HAAGSCaE COURANT planetarium Nee-nAkkertje BINNENLAND Dinsdag 1 April 1941. van N. Wehrmann Afscheid van li De opheffing der deviezengrenzen Organisatiebesluit voedselvoorziening Volksverzorging inplaats renteverzekering voor een MI DERDE BLAD Indeeling der hotels van Accijnsverhoogiog heden in werking getreden Organisatie Staatsbedrijf der P.T.T. Lusteloos? Instelling van lichamen met verordenende bevoegdheid De schepping van een nieuw sociaal recht Fu»ie tusschen N.Z.H.T.M. en W.S.M. te wachten heeft de stoker van de H.B.S. aan den Aronskelkweg in den Haag, de heer N. Wehrmann, afscheid van de school genomen. De directeur, de heer dr. W. F. de Groot (links), overhandigt den heer Wehrmunn den bronzen legpenning der gemeente 's-Gravenhage (Dn,'jc Bij verordening geregeld Onderscheid tusschen hotelbedrijven in centra van verkeer en elders :erste druk van deze, r tedere Katholiek zoo belangrijke brochure in twee weken uitverkocht! tweede dhud is veMcJiene* PRIJS 5 CENT In verband met het bereiken van den pensioengerechtigden leeftijd heeft de stoker van de H.B.S. aan den Aronskelkweg in den Haag, De verbeurdverklaring wapens enz. Omzetbelasting van tabaks fabrikaten uitgesteld tot 1 Mei Men^ k^'n^TdRijks^^^^^uurrijktw^^ al 2«n hier I de voor bedoeld onder a. t Polygoon) fr Bevoegdheden voor den secretaris generaal No. 17840 Gistermorgen werd door het 3-jarig zoontje van den heer W. van der Kley de eerste steen gelegd voor den nieu wen winkel. De winkel van den heer van der Kley is indertijd door een Engelsche bom getroffen en geheel verwoest. De zaken werden daarna zoolang voortgezet in een noodwinkel. Een overzicht tijdens de eerste steen legging. Spoedig zal de zwaar getroffen familie in het bezit zijn van een modern winkelpand. Polj/soon) Tengevolge van een misverstand is in het gisteren doorgegeven communiqué be treffende de omzetbelasting van tabaks fabrikaten een onjuistheid geslopen, met het oog waarop hieronder een herhaling volgt van den juisten tekst: „In verband met de op 1 April in wer king tredende verhooging van den tabaks accijns en de onzekerheid, welke tijdens de voorbereiding daarvan bij de industrie en den handel bestond ten aanzien van den invloed van die verhooging op de detailprijzen van tabaksfabrikaten, is het wenschelijk voorgekomen, de heffing van omzetbelasting en invoerbelasting, welke voor deze artikelen op 1 April in werking zou treden uit te stellen tot 1 Mei a.s.”. Zooals uit het bovenstaande blijkt, geldt het uitstel uitsluitend de heffing van om zetbelasting en invoerbelasting, doch niet de verhooging van den accijns, zoodat de aangekondigde prijsverhooging voor siga ren, sigaretten en tabak met ingang van heden, zooals was bepaald, in werking treedt omstandigheden ongunstiger, dezelf- richting worden ingeslagen. MEDEDEELING Met ingang van heden beginnen onze avonddemonstraties om acht uur. Deze maatregel geldt niet voor de bijzondere voordracht, die morgen Woensdagavond) plaats heeft. Strafbepalingen. Hij die in strijd handelt met een bij of krachtens dit besluit of in een op grond van dit besluit uitgevaardigde verordening gesteld verbod of vastgesteld voorschrift of aan een opgelegde verplichting niet of niet behoorlijk voldoet, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste een jaar of geld boete van ten hoogste 25.000 gulden. Hij die opzettelijk handelt in strijd met zoodanig verbod of voorschrift of opzette lijk niet of niet behoorlijk voldoet aan een opgelegde verplichting, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste acht jaren of geldboete van ten hoogste 50.000 gulden. Terzake van niet-nakoming van door de