HAAGSCaE COURANT
planetarium
Nee-nAkkertje
BINNENLAND
Dinsdag 1 April 1941.
van
N. Wehrmann
Afscheid
van
li
De opheffing der
deviezengrenzen
Organisatiebesluit
voedselvoorziening
Volksverzorging inplaats
renteverzekering
voor een
MI
DERDE BLAD
Indeeling der hotels
van
Accijnsverhoogiog heden in
werking getreden
Organisatie Staatsbedrijf
der P.T.T.
Lusteloos?
Instelling van lichamen met
verordenende bevoegdheid
De schepping van een nieuw
sociaal recht
Fu»ie tusschen N.Z.H.T.M.
en W.S.M. te wachten
heeft de stoker van de H.B.S. aan den Aronskelkweg in den Haag,
de heer N. Wehrmann, afscheid van de school genomen. De directeur,
de heer dr. W. F. de Groot (links), overhandigt den heer Wehrmunn
den bronzen legpenning der gemeente 's-Gravenhage (Dn,'jc
Bij verordening geregeld
Onderscheid tusschen hotelbedrijven
in centra van verkeer en elders
:erste druk van deze,
r tedere Katholiek
zoo belangrijke brochure
in twee weken
uitverkocht!
tweede dhud is veMcJiene*
PRIJS 5 CENT
In verband met het bereiken van den pensioengerechtigden leeftijd
heeft de stoker van de H.B.S. aan den Aronskelkweg in den Haag,
De verbeurdverklaring
wapens enz.
Omzetbelasting van tabaks
fabrikaten uitgesteld
tot 1 Mei
Men^ k^'n^TdRijks^^^^^uurrijktw^^ al 2«n hier
I
de
voor
bedoeld onder
a.
t
Polygoon)
fr
Bevoegdheden voor den secretaris
generaal
No. 17840
Gistermorgen werd door het 3-jarig
zoontje van den heer W. van der Kley
de eerste steen gelegd voor den nieu
wen winkel. De winkel van den heer
van der Kley is indertijd door een
Engelsche bom getroffen en geheel
verwoest. De zaken werden daarna
zoolang voortgezet in een noodwinkel.
Een overzicht tijdens de eerste steen
legging. Spoedig zal de zwaar getroffen
familie in het bezit zijn van een
modern winkelpand. Polj/soon)
Tengevolge van een misverstand is in
het gisteren doorgegeven communiqué be
treffende de omzetbelasting van tabaks
fabrikaten een onjuistheid geslopen, met
het oog waarop hieronder een herhaling
volgt van den juisten tekst:
„In verband met de op 1 April in wer
king tredende verhooging van den tabaks
accijns en de onzekerheid, welke tijdens
de voorbereiding daarvan bij de industrie
en den handel bestond ten aanzien van
den invloed van die verhooging op de
detailprijzen van tabaksfabrikaten, is het
wenschelijk voorgekomen, de heffing van
omzetbelasting en invoerbelasting, welke
voor deze artikelen op 1 April in werking
zou treden uit te stellen tot 1 Mei a.s.”.
Zooals uit het bovenstaande blijkt, geldt
het uitstel uitsluitend de heffing van om
zetbelasting en invoerbelasting, doch niet
de verhooging van den accijns, zoodat de
aangekondigde prijsverhooging voor siga
ren, sigaretten en tabak met ingang van
heden, zooals was bepaald, in werking
treedt
omstandigheden ongunstiger, dezelf-
richting worden ingeslagen.
MEDEDEELING
Met ingang van heden beginnen
onze avonddemonstraties om acht uur.
Deze maatregel geldt niet voor de
bijzondere voordracht, die morgen
Woensdagavond) plaats heeft.
Strafbepalingen.
Hij die in strijd handelt met een bij of
krachtens dit besluit of in een op grond
van dit besluit uitgevaardigde verordening
gesteld verbod of vastgesteld voorschrift
of aan een opgelegde verplichting niet of
niet behoorlijk voldoet, wordt gestraft met
hechtenis van ten hoogste een jaar of geld
boete van ten hoogste 25.000 gulden.
