VOOR DE JEUGD
JMDSiT IMOIP.IEM/A
O
4*,
PORTWIJN
Dlbppers’
corsets
de Douro
Het fijnste product
van
CORRESPONDENTIE
OPLOSSINGEN DER RAADSELS
NIEUWE RAADSELS
DE BEGRAFENIS VAN
Mr. J. J. SCHOKKING
FOTOWEDSTRIJD TENTOONSTEL
LING „BLOEMEN EN BEELDEN”
CREMATIE J. VAN DER TUUK
BENOEMING EN ONTSLAG VAN
LEERKRACHTEN
pag. 2
ROOK6RS S
SPR€K€RS Verfriseh Uw
ZANG6RS -
HAAGSCHE COURANT Zaterdag 19 Juli 1941 3e bl.
NIEUW PROGRAMMA IN
„PICCADILLY”
TANTE ETTY,
K IN ERM ATIN ÉE IN DE KURZAAL
zeboe.
R. DE RUYTER-v. d. Feer.
'N VERJAARSCADEAU VOOR LODI I
Trees
vroeg
(Teekening G. Huysser)
de
gaat, dan
In
Of
een
ze
hij
een
ze
om
C4 4
op
Voor
de
de
BENOEMING, OVERPLAATSING EN
ONTSLAG LEERKRACHTEN
èlles
ernstige, hard
„Je moet slagen dit jaar, want
je kunt het.”
er
het
zei
ge-
de
3. Mijn eerste in een boom.
Mijn tweede zét men een tuin mee af.
Mijn geheel is een naam van een stad
in Zuid-Holland, zooals deze meestal ge
noemd wordt.
t
li
v
z
n
c
1
1
1.
2.
niet.
3.
1
j
V
1'
n
j'
n
d
Zi
li
V
n
v
a
d
'o
l
s.
o
k
h
d
li
j<
n
v
o
s
i:
ti
ii
V
V
V
d
F
D
0
■v
k
t
1
t
10 cl
Metser.
25 a
vriendinnetjes
verzocht
vermelden
Kinderrubriek
Zoodra je directrice van het ziekenhuis
bent. Goed?
Och. malle! zei Trees. Ze lachte en
huilde tegelijk. En over „het verbreken
van de vriendschap” werd nooit meer ge
kikt. Want die was nu zóó stevig gewor
den. dat het eenvoudig niet meer moge
lijk was, er iets aan te verwikken of ver
wegen.
Huis, kamer. Huiskamer,
Prijzen vielen ten deel aan
„Viooltje”, ..Betty Boop”.
En ze trok met een norsch gezicht aan
de bel
medaille van de V.V.V. ’s-Gravenhage)
M. J. Schiltman te Amsterdam-Z.; 3e
prijs (bronzen medaille van de V.V.V.
’s-Gravenhage) E. v. Wijk te den Haag;
eervolle vermeldingen: G. F. Enger te
Wassenaar en C. Rueck te den Haag.
Onder zeer veel belangstelling is gister
middag in het crematorium te Velzen de
verassching geschied van bet stoffelijke
overschot van den heer J. van der Tuuk,
oud-administrateur van de suikeronderne
ming Wono Sarie, overleden in den Haag.
Aanwezig waren de heeren J. C F. Schor
directeur der Koloniale Bank te Amster
dam. F. M. de Haseth namens commissa
rissen van de Hofstadbank, A. J. Houck,
directeur dezer bank, W. Ch. E. Koch, C.
en K. O Slingervoet Ramondt, J. M. Ac-
ket, J F. B. Bok J. H. Bybau, C. Cardi-
naal, B. Jacobsen. C. N. W. Henstra, jhr.
W. P. de Kock, N. Karreman, J. de Jong
jr., J. C. Nieuwdorp. Tj. Pyttersen, A.
Remmert, H. Rooseboom, R. A. W Soes
man, allen in den Haag, P. J. Nieuwdorp,
Voorburg, J. Fischer, Amsterdam, H. Pott,
Assen, J. W Mac Donald, Bergen N.H., T.
Bieuland van Oordt, Dordrecht, D Jon
gens. Gieten, mr. J R. v. d. Wal, Haren,
W Lasschuit, Bloemendaal, G. F. Enger,
J II. Bessem, beiden te Wassenaar, C.
Spoor, Hilversum, e.a.
Een broeder van den overledene heeft
namens de oude moeder, die niet aanwe
zig kon zijn, een laatsten groet aan den
ontslapene gebracht, en meegedeeld, dat
naar diens wensch geen toespraken wer
den gehouden. Ook heeft hij voor de be
langstelling bedankt. Bij het dalen van
de kist speelde de organist Ases’ Tod, uit
de Peer Gyntsuite van Edv. Grieg.