organisatie uitgevaardigde regelen kan door of namens de organisatie tuchtrecht worden uitgeoefend, waarvan de regeling door de organisaties de goedkeuring van den secretaris-generaal behoeft. Overgangsbepalingen. Hangende de totstandkoming van vak groepen en ondervakgroepen worden in de bedrijfsorganisaties en onderbedrijfsorga- nisaties de handelaren en be- en verwer kers op het gebied der voedselvoorziening vertegenwoordigd door personen, die hen in de rechtspersoonlijkheid bezittende lichamen, als bedoeld in artikel 13 van de Landbouwcrisiswet, vertegenwoordigen; de handel in grondstoffen en hulpmiddelen wordt daarin vertegenwoordigd door daar toe door den secretaris-generaal in over leg met zijn ambtgenoot van handel, nij verheid en scheepvaart aan te wijzen per sonen. De producenten worden in de be drijfsorganisaties en onderbedrijfsorgani- saties tot nadere voorziening eveneens ver tegenwoordigd door hun huidige vertegen woordigers in de rechtspersoonlijkheid bezittende lichamen, als bedoeld in artikel 13 van de Landbouwcrisiswet. Dit besluit treedt heden in werking. Postverkeer met Eins Lotharingen In het postverkeer tusschen Elzas Lo tharingen aan den eenen kant en tusschen het neutrale buitenland en de bezette ge bieden, met uitzondering van het bezette deel van Frankrijk, aan den anderen kant, is, met ingang van heden, het verzenden van gewone en aangetekende pakjes toegelaten. Verordenende bevoegdheid. Indien aan een organisatie verordenende bevoegdheid is verleend, maakt zij de ver ordeningen, welke zij voor het belang van het gebied der voedselvoorziening, waar voor zij is ingesteld, noodig oordeelt. Deze verordeningen kunnen onder meer de volgende onderwerpen betreffen: a regeling van de voortbrenging, den invoer, den afzet waaronder mede be grepen de uitvoer de verdeeling en aanwending waaronder mede begre pen de opslag en de be- en verwerking van producten van de voedselvoorzie ning b. regeling van de vestiging, uitbrei ding, beperking, reorganisatie, tijdelijke of blijvende stillegging, fusie, ver vreemding of het verpachten van bedrij ven op het gebied der voedselvoorziening, waarvoor de organisatie is ingesteld c. het verleenen van vergoedingen aan hen, die door eenigen maatregel als bedoeld onder b., ernstig economisch na deel ondervinden, zoomede het opleggen aan hen, die van een zoodanigen maat regel economisch voordeel genieten, *van de verplichting tot het betalen van een geldsom d. vaststelling van prijzen en marges zoomede van betalings- en leverings voorwaarden met betrekking tot produc ten van de voedselvoorziening e. vaststelling van voorschriften voor de tot de organisatie behoorende onder nemers betreffende het voeren van hun boekhouding en administratie, zoomede betreffende het verstrekken van monde linge én schriftelijke gegevens aan de organisatie. De regelingen als kunnen onder meer inhouden 1 het opleggen van een verplichting tot het betalen van een geldsom ter zake van het verrichten van een hande ling op het gebied van de voedselvoor ziening 2, het opleggen van een verplichting tot inlevering van eenig product 3. het brengen van de aan de uitvoe ring der regeling en het daarop uit te oefenen toezicht verbonden kosten ten laste van alle personen, voor wie de rege ling verbindend is. De organisaties kunnen bij dwangbe- Uitbetalingen over de clearing Nu de stortingen op de clearing zijn opgeheven, werd de vraag gesteld hoe het staat met de uitbetalingen. Regierungsrat Baudetz antwoordde, dat deze gewoon voortgang hebben, voor zoover de uitbetaling uit Berlijn geadvi seerd wordt. Ten einde de liquidatie in dezen zin zoo vlot mogelijk