Hij die opzettelijk handelt in strijd met
zoodanig verbod of voorschrift of opzette
lijk niet of niet behoorlijk voldoet aan een
opgelegde verplichting, wordt gestraft met
gevangenisstraf van ten hoogste acht jaren
of geldboete van ten hoogste 50.000 gulden.
Terzake van niet-nakoming van door de
organisatie uitgevaardigde regelen kan
door of namens de organisatie tuchtrecht
worden uitgeoefend, waarvan de regeling
door de organisaties de goedkeuring van
den secretaris-generaal behoeft.
Overgangsbepalingen.
Hangende de totstandkoming van vak
groepen en ondervakgroepen worden in de
bedrijfsorganisaties en onderbedrijfsorga-
nisaties de handelaren en be- en verwer
kers op het gebied der voedselvoorziening
vertegenwoordigd door personen, die hen
in de rechtspersoonlijkheid bezittende
lichamen, als bedoeld in artikel 13 van de
Landbouwcrisiswet, vertegenwoordigen; de
handel in grondstoffen en hulpmiddelen
wordt daarin vertegenwoordigd door daar
toe door den secretaris-generaal in over
leg met zijn ambtgenoot van handel, nij
verheid en scheepvaart aan te wijzen per
sonen. De producenten worden in de be
drijfsorganisaties en onderbedrijfsorgani-
saties tot nadere voorziening eveneens ver
tegenwoordigd door hun huidige vertegen
woordigers in de rechtspersoonlijkheid
bezittende lichamen, als bedoeld in artikel
13 van de Landbouwcrisiswet.
Dit besluit treedt heden in werking.
Postverkeer met Eins Lotharingen
In het postverkeer tusschen Elzas Lo
tharingen aan den eenen kant en tusschen
het neutrale buitenland en de bezette ge
bieden, met uitzondering van het bezette
deel van Frankrijk, aan den anderen kant,
is, met ingang van heden, het verzenden
van gewone en aangetekende pakjes
toegelaten.
Verordenende bevoegdheid.
Indien aan een organisatie verordenende
bevoegdheid is verleend, maakt zij de ver
ordeningen, welke zij voor het belang van
het gebied der voedselvoorziening, waar
voor zij is ingesteld, noodig oordeelt.
Deze verordeningen kunnen onder meer
de volgende onderwerpen betreffen:
a regeling van de voortbrenging, den
invoer, den afzet waaronder mede be
grepen de uitvoer de verdeeling en
aanwending waaronder mede begre
pen de opslag en de be- en verwerking
van producten van de voedselvoorzie
ning
b. regeling van de vestiging, uitbrei
ding, beperking, reorganisatie, tijdelijke
of blijvende stillegging, fusie, ver
vreemding of het verpachten van bedrij
ven op het gebied der voedselvoorziening,
waarvoor de organisatie is ingesteld
c. het verleenen van vergoedingen
aan hen, die door eenigen maatregel als
bedoeld onder b., ernstig economisch na
deel ondervinden, zoomede het opleggen
aan hen, die van een zoodanigen maat
regel economisch voordeel genieten, *van
de verplichting tot het betalen van een
geldsom
d. vaststelling van prijzen en marges
zoomede van betalings- en leverings
voorwaarden met betrekking tot produc
ten van de voedselvoorziening
e. vaststelling van voorschriften voor
de tot de organisatie behoorende onder
nemers betreffende het voeren van hun
boekhouding en administratie, zoomede
betreffende het verstrekken van monde
linge én schriftelijke gegevens aan de
organisatie.
De regelingen als
kunnen onder meer inhouden
1 het opleggen van een verplichting
tot het betalen van een geldsom ter
zake van het verrichten van een hande
ling op het gebied van de voedselvoor
ziening
2, het opleggen van een verplichting
tot inlevering van eenig product
3. het brengen van de aan de uitvoe
ring der regeling en het daarop uit te
oefenen toezicht verbonden kosten ten
laste van alle personen, voor wie de rege
ling verbindend is.
De organisaties kunnen bij dwangbe-
Uitbetalingen over de clearing
Nu de stortingen op de clearing zijn
opgeheven, werd de vraag gesteld hoe
het staat met de uitbetalingen.