2. Ik ben een dier van 7 letters, doe
er de drie laatste af en ik ben van nut.
Kap, Ster. Kapster.
Allen dieren want een toren springt
straat 121 (school B), naar de soortgelijke
school Galvanistraat 43
op eigen verzoek eervol ontslag te ver-
leenen aan mej. M. W. Mioulet. als hoofd
van de Gemeentelijke school vbor voor
bereidend onderwijs Van Oosterwijk-
Bruijnsstraat 3, met ingang van 1 Augus
tus 1941.
w
Eén klem tabletje zuivert Uw aden»
en verjaagt de geur van tabak
ol alcohol bonen één minuut
Rede van professor dr. J. de Zwaan
Zooals reeds werd gemeld, is gister
middag op de Algemeene begraafplaats
onder groote belangstelling het stoffelijke
overschot van Staatsraad mr. J. J. Schok-
king ter aarde besteld. Bij de geopende
groeve heeft allereerst pref dr. J. de
Zwaan het woord gevoerd. Spr. schetste
den heengegane als vriend en als Chris
ten. Tegenstanders heeft hij wel gekend
doch geen vijanden. Getrouwheid, in hel
groote en in het kleine, in het zakelijke
en in het persoonlijke, was het kenmer
kende in het leven van mr.Schokking.
Als herder en leeraar kweet hij zich var.
rijn taak, die God hem gesteld had. Hem
zijn voorgegaan de Savornin Lohman, de
Visser en Slotemaker de Bruine, tezamen
zie ik hen, aldus spr, als de dragers van
een schild, waarop geheven was de fiere
gestalte van de Christelijke getuigenis.
Zij waren de vier herauten van den Ko
ning der Koningen, vol blijvende bezie
ling. Zoo zal de historie hen schilderen:
de vier strijders met het zwaard des
geestes.
Staande aan het graf weten wij, dal
hier de poort is. waar de tijd en het tij
delijke niet kunnen binnentreden. De per
soon van mr. Schokking had iets aarts
vaderlijks. Zijn levenstaak zien wij in hel
eeuwige licht, dat uit de poort, die leidt
tot het onvergankelijke, straalt. Dat licht
doet al het tijdelijke kennen in zijn wer
kelijke waarde. Laten wij ons, zijn vnen.
den, leerlingen en verwanten, openstellen
voor de groote troost van het eeuwige
licht en denken aan de regels van het
vers:
„En gij mijn ziel, het ga zoo ’t wil,
Stel u gerust, zwijg Gode stil.
Hij is getrouw.”
Laat ons bij dit heengaan vertroost
worden met de vertroostingen Gods.
Afscheidswoord van den oudsten
zoon
Namens de familie heeft de oudste zoon
van den ontslapene, mr. J. J. Schokking,
een woord van afscheid gesproken; Spr.
herinnerde, hoe zijn vader plotseling is
weggenomen. Tot het laatste toe heeft njj
de volle intensiteit van toewijding be
waard. Hierbij putte hij uit de bron van
liefde tot het geloof en den naaste. Op
verschillende terreinen van het leven heeft
hij zich dienstbaar gemaakt.
„Roze n knop j e”. Huiswerk gaat
voor hè? Vooral nu er een rapport in ’t
zicht is. Zou het mooi zijn? Mijn adres
is ook een raadseltje maar dan zonder
oplossing. Ja, het is heerlijk. Vele
groetjes terug.
„Me i regen”. Neen, die poes hebben
we niet meer. Neen, dan kan je niet erg
oefenen. Maar buiten gaat het toch wel?
Zal je je leeftijd niet meer vergeten?
„T r o p e n f e e”. Jammer, dat de cou
rant zoek was hè? Dus dat houd ik nog
aan je te goed? De groeten van Bep.
„Goudsbloempj e”. De raadsels
heb je goed. Ga zoo maar door dan ben
je weer gauw in het lootjesbusje. Heb je
er al mee gespeeld?
„Jan de Lapper”. Je briefje was
toch nog op tijd hoor. Dat was vroeg.
Waren er al veel menschen?
„M u i s j e”. Neen hoor, daar ben ik
heelemaal niet boos om. Was je het ver
geten?
„Joke”. Dat is fijn. Ja, je kunt daar
heel wat leeren. Doet het niet zeer? De
groeten van ons terug.
„M a d e 1 i e f j e”. Dat is leuk. Nu heb
„Bobbie”, je er zelf ook een. Heb je er al wat mee
Prijzen afhalen aan het bureau 11338-
sche Courant op Woensdagmiddag Daar,
bij uitsluitend je ware namen opgeven.
Morgen, Zondagmiddag 20 Juli, geeft
de ’s-Gravenhaagsche politie-muziekver-
eeniging „Onderling Kunstgenot” van 14
tot 17 uur een tuinconcert in den Haag-
schen Dierentuin. Men zal dus Zondag
de vele nieuwe aanwinsten kunnen be
wonderen onder de vroolijke tonen van
het sympathieke Haagsche muziekcorps.
