van onze m ZILVER AAN DE SANDAWAKU De jeugd plukt boschbessen - De strijd tegen de Sovjets voedingsgewassen - Zuid-Limburg neemt toe V erbetering Schapenteelt w A t as I TWEEDE BLAD '4 Juli 1941' FEUILLETON BAAGSCHE COURANT Vrijdag O Ill K 1 t Polygoon) EEN IN BRAND GESCHOTEN SOVJET-TANK. DUITSCHE ZWARE ARTILLERIE TREKT ER LANGS. (Hoffmann) Hoffmann) (Hoffmann) DE DUITSCHE TROEPEN TREKKEN KOWNO BINNEN. DOOR BRANDENDE DORPEN GAAT DE OPMARSCH VAN DE DUITSCHE TROEPEN VERDER. (Nadruk verboden.) IWordt vervolgd.). zijn niets landbouwgewassen” onder leiding van ir. C. Koopman aan de verbetering van de Neder- landsche voedselproductie. De proefvelden worden geregeld met groote zorg gecontroleerd. TERUG VAN DEN KAPPER. Ook Zuid-Limburg legt zich den laatsten tijd meer en meer toe op het houden van schapen. Een kleine kudde bij Margraten, welke bij den schapenscheerder haar wollen jasje heeft uitgetrokken fHct Zuiden) DE BOSCHBESSEN-PLUK IS IN VOLLEN GANG. Met alle soorten emmertjes, potjes en pannetjes trekt de Groesbeeksche ieugd het bosch in. 'Polygoon) den herfst, maakt zich een angstig ge voel meester van ieder, die in de taiga moet zwerven. Het is, alsof boomen en heuvels en bergen, alsof de geheele natuur zich op den weerloozen mensch wil storten en hem vermorzelen. Niets dan oerwoud, drukkend en beklem mend; een vijandige natuur, druipend van kille vochtigheid, rottend en vol bederf. Neen, in dezen tijd is het waarlijk geen genoegen, dagelijks door ravij nen en dalen, over bergkammen en heuvels te moeten trekken en voort durend te moeten denken: Eén oo- genblik van onachtzaamheid kan mijn dood beteekenen. Haaivischwillie heeft zijn speurtoch ten beperkt tot die streken, welke al len leden der expeditie bekend zijn. Ook hij, de meest roekelooze van allen, schijnt zich niet meer in onbekende ge bieden te durven begeven. Een paar dagen geleden kwam hij- ’s avonds thuis en maakte een zeer on- rustigen indruk. Hij ging bij den haard zitten en staarde somber in het vuur. Rouca Gura trad op hem toe. Scheelt er iets aan, makker? Haaivischwillie keek op, doch gaf geen antwoord. Hij had blijkbaar een onaangenaam avontuur beleefd, waar over hij liever niet wilde spreken. Eerst na het avondeten kwam hy los. Hij wendde zich tot Rouca Gura en vroeg: schlennik schijnt inderdaad van den aardbodem verdwenen. Wie weet het echter zeker? Niki Gornenburg, die sinds eerste successen aan de rivier meer van de jacht wil weten, brengt het grootste gedeelte van zijn vrijen tijd met hengel en snoeren door. In het aan zijn bewaking toevertrouwde dis trict is het wild bijna geheel verdwe nen en slechts zelden krijgt Niki kans om een paar fazanten of wilde eenden neer te schieten. Te verwonderen is *t dus niet, dat de hengelsport thans zijn algeheele belangstelling geniet. Haaivischwillie heeft verklaard, niet te zullen schieten voor hij het „groo te wild” in zicht krijgt. Met het „groo te wild” bedoelt hij natuurlijk den pro- myschlennik. Rouca Gura en Niki ge ven hem groot gelijk, doch glimlachen in stilte en denken aan den fabel van den vos en de zure druiven. Niki Gor nenburg heeft namelijk vorige week gezien, dat Haaivischwillie een troep herten trachtte te besluipen, waarbij hij zoo onhandig te werk ging, dat de dieren veel te vroeg lucht kregen van den jager en zich bijtijds uit de voeten maakten. Aldus is Rouca Gura de eenige, die in de dagelijksche behoeften van versch vleesch voorziet. Doctor Sil- lery komt voor de jacht niet in aan merking en Wassil Michailowitsch Tschikoff heeft zooveel in de hut te zoeken naar de goudschatten voort te zetten? Rouca Gura steekt een sigaret op en staart de blauwe wolkjes na. Wat er ook gebeurde, zoolang ze geen bewijs hebben, dat de bandiet der wil dernis voor goed is heengegaan of ge dood, mag Haaivischwillie niet zon der bescherming in het dal van het Goudriviertje graven. Wdt dan? Zal één hunner den schatgraver dekken? Ook dat is onmogelijk. Het dal van het Goudriviertje is zoo moeilijk te over zien, dat één man ter bewaking niet voldoende is. Moeten ze er dan alle maal heengaan? Evenmin. Het kamp, de blokhut en de paarden, mogen niet zonder bewa king blijven. Want gingen bijvoorbeeld de paarden verloren, dan waren ze machteloos overgeleverd aan alle dui