Regierungsrat Baudetz antwoordde,
dat deze gewoon voortgang hebben, voor
zoover de uitbetaling uit Berlijn geadvi
seerd wordt. Ten einde de liquidatie in
dezen zin zoo vlot mogelijk te doen
verloopen, verdient het aanbeveling de
daarvoor benoodigde B-formulieren zoo
spoedig mogelijk in te dienen.
Op een vraag of de opheffing van de
deviezengrenzen tot gevolg zal hebben,
dat de Rijksmark in ons land naast den
Naar het ,,Haarl. Dagblad” verneemt,
gaat de benoeming van jhr. J J. Röell,
directeur van de Westlandsche Stoom
tram Maatschappij tot directeur van de
Noord-Zuid-Hollandsche Tramweg Maat
schappij per 1 April In. Jhr. Röell blijft
directeur van de Westlandsche en het
ligt in de bedoeling, dat in de toekomst
deze beide dochtermaatschappijen van de
Ned. Spoorwegen, de WS.M. en de N.Z.
H.T.M. tot een fusie zullen besluiten.
Vervolg van pag. 1.
Op de dagelijksche persconferentie wer
den ook door Regierungsrat Bauditz, ver
bonden aan het regeeringscommissariaat
voor financiën en economie, enkele mede-
deelingen gedaan omtrent de opheffing
van de deviezengrenzen tusschen Neder
land en Duitschland.
De heer Bauditz ging ook uit van het
feit, dat met ingang van heden de devie
zengrens tusschen het Duitsche Rijk en de
gebieden, waarin de Duitsche deviezenwet
geving en zijn verdere bepalingen van
kracht zijn, eenerzijds en Nederland an
derzijds. zijn weggevallen.
De gebieden, waarin de Duitsche devie
zenwetgeving van toepassing zijn, zijn be
halve het Duitsche Rijk Danzig, de inge-
lijfde Oostzee-gebieden (Memel), Elzas-
Lotharingen, Luxemburg, Eupen, Malmedy
Moresnet. De opheffing van de deviezen-
grens is van Duitschen kant door een
„Runderlass” van het Duitsche ministerie
van economische zaken, alsmede van Ne-
derlandsche zijde door de vandaag ver
schenen verordening, bepaald geworden
De deviezenbelemmeringen in het ver
keer met de bovengenoemde gebieden tre
den daarmede buiten werking.
Personen die hun woonplaats of hun ge
wone verblijfplaats in het Duitsche Rijk
hebben, of in die gebieden hebben, waar
in de Duitsche devlezenbepalingen van
toepassing zijn, gelden voortaan piet meer
als buitenlanders.
Omgekeerd gelden personen, die hun
woonplaats of hun normale verblijfplaats
in het bezette Nederlandsche gebied heb
ben. niet meer als buitenlanders overeen
komstig de bepalingen van de Duitsche
deviezenwetgeving.
Betalingen naar en van het Duitsche
Rijk kunnen voortaan door bankover-
schrijvingen of per post zonder devie
zentoestemming worden uitgevoerd.
Dit brengt dus met zich mede, dat in
het betalingsverkeer zoowel ten op
zichte van de Rijksmark. als ten op
zichte van den gulden geen hinder
palen meer aanwezig zijn. Tengevolge
van een overeenkomst tusschen de
Rijksbank en de Nederlandsche Bank,
heeft overschrijving en omrekening
plaats tegen den tot dusver geldenden
koers van 100 Rijksmark 75.36 gul
den.
Bij omwisseling zullen geen kosten
worden gevraagd.
Met de opheffing van de deviezengren
zen wordt tegelijkertijd het clearingver-
keer tusschen het Duitsche Rijk en Neder
land opgeheven. Het clearingsysteem daar
entegen blijft bestaan tusschen Nederland
en de drie landen, die bij de Duitsche clea-
ringkas en het Nederlandsch clearinginsti-
tuut een clearing-konto hebben. Deze
kontos zullen ook in de toekomst blijven
bestaan.
De opheffing van de deviezengrens
heeft verder tot gevolg, dat alle in
Nederland gevestigde personen over
hun in het rijksgebied aanwezige ver
mogenswaarden, banksaldi en effecten
zooals dit reeds in vergaand opzicht
het geval was vrij kunnen beschik
ken en aan zich kunnen laten over
maken.