De Zebra’s, die al een paar dagen in
de eerste buitenkooi van den open aan
leg zijn ondergebracht om aan de andere
dieren te kunnen wennen, loopen nu ook
op de open aanleg tusschen de andere
dieren, zooals kameelen, lama’s, zeboe,
nandoes enz.
gemaakt? Dat is veel hoor. Wat zullen
jullie gesmuld hebben. De groeten van
Bep.
„Huismoedertj e”.
(zilveren medaille
’s-Gravenhage) M.
vendien!”
niet uit.
„Gunst” zei Toepie, „van punten ge
sproken: je weet toch, dat ik jouw kaart
nog in m’n tasch heb?”
Ja zei Trees.
Van dien middag, toen we goed wil
den koopen bij Gevers. Nou, maar nu heb
ik toch zoo iets allerleukst gezien. Dat
koopen we vast. Bloemetjes goed in drie
kleuren: grijs met blauw en lila voor mij,
suf, dat puntengedoe!
eens eventjes gauw
kunt koopen, hè?”
..Ja, ’t is suf,” zei Trees. En ze dacht:
..En als je dan nog geen geld hebt ho
rnaar ze sprak de gedachte
Uitvoerig schetste spr. den persoon van
zijn vader en hetgeen hij heeft gedaan.
Nimmer, aldus mr. Schokking, was mijn
vader voldaan over zichzelf.
Dank werd gebracht voor de betoonde
belangstelling. Gezamenlijk werd hierop
gezongen Gezang 495, „Waar is een
vreugd, een kalrnt’, een heil”. Ds. L. D.
Terlaak Poot, die ten sterfhuize een rouw
dienst had geleid, las de Begrafenisliturgie
en bad het Onze Vader.
Onder de kransen was er een van den
Raad van State.
Raadselvriendjes en
wordt uitdrukkelijk
enveloppe te
Het Piccadilly-variété brengt deze
week een goed verzorgd en aan afwis
seling rijk programma, dat des avonds
den bezoekers een aangename verpoo-
zing zal bereiden. In de eerste plaats
vraagt een vlot danseresje, Gabriele
Destré, de aandacht. In een Zigeuner
dans en in „La Fée dragée”, in welken
laatsten dans de vertolkster als een be
koorlijke fee was gekleed, heeft zij haar
kunnen getoond. Voorts was er Maria
Wien, aangekondigd als „de Nederland-
sche Zarah Leander”, die als lady-croo-
ner zeer verdienstelijk eenige liederen
zong, o.a „Von der Puszta will ich
traumen” en „Das Lied der Wüste”.
Als bijzondere attracties waren er ten
slotte twee rijwielartisten. Pierre en
Johnny, de „Tapsons”. die verbluffende
staaltjes van behendigheid op het
draaiende rad ten beste gaven, en Char-
ly Boulanger, excentriek, die met zijn
komieke optreden dg aandacht geboeid
hield De muzikale omlijsting berustte
bij het trio-Gartner in goede handen.
Op de - kindermatinée van Woensdag
23 Juli in de Kurzaal zal Henri Nolles
in het mechanische poppentheater de
wonderlijke avonturen van Hans op het
Vuurschip vertoonen Daarna krijgen de
kinderen een aardig gebarenlied. Na de
pauze worden levende Handschaduw-
beelden vertoorid, een bijna vergeten
kunst, door Nolles tot nieuw leven ge
wekt, en tot slot wederom een reeks ver
makelijke goocheltoeren. waaraan de
jeugd een werkzaam aandeel neemt.
CONCERT IN DEN DIERENTUIN
Oplossingen en briefjes moeten uiter
lijk Woensdagmorgen aan het bureau
Haagsche Courant bezorgd zijn. Alles
moet onderteekend zijn met - je ware
namen voluit, schuilnaam, leeftijd en
adres. Op het couvert vermeldenAan
Tante Etty.
B. en W. bieden den Raad de volgende
voordrachten aan ter benoeming van
le. een hoofd aan de openbare lagere
school Nijkerklaan 91. F. A. Pen,lee
raar aan de machinistenschool te Ensche
dé 2. E J. Boneschanscher, hoofd eener
bijzondere lagere school te Maastricht3.
