
ring van Indonesische kunst (S.V.I.K.),
welke vereeniging het karakter van ama
teurs draagt, terwijl Insulinde”, naast
het meerdere bekendheid geven van de
Indonesische kunst, ook tot doel heeft I
het tegemoet komen aan de financieele
zorgen van verschillende harer leden.
taak. In de toekomst moet een nieuwe
kunstenaarslevensstijl ontstaan.
Dat is niet mogelijk, als de opvoeding
en vorming niet in handen van het gilde
zijn. Het departement kan tenslotte niets
doen als het gilde niet voor de opleiding
zorgt. Het gilde heeft en die is zeer
belangrijk een nationale en volksche
taak De kunst uit de middeleeuwen was
anders dan die uit de Renaissance, de
Boeddhistische was anders dan die der
17e eeuwsche Nederlanders. Zij hebben
door hun stijl een stempel gedrukt op de
kunst. Het is dus van het allergrootste
belang den kunstenaar de Nederlandsche
waarden te doen begrijpen. Iedere tijd
heeft zijn bepaald kunstenaarstype. Dat
moet ook onze tijd brengen. Er moet dus
een nieuwe kunstenaarsstijl ontstaan en
een nieuwe volksche kunst, die daaruit
voortspruit Die volksche kunst beteeke.it
geen voorliefde voor het eenvoudige al
leen, doch moet zijn een kunst, welke ver
ankerd is in de Nederlandsche tradities.
Jos. Leonards (Roermond), Jop. Pollmann
(Amsterdam), Piet Tiggers (alhier), en
Guus Weiss (Rotterdam) mag na de
cursussen van Doorn (Augustus ”40) en
Weert (December ’40) wel voldoende be
kend geacht worden; door practische en
theoretische scholing wordt gestreefd naar
de vorming van een zeer groot keurcorps
van volkszangleiders en -leidsters, die ge
heel voor hun taak berekend, in eigen mi
lieu school, clubs, e.d. het Nederlartd-
sche volk weer tot het eigen-Nederland-
iche volkslied brengen.
Wij schreven al, dat het succes groot
was. Lang en geestdriftig is geapplaudis
seerd; Arntzenius en Yvonne Georgi
deelden in de hulde.
Verschillende artisten kregen bloemen.
muziek-medewerkers
PETROLEUMZEGELS
Koken
Verlichting
om in samenwerking met Bizet’s mooie,
even welluidende als pakkende muziek,
gepaard ten deele ook met artistieken
dans, een grootsch geheel te scheppen.
Hoe dit zij de uitslag heeft bewezen, dat
men met deze keuze goed heeft gedaan,
i want onder regie en artistieke leiding van
Cor van der Lugt Melsert is de vertooning
van dit levendige, kleurige melodrama
tot een waarlijk artistieke daad geworden.
Wij kunnen ons dan ook slechts erover
verheugen, dat Zondagmiddag de groote
zaal van ons Gebouw voor K. en W. van
onder tot boven zoo goed gevuld was met
een publiek, dat in stille aandacht uren
lang de ontwikkeling op het tooneel ge
volgd. de schoone muziek beluisterd en
door lang en geestdriftig applaus van zijn
groote waardeering en bewondering ge
tuigd heeft.
Is dit drama verouderd Het antwoord
op die vraag hebben wij eigenlijk zoojuist
gegeven, want zoolang een kunstwerk het
publiek pakt, het boeit, bekoort en zelfs
I ontroert, zoolang blijkt het dan toch, on-
I danks ziin leeftijd, niet waarlijk verouderd
te zijn, ook al zou men in vorm en inhoud
we! een en ander kunnen vinden, dat ver
moedelijk bij ’n hedendaagsch auteur niet
of eenigszins anders voor den dag zou zijn
gekomen. De geschiedenis, die Daudet ons
hier vertelt, is er een van alle tijden een
jongeman heeft zijn hart verloren aan een
jonge vrouw (in dit geval gaat het om
een Zuid-Franschen boerenzoon en een
stadsjuffertje uit het naburige Arles),
maar de jongevrouw blijkt een bedenkelijk
verleden en ook heden te hebben en de
rechtschapen jongeman verstoot haar, óók
als zijn moeder en andere na-verwanten,
ziende hoezeer hij lijdt onder het gemis
van haar, die hij ondanks alles innig is
blijven liefhebben, hem toestaan met
,,1’Arlésienne” te trouwen. Hij zoekt ver
getelheid en troost in een huwelijk met
een braaf boerinnetje, dat hem reeds lang
bemint,, doch het is hem onmogelijk, de
vrouw van zijn liefde te vergeten. Ver
langen en jaloezie verteren hem en hij
zoekt en vindt eindelijk bevrijding in den
dood.