De tot dusverre bij de repatrieering van
Duitsche investeeringen verschuldigde
^Sperrmarksteuer". zal ook bij de nieuwe
Sperrmarkverorderiing worden geheven.
De opheffing van de deviezengrens brengt
met zich mede, dat bepalingen in het leven
moesten worden geroepen ten einde ont
duikingen in welken vorm dan ook, waar
door de bedoelingen van de verordening
Hlusorisch zouden kunnen worden, on
mogelijk te maken. De Zaterdag j.l. ver
schenen nieuwe verordening houdt ten
nauwste rekening met de gestelde eischen.
Zij houdt in vergaand opzicht rekening
met de Duitsche deviezenwetgeving.
Het geblokkeerde markenbe-
lastingbesluit 19*1.
Tenslotte gaf als deskundige voor finan-
Cieele aangelegenheden bij het Rijkscom-
missariaat Freiherr von Langen op de
heden gehouden persconferentie een korte
beschouwing over het geblokkeerde mar
kenbelasting besluit 1941.
De regelingen welke ten aanzien van de
geblokkeerde markenbelasting waren ge
troffen in de Verordening no. 198-1940 be
hoefden herziening nu de clearing is opge
heven, bij welke herziening tevens een
aantal bezwaren is opgeheven, terwijl een
aantal onbillijkheden zijn ter zijde gesteld.
Men vindt deze aangegeven in de betref
fende verordening (no 66) welke in het
„Verordeningenblad” no. 14 van heden is
opgenomen (en waarvan men den tekst aan
treft in onze financieele rubriek van
heden).
De heer von Langen wees in het bijzon
der op de nieuwe bepaling, waarbij een
zaak, waarvan is vastgesteld, dat men er
belastingplichtig voor is, aks volwaardig
Wordt aangenomen en daardoor ook het
karakter van geblokkeerd te zijn heeft
verloren.
Welke beleggingen en vorderingen wel
of niet onder de belasting vallen, staat
duidelijk in de verordening aangegeven.
De strafbepalingen, welke de nieuwe
verordening in gevallen van ontduiking
vaststelt, komen vrijwel overeen met die
voor de inkomstenbelasting.
De vrije gulden.
Na de uiteenzettingen der deskundigen
oestond gelegenheid tot het stellen van
vragen. prof. Bruins heeft gesproken van
rriogelijkheid. dat een vrije Nederland
sche gulden zal worden ingevoerd. Wat
jaoet hieronder worden verstaan? Prof.
Drums maakte dit met een voorbeeld dui
delijk. Wanneer een vreemdeling vrijwillig
goud bij de Nederlandsche Bank heeft af
geleverd, dan is het redelijk, dat hij daar-
€.®n «u'densaldo ontvangt, waarover
bij vrij kan disponeeren. In dit geval
«Preekt men van „de vrije Nederlandsche
gulden’.
itftf
In het Verordeningenblad is opgenomen
een verordening van den Rijkscommis-
sans voor hef bezette Nederlandsche
gebied betreffende de organisatie van het
Staatsbedrijf der Posterijen, Telegrafie en
Telefonie.
Hierin is met ingang van heden het
volgende bepaald:
Alle goederen, rechten en verplichtin
gen van het Rijk der Nederlanden, het
Staatsbedrijf der Posterijen, Telegrafie en
Telefonie betreffende, gaan met de goe
deren, rechten en verplichtingen van den
Postchèque- en Girodienst krachtens deze
verordening over op een rechtspersoon,
welke optreedt onder den naam „Staats
bedrijf der Posterijen, Telegrafie en Tele
fonie” en welke te ’s-Gravenhage is ge
vestigd.
Dit Staatsbedrijf als rechtspersoon
treedt in de plaats van het bedrijf in den
zin van de Bedrijvenwet 1928 en van het
organiek besluit P.T.T 1928.
Directeur-generaal verantwoor
ding schuldig aan secretaris
generaal van Binnenlandsche
Zaken
De directeur-generaal is belast met het
dagelijksch bestuur van het Staatsbedrijf
Hij ressorteert onder den secretaris-gene
raal van het departement van Binnen
landsche Zaken en is dezen ter zake van
de regelmatige leiding van het bestuur
verantwoording verschuldigd.