te doen verloopen, verdient het aanbeveling de daarvoor benoodigde B-formulieren zoo spoedig mogelijk in te dienen. Op een vraag of de opheffing van de deviezengrenzen tot gevolg zal hebben, dat de Rijksmark in ons land naast den Naar het ,,Haarl. Dagblad” verneemt, gaat de benoeming van jhr. J J. Röell, directeur van de Westlandsche Stoom tram Maatschappij tot directeur van de Noord-Zuid-Hollandsche Tramweg Maat schappij per 1 April In. Jhr. Röell blijft directeur van de Westlandsche en het ligt in de bedoeling, dat in de toekomst deze beide dochtermaatschappijen van de Ned. Spoorwegen, de WS.M. en de N.Z. H.T.M. tot een fusie zullen besluiten. Vervolg van pag. 1. Op de dagelijksche persconferentie wer den ook door Regierungsrat Bauditz, ver bonden aan het regeeringscommissariaat voor financiën en economie, enkele mede- deelingen gedaan omtrent de opheffing van de deviezengrenzen tusschen Neder land en Duitschland. De heer Bauditz ging ook uit van het feit, dat met ingang van heden de devie zengrens tusschen het Duitsche Rijk en de gebieden, waarin de Duitsche deviezenwet geving en zijn verdere bepalingen van kracht zijn, eenerzijds en Nederland an derzijds. zijn weggevallen. De gebieden, waarin de Duitsche devie zenwetgeving van toepassing zijn, zijn be halve het Duitsche Rijk Danzig, de inge- lijfde Oostzee-gebieden (Memel), Elzas- Lotharingen, Luxemburg, Eupen, Malmedy Moresnet. De opheffing van de deviezen- grens is van Duitschen kant door een „Runderlass” van het Duitsche ministerie van economische zaken, alsmede van Ne- derlandsche zijde door de vandaag ver schenen verordening, bepaald geworden De deviezenbelemmeringen in het ver keer met de bovengenoemde gebieden tre den daarmede buiten werking. Personen die hun woonplaats of hun ge wone verblijfplaats in het Duitsche Rijk hebben, of in die gebieden hebben, waar in de Duitsche devlezenbepalingen van toepassing zijn, gelden voortaan piet meer als buitenlanders. Omgekeerd gelden personen, die hun woonplaats of hun normale verblijfplaats in het bezette Nederlandsche gebied heb ben. niet meer als buitenlanders overeen komstig de bepalingen van de Duitsche deviezenwetgeving. Betalingen naar en van het Duitsche Rijk kunnen voortaan door bankover- schrijvingen of per post zonder devie zentoestemming worden uitgevoerd. Dit brengt dus met zich mede, dat in het betalingsverkeer zoowel ten op zichte van de Rijksmark. als ten op zichte van den gulden geen hinder palen meer aanwezig zijn. Tengevolge van een overeenkomst tusschen de Rijksbank en de Nederlandsche Bank, heeft overschrijving en omrekening plaats tegen den tot dusver geldenden koers van 100 Rijksmark 75.36 gul den. Bij omwisseling zullen geen kosten worden gevraagd. Met de opheffing van de deviezengren zen wordt tegelijkertijd het clearingver- keer tusschen het Duitsche Rijk en Neder land opgeheven. Het clearingsysteem daar entegen blijft bestaan tusschen Nederland en de drie landen, die bij de Duitsche clea- ringkas en het Nederlandsch clearinginsti- tuut een clearing-konto hebben. Deze kontos zullen ook in de toekomst blijven bestaan. De opheffing van de deviezengrens heeft verder tot gevolg, dat alle in Nederland gevestigde personen over hun in het rijksgebied aanwezige ver mogenswaarden, banksaldi en effecten zooals dit reeds in vergaand opzicht het geval was vrij kunnen beschik ken en aan zich kunnen laten over maken. De tot dusverre bij de repatrieering van Duitsche investeeringen verschuldigde ^Sperrmarksteuer". zal ook bij de nieuwe Sperrmarkverorderiing worden geheven. De opheffing van de deviezengrens brengt met zich mede, dat bepalingen in het