J. R. Noorman, onderwijzer bij het open
baar uitgebreid 'lager onderwijs te den
Helder
2e. een hoofd aan de openbare school
voor uitgebreid lager onderwijs B Doorn
straat 170 1. D. L. Hage. onderwijzer bij
het openbaar uitgebreid lager onderwijs
in deze gemeente 2. P. M. van Sermondt,
als voren, te Leiden3. P. J. Somers,
als voren, in deze gemeente
Voorts de volgende voordrachten ter
benoeming van
le. een onderwijzeres aan de open
bare lagere school Weissenbruchstraat
1901. mej. A. Stokschen, kweekelinge
bij het openbaar lager onderwijs te
Utrecht 2. mej. A. C. Kater, onderwijze
res bij hei openbaar lager onderwijs te
Anna Paulowna 3. mej. G. J. Kranen
donk. kweekelinge bij het bijzonder lager
onderwijs te Amsterdam
2e. een onderwijzer aan de openbare la
gere school Escamplaan 61 (school B)
1. H Koops, tijdelijk onderwijzer bij het
openbaar lager onderwijs te Rotterdam
2. M. van Toorn, als voren3. A. J. Bal
kenende, kweekeling bij het openbaar la
ger onderwijs alhier.
B. en W. stellen tevens voor om
over te plaatsen: 1. W. Hoekwater, onder
wijzer aan de openbare lagere school Al-
berdingk-Thijmplein 33 (school A) naar
de soortgelijke school Vlierboomstraat
3662- W. A. Steenbergen, onderwijzer
aan de openbare lagere school Zuster-
„Huismoedertj e”. Dat is fijn.
Zoo boos? En nu mochten jullie toch nog
vroeger weg. Vele groetjes terug.
„Viooltje”. Ja, dat heb ik ook ge-
ziep. Mooi is het hè? De groeten van Bep.
De hartelijke groeten van jullie aller
„T o m p o e s”. Fijn zeg. Dat is een
heele tijd, maar je hebt je zeker zeker
welniet verveeld.
„Duikelaartj e”. Wat heb je ge
kozen? Waarom stuurt ze geen briefjes
meer? Ik zal goed schudden hoor.
„R o 11 e r d a m m e r t j e”. Dat is fijn
zoo met zusje rijden. Heb je het mogen
doen van Moeder? Ja het was erg aardig.
„B e 11 y B o o p”. Ben je al weer beter?
Je schuilnaam is in het lootjesbusje. Heb
je fijn gespeeld? Vele groetjes van ons
terug.
„B o b b i e”. Ja het is erg vervelend,
maar laat het nu niet weer verloopen. Als
je zelf niet kunt mag er ook een ander
het halen.
„P o p p e n d ij n t j e”. Ik kon het goed
lezen hoor. Dat is al gauw. Fijn zeg.
Waar woont je Tante ook weer? De groe
ten van Bep.
„Hamsterbloempj e”. Ja het is
erg warm geweest. Gaat het nu al een
beetje? Fijn zoo in het water hè? Dat is
prettig hoor. Vele groetjes van ons terug.
„Pommetje” Je moet vijf keer de
raadsels goed hebben gehad voor je in
aanmerking komt voor een prijsje.
„Florence Nightingal e”. Ik kon
het best lezen hoor. Dat is niet zoo leuk.
Heb je geen vriendinnen, waar je gezellig
mee uit kunt gaan? Rekenen moest ook
een 8 zijn hè? Of is dat den volgenden keer
zoo? Verder vind ik het mooi. De groeten
van ons terug.
„Kwikstaartj e”. Dat is fijn. Bij
wie ga je logeeren? Ja dat mag hoor.
Vele groetjes terug.
„M e i k e v e r t j e”. Heb je er al wat
mee gemaakt? Dat is een leuk werkje.
„Dokte r”. Ben je al aah het vervel
len? Neen, dat dacht ik wel, ik vroeg het
alleen maar om je een beetje te plagen.
Daar kan je toch wel tegen?
„Z i 1 v e r p ij 11 j e” Hoe heet het boek?
Dat was een heel kunstje. Het is
grappenmaker hoor.
„Rozenknopj e”.
Er klonk een jubelkreet van 'tbalcon.
„O jij? riep Toepie. „wat eenig zeg, ik
had je juist zoo hard noodig! Kom bo
ven!
„Langs de regenpijp?”
laconiek.
De goedlachsche Toepie schaterde.
Wacht! riep ze en griste in haar
taschje, en een oogenblik later viel de
huissleutel voor Trees’ voeten.
Trees liep naar binnen, de breede trap
op, en treuzelde even op de hal, waar
een prachtige bak rr^t bloeiende planten
stond, vetplantjes en cactussen. Trees
was dol op alles, wat groeide en bloeide
Ze kreeg altijd stekjes van Toepie’s
moeder en die verzorgde ze trouw op
haar eigen klein zolderkamertje.
Maar de deur van Toepies groote, lich
te kamer met het balcon vloog al open
en haar vriendin kwam haar tegemoet
dansen, trok haar bij de hand mee de
kamer in.