De directeur-generaal wordt door den
secretaris-generaal van het departement
van Binnenlandsche Zaken benoemd en
ontslagen.
De bepalingen betreffende de voor
waarden en de kosten voor het gebruik
van de instellingen van het Staatsbedrijf
der P.T.T. worden door den secretaris
generaal vastgesteld. Hij kan deze be
voegdheid op den directeur-generaal
overdragen.
De directeur van het Rijksbureau voor
het Hotel-, Café-, Restaurant- en Pen-
sionbedrijf, heeft, blijkens een publicatie
in de Staatscourant van gisteravond, een
voorschrift gegeven, regelend de indee
ling der hotelbedrijven
Daarbij wordt onderscheid gemaakt
tusschen hotelbedrijven, gevestigd in
centra van verkeer en die. welke niet zijn
gevestigd in centra van verkeer.
Het voorschrift geeft daarna een lijst
van plaatsen, welke als centra van ver
keer worden beschouwd, en waartoe o.m.
behalve den Haag, en Scheveningen. ook
worden gerekend Delft. Rijswijk en Voor
burg.
Het onderscheid der twee hotel-soorten
betreft in hoofdzaak het volgende De ho
tels in centra van verkeer moeten, willen
zij op den naam Hotel aanspraak maken,
tenminste 12 gastenkamers bezitten (te
gen 6 in hotels elders), terwijl zij voorts
aan belangrijk hoogere eischen wat in.
richting en outillage aangaat, moeten vol
doen dan die, buiten de centra van ver
keer.
Overigens bevat het voorschrift de
reeds eerder gepubliceerde eischen, te
stellen aan een logement of herberg, een
pension, een restaurant en café.
In art. 9 wordt gezegd, dat het „den
ondernemer, wiens inrichting bij het
Rijksbureau staat ingeschreven onder de
rubriek „hotel verboden is. die inrich
ting onder de benaming hotel-pension's
bij het publiek bekend te maken
Hij wiens inrichting, aldus wordt in
art. 10 gezegd, niet in de rubriek „hotel”
is ingeschreven, mag zijn inrichting onder
de benaming hotel, al dan niet met bij
voegingen, niet bij het publiek bekend
maken.
vel, medeorengende het recht van parate
executie, invorderen al hetgeen haar ter
zake van een krachtens bovengenoemde
bepalingen opgelegde verplichting ver
schuldigd is.
Indien de organisaties bevoegd zijn
tot het uitvaardigen van verordeningen
betreffende de vaststelling van prijzen
enz., vindt het bepaalde in artikel 3 van
het besluit inzake de benoeming van een
gemachtigde voor de prijzen overeen
komstige toepassing.
Het algemeen toezicht op de organisa
ties, voor zoover betreft haar werkzaam
heden, geregeld in dit besluit, berust bij
den secretaris-generaal of een of meer door
hem daartoe gemachtigden.
Vijf raden voor de coördinatie
van de werkzaamheden
Voor de coördinatie van de werkzaam
heden der organisaties worden vijf raden
ingesteld, elk bestaande uit twee of meer
leden en wel
a. een raad voor de organisaties, inge
steld voor het gebied van de producten
van den akkerbouw en daarmede gelijk
te stellen producten;
b. een raad voor de organisaties, inge
steld voor het gebied van de producten
van de veehouderij, zoomede van marga
rine, vetten en oliën;
c. een raad voor de organisaties, inge
steld voor het gebied van de producten
van den tuinbouw;
d. een raad voor de organisaties, inge
steld voor het gebied van de visscherij;
e. een raad voor de organisaties, inge
steld voor het gebied van de grondstoffen
en hulpmiddelen
Schorsing of vernietiging van
besluiten
De besluiten en verordeningen van de
organisaties kunnen door den secretaris
generaal of door een door hem aan te
wijzen instantie worden geschorst of ver
nietigd, waarbij tevens de gevolgen wor
den geregeld
Verordeningen inzake prijzen, marges,
betalings- en leveringsvoorwaarden zijn
steeds aan de goedkeuring van den secre
taris-generaal onderworpen. In de be
voegdheden van den gemachtigde voor de
prijzen wordt geen wijziging gebracht
Geschillen tusschen een organisatie en
een of meer ondernemers worden bij uit
sluiting in eerste instantie beslist door
een scheidsgerecht, ingesteld bij den raad,
waartoe de betrokken organisatie en de
ondernemer behooren. van de uitspraak
van een scheidsgerecht staat binnen 20
dagen beroep open bij den secretaris-gene
raal. Deze beslist niet dan nadat een com
missie van advies is gehoord.