leven moesten worden geroepen ten einde ont duikingen in welken vorm dan ook, waar door de bedoelingen van de verordening Hlusorisch zouden kunnen worden, on mogelijk te maken. De Zaterdag j.l. ver schenen nieuwe verordening houdt ten nauwste rekening met de gestelde eischen. Zij houdt in vergaand opzicht rekening met de Duitsche deviezenwetgeving. Het geblokkeerde markenbe- lastingbesluit 19*1. Tenslotte gaf als deskundige voor finan- Cieele aangelegenheden bij het Rijkscom- missariaat Freiherr von Langen op de heden gehouden persconferentie een korte beschouwing over het geblokkeerde mar kenbelasting besluit 1941. De regelingen welke ten aanzien van de geblokkeerde markenbelasting waren ge troffen in de Verordening no. 198-1940 be hoefden herziening nu de clearing is opge heven, bij welke herziening tevens een aantal bezwaren is opgeheven, terwijl een aantal onbillijkheden zijn ter zijde gesteld. Men vindt deze aangegeven in de betref fende verordening (no 66) welke in het „Verordeningenblad” no. 14 van heden is opgenomen (en waarvan men den tekst aan treft in onze financieele rubriek van heden). De heer von Langen wees in het bijzon der op de nieuwe bepaling, waarbij een zaak, waarvan is vastgesteld, dat men er belastingplichtig voor is, aks volwaardig Wordt aangenomen en daardoor ook het karakter van geblokkeerd te zijn heeft verloren. Welke beleggingen en vorderingen wel of niet onder de belasting vallen, staat duidelijk in de verordening aangegeven. De strafbepalingen, welke de nieuwe verordening in gevallen van ontduiking vaststelt, komen vrijwel overeen met die voor de inkomstenbelasting. De vrije gulden. Na de uiteenzettingen der deskundigen oestond gelegenheid tot het stellen van vragen. prof. Bruins heeft gesproken van rriogelijkheid. dat een vrije Nederland sche gulden zal worden ingevoerd. Wat jaoet hieronder worden verstaan? Prof. Drums maakte dit met een voorbeeld dui delijk. Wanneer een vreemdeling vrijwillig goud bij de Nederlandsche Bank heeft af geleverd, dan is het redelijk, dat hij daar- €.®n «u'densaldo ontvangt, waarover bij vrij kan disponeeren. In dit geval «Preekt men van „de vrije Nederlandsche gulden’. itftf In het Verordeningenblad is opgenomen een verordening van den Rijkscommis- sans voor hef bezette Nederlandsche gebied betreffende de organisatie van het Staatsbedrijf der Posterijen, Telegrafie en Telefonie. Hierin is met ingang van heden het volgende bepaald: Alle goederen, rechten en verplichtin gen van het Rijk der Nederlanden, het Staatsbedrijf der Posterijen, Telegrafie en Telefonie betreffende, gaan met de goe deren, rechten en verplichtingen van den Postchèque- en Girodienst krachtens deze verordening over op een rechtspersoon, welke optreedt onder den naam „Staats bedrijf der Posterijen, Telegrafie en Tele fonie” en welke te ’s-Gravenhage is ge vestigd. Dit Staatsbedrijf als rechtspersoon treedt in de plaats van het bedrijf in den zin van de Bedrijvenwet 1928 en van het organiek besluit P.T.T 1928. Directeur-generaal verantwoor ding schuldig aan secretaris generaal van Binnenlandsche Zaken De directeur-generaal is belast met het dagelijksch bestuur van het Staatsbedrijf Hij ressorteert onder den secretaris-gene raal van het departement van Binnen landsche Zaken en is dezen ter zake van de regelmatige leiding van het bestuur verantwoording verschuldigd. De directeur-generaal wordt door den secretaris-generaal van het departement van Binnenlandsche Zaken benoemd en ontslagen. De bepalingen betreffende de voor waarden en de kosten voor het gebruik van de instellingen van het Staatsbedrijf der P.T.T. worden door den secretaris generaal