Boelgarije - Eerste Centrale keuken
in
in
IEDER VERLANGT EEN
BEETJE GELUK
De Maastunnelbouw te Rotterdam - De 15000ste Borsig-locomotief
Duitsche soldaten in Boel^ariie - Eerste Centrale keuken in Den Bosch
RH
w
HAAGSCHE COURANT Dinsdag 1 April 1941 TWEEDE BLAD
FEUILLETON
16)
DUITSCHE SOLDATEN LEEREN HET BOELGAARSCHE DORPSLEVEN
KENNEN. DE JEUGD IS MET DE DUITSCHE SOLDATEN
SNEL VERTROUWD GERAAKT.
DE CENTRALE KEUKEN te ’s-Hertogenbosch werd door burgemeester van Lan-
(Scherl)
wordt den Bosschen magistraat aangeboden.
(Nadruk verboden.)
dat is voor
Wordt vervolgd, f
schot en diverse genoodigden officieel in gebruik gesteld. Het eerste bord snert
(Het Zuiden)
AJiTSCH KWALITEITSWERK OOK IN DEN OORLOG.
IN DE WERKPLAATSEN DER BORSIG LOCOMOTIVBAU G.m.bJi.
STROOMLIJN-LOCOMOTIEF VAN NIEUW MODEL, VOOR DE DUITSCHE REICHSBAHN VERVAARDIGD.
NU DE LENTE IN HET LAND IS GEKOMEN, breekt het hoogtij aan voor den
landbouw. Producten, welke gedurende de wintermaanden ingekuild zijn geweest,
rijn uit deze kuilen gehaald om verder verwerkt te worden. Zoo ook gebeurt met
de suikerbiet-stekken. waarvan nu tal van nijvere handen de z.g. kop en staart
afhalen, voor de nieuwe planting 'Polygoon)
alsof het de gewoonste zaak van de
wereld was, dat een volwassen mensch
zijn ouders nog bezat. Haar wereld
was een andere dan de zijne, dat
merkte zij op dit oogenblik heel dui
delijk.
ROME—BERLIJN—TOKIO.
EEN STRAATBEELD TE ROME. DAT EEN DUITSCHE SOLDAAT MET EEN
ITALLAANSCHEN MATROOS EN EEN JAPANSCHEN STUDENT TOONT.
(Scheel)
vader was dus werkloos?
Zij lachte bitter. Toen ik drie
jaar was, was ik wees. Maar de zor
gen waren er tevoren. Zij begonnen
voor mij, toen ik nog niet eens op de
ik langen tijd van de eene teleurstel
ling in de andere viel. Maar dat is
den?
Gebrek? Hij keek haar verbaasd
van terzijde aan. Gebrek is een
uitgebreid begrip. Hoe bedoelt u dat,
denkt u aan eten?
Ja, oók daaraan.
Hij schudde het hoofd. Daar ben
ik voor bewaard gebleven. Mijn ou
ders zijn eenvoudige menschen. Mijn,
vader was jarenlang bij de spoorwe
gen en is nu gepensionneerd. Rijkdom
was er niet, maar te eten was er
altijd. Maar u hebt toch geen honger
behoeven te lijden?
Toch, maar dat is al lang gele
den.
Werkelijk? Een sterk gevoel van
medelijden steeg in hem op. Uw
met den stroohoed allerlei vragen
hebben gedaan, maar zou dat werke
lijk zoo erg zijn geweest?
Zij zuchtte.
Waaraan denkt u? vroeg hij op
nieuw.
Aan... Zij aarzelde om daarna U hebt zeker nooit gebrek gele-
in gemaakte vroolijkheid voort te
gaan. U hebt moed, mijnheer Steu-
be. Als ik nu toch eens een bedrieg
ster was?
Dan zou ik mij voor het eerst
in mijn leven verschrikkelijk hebben
vergist. Maar ik vergis mij niet.
Uw vertrouwen in mij schijnt
grenzenloos te zijn.
Dat is het ook.
Bent u nog nooit door vreemden
teleurgesteld?
Neen, bekende hij, omdat ik
mij alleen bij menschen aansluit, tot
wie ik mij aangetrokken voel.
Zoo kan alleen iemand spreken,
wiens leven glad is verloopen.
Ik heb niet veel meegemaakt, zei
hij, bij mij is alles glad verloopen.
Mijn ouders...
Leven zij nog?
Natuurlijk.
Zij boog het hoofd. Natuurlijk,
had hij gezegd. Was dat dan werke
lijk zoo natuurlijk? Hoe anders was
'dat bij haar. Haar moeder was bij
Ursula’s geboorte gestorven, haar va
der had zij eveneens nauwelijks ge
kend, hij stierf toen zij drie jaar oud
was. En toen was zij zoo dooy het le
ven heen en weer gegooid, nu eens
hier, dan weer daar en overal onge-
wenscht. En hij zei: „Natuurlijk”,
voor hen, die naar het station voerde.
De huizen aan beide zijden lagen sla
perig in den zonneschijn. Overal wa
ren de jaloezieën neergelaten. In de
tuinen was niemand. Nog steeds
brandde de hitte en maakte het ver
blijf buiten onverdragelijk. Hoe meer
zij het station naderden, hoe levendi
ger het werd. Groote autobussen, die
tusschen het zwembad en het station
heen en weer reden, verlevendigden
de omgeving. Nog steeds kwamen er
menschen, die de i.uizenzee der groo
te stad ontvlucht waren.
wereld was.
Hoe bedoelt u dat?