Daudet heeft dit gegeven op een leven
dige wijze bewerkt, met een juist ver
deeld relief voor de .verschillende figuren
en zorg voor de sfeer en entourage.
Corvan der Lugt Melsert heeft
hem als regisseur knap daarin gevolgd,,
getuige verschillende détails en ook de
schilderachtige décors (van Jacques
Snoek) en de aardige costumes.
Me» animo hebben de artisten van het
Nederlandsch Tooneel dit in zijn eenvoud
nog altijd bekorende stuk over het voet
licht gebracht.
In de eerste plaats noemen wij Magda
Janssens, die door haar temperament
volle spel aan de moederfiguur warm
leven gaf.
Dank zij haar vooral boeide en ont
roerde ook het sombere slottafereel.
Maar ook Johan Schmitz gaf als
Fréderi, de zoon, eenzelfde mooi en tem
peramentvol spel, feller bewogen nog
overeenkomstig de handeling, een voor
ons levend mensch wiens diepe innerlijke
beroeringen wij konden meevoelen.
Annie van der Lugt Melsert—
van Ees was als de lieve, brave Vivette
van een klaren eenvoud en reine liefde,
die haar terecht tot het tegendeel van de
onzichtbaar blijvende Arlésienne maak-
RUND- IfALFS- VARKENS-
PAARDEN- 01 SCHAPEN-
VLEESCH (been inbegrepen)
of 1 Rantsoen Vleesch waren. Dit is:
voor gerookt of gekookt varkens-
rund- kalfs- paarden, en scha-
penvleesch en voor gerookte
worstsoorten, b.v. ham, schouder-
carbonade. spek, rookvleesch, pe-
kelvleesch, Geldersche rookworst,
plockworst en snijworst
voor gekookte worstsoorten, b.v.
boterhammenworst. lunchworst,
rolpens en knakworst b.v.
Frankforter en Weener
voor leverartikelen als b.v Ber
liner Saksische en Haagsche
leverworst en verder van tongen
worst en nierbrood
voor bloedworst
100 k.g. Briketten, geheel of gedeeltelijk
vervaardigd van uitval en/of af
val van vaste brandstoffen, geen
turf zijnde.
250 k.g. Briketten, geheel of gedeeltelijk
vervaardigd van uitval en/of af
val van turf.
75 k.g. niet tot briketten geperst uitval
en/of afval van vaste brandstof
fen.
De veel gebruikte inhoudsmaat 1 mud
I In het Stedelijk Museum te Amsterdam
I jjeeft Zaterdagmiddag de secretaris-
I ggneraal van het departement van
I volksvoorlichting en Kunsten, dr. T. Goe.
I (jewaagen, in een zeer druk bezochte bij-
I eenkomst van bij de Nederlandsche en de
I ^jnsterdamsche federaties aangesloten
I yereenigingen van Beeldende kunstenaars
I een rede gehouden, waarin hij nauwkeu-
I rig de richtlijnen uitstippelde, volgens
I welke in de toekomst de beeldende kun-
I jtenaars in een gilde zullen worden ge-
I organiseerd.
I pe secretaris-generaal werd ingeleid
I door den kunstenaar Ed. Gerdes, hoofd
I van de afdeeling bouwkunst, beeldende
I kunsten en kunstnijverheid van het de-
I partement. De bemoeiingen van de Ne-
I derlandsche overheid in Rijk, provincie
I en gemeente, zoo zeide de heer Gerdes.