Trees schrok heelemaal niet van den
chaos, die er heerschte, de bènde van
kleeren, hoedjes, sjaaltjes, linten en lap
pen, die Toepie om zich heen verspreid
had en waar ze gehuld in een beeld
van een lichtblauwe house coat mid
denin zat
Ze legde kalm haar regenjas op een
stoel, maakte een plaatsje vrij op het
bed en zei: ..Wat doe je?”
Opruimen. Of eigenlijk: ik zoek me
dol! Er is de volgende week een muziek
avondje van *t gym Ik moet er behoor
lijk uitzien en ik heb niets! Niets letter
lijk!
„Kom, kom,” zei Trees laconiek.
,,’t Is een feit. Wit kan niet, die blau
we is te kort, dat groentje was schattig,
maar is ook te kort geworden, die ge
bloemde vind ik te somber, die terra
staat me niet. Zie je ’t nou zelf? Hè, wat
Dat je nu niet
een nieuw jurkje
VERORDENING WIJZIGING
SPAARREGELING
In zijn vergadering van 8 Juli 1940 ver-
eenigde de Gemeenteraad zich met het
voorstel van B. en W. om de verorde
ning betrefende een spaarregeling voor
personen, werkzaam krachtens schriite-
lijke overeenkomst naar burgerlijk recht
mede niet van toepassing te doen zijn op
hen, die in bijzondere, door B. en W. te
beoordeelen gevallen voor afloopende
werkzaamheden lyanger dan zes maanden
in lossen dienst worden gehouden. De
voorgestelde wijziging had blijkens de
toelichting ten doel de losse werklieden,
die langer dan den voor die groep per
sonen geldenden arbeidsduur van zes
maanden op contract in dienst worden
geohuden, van die regeling uit te zon
deren.
Sedertdien zijn er meer groepen van
personen op overeenkomst naar burgerlijk
recht in dienst genomen, b.v. de groep
van personen, die te werk werd gesteld
bij den tijdelijken Gemeentelijken dienst
voor verzorging van Rotterdamsche
vluchtelingen, de groep van werknemers,
te werk gesteld bij de Centrale Keukens,
bij den Luchtbeschermingsdienst e.d.,
welke eveneens voor afloopende werk
zaamheden zijn in dienst genoemen en
derhalve gelijk gesteld kunnen worden
met bovenbedoelde losse werklieden. Naar
de meening van B. en W. verdient het
dan ook aanbeveling om al deze groepen
van de spaarregeling uit te sluiten. Zij
stellen een wijziging van de desbetref
fende verordneing in dezen zin voor.
COMMISSIE VAN TOEZICHT OP HET
MIDDELBAAR ONDERWIJS
Ter voorziening in de hieronder
noemde vacatures bieden B. en W.
volgende voordracht aan ter voorziening
in vacatures in de Commissie van Toe
zicht op het Middelbaar Onderwijs: A.
vacature mevr. mr. L. C. Schönveld
Polano: 1. mevr. W. P. A. Reitsma
Valstar, alhier; 2. mej. mr. E. Scheltema,
alhier.
B. vacature H. J. A. Feber: 1. J. M.
J. H. Lambooy, alhier; 2. mr. B. W. F.
van den Brand, alhier.
C. vacature A. van Italië: 1. K. Dijk,
alhier; 2. J. S. Carmiggelt, alhier.
AANKOOP PERCEELEN LAMGROEN
NOS. 50 EN 52
B. en W. stellen den Raad voor om ten
behoeve van de Gemeente, in het belang
der volkshuisvesting, aan te koopen de
perceelen Lamgroen nos. 50 en 52, teza
men groot 100 m2, voor de som van
2000.
De opstallen verkeeren in zeer slechten
staat; onmiddellijke afbraak is noodig. De
kosten hiervan, benevens die van de bij
komende werkzaamheden als het pleis
teren van een muur enz. zullen teza
men ƒ520 bedragen.
Ten gevolge van diens waarneming
van het directeurschap der hoogere bur
gerschool Nieuwe Duinweg moest in een
aantal lessen van J. K. de Raaf, leeraar
aan deze school, tijdelijk worden voor
zien. Voorts moet de benoeming van
mej. M. B. Bok, die eenigen tijd een
aantal lessen heeft waargenomen wegens
ziekte van D Valkema, leeraar aan de
hoogere burgerschool Aronskelkweg, als
nog geschieden.
In verband hiermede dragen B. en W.
ter benoeming aan de hoogere burger
scholen met 5-jarigen cursus voor: tot
tijdelijk leeraar in de Hoogduitsche taal
en letterkunde: J. L. Gelderblom, alhier;
tot tijdelijk leerares in de plant- en dier
kunde: mej M B Bok. alhier.
Zij stellen voor te bepalen, dat de be
noemingen zullen gelden als volgt: die
van J. L. Gelderblom van 1 Juni tot en
met 12 Juli 1941, die van mej. M. B. Bok
van 7 tot en met 28 Juni 1941.