Het scheidsgerecht beraadslaagt en be
slist met drie leden, waaronder een rechts
geleerd lid moet zijn.
Geschillen tusschen organisaties onder
ling worden bij uitsluiting beslist door
den secretaris-generaal, gehoord den be
trokken raad of de betrokken raden.
Aan bedrijfsorganisaties of onderbe-
drijfsorganisaties kunnen aparte lichamen
worden verbonden, welke bevoegd zijn tot
het aan- en verkoopen en opslaan van
mede tot het doen van andere daarmede
verband houdende handelingen. Deze
lichamen zijn rechtspersonen. Hun instel
ling geschiedt door den secretaris-generaal.
Zij worden in en buiten rechte door een
of meer directeuren vertegenwoordigd.
Raad voor de voedselvoorziening
De secretaris-generaal stelt voorts een
raad voor de voedselvoorziening in. welke
hem van advies dient en welke in de plaats
treedt van het college voor de voedsel
voorziening. De directeur-generaal van de
voedselvoorziening is voorzitter van den
raad.
JA
Verkrijgbaar bij kiosken, op de
stations en bij derrDienst Materiaal'
der N.S.B. Maliebaan 29 te Utrecht.
(7>2 ct postzegel bijsluiten voor
franco toezending).
VRAAGT OOK UW
BOEKHANDELAAR!
Het Verordeningenblad bevat een ver
ordening van den Rijkscommissaris voor
het bezette Nederlandsche gebied, hou
dende wijziging en aanvulling van de
verordening no. 220/1940 betreffende de
verbeurdverklaring van wapens, munitie
en springmiddelen.
Zooals bekend werden in laatstge
noemde verordening de bepalingen over
de verbeurdverklaring niet van toepa»-
sing verklaard op wagens, welke voor de
jacht bestemd zijn.
Volgens de heden van kracht wordein
de wijziging is deze uitzondering echter
niet toepasselijk op voor de jacht be
stemde wapens, welke bij onder ge-
noemde personen in beslag zijn genomen
of aan zoodanige personen toebehoorenS
a. personen, die op grond der ver-
ordening no. 6/1941 betreffende den aan
meldingsplicht van personen van geheel
of gedeeltelijk Joodschen bloede dienen
aan te melden, met uitzondering van
diegenen, die slechts van een naar ras
voljoodschen grootouder in den zin van
bedoelde verordening stammen
b personen, die tot de Joodsch-kerke-
lijke gemeenschap behooren.
Aan mededeelingen van president
Jakob, leider van de Geschaftsgruppe
voor sociale bestuursaangelegenheden
bij het commissariaat-generaal voor
financiën en economie, ontleenen wij,
dat de Duitsche rijksorganisatieleider
dr. Ley als leider van het Duitsche
Arbeidsfront, dat alle werknemers om
vat, ingevolge een opdracht van den
Führer een plan voor de toekomstige
verzorging, van het Dyitsche volk heeft
uitgewerkt, dat onder meer de ver
vulling zal brengen van den in het
partijprogram der N.S.D.A.P. vastge-
legden eisch, dat er een voldoende
ouderdoms- en invaliditeitsverzekering
moet komen.
Daarmee zal een sociaal werk van
de eerste grootte tot stand zijn ge
bracht. Het doel is om de vruchten
van den gezamenlijken arbeid van het
volk ook allen ten goede te doen ko
men. De zin der verzorging is, dat
iedere aalmoes en iedere ondersteu
ning zonder dat daar recht op bestaat,
principieel onnoodig zullen zijn. Zoo
doende gaat het niet slechts om de
verbetering van de ouderdoms- en in-
validiteitsverzorging, doch om de
schepping van een nieuw recht. In
plaats van de idee der sociale verze
kering komt de idee der volksverzor
ging.
De uitvoering wordt reeds ter hand
genomen. Moge de oorlog deze wel
licht vertragen, in geen geval zal de
oorlog de uitvoering verhinderen.