vastgesteld. Hij kan deze be voegdheid op den directeur-generaal overdragen. De directeur van het Rijksbureau voor het Hotel-, Café-, Restaurant- en Pen- sionbedrijf, heeft, blijkens een publicatie in de Staatscourant van gisteravond, een voorschrift gegeven, regelend de indee ling der hotelbedrijven Daarbij wordt onderscheid gemaakt tusschen hotelbedrijven, gevestigd in centra van verkeer en die. welke niet zijn gevestigd in centra van verkeer. Het voorschrift geeft daarna een lijst van plaatsen, welke als centra van ver keer worden beschouwd, en waartoe o.m. behalve den Haag, en Scheveningen. ook worden gerekend Delft. Rijswijk en Voor burg. Het onderscheid der twee hotel-soorten betreft in hoofdzaak het volgende De ho tels in centra van verkeer moeten, willen zij op den naam Hotel aanspraak maken, tenminste 12 gastenkamers bezitten (te gen 6 in hotels elders), terwijl zij voorts aan belangrijk hoogere eischen wat in. richting en outillage aangaat, moeten vol doen dan die, buiten de centra van ver keer. Overigens bevat het voorschrift de reeds eerder gepubliceerde eischen, te stellen aan een logement of herberg, een pension, een restaurant en café. In art. 9 wordt gezegd, dat het „den ondernemer, wiens inrichting bij het Rijksbureau staat ingeschreven onder de rubriek „hotel verboden is. die inrich ting onder de benaming hotel-pension's bij het publiek bekend te maken Hij wiens inrichting, aldus wordt in art. 10 gezegd, niet in de rubriek „hotel” is ingeschreven, mag zijn inrichting onder de benaming hotel, al dan niet met bij voegingen, niet bij het publiek bekend maken. vel, medeorengende het recht van parate executie, invorderen al hetgeen haar ter zake van een krachtens bovengenoemde bepalingen opgelegde verplichting ver schuldigd is. Indien de organisaties bevoegd zijn tot het uitvaardigen van verordeningen betreffende de vaststelling van prijzen enz., vindt het bepaalde in artikel 3 van het besluit inzake de benoeming van een gemachtigde voor de prijzen overeen komstige toepassing. Het algemeen toezicht op de organisa ties, voor zoover betreft haar werkzaam heden, geregeld in dit besluit, berust bij den secretaris-generaal of een of meer door hem daartoe gemachtigden. Vijf raden voor de coördinatie van de werkzaamheden Voor de coördinatie van de werkzaam heden der organisaties worden vijf raden ingesteld, elk bestaande uit twee of meer leden en wel a. een raad voor de organisaties, inge steld voor het gebied van de producten van den akkerbouw en daarmede gelijk te stellen producten; b. een raad voor de organisaties, inge steld voor het gebied van de producten van de veehouderij, zoomede van marga rine, vetten en oliën; c. een raad voor de organisaties, inge steld voor het gebied van de producten van den tuinbouw; d. een raad voor de organisaties, inge steld voor het gebied van de visscherij; e. een raad voor de organisaties, inge steld voor het gebied van de grondstoffen en hulpmiddelen Schorsing of vernietiging van besluiten De besluiten en verordeningen van de organisaties kunnen door den secretaris generaal of door een door hem aan te wijzen instantie worden geschorst of ver nietigd, waarbij tevens de gevolgen wor den geregeld Verordeningen inzake prijzen, marges, betalings- en leveringsvoorwaarden zijn steeds aan de goedkeuring van den secre taris-generaal onderworpen. In de be voegdheden van den gemachtigde voor de prijzen wordt geen wijziging gebracht Geschillen tusschen een organisatie en een of meer ondernemers worden bij uit sluiting in eerste instantie beslist door een scheidsgerecht, ingesteld bij den raad, waartoe de betrokken organisatie en de