I en de voorlichting van het Nederlandsche
I volk in kunstzaken door de pers en in
I periodieken, hebben de laatste halve
I eeuw, behoudens enkele loffelijke uitzon-
I deringen, gestaan 'in het teeken van het
I amateurisme.
Toen het bij den bouw van het Stede-
I lijk Museum te Amsterdam, ongeveer
I vijftig jaar geleden, mogelijk bleek, dat
I de architect A. W. Wijssman rond de
I groote trap, tot hoon van bet gemeente-
I bestuur en de gemeentefinanciën, een
I fries, voorzien van het motief van bokke-
I koppen en omgekeerde geldzakken aan-
I bracht, zonder dat zijn bouwheeren zulks
I bemerkten, was de periode van ama-
I teurisme ingeluid.
IDe heer Gerdes zette uiteen, dat in de
I toekomst zal moeten worden uitgegaan
I van het standpunt, dat alles wat in dit
I land aan cultuurbezit aanwezig is, moet
I worden tot volksbezit in den waren zin.
I Slechts uit werkelijke cultuur wordt een
I civilisatie geboren. Teneinde derhalve tot
I deze civilisatie te geraken zal alles, wat
I deze cultuur wrocht, doelbewust en wel
geordend onder bereik van het Neder
landsche volk gebracht en Ut waarachtig
geestelijk bezit gemaakt moeten worden.
In de toekomst zal het niet mogelijk zijn,
aldus de heer Gerdes, dat de directie, om
een voorbeeld te noemen, of het bestuur
van een provineiaal of stedelijk museum,
bij machte is in eigen, besloten kringetje
te doen en te laten, wat op dat oogenblik
toevallig bestuurderen goeddunkt en wat
wellicht lijnrecht staat tegenover de ge
zonde tradities van het volk der Neder
landen.
Wij hebben het allen meegemaakt, zoo
zeide de heer Gerdes, dat, hce hooger de
instantie, hoe grooter vaak de ondeskun
digheid was. Het is noodzaKelijk, dat in
het vervolg de kunstenaars hun lot in
eigen handen kunnen neiiien en zonder
verdere tusschenpersonen rechtstreeks
met het departementshoofd in verbinding
staan. Dr Goedewaagen, zoo besloot spr.,
zal voorzitter worden van de binnenkort
op te richten Nederlandsche Kultuurka
mer, waarin de beste van de vaklieden
zitting zullen hebben en welke Kamer
tevens rechtsbevoegdheid zal bezitten
Dë heer Gerdes verzocht de welwillende
samenwerking en medewerKing van alle
aanwezige kunstenaars voor de taak,
welke dr. Goedewaagen en zijn mede
werkers zich hebben gesteld, opdat de
kunstenaars samen een hecnt fundament
zullen leggen, waarop het gebouw kan
worden opgetrokken, waarvan de kun
stenaars zelf de bouwlieden zullen zijn.
moeten nakomen, een noodzakelijke eisch
Die nieuwe organisatie zal zijn: het gilde
der beeldende kunstenaars, door den
Staat gesticht. Het is geen vereeniging,
maar een autonoom lichaam, met publiek
rechtelijke, verordenende bevoegdheid.
Tot dit gilde behooren al diegenen, die
door de leiding waardig worden gekeurd.
In de toekomst moet worden uitgemaakt,
wie den titel van beeldenden kunstenaar
mag dragen. Niet iedereen zal zich dus
langer beeldend kunstenaar kunnen noe-
mben. Alleen zij, die tot het gilde behoo
ren, kunnen én mogen als kunstenaar
werken. De beroepsuitoefening zal dus
alleen zin hebben binnen het gilde. Na
tuurlijk is iedereen vrij om voor zijn
genoegen te schilderen of te teekenen,
maar hij zal dan geen rechten kunnen
doen gelden op den titel van kunstenaar.
De maatstaven, welke zullen worden
aangelegd voor de toekomstige gildeleden,
•yiir» furonorloi' hun tin Vlrim<4i rrl-irïiz4
100 k g.) cokes (ook
cokes).