Ch. Phielix heeft bij brief van 29 Mei
1941 met ingang van 29 Augustus 1941
ontslag verzocht uit zijn betrekking van
tijdelijk leeraar in het boekhouden en
het handelsrekenen aan de gemeentelij
ke handelsavondscholen. B. en W. stel
len den Gemeenteraad voor, met ingang
van 29 Augustus 1941 het gevraagde ont
slag eervol te verleenen.
zachtgeel met terra en rood voor jou. Zoo
beeldig! ’t Zijn dotjes! Wanneer gaan we?
Ja, ’k heb ze gezien, zei Trees. Ze
vertelde er niet bij, dat ze zeker een half
uur voor dien winkel gestaan had, met
bittere spijt in haar hart. En dat de ge
dachte aan dien prachtigen lap ja, ’t was
zachtgeel met terra en rood, dat wist Toe
pie precies! een deel uitmaakte van den
drukkenden last, die haar kwelde.
Want de avond, voordat ze voor dien
winkel gekeken had, had Trees haar Moe
der verrast, toen die in de keuken voor
het fornuis stond, n.b. zónder schort.
Biecht op Mama. Hèbt u geen schor
ten meer? En Trees had bepaald streng
gekeken en heelemaal niet eens geluisterd
naar Moeders lange verklaring. Den vol
genden morgen waren er twee schorten
in huis, maar Trees’ spaarpot, met het geld
voor den lap was leeg.
En daérom, ja daarom óók.
Toepie, ik vind het maar beter. be
gon Trees, maar nee, ze had het alleen
maar gedacht: haar lippen gaven geen ge
luid.
Wat zit jij te piekeren? en Toepie
keek haar vol aan.
Niks, zei Trees. Ze schudde haar
vlechten en greep naar de groene jurk,
die op het bed lag.
Zeg. heb je niet iets van lichtgroene
kant of iets gebloemd, dat hierbij kan?
Twee volle uren bleven ze aan het pas
sen en meten. En toen had de handige
Trees het zaakje voor elkaar. Het groen
tje kreeg een rand van gebloemde zij, een
ceintuur èn een bolero’tje. En toen waren
er nog precies randjes over voor de mou
wen. Toepie vond zooiets een wónder! Ze
keek haar oogen uit. en viel Trees
stormachtig om den hals, toen die zei:
Geef mij dan maar mee. dan maak ik haar
vanavond even af, op de machine
Je bent een schat! riep Tocgjie.
Pas toen ze op straat stond, bedacht
Trees, dat ze nog heelemaal niets gezegd
had van „de vriendschap verbreken” Maar
haar verdriet was weg.
Toepie leek soms wel een egoïstje, maar
ze was het niet. Onder het praten door
over haar jurk had ze Trees scherp aan
gekeken. En ze had wel degelijk gemerkt,
dat Trees niet was ingegaan op haar voor
stel van het samen winkelen. Toepie peins
de nooit lang. Na het eten holde ze naar
boven, nam haar geldkistje uit haar bu
reautje en haalde er een tientje uit. En
toen stapte ze op de fiets, trapte naar
Gevers en kocht twee prachtige lappen:
een grijzen met blauw en lila en een zacht,
gelen met terra en rood.
't Moest wel, zei Toepie tegen Trees,
want anders waren ze weg geweest. En
dit is geen cadeau kind, ben je mal? 's Is
een kleine hulde aan mijn costuumont-
werpster. Ik heb er één uit duizenden,
wist je dat?
En toen Trees iets stamelde van terug
betalen, zei ze: Natuurlijk, dólgraag.
Even goed al» altijd!
Den Haag Scheveningen Rotterdam
Arnhem e leiden o Groningen
Delft Dordrecht
Ziezoo, nu heb ik er vijf, want natuur
lijk komt Kees, hè Kees En meer dan
zes kan moeder niet hebben, om de
bonnetjes
Kees’ hart sprong op van vreugde H!i
knikte blij en nam zich voor, nu alvast
vooruit te werken om Woensdagmiddag
heelemaal klaar te zijn.
Zoo’n heelen middag met de kano uit,
dat zou me eventjes een pretje zijn
Maar ’s avonds, toen Kees alleen op
zijn kamertje zat, dacht hij er een beetje
verder over door. Ja, ’t was wel fijn,
dat hij ook gevraagd was En wat eenig
van Lodi om te zeggen Kees komt na
tuurlijk Echt of hij, Kees, zijn beste
vriend was
Maar nu kwam ’t moeilijke wat
moest hij Lodi geven Nu merkte Kees
weer eens, dat hij eigenlijk op een tè
dure school was. Voor de andere jongens
was dit geen probleem die brachten
groote doozen lekkers mee. een boek, een
Kees tobde er lang over, maar
't kwam fijn in orde
Pssthoorde Kees achter zich fluis
teren en toen nogeens Psst, zeg
Kees keek om, met een frons tusschen
de wenkbrauwen.