zenden gevaren der wildernis. Hoe zouden ze bijvoorbeeld met de ten ten, de voorraden levensmiddelen en dekens wegkomen als ze niet de pak paarden ter beschikking hadden? En dat zijn nog maar enkele punten van het moeilijke programma. Wat Haaivischwillie aangaat: die doet zonder de minste aansporing zijn uiterste best om het gestelde doel te bereiken. Dagenlang zwerft hij door de wildernis, dringt door in gebieden waar de kameraden nooit eerder zijn geweest, doch heeft voorloopig even weinig succes als graaf Rouca Gura of Niki Gornenburg. De promy- Wat zou je moeten doen als je in de wildernis verdwaalde? De graaf keek hem verwonderd aan- Hoe bedoel je, Haaivischwillie? Tja, ziet u eens, hernam de reus aarzelend, de taiga is bijna overal eender... overal hetzelfde beeld, boo men, struiken, en u begrijpt: ’t is best mogelijk, dat je verdwaalt... Rouca Gura knikte. Gelijk heb je, Haaivischwillie- Dat gevaar is voor mij niet minder groot dan voor jou. Het eenige, dat ik je raden kan, is: wees voortdurend op je hoede. Tenslotte moeten oefening en instinct je ook nog een beetje helpen. Doch met dit antwoord was Haai vischwillie nog niet tevreden. En als ’t ongeluk nu toch eens gebeurt... wat moet ik dan doen? Rouca Gura haalde de schouders op. Haaivischwillie wist nu genoeg en dien avond kwam er geen woord meer over zijn lippen. Hij piekerde en piekerde en kwam slechts tot één resultaat: ik ben hier in het rijk van den witten tijger; ver dwaal ik, dan ben ik reddeloos verlo ren. Haaivischwillie’s bezorgdheid is niet overdreven. Hij weet heel goed, dat de Mandsjoerysche witte tijger grooter, gevaarlijker en bloeddorsti ger is dan de Bengaalsche of konings tijger. 16) Te oordeelen naar de rust der laat ste weken zou men mogen aannemen, dat de promyschlennik een goed heen komen heeft gezocht. Zou hij werke lijk afgeschrikt zijn door de waak zaamheid der vrienden, zoowel ’s nachts als overdag? Of is ook hij op zijn beurt het slachtoffer geworden van een der duizenden gevaren, die in de wildernis loeren? Ook met deze mo gelijkheid moet men rekening hou den. In ieder geval staat het vast, dat de kerel zich den laatsten tijd niet in den omtrek der blokhut heeft opgehouden. Want in dat geval zou hij, Rouca Gura of Haaivischwillie of Niki een spoor hebben gevonden. En dit was niet het geval. Best mogelijk, dat de pro myschlennik een gemakkelijker buit heeft ontdekt. Hoe het echter ook zij: ze moesten «u aan den terugtocht gaan denken. Haaivischwillie? Zou die nog steeds het onzalige plan koesteren om het doen, dat men hem niet met nog meer werk mag belasten. Niet dat de graaf zich beklaagt. In tegendeel: hij verlangt niets beter. Rouca Gura is een hartstochtelijk ja ger, d.w.z.: jager in de goede betee- kenis van het woord. Hij behoort niet tot degenen, die alles moeten dooden wat in bosch en veld loopt of vliegt. Hij stelt zich dikwijls tevreden met een^stuk wild te achtervolgen, te be spieden en zijn gewoonten te leeren kennen. Helaas; juist de laatste dagen is hij genoodzaakt, zooveel mogelijk buit te1 maken en de uitgeputte voorraden der gemeenschappelijke keuken te verster ken. Drie dagen geleden heeft hij een eland neergelegd; een pracht-beest, dat hij echter graag had willen laten loopen. Doch de vrienden wachtten op vleesch en hij moest zijn gevoelig heid onderdrukken. De wildernis deint zich in eindeloo- ze verten. Het zwerven in deze troos- telooze verlatenheid wekt deprimee- rend op de zenuwen. Thuis, in Oosten rijk, was het heerlijk in de eenzaam heid te dolen; men had dan immers het gevoel naar eigen wensch en belie ven zoo spoedig mogelijk onder een veilig dak te kunnen komen. Hier echter is men eenzaam en verloren, overgeleverd aan alle gevaren der na tuur, een machteloos atoom in een on afzienbare verlatenheid. Vooral nu, bij het voortschrijden van GESTAGE OPMARSCH VAN DUITSCHE TROEPEN OP HET SOVJET-GEBIED. In lange colonnes bewegen de Duitsche troepen zich over de stoffige wegen in het Sovjet-gebied, steeds den wijkenden vijand achterna. Op den achtergrond de rookzuil van een brandend dorp. Qok hier werd de vijandelijke tegenstand gebroken. Atlantic-Holland) Oj Ij MW5 ar 4 4 -x,'"'

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Haagsche Courant | 1941 | | pagina 5