110 k.g bruinkoolbriketten.
450 stuks (200 k.g.) baggerturf.
175 k.g fabrieksturf.
300 stuks <195 k g.) persturf.
200 k.g overige soorten turf.
De op te richten Kultuurkamer
Vervolgens gaf dr. Goedewaagen een
overzicht van het werk der op te richten
Kultuurkamer en wel speciaal van het
daarin op te nemen gilde van beeldende
kunstenaars, dat zal staan naast de
dere kunstgilden, het persgilde en
filmgilde.
De gildeleider krijgt zeer groote
voegdheden, maar ook een zeer groote
verantwoordelijkheid. Hij zal worden bij
gestaan door een gilderaad, waarin de
vakgroepen zijn vertegenwoordigd
welke een adviseerende stem heeft.
Dat dit alles inbreuk op de vrijheid
van den beeldenden kunstenaar zou be-
teekenen ontkende dr Goedewaagen ten
stelligste. Thans is de kunstenaar afhan
kelijk van den kunsthandel en staat hij
zonder vertegenwoordiging tegenover een
maatschappij, die hem als een luxe be
schouwt. Hij staat alleen In ee chaotische
samenleving. Het gilde brengt hem dus
de mogelijkheid van een waardig inner
lijk en uiterlijk bestaan In de volksge
meenschap.
De secretaris-generaal vroeg tenslotte
de levende en eerlijke medewerking van
de kunstenaars. Die medewerking is
noodzakelijk Door verordeningen alleen
is niets te bereiken. Ook de overheid is
voor autonomie van de Kunst, maar niet
in individualistischen zin. Want de ge
meenschapsidee is niet in strijd met de
De secretaris-generaal deed
op het vertrouwen en de
kunstenaars^
Het gilde
De heer J van Anrooy, waarnemend
hoofd van de afdeeling Beeldende Kun
sten van het departement, gaf tot slot een
overzicht van de werkwijze en de indee-
ling van het gilde. De gildeleider en de
ondergildeleider worden door den presi
dent van de Kultuurkamer benoemd, als
mede de gilderaad, welke bestaat uit de
voorzitters der vakgroepen. De zakelijke
leider wordt benoemd door den gildelei
der. De vakgroepen zijn ingedeeld in:
scheppende kunstenaars,
architecten, schilders,
kunstnijveren. kunsthandel en vereenigin-
gen van kunstminnaars. Het land zal wor
den ingedeeld in acht districten, aan het
hoofd waarvan districtsleiders met dis-
trictsraden staan.
Na de vergadering werd in een der an
dere zalen de thee gebruikt, waarbij de
kunstenaars in de gelegenheid waren ken
nis te maken met dr. Goedewaagen.
Een van
schrijft:
Bij deze opvoering van A Daudet’s
„rArlésienne" werd de bijna gelijktijdig
met het drama ontstane, daarvoor geschre
ven tooneelmuziek van G. Bizet door het
Residentie-orkest onder leiding van den
dirigent L. M. G. Arntzenius ten gehoore
gebracht. Nieuwe perspectieven werden
door deze verbinding met het tooneelge-
beuren in muzikaal opzicht op dezen mid
dag niet geopend. Bizet’s compositie is na
melijk, door de beide, herhaalde malen in
de concertzalen uitgevoerde Suites, waar.
I van één door den toondichter zelf en de
andere door Guiraud uit het geheel werd
samengesteld, overbekend geworden in
bijna completen vorm. Doch Bizet’s schep
ping is zóó weinig woorddienend en is zóó
uitsluitend sfeerscheppend, dat zij ook
zonder visueele handeling niet alleen be
staanbaar blijkt te zijn, maar haar volle
waarde en zeggingskracht behoudt. Ik acht
dan ook eerder Daudet’s drama ondenk
baar zonder muziek in ieder geval zou
het werk wel zeer sterk aan psychischen
inhoud inboeten dan Bizet’s muziek zon
der het gesproken, woord. Het is ook op
merkelijk, dat Daudet zelf om het schrij
ven van de tooneelmuziek heeft verzocht
en den toondichter de in de partituur op
genomen Provencaalsche melodieën ver
schafte. Zoodoende zijn de locale sfeer en
eenige „leidmotieven”, welke op Wagneri-
aansche wijze soms op het komende zin
spelen, de elementen, welke woord- en
toonkunst binden.