Eigenlijk hield hij heelemaal niet van
gesprekken onder de les en hij deed er
dan ook nooit aan mee Niet, omdat hij
zoo’n vreeselijke brave Hendrik was,
hoorNee, maar hij moest nu eenmaal
hard en héél hard werken, want hij had
vader beloofd, dat hij zijn uiterste best
zou doen om dit jaar flink royaal over
te gaan, niet zoo „nèt met z’n hakken
over de sloot” als het vorig jaar Kees
herinnerde zich nog elk woord van dat
gesprek met vader.
Hij had bij vader’s bureau gestaan en
vader had opgekeken van zijn werk en
gezegd
Luister eens. Kees. Ik geloof, dat
jij het den laatsten tijd wel gelooft hè,
met werken Ik heb den indruk, dat je
slecht je best doet, kereltje. Dat Kerst
rapport was droevig en als ’t zoo door-
Kijk, jongen, je bent nu
tien jaar en ik kan weleens ernstig met
je spreken. En dan moet ik je dit zeg
gen’t spijt me, Kees! In de eerste .^^xo
plaats voor jou, want ik zou je niet .zaklamp of zooiets moois Maar hij
graag zien opgroeien tot een lanterfan- - - -
ter en een pretmaker, die zijn werk ver
zuimt en er de kantjes aflooptEn dan
in de tweede plaats om ons heele gezin.
We zijn met velen en de tijd is erg moei
lijk en ik kan ’t heusch niet bekostigen,
als jij zou blijven 3»tten op de lagere
school alWat zou dat later op de
H.B.S. moeten worden Nee Kees, je
moet slagen, dit jaar, wantje kunt
het, als je wilt.
Dit en nog veel meer had vader ge
zegd en tenslotte had hij Kees de hand
toegestoken en die krachtig gedrukt,
met de woordenWees een man en
doe je best
En sinds dien dag was Kees gaan
spurten, nou asjeblieftEn ’t ging hoor,
’t ging prima
Zie je, daarom fronste hij, toen Lodi
de blonde, vroolijke Lodi, die net zoo
veel vrienden had als hij wilde, hem
onder de les aanriep.
Maar Lodi zag Kees’ afwijzend gebaar
en haalde de schouders op, of hij zeggen
wouNou ja, dan straks maar
Sinds een paar maanden waren
dikke vrienden Lodi met zijn branie en
grappige invallen, die alles kon, alles
had, alles mocht en de
ploeterende Kees.
Eigenlijk kon Lodi ’t zich niet begrij
pen, dat iemand zoo hard moest vossen
’t Fransch, de taal en de sommen waai
den hem zoo maar aan. hoor
Maar hij bewonderde Kees om zijn
ijver en al heel vaak had hij hem met
een moeilijke thema of som geholpen
Na schooltijd stonden ze allemaal in
een kringetje om Lodi heen, toen Kees
erbij kwam. Lodi vertelde honderd uit
over Woensdagmiddag, als hij zijn ver-
jaarspartij had. Dat zou fijn worden
Hij woonde in een groot, mooi huis
een eind buiten de stad. Er was een
pracht van een tuin bij en voor het
huis liep een vaart, waar ze heerlijk
konden kanoën Ja, die kano van Lodi,
dat was 't toppunt van jongenspretEn
nu vertelde hij, dat hij er voor deze
extra gelegenheid nog eentje bij kreeg.
In elke kano konden drie jongens. Nou.
dan konden er minstens zes op visite
korflên. Als ’t mooi weer was, gingen ze
een héél eind, ’t Zou eenig worden
En toen hij dat allemaal gezegd had,
begon Lodi bedachtzaam te kiezen, ter
wijl de jongens popelden.
Jij mag komen, en jij, en jij
ook, Frits. En wil jij ook komen, Gerrit
1. Hoe kan men van drie tienen elf
maken l
TOEPIE SNELDE TE HULP
En van dien dag af waren ze nog dikkere
vriendinnen I
Een verhaal voor oudere meisjes.
Trees slenterde langzaam door een
druilig motregentje tot bij het mooie
groote huis, dat apart tusschen de hoo
rnen stond, een eindje van den weg af.
Ze keek somber, haar oogen stonden
peinzend en zoo nu en dan schudde ze
haar lange slechten of iets haar hinderde,
dat ze eigenlijk graag meteen van zich
afgeschud had Maar 't ging niet, het
bleef drukken. En Trees dachtVan
daag moet ik ’t nu meteen maar zeggen,
dat 't niet langer gaat
Hoe zei je zooiets Toepie ik
ik vind je een reuzeschat, heusch, maar
toch had ik gedacht, dat 't maar beter
was, onze vriendschap te verbreken.