ondernemer behooren. van de uitspraak van een scheidsgerecht staat binnen 20 dagen beroep open bij den secretaris-gene raal. Deze beslist niet dan nadat een com missie van advies is gehoord. Het scheidsgerecht beraadslaagt en be slist met drie leden, waaronder een rechts geleerd lid moet zijn. Geschillen tusschen organisaties onder ling worden bij uitsluiting beslist door den secretaris-generaal, gehoord den be trokken raad of de betrokken raden. Aan bedrijfsorganisaties of onderbe- drijfsorganisaties kunnen aparte lichamen worden verbonden, welke bevoegd zijn tot het aan- en verkoopen en opslaan van mede tot het doen van andere daarmede verband houdende handelingen. Deze lichamen zijn rechtspersonen. Hun instel ling geschiedt door den secretaris-generaal. Zij worden in en buiten rechte door een of meer directeuren vertegenwoordigd. Raad voor de voedselvoorziening De secretaris-generaal stelt voorts een raad voor de voedselvoorziening in. welke hem van advies dient en welke in de plaats treedt van het college voor de voedsel voorziening. De directeur-generaal van de voedselvoorziening is voorzitter van den raad. JA Verkrijgbaar bij kiosken, op de stations en bij derrDienst Materiaal' der N.S.B. Maliebaan 29 te Utrecht. (7>2 ct postzegel bijsluiten voor franco toezending). VRAAGT OOK UW BOEKHANDELAAR! Het Verordeningenblad bevat een ver ordening van den Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied, hou dende wijziging en aanvulling van de verordening no. 220/1940 betreffende de verbeurdverklaring van wapens, munitie en springmiddelen. Zooals bekend werden in laatstge noemde verordening de bepalingen over de verbeurdverklaring niet van toepa»- sing verklaard op wagens, welke voor de jacht bestemd zijn. Volgens de heden van kracht wordein de wijziging is deze uitzondering echter niet toepasselijk op voor de jacht be stemde wapens, welke bij onder ge- noemde personen in beslag zijn genomen of aan zoodanige personen toebehoorenS a. personen, die op grond der ver- ordening no. 6/1941 betreffende den aan meldingsplicht van personen van geheel of gedeeltelijk Joodschen bloede dienen aan te melden, met uitzondering van diegenen, die slechts van een naar ras voljoodschen grootouder in den zin van bedoelde verordening stammen b personen, die tot de Joodsch-kerke- lijke gemeenschap behooren. Aan mededeelingen van president Jakob, leider van de Geschaftsgruppe voor sociale bestuursaangelegenheden bij het commissariaat-generaal voor financiën en economie, ontleenen wij, dat de Duitsche rijksorganisatieleider dr. Ley als leider van het Duitsche Arbeidsfront, dat alle werknemers om vat, ingevolge een opdracht van den Führer een plan voor de toekomstige verzorging, van het Dyitsche volk heeft uitgewerkt, dat onder meer de ver vulling zal brengen van den in het partijprogram der N.S.D.A.P. vastge- legden eisch, dat er een voldoende ouderdoms- en invaliditeitsverzekering moet komen. Daarmee zal een sociaal werk van de eerste grootte tot stand zijn ge bracht. Het doel is om de vruchten van den gezamenlijken arbeid van het volk ook allen ten goede te doen ko men. De zin der verzorging is, dat iedere aalmoes en iedere ondersteu ning zonder dat daar recht op bestaat, principieel onnoodig zullen zijn. Zoo doende gaat het niet slechts om de verbetering van de ouderdoms- en in- validiteitsverzorging, doch om de schepping van een nieuw recht. In plaats van de idee der sociale verze kering komt de idee der volksverzor ging. De uitvoering wordt reeds ter hand genomen. Moge de oorlog deze wel licht vertragen, in geen geval zal de oorlog de uitvoering verhinderen. Is het plan in de daad