Ik werd tijdens den oorlog ge
boren. 1916. Tevoren vielen echter
de Russen Oost-Pruisen binnen, zij
verbrandden de dorpen en dreven het
vee weg. Zij namen vrouwen en kin
deren mee naar Rusland, mijn moe
der was daar ook bij.
Dat is verschrikkelijk! riep hij
Hebt u meegedaan?
Als kleine athleet ja, maar
vraagt u alstublieft niet naar een
medaille. Ik heb noch de gouden,
noch de zilveren, noch de bronzen ge
kregen. In ieder geval ben ik sedert
toen bij de firma werkzaam. Die lui
hebben er wat aan ten koste gelegd
om turnzalen en sportterreinen te la
ten aanleggen! En daar kunt u mij
vinden.
Hoewel zij in de schaduw van de
kastanjes zaten, voelden zij de ver
zengende hitte. Ursula waaide zich
toet, haar zakdoek koelte toe! Zij had
opmerkzaam geluisterd naar hetgeen
“e man naast haar vertelde, maar
tegelijkertijd was haar geest ergens
finders. Het was een vreemde toe
stand.
Steube vertelde van zichzelf en van
zijn werk. Maar plotseling onderbrak
hij zijn woorden.
Waar denkt u aan?
Aan de domheid die ik heb ge
daan, zei zij eerlijk.
*- Wij zullen haar ongedaan maken,
Ik beloof het u werkelijk. Alleen
nu, nu wilde ik graag alleen zijn.
Neen.
Mijnheer Steube.
Neen, herhaalde hij, ik heb
geen zin morgen in de krant te le
zen, dat een jongedame zoo en zoo,
de een of andere stommiteit heeft uit
gehaald.
U denkt toch niet, dat ik...
Ik weet het niet, maar het komt
mij voor, dat u daar iets op dat eiland
wilde.
Hij keek haar onderzoekend aan.
In ieder geval laat ik u nu niet
alleen, .onder geen enkele voorwaar
de. Dus, waar zal ik u heen brengen?
Haar weerstand brak.
Bent u altijd zoo vasthoudend?
Altijd als het noodig is!
Ik wil naar huis, zei zij mat.
Laten wij gaan.
Hij stond op en zjj volgde zijn voor
beeld.
Waar woont u?
Het was voor de derde maal, dat
men haar deze vraag deed. Twee
maal was zij haar ontweken. Nu be
kende zij. In de Passauerstraat.
Dan moeten wij tot het station
„Zoo” den trein nemen, stelde hij
zakelijk vast. Hij bood haar zijn arm
en zij legde haar hand er op. Zoo
gingen zij naast elkander door de
straat, een mooi paar, slank en lang.
Geen van tweeën sprak.
Ik heb door mijn wegloopen al
leen maar alles erger gemaakt, dacht
zij. Er zou niets gebeurd zijn, als ik
was gebleven. Natuurlijk zou de man
ook allang overwonnen.
En nu?, vroeg hij.
Nu gaat het mij goed. Ik heb
een betrekking, die mij bevredigt en
overigens gaat het mij ook goed.
Zij waren door een boschje geloo»
pen en nu lag de uitgestorven straat
IS DEZER DAGEN DE 15.000STE LOCOMOTIEF, EEN
(Holland)
anders krijgt u geen rust. Hallo! riep
hij en wees naar het meer. Al weer
een politieboot.
Verschrikt keek Ursula op.
Waar?
Daar, zij legt bij Biendermann’s
steiger aan.
Zij werd bleek. Dat.
mij.
Denkt u?
Hij zag hoe zij beefde en greep haar
handen.
Laat mij toch voor u opkomen?
vroeg hij zacht. Ik meen het eerlijk.
Het lijkt mij net alsof wij elkaar al
jaren kennen. En :k houd van u, ge
loof mij toch.
Ik kan hier niet blijven.
Waar zal ik u heen brengen?
Ik... wil alleen weggaan.
Zij drukte zijn hand en keek hem
smeekend aan. U zegt, dat u van
mij houdt... ik kan het niet gelooven...
hoewel...
Zij sloeg de oogen neer. U bent
zoo goed voor mij, fluisterde zij,
ik schaam mij, dat ik u belogen heb.
Wat komt een noodleugen er op
aan.
Zeker, maar toch moet je het
niet doen... nooit, de eene leugen
brengt de andere met zich mee. Het
is toch zoo. En dan weet je geen raad
meer.
Haar olik kreeg iets gejaagds, toen
zij over het water uitkeek.
—•Ik weet nu waar ik u kan vinden.
Ik zal u schrijven, mijnheer Steube.
Hij wilde tegenspreken maar zij
weerde af.
WLADIMIR BIELKINE vervaardigt de
décors voor Shakespeare’s „Het spel der ver
gissingen", dat het Centraal Tooneel in het
kader van „Kunst in Amsterdam” in den
Stadsschouwburg zal opvoeren. (Polygoon)
uiL En wat gebeurde er met uw
moeder?
Zij leefde in een Russisch dorp,
honderden kilometers van de grens.
Later rukten de Duitschers op en toen
werden allen bevrijd. Maar mijn moe
der had in dien tijd te veel moeten
lijden. Haar weerstandskracht was
gebroken en toen ik werd geboren,
stierf zij.
Hoe vreeselijk!
Toen ik ouder werd, kon ik de
menschen met wie ik omging, niet
uitzoeken en zoo is het gekomen, dat
DE MAASTUNNELBOUW TE ROTTERDAM. Bij het ventilatiegebouw op den
Rechter Maasoever is men bezig met het maken van den kademuur. Enorm veel
’nnd moet voor dit werk aangevoerd worden. (Polygoon)
i
k
i
«O
9 R r,MM
z'