Het inkuilen
van
in
zomergras
o
De Hollandia-roeiwedstrijden te Alphen a.d. Rijn
West-Friesland - Boonencultuur op een villaterrein in het Gooi
i
X
De Vuurtorenwachter
1
I ':3
iHAAGSCHE COURANT Zaterdag 7 Juni 1941 TWEEDE BLAD
HET
TE ALPHEN AAN DEN RIJN ZIJN DE GROOTE HOLLANDIA-ROEIWEDSTRIJDEN BEGONNEN MET DE HEATS VAN HET
HOOFDNUMMER, DE OUDE ACHT. LAGA GAAT ALS EERSTE DOOR DE FINISH. GEVOLGD DOOR NJORD. (Polygoon)
FEUILLETON
(Nadruk verboden.)
HOOFDSTUK XVIII
Hij
Hildur draagt een oud sieraad
voornamen
£Wordt vervolgd.)
HOE DE TUINVERZORGING IN VERBAND MET DEN PRODUCTIESLAG WORDT OPGEVAT. Het voor
een villa in het Gooi gelegen gazon is omgespit en de arbeiders vader, moeder en de vijf kinderen
zijn aan het boonenplanten. (Polygoon)
hoogere beschaving kan onderschei*
den van de als dame vermomde bur
gerjuffrouw.
Het was voor de dames in Chris-
We
en
LANGZAMERHAND VALT DE N OORD-OOST .POLDER DROOG. Tegenover VoUenhove
nadert het eerste gebouw in den nieuwen polder zijn voltooiing. Het is het reparatiegebouw
van de Cultuur Mij., waar in de toekomst de landbouwgereedschappen
gerepareerd zullen worden. (Polygoon)
IN WEST-FRIESLAND IS MEN AANGEVANGEN MET HET INKUILEN VAN HET ZOMERGRAS IN SPE
CIAAL DAARVOOR GEBOUWDE SILO’S. opdat het vee in den kamenden winter zal kunnen genieten
van dit heerlijke sappige product Een der eerste silo’s wordt gevuld. (Polygoon)
het is een dappere kerel! En ik ben
blij, dat ik het maar heb gedaan;
voor hem en voor die meisjes. Wat
zagen die er anders weer piekfijn uit!
Het is me altijd een raadsel geweest, tiansand altijd een onopgelost raad-
hoe ze op die manier kunnen leven
van het traktement van een vuurtoren
wachter. Maar enfin, dat zijn mijn
zaken niet!
Het was nog niet laat in den
avond, toen mevrouw Aagaard het
hotel verliet. Haar zoon vergezelde
haar. Hun huis lag aan den rand van
de stad en ofschoon Björn graag nog
wat by de beide andere heeren was
gebleven om wat na te praten over
de gebeurtenissen van den avond,
voelde hij, dat zijn moeder thans in
de eerste plaats recht had op zijn
gezelschap.
Inderdaad, zij had hem veel te
zeggen! Ze was, evenals de anderen,
onder den indruk gekomen van
mevrouw Vansittart’s persoonlijkheid,
zelfs in de buitengewone omstandig
heden, waaronder de kennismaking
had plaats gehad. De vrouwelijke in
tuïtie is onbarmhartig-critisch bij het
beoordeelen van andere vrouwen. Zij
ziet en taxeert met één oogopslag
die duizend kleinigheden en nuances
van toilet en manier van doen, welke
een man dikwijls ontgaan en waar
door zij onmiddellijk een vrouw van
goede geboorte en uit de kringen van
looze vrouw vormde een lichten last
voor de sterke, jonge armen.
Olsen hoorde Hildur fluisteren...
Dagmar, zij is het!
Maar de dochter, haar moeder te
gen zich aandrukkend, zei rustig:
Vader, ze is naar huis gekomen...
misschien sterft ze. We moeten haar
naar binnen brengen.
Hij gaf geen onmiddellijk antwoord.
Wat moest hij zeggen? Néén?
wendde zich tot den brigadier.
Ik ben je zeer verplicht, Mikkil-
sen, zei hij. We kennen mevrouw!
Je zou me een groot plezier doen, ten
minste als je dat met je plicht overeen
kunt brengen, om met niemand over
dit voorval te spreken. Maar wacht!
Als je langs hotel „Bellevue” komt,
wil je daar dan even zeggen, dat me
vrouw Vansittart plotseling op straat
is flauw gevallen en dat er in mijn
huis voor haar wordt gezorgd?
Ik zal er voor zorgen, zei de poli-
tie-beambte en salueerde.
Toen hij het tuinpad afliep, vroeg
hij zich af, wie die mevrouw Vansit
tart wel kon zijn en waarom juffrouw
Dagmar had gezegd, dat ze „naar
huis was gekomen”.
Daarop draaide hij zich om en keek
naar het huis, waarin de anderen
juist waren binnengegaan. Hij lachte
in zichzelf.
Stel je voor, bromde hjj. Ik be
handelde hem, alsof hij een onver-
valschte baron is. En ik denk, dat
mijn baantje nog heel wat beter be
taalt dan het zijne! Maar in elk geval,
M)
Geef me nu maar allebei een
kus en dan moesten we maar eens
een stevig glas warme punch nemen...
tenzij jullie de voorkeur geven aan
champagne.
Hildur’s zonnige neiging om den
grappigen kant van de dingen te zien,
kwam weer boven.
Wenscht u een schijfje citroen in
uw groc, professor? vroeg ze met de
intonatie van een sociëteitskelner.
Dagmar zette een kleinen koperen
ketel op het vuur. Ze hadden hun som
berheid nu alle drie van zich afge
schud en forceerden zich tot een stem
ming, die iets opgewekts had, want
in dit aardige landhuis was verdriet
een onwelkome gast... toen ze verrast
werden door een scherp kloppen op
de buitendeur.