Zelden tevoren werd echter deze muziek
op zoo’n sensitieve, openbarende wijze
voorgedragen. Geheel nieuw van karakter
klonk zij vaak, alsof zij op dezen middag
werd herboren door de visie van Arnt
zenius. Welk een poëzie ademde de ouver
ture van het eerste tafereel, en tot welk
een verrassing werd de daarin aange
brachte. geniaal gevonden tempowisse
ling! Een mildheid lag in het smettelooze,
subtiele orkestspel besloten, welke de
conflicten van het drama soms verzachtte.
Het Adagietto, dat het gesprek tusschen
moeder Renaud en den herder Balthasar
begeleidde, werd als meesterstukje van
Bizet’s orkestpalet, door rhythme en kleur
onvergetelijk. Arntzenius heeft zich waar
lijk een meester aan den lessenaar ge
toond. Een welverdiend aandeel heeft hij
aan het einde van de voorstelling in de
applaus-ovatie ontvangen.
Het koor R.K.O.V. vertolkte onder lei
ding van zijn directeur Theo van der Bijl
zijn partijen op bewonderenswaardige
wijze. Door zuiverheid en algeheele
klankschoonheid behoorden de koren uit
het laatste tafereel tot het beste, wat wij
van dit lofwaardige ensemble te hooren
hebben gekregen.
Eenige leden van het Yvonne Georgi-
ballet dansten volgens de choreografie
van de leidster een Farandole, een volks
dans uit de Provence, op vrij stijlgetrouwe
wijze. Met de beschikbare tooneelruimte
bleek voor dit kleurrijke, artistiek hoog
staande schouwspel meesterlijk te zijn ge
woekerd. Yvonne Georgi zelf danste de rol
van „1’Arlesienne” op voortreffelijke wijze.
Het onwezenlijke, het demonische en de
hypnotiseerende verleidelijkheid van deze
vrouw, die alleen als visioen in Daudet’s
drama verschijnt, werden door haar op
geniale wijze uitgedrukt. Yvonne Georgi
heeft hiermede eens feilloos werk ten too-
neele gebracht. Een extra woord van lof
voor deze kunstenares is hier dan ook ge
rechtvaardigd.
HET LEVENDE POPPENTHEATER
Woensdagmiddag 26 Maart geeft Het
Levende Poppentheater in Diligentia een
herhaling van de voorstelling van den
19en Maart. Opgevoerd zullen weder
wordenJan Klaassen geneest den zie
ken koning van Leonard Roggeveen en
Jan Klaassen verlost Katrijn van de
booze heks van Klusje Geijl.
VEREENIGING „HET NEDERLANDSCHE
LIED”
Het is de cursusleiding van de vereeni
ging „Het Nederlandsche Lied” ondanxs
langdurige en herhaalde poging niet gelukt
haar plan tot het houden van een Paascn--
cursus in het Noorden des lands te verwe
zenlijken. De derde weekcursus voor
volkszangleiders en -leidsters in de
Paaschvacantie wordt gehouden te Heer
len in het retraitehuis „Molenberg”.
Het doel van deze cursussen de lei
ding berust ook nu weer bij de hr
ten, al had zij in haar dictie meer 'van
een beschaafde stadsdame dan van een
boerenmeisje, hetgeen echter aan haar
goede spel weinig afdeed.