omgezet, dan zal dit werk de kroon zijn op het stre ven van vele geslachten van arbei ders. In de plaats van het proletariaat treedt dan de zich van zijn functie bewuste, scheppende mensch, die de vrijheid veroverd zal hebben, waar over wel reeds vele malen werd ge sproken, doch waarbij de daad bleef ontbreken. Ook in Nederland, aldus deelde pre sident Jakob verder mede, zal binnen kort tot een herziening van de ouder doms- en invaliditeitsverzekering wor den overgegaan. De uitkeeringen de zer verzekering zijn thans zoo gering, dat zij ook bij den Nederlandschen arbeider in geval van invaliditeit of ouderdom in geen enkel opzicht de noodwendige bescherming schenken. Ook in de Nederlandsche sociale poli tiek zal in de toekomst het gemeen- schapsprincipe van den nieuwen tijd tot uitdrukking moeten komen. In Duitschland stond reeds lang vast, dat de bedoelde verzekeringen zonder staatshulp niet toereikend zouden kunnen $ijn. Reeds Otto von Bismarck heeft de eerste stappen in deze richting gedaan. Het nationaal- socialistische Duitschland zal vol tooien, wat toen begonnen werd. Bij In het Verordeningenblad is versche nen een besluit van den secretaris-gene raal van het departement van Landbouw en Visscherij betreffende den opbouw van een organisatie voor de voedselvoorzie ning. Hierin wordt bepaald, dat genoemde secretaris-generaal regelen stelt, omtrent den opbouw van zoodanige organisatie, zoomede omtrent de aan deze toe te ken nen bevoegdheden Tot de voedselvoorziening worden ge acht te behooren de voortbrenging van den handel in en de be- en verwerking van alle producten van de voedselvoorziening met inbegrip van genotmiddelen zoomede van die producten van den Ne derlandschen landbouw, welke niet voor de voedselvoorziening zijn bestemd a. akkerbouw, tuinbouw of eenige an dere tak van bodemcultuur, met uitzon dering van boschbouw b. veehouderij en pluimveehouderij. Tot de voedselvoorziening wordt voorts geacht te behooren de handel in die ar- Ük!1JerJ’ welke als 8r°ndstoffen en hulp- De ambtenaren van het Staatsbedrijf. rn'ddelen v°°r den landbouw en de vis- met inbegrip van den directeur-generaal. senerq van “Ujondere beteekenis zijn. Ten behoeve van de organisatie voor de voed selvoorziening worden lichamen in den zin Van ar'*'ce' '52 van de Grondwet ingesteld. Deze lichamen (organisaties) kunnen zijn bedrijfsorganisaties, onderbedrijfsor- ganisaties, vakorganisaties vakgroepen en ondervakgroepen. De bedrijfsorganisaties en onderbedrijfs- organisaties omvatten: a. producenten in den landbouw en In de visscherij; b. vakorganisaties of vakgroepen en zoo noodig ondervakgroepen van handelaren, bewerkers en verwerkers op het gebied van de voedselvoorziening. De bedrijfsorganisaties en onderbedrijfs- organisaties op het gebied van de grond stoffen en hulpmiddelen omvatten produ centen in den landbouw en in de visscherij en vakorganisaties of vakgroepen en on dervakgroepen van handelaren. De organisaties kunnen plaatselijke en provinciale afdeelingen instellen. Als vak groepen en ondervakgroepen van handela ren, bewerkers en verwerkers op het ge bied van de voedselvoorziening worden ge bezigd organisaties, ingesteld of erkend op grond van het besluit no. 206-1940 betref fende den opbouw van een zelfstandige or- ganisatie ter ontwikkeling van het be drijfsleven. Deze vakgroepen en ondervak- - - groepen kunnen tot vakorganisaties wor- producten van de voedselvoorziening den samengevoegd. Behoudens ten aan- zien van de zoo juist genoemde vakgroe pen en ondervakgroepen geschiedt de in stelling van een organisatie door den secretaris-generaal. waarbij tegelijk wordt vastgesteld