Is het plan in de daad omgezet, dan
zal dit werk de kroon zijn op het stre
ven van vele geslachten van arbei
ders. In de plaats van het proletariaat
treedt dan de zich van zijn functie
bewuste, scheppende mensch, die de
vrijheid veroverd zal hebben, waar
over wel reeds vele malen werd ge
sproken, doch waarbij de daad bleef
ontbreken.
Ook in Nederland, aldus deelde pre
sident Jakob verder mede, zal binnen
kort tot een herziening van de ouder
doms- en invaliditeitsverzekering wor
den overgegaan. De uitkeeringen de
zer verzekering zijn thans zoo gering,
dat zij ook bij den Nederlandschen
arbeider in geval van invaliditeit of
ouderdom in geen enkel opzicht de
noodwendige bescherming schenken.
Ook in de Nederlandsche sociale poli
tiek zal in de toekomst het gemeen-
schapsprincipe van den nieuwen tijd
tot uitdrukking moeten komen.
In Duitschland stond reeds lang
vast, dat de bedoelde verzekeringen
zonder staatshulp niet toereikend
zouden kunnen $ijn. Reeds Otto von
Bismarck heeft de eerste stappen in
deze richting gedaan. Het nationaal-
socialistische Duitschland zal vol
tooien, wat toen begonnen werd. Bij
In het Verordeningenblad is versche
nen een besluit van den secretaris-gene
raal van het departement van Landbouw
en Visscherij betreffende den opbouw van
een organisatie voor de voedselvoorzie
ning.
Hierin wordt bepaald, dat genoemde
secretaris-generaal regelen stelt, omtrent
den opbouw van zoodanige organisatie,
zoomede omtrent de aan deze toe te ken
nen bevoegdheden
Tot de voedselvoorziening worden ge
acht te behooren de voortbrenging van den
handel in en de be- en verwerking van
alle producten van de voedselvoorziening
met inbegrip van genotmiddelen
zoomede van die producten van den Ne
derlandschen landbouw, welke niet voor
de voedselvoorziening zijn bestemd
a. akkerbouw, tuinbouw of eenige an
dere tak van bodemcultuur, met uitzon
dering van boschbouw
b. veehouderij en pluimveehouderij.
Tot de voedselvoorziening wordt voorts
geacht te behooren de handel in die ar-
Ük!1JerJ’ welke als 8r°ndstoffen en hulp-
De ambtenaren van het Staatsbedrijf. rn'ddelen v°°r den landbouw en de vis-
met inbegrip van den directeur-generaal. senerq van “Ujondere beteekenis zijn. Ten
behoeve van de organisatie voor de voed
selvoorziening worden lichamen in den zin
Van ar'*'ce' '52 van de Grondwet ingesteld.
Deze lichamen (organisaties) kunnen
zijn bedrijfsorganisaties, onderbedrijfsor-
ganisaties, vakorganisaties vakgroepen en
ondervakgroepen.
De bedrijfsorganisaties en onderbedrijfs-
organisaties omvatten:
a. producenten in den landbouw en In
de visscherij;
b. vakorganisaties of vakgroepen en zoo
noodig ondervakgroepen van handelaren,
bewerkers en verwerkers op het gebied
van de voedselvoorziening.
De bedrijfsorganisaties en onderbedrijfs-
organisaties op het gebied van de grond
stoffen en hulpmiddelen omvatten produ
centen in den landbouw en in de visscherij
en vakorganisaties of vakgroepen en on
dervakgroepen van handelaren.
De organisaties kunnen plaatselijke en
provinciale afdeelingen instellen. Als vak
groepen en ondervakgroepen van handela
ren, bewerkers en verwerkers op het ge
bied van de voedselvoorziening worden ge
bezigd organisaties, ingesteld of erkend op
grond van het besluit no. 206-1940 betref
fende den opbouw van een zelfstandige or-
ganisatie ter ontwikkeling van het be
drijfsleven. Deze vakgroepen en ondervak- - -
groepen kunnen tot vakorganisaties wor- producten van de voedselvoorziening
den samengevoegd. Behoudens ten aan-
zien van de zoo juist genoemde vakgroe
pen en ondervakgroepen geschiedt de in
stelling van een organisatie door den
secretaris-generaal. waarbij tegelijk wordt
vastgesteld een reglement, regelende haar
samenstelling, inrichting en bevoegdheid
De taak van de organisaties is advisee-
rend, uitvoerend en besturend. Een orga
nisatie o/nvat alle deelnemers ongeacht
den rechtsvorm, waarin het bedrijf wordt
uitgeoefend die werkzaam zijn op het
gebied der voedselvoorziening, waarvoor
de organisatie is bedoeld.