Juffrouw Lundberg en het dienst
meisje waren al naar bed; uitgeput
door de angstige onzekerheid over het
lot van hun huisgenooten op den toren.
Dus ging Olsen zelf naar de deur en
di beide meisjes luisterden in span
ning.
Ze hoorden hun vader zeggen:
Hallo, Mikkilsen, wat is er aan
de hand?
GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD-HOLLAND
hebben voorgesteld ten behoeve van de restauratie van het
perceel O. Z. Voorburgwal 14 te A’dam, aan de vereeniging
„Hendrik de Keyzer” een subsidie te verleenen. (Polygoon)
vallen myn toelage te verdubbelen
en toen ik meneer Traill vertelde,
dat ik al van Hildur hield, lang voor
dat ik wist, dat ze zijn dochter was,
gaf het me een kolossalen schok,
toen ik hoorde, dat hjj van plan was
haar een bruidsschat van een half
millioen dollar te geven. De kwestie,
waarover het nu gaat, is niet meer
of de aangenomen dochter van een
armen vuurtorenwachter, die in wer
kelijkheid misschien een vermomde
graaf of baron is, een geschikte par
ty voor mij zou zijn, maar omge
keerd, of een arme luitenant-ter-zee
dat is voor een millionnairsdochter!
Mevrouw Aagaard hijgde van op
winding. Dit overtrof de stoutste ver
wachtingen, welke ze ooit omtrent de
toekomst van haar zoon had ge
koesterd.
Het is natuurlijk een buitenge
woon gelukkige omstandigheid, ging
deze jongeman voort, dat Hildur
en ik het tevoren al met elkaar eens
waren; anders zou ik me in deze
omstandigheden als fatsoenlijk man
natuurlijk hebben moeten terugtrek
ken. Maar luistert u nu eens,
moeder. Voorloopig mag over alles
wat vanavond is gebeurd, natuurlijk
geen woord worden gesproken,
moeten eerst van meneer Olsen
van meneer Traill hooren, of zij den
tijd al gekomen achten om alles pu
bliek te maken.
DUITSCHE SLAGSCHEPEN nemen de bemanningen van tot
zinken gebrachte Engelsche schepen over. De bedieningsman-
schappen van het geschut der vijandelijke handelsschepen
H ra een stalen helmen. (Holland)
Mikkilsen was een brigadier van
politie, dien ze heel goed kenden.
Het spijt me, dat ik u lastig moet
vallen, zei de man, maar er is iets
heel eigenaardigs gebeurd. Ik kwam
een minuut of tien geleden een dame
tegen, een vreemdelinge, die me den
weg naar uw huis vroeg. Dien wees
ik haar, maar omdat de dame me
erg van streek leek, volgde ik haar
langzaam. Ik was erg verbaasd, toen
ik haar door het raam van uw woon
kamer naar binnen zag kijken. Zoover
als ik kon zien, stond ze te huilen om
steenen te vermurwen en ik verbeeld
de me, dat ze wilde kloppen, maar
toch niet goed durfde.
Waar is ze nu? Waar is ze ge
bleven?
Olsen trad naar buiten in het maan
licht. De meisjes, bleek en trillend
op haar beenen, volgden hem.
Ze holde weer hgt tuinpad af en
viel als een blok neer vlak bij het
hek. Ik was net te laat om haar op
te vangen. Ik heb haar opgebeurd en
op een bank gezet. Daar is ze! Ik
dacht, dat het het beste was, voordat
ik haar hierheen bracht... om u even
te vertellen...
Voordat Olsen zich bewoog, snelde
Dagmar den tuin in, gevolgd door
Hildur. Aan een hevige aandoening
ten prooi, volgde de vuurtorenwach
ter haar. Hij zag Dagmar bukken
over een onbeweeglijke gestalte, die
half-ineengezakt op de tuinbank zat.
De gracieuse figuur van de bewuste-
sel geweest, waar Dagmar Olsen
haar „Fransche" manier van zich te
kleeden vandaan had. Mevrouw
Aagaard wist nu, dat zij een recht-
streeksche erfenis was van haar
moeder. Deze ontdekking was in ze
keren zin een bevestiging van een
vermoeden, dat zij altijd diep-binnen-
in had gehad, namelijk dat Axel Ol
sen iemand van voornamen huize
was.
Tijdens hun rit naar huis, ver
trouwde zij een en ander van deze
denkbeelden aan haar zoon toe en ze
was hoogst verontwaardigd, dat hij
zich daarvan allerminst een aanhan
ger betoonde.
Mijn beste jongen, riep ze met
pathos uit, je schijnt heelemaal de
groote waarde voor je carrière niet
in te zien van een vrouw van goede
familie.
Moeder, maakte hij een eind
aan haar woordenstroom, u hebt
daarnet gehoord, dat Hildur de doch
ter is van mr. Traill. Meneer Train
en ik hebben heel wat over haar af
gepraat de laatste paar dagen. Ik
heb u voor vanavond niet meer ge
zien, zoodat ik geen gelegenheid heb
gehad om u alles te vertellen wat er
besproken is. Hoe we er zelf finan
cieel bijzitten behoef ik u niet te ver
tellen! Het zou u niet gemakkelijk
NA DE LANDING OP HET EILAND KRETA.
TRANSPORTVLIEGTUIG JU 52 BRENGT MOTORFIETSEN EN MUNITIE TER
VERSTERKING AAN. (Holland)
- J***
VX.
X s». 's- jt
.r.
f'
rags
>7
i X -