een reglement, regelende haar samenstelling, inrichting en bevoegdheid De taak van de organisaties is advisee- rend, uitvoerend en besturend. Een orga nisatie o/nvat alle deelnemers ongeacht den rechtsvorm, waarin het bedrijf wordt uitgeoefend die werkzaam zijn op het gebied der voedselvoorziening, waarvoor de organisatie is bedoeld. Aan de organisaties kan verordenende bevoegdheid als bedoeld fn artikel 153 der Grondwet, worden verleend gulden wettig betaalmiddel zal jand bewust be trod en Ook in voorkomende gevallen als betaalmiddel aannemen, omdat men hem toch bij de banken tegen den vastgestelden koers kan inwisselen. Tenslotte werd nog de vraag gesteld of in Nederland aankoop van buitenlandsche effecten mogelijk is. Dit is niet mogelijk zonder toestemming van het deviezeninsti tuut. Deze toestemming is niet noodig bi, aankoop van Nederlandsche en Duitsche waardepapieren. de keus „rente-verzekering of volks verzorging is met beslistheid voor het laatste gekozen. Ingevolge het woord „het welzijn der gemeenschap is de hoogste wet en „Gemeinnutz geht vor Eigennutz’ kan eerst recht bij de sociale verze keringen van de noodzakelijkheid van een totale hervorming gesproken worden. De positie van den enkeling ten opzichte van den staat is thans heel anders dan in den liberalisti- schen-kapitalistischen staat. Ieder lid der volksgemeenschap is verplicht om de volksgemeenschap te dienen, maar ook omgekeerd is de staat verplicht voor ieder lid der volksge meenschap te zorgen. Deze weg wordt thans in Duitsch- worden beschouwd als Rijksambtenaren. Ter verzekering van een gelijkmatig beheer van het Staatsbedrijf dient een reserve te worden aangelegd, welke wordt beheerd door den directeur-generaal. Na afloop van ieder begrootingsjaar dient het Staatsbedrijf het Rijk een uit- keering te doen. De secretaris-generaal van het departe ment van Financiën en de secretaris-gene raal van het departement van Binnenland sche Zaken stellen gezamenlijk de richt lijnen voor het geldelijk beheer van het staatsbedrijf en voor het toezicht op dit beheer vast. Daarbij worden meer in het bijzonder vastgesteld a het bedrag der bovenbedoelde reser ve, de tijdruimte, waarin deze dient te worden aangelegd, alsmede welke bedra gen bij deze reserve moeten wórden ge voegd; b. het bedrag der uitkeering aan het Rijk, hetwelk op een onveranderlijk per centage der inkomsten van het bedrijf moet worden vastgesteld; c. de beginselen inzake het aangaan van leeningen en het opnemen van credieten, alsmede voor het beleggen van gelden; d. het aanleggen van verdere reserves. Het Rijk stelt het staatsbedrijf zoo noo dig de vereischte kasmiddelen ter beschik king. Het Rijk waarborgt voorts de vol ledige nakoming door het staatsbedrijf van al zijn verplichtingen, welke voortvloeien uit den postchèque- en girodienst. Commissie van advies Voor het geven van adviezen in aange legenheden, het staatsbedrijf betreffende, wordt in de plaats van den bij den Post- raadwet ingestelden postraad een uit vier leden bestaande commissie van advies gevormd, welke in principieele en buiten gewoon belangrijke aangelegenheden dient te worden gehoord. Voorzitter dezer commissie is de direc teur-generaal. De leden van de commissie worden op voorstel van den directeur- generaal van het departement van Bin nenlandsche Zaken voor den duur van drie jaren benoemd. Zij genieten geen bezol diging. De commissie wordt, zooveel zulks noo dig is, bijeengeroepen. Wettelijke bepalin gen. met deze verordening in strijd zijn de. treden in zooverre buiten werking.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Haagsche Courant | 1941 | | pagina 9