Aan de organisaties kan verordenende
bevoegdheid als bedoeld fn artikel 153 der
Grondwet, worden verleend
gulden wettig betaalmiddel zal jand bewust be trod en Ook in
voorkomende gevallen als betaalmiddel
aannemen, omdat men hem toch bij de
banken tegen den vastgestelden koers
kan inwisselen.
Tenslotte werd nog de vraag gesteld of
in Nederland aankoop van buitenlandsche
effecten mogelijk is. Dit is niet mogelijk
zonder toestemming van het deviezeninsti
tuut. Deze toestemming is niet noodig bi,
aankoop van Nederlandsche en Duitsche
waardepapieren.
de keus „rente-verzekering of volks
verzorging is met beslistheid voor
het laatste gekozen.
Ingevolge het woord „het welzijn
der gemeenschap is de hoogste wet
en „Gemeinnutz geht vor Eigennutz’
kan eerst recht bij de sociale verze
keringen van de noodzakelijkheid
van een totale hervorming gesproken
worden. De positie van den enkeling
ten opzichte van den staat is thans
heel anders dan in den liberalisti-
schen-kapitalistischen staat. Ieder lid
der volksgemeenschap is verplicht
om de volksgemeenschap te dienen,
maar ook omgekeerd is de staat
verplicht voor ieder lid der volksge
meenschap te zorgen.
Deze weg wordt thans in Duitsch-
worden beschouwd als Rijksambtenaren.
Ter verzekering van een gelijkmatig
beheer van het Staatsbedrijf dient een
reserve te worden aangelegd, welke wordt
beheerd door den directeur-generaal.
Na afloop van ieder begrootingsjaar
dient het Staatsbedrijf het Rijk een uit-
keering te doen.
De secretaris-generaal van het departe
ment van Financiën en de secretaris-gene
raal van het departement van Binnenland
sche Zaken stellen gezamenlijk de richt
lijnen voor het geldelijk beheer van het
staatsbedrijf en voor het toezicht op dit
beheer vast. Daarbij worden meer in het
bijzonder vastgesteld
a het bedrag der bovenbedoelde reser
ve, de tijdruimte, waarin deze dient te
worden aangelegd, alsmede welke bedra
gen bij deze reserve moeten wórden ge
voegd;
b. het bedrag der uitkeering aan het
Rijk, hetwelk op een onveranderlijk per
centage der inkomsten van het bedrijf
moet worden vastgesteld;
c. de beginselen inzake het aangaan van
leeningen en het opnemen van credieten,
alsmede voor het beleggen van gelden;
d. het aanleggen van verdere reserves.
Het Rijk stelt het staatsbedrijf zoo noo
dig de vereischte kasmiddelen ter beschik
king. Het Rijk waarborgt voorts de vol
ledige nakoming door het staatsbedrijf van
al zijn verplichtingen, welke voortvloeien
uit den postchèque- en girodienst.
Commissie van advies
Voor het geven van adviezen in aange
legenheden, het staatsbedrijf betreffende,
wordt in de plaats van den bij den Post-
raadwet ingestelden postraad een uit
vier leden bestaande commissie van advies
gevormd, welke in principieele en buiten
gewoon belangrijke aangelegenheden dient
te worden gehoord.
Voorzitter dezer commissie is de direc
teur-generaal. De leden van de commissie
worden op voorstel van den directeur-
generaal van het departement van Bin
nenlandsche Zaken voor den duur van drie
jaren benoemd. Zij genieten geen bezol
diging.
De commissie wordt, zooveel zulks noo
dig is, bijeengeroepen. Wettelijke bepalin
gen. met deze verordening in strijd zijn
de. treden in zooverre buiten werking.