Cor van der Lugt Melsert
maakte van den ouden herder Balthazar,
sterk in mineur gespeeld, een mooie
figuur. Louis van Gasteren (de
van den
GORT (-mout) of grutten
HAVERMOUT of havervlokken,
naverbloem aard.meelvlekken of
gort (-mout )of grutten
RIJST of rijstemeel of rijstebloem
of rijstgries of gruttenmeel (ge
mengd meel)
MACARONI of spaghetti of ver-
uiïcelli
Dr. Goedewaagen spreekt
Na deze inleiding gaf dr. Goedewaagen
een uitvoerige en belangwekkende uiteen
zetting. Er zijn vele kunstenaars, zoo zeide
de secretaris-generaal, die meenen, dat de
kunst en de politiek volkomen vreemd
aan elkander zijn. Zij zeggen: het gebied,
waarop wij werken, is een autonoom ge
bied met een eigen vrije wetgeving. Deze
kunstenaars denken verkeerd Er bestaat
een belangrijk contact tusschen de kunst
en de nieuwe politiek, waarvan ook spr.
een vertegenwoordiger is. Beiden zijn
symptomen van een culturetie beweging,
die de wereld thans in beroering brengt.
mensch als kunstenaar is een bouwer.
politicus is een strijder. Wat op maat
schappelijk terrein gebeurt, voltrekt zien
ook in den beeldenden kunstenaar. Het is
de wending der abstractie en het indivi- i
dualisme naar-de organische gedachte.
Cultuurkenteringen voltrekken zich
over onze hoofden en door enze hoofden,
w het eerste geval worden wij meegeno-
lner> en in het tweede geval moeten wij
ons uit vrij overtuiging inschakelen met
Positieven wil. Dit geldt voor ons land
ais geheel en voor ieder afzonderlijk
’’ant de wereldgeschiedenis gaat nu een
maal haar gang in ons en over ons Vin
nen wij geen positieve houding, dan gaan
W1J als volk en als enkeling verloren, 'en
Azuren wij in mokkende en steriele cri-
on T.egen die steriele critiek moeten wij
P Positieve wijze ingaan. Dat is thans niet
«wiakkelijk voor ons volk. Want gene
ties lang is het door volksvreemde ele-
valsch voorgelicht. Het is zich
sie kwijtgeraakt en bevangen door illu-
J-S- Wij moeten nu tot ons zelf terug-
jeren. Wij hebben, zooals de Rijkscom-
idvnaris kortgeleden gezegd heeft, in een
yile geleefd en moeten aerhalve weer
-1 de werkelijkheid komen. Het ligt aan
tP.k,z®h wij zullen meekemen of ach-
olijven als slib, of wij levend organis-
cintn fossiel zullen zijn, dragers van een
uur of treurenden over een verleden.
lejrie kunstenaar is gebonden aan een 1
inbrln<ie 8eéstelijke idee. Dit vormt geen I
de Ult °P vrijheid, want het is juist
Wii 5steliike gebondenheid, die bevrucht
draai ewonderen immers in een kathe-
kun„» van Chartres de gebondenheid der
kunstp. onderling Want de beeldende
tussrh1 iaar was. dienaar, en was een band
tchilHp6? architectuur beeldhouwkunst.
tebonX v11?1 en kunstnijverheid. Tot die
belden nheid moeten wij terugkeeren De
,n en schilderingen moeten terug
IpT-i architectuur Kunst is niet alleen
ep1Öende geestelijke idee doch ook
Btena-,rmeensctlaPsvorni, waarin de kun-
htaatsr-h- m.?eten leven In de liberale
hjds apP*j was de kunstenaar eener-
een.Brne'? Paria, anderzijds een parasiet,
de s ‘';eur die leefde op den roem van
^groote kunstenaars.
Unstenaar had te weinig rechten
Oelde te weinig zijn plichten. Daarom
nieuwe organisatie, waarin de I
van den kunstenaar worden ge-
1 on waarin hij zijn plichten zal
zijn tweeërlei: hun vakkundigheid of
talent en hun politiek-geestelijke instel
ling. Zij, die denken dat daarbij de vak
kundigheid te veel uit het oog verloren
zal worden, vergissen zich. Men moet
alleen bedenken, dat dë vakkundigheid
I nier alles is. De geestelijke instelling
immers moet een waarborg zijn, dat geen
volksgevaarlijke kunstwerken zullen ont
staan.
Er is geeh sprake van, dat de leden tot
een politieke beweging zullen moeten be
hooren, njaar men zal moeten vertrouwen
en gelooven, dat de beweging van thans
de genezing van het geheele volk betee-
kent Het litg niet in de bedoeling en het
gaat ook niet aan, bepaalde ethische
maatstaven aan te leggen voor de kunste
naars, maar er zal streng worden opge
treden tegen imjnoralisme, nihilisme en
cynisme in de kunst.
Het gilde heeft een ethische en sociale
taak. Het wil dep kunstenaar sociaal ver
antwoordelijkheidsbesef geven en hem
bewust maken, dat hij een taak heeft
tegenover de volksgemeenschap. Aan
den anderen kant dient de kunstenaar
verzekerd te zijn van de sociale voordee-
len, als:' zorg voor arbeidsbemiddeling,
ziektesteun en pensioen. De liberale
maatschappij heeft op dit stuk schrome
lijk haar plicht verzuimd.
De nieuwe organisatie heeft verder een
sociaal-economische taak De kunsthandel,
welke vaak niets met kunst had te doen,
doch alleen handel was, moet worden ge
saneerd. Men moet eindelijk begrijpen,
dat de kunst primair en de handel secun
dair is.
De juridische taak van het gilde be
staat uit de bescherming van den titel.
Evenals de titel van den tandarts en den
advocaat moet ook de titel van den beel
denden kunstenaar worden beschermd. En
tevens zal de verhouding tusschen werk
gever en werknemer juridisch worden ge
regeld.
Het gilde heeft ook een paedagogische
Hoeveelheid
BONKAART ALGEMEEN
Per bon kan de met A aangeduide categorie (particulieren) 1 eenheid van de
gewenschte soort vaste brandstoffen verkrijgen. Van 1 tjn 31 Maart zijn geldig:
Van bonkaart distributie BON Van bonkaart distributie
Vaste Brandstoffen ai Vaste Brandstoffen
HAARDEN. KACHELS 03 tm. 41 CENTRALE VERWARMING
Gedurende het tijdvak van 1 tot an met 31 Maart geven de met „een eenheid
brandstoffen vfjfde periode” en de met „een eenheid cokes vijfde periode” gemerkte
bonnen elk recht op het koopen van een eenheid vaste brandstoffen. (Dit geldt o.a.
voor doktoren, kamerbewoners, Inkwartiering.)
Hoeveel is de eenheid van de gewenschte soort?
1 EENHEID ia gelijk:
1 h.l. van max. 75 k g. anthraciet, steen
kool, industrie- of eierbriketten.
2J h.l kolenslik
2 h.l. (max 100 k.g.) baggerturf.
2 h.l. (max
„L’A r 1 s i e n n e”, door
Alphonse Daudet.
Wij weten niet precies, wat het Neder
landsch Tooneel heeft bewogen, dit stuk
uit de oude doos op het répertoire te
nemen Wellicht is de goede, natuurlijke
vertaling van J. W. F. Werumeus Buning grootvader), Han Bentz
er niet vreemd aan; misschien is de reden B e r g (een heftige, dolverliefde boeren
te zoeken in de gelegenheid, welke 1 knaap), Carla de Raet (een achter-
Alphonse Daudet’s ,,1’Arlésienne” biedt |tfk jongentje), Marie van Wester-
om in samenwerking met Bizet’s mooie, hoven (in een aardige kleine scène
met den ouden herder), Jan van Ees
(die verdienstelijk den ziekgeworden
Johan Elsensohn verving) en Anton
Grijnders voltooiden op zeer te waar-
deeren wijze het ensemble.
Yvonne Georgi en haar ballet
luisterden voor het oog de vertooning op
(zijzelve danste met eenige heeren het
visioen van l’Arlésienne), evenals het
koor van de R.K Oratorium Ver
eeniging (achter de schermen) onder
leiding van Theo van der Bijl, dit deed
voor het oor.
Een belangrijk aandeel in het geheel
heeft voorts het Residentie Or
kest, dat onder leiding van L. M. G.
Arntzenius Bizet’s muziek ten gehoore
bracht. Over muziek, zang en dans geven
wij hieronder een van onze muziek-mede-
werkers het woord.