Verbreken, pff, ’t leek wel een ver
loving En Trees lachte even grimmig
Nee, verbreken was natuurlijk onzin. Niet
meer met elkaar omgaan, dan. ’t Klonk
hard, vond ze.
Niet meer zoovéél met elkaar omgaan.
Maar dan zou Toepie er heelemaal niets
van begrijpen. Ze zou zeggen: „Maar
wat is er dan? Heb je ’tzoo-druk op de
huishoudschool, zooveel huiswerk?
moet je je moeder helpen? Of...”
Ja, en dan zou zij. Trees, er misschien
toe komen ’teen of andere voorwendsel
te berde te brengen, ’n Smoesje noemden
ze dat in goed Hollandsch. En dèt wilde
Trees nu in géén gevat daarvoor hield
ze teveel van de vroolijke, onstuimige
Toepie.
Al jaren waren ze vriendinnen. Trees
herinnerde zich nog heel goed, hoe ze
héél vroeger, toen ze eens met Moeder
naar den speeltuin mocht, en wat een
extra fuif was dat toch altijd! meteen
klein blond meisje samen op de wip
plank had gezeten. En hoe de beide
moeders samen hadden gepraat
En later was Toepie een dametje
van vier jaar oud bij haar komen
spelen en toen was ze, omdat ze eigen
lijk haar middagslaapje niet missen kon,
in den zandbak in slaap gevallen met
Treesjes beer in de armen.
En sinds dien dag waren ze vriendin
nen gebleven, door dik en dun. Eerst op
’t kleuterschooltje, toen op de lagere en
daarnahadden zich haar wegen ge
scheiden. Voor Toepie, die vlug leeren
kon en bovendien rijke ouders had,
sprak ’t vanzelf, dat ze naar ’tgym ging.
Trees, die erge moeite had met de wis
kundevakken, ging naar de Mulo en
daarna naar de huishoudschool. En mis
schien zou ze later haar ideaal: verpleeg
ster worden, nog verwezenlijkt zien.
Als ja, als vader en moeder de stu
diekosten maar tot ’t eind toe konden
betalen. Dat was de groote moeilijkheid,
waar alles om draaide. Dat ellendige
geld! Dat was ook de drukkende last
die nu op Trees rustte.
Moeder had er heel ernstig met haar
over gesproken. „Kindje, ik vind het
heusch beter, dat je niet zooveel meer
met Toepie omgaat. Je kunt toch geen
gelijken tred met haar houden. Al die
pretjes, al die kleeren. die Toepie heeft!
Dat geeft maar teleurstelling. Laat haar
ongemerkt een beetje schieten, dat is
*t beste, geloof me
„Moeders begrijpen veel dingen,” dacht
Trees, „maar van sommige dingen be
grijpen ze geen sikkepit” En zoo’n ding
was de vriendschap tusschen Trees en
Toepie. Een vriendschap, warm en hecht,
nu nog, nu ze zeventien waren, even
stevig gebleven. Alléén zoo nu en dan
maar eens verbroken door een donder-
buitje. dat de atmosfeer weer voor tij
den zuiverde
„Het kèn niet” dacht Trees, toen ze
op de stoep stond. „En tóch moet het
zuchtend rammelde Kees met z’n spaar
pot. maar o, wat klonk dat geluid
schraaltjes
Een tijdlang zat Kees te peinzen en
toentoen schoot er een gedachte
door hem heen, die hem het bloed naar
de wangen joeg. Als hij eensKees
verwierp die gedachte, maar hij kwam
hardnekkig terug
Hij zou zijn prachtig mondorgel, dat
hij van oom Piet gekregen had, keurig
qppoetsen en het meebrengen voor Lodi
Ja, dat mondorgel, daar was nog een
heele geschiedenis aan verbonden Oom
Piet, die zeeman was, had het altijd op
zijn verre reizen bij zich gedragen, het
blonk of ’t echt zilver was en als Kees
er op speelde geen wijsje, maar „zoo
maar zoowat losse muziek” dan klonk
het, dacht hij, als ’t lied van de zee zelf,
zoo geheimzinnigOfals de oude
wijsjes van allerlei vreemde volken, die
oom Piet gezien had.
Kees was blij, ja hij was nog nooit
zóó blij geweestAan moeder vroeg hij
een zacht lapje en daarmee wreef en
poetste hij het mondorgel op, dat het
nog veel mooier blonk Moeder schudde
wel even het hoofd toen ze van Kees’
plan hoorde, maar vond het toch goed
gelukkig.
En ’s middags waren er twee blij Lodi
juichte en jubelde over het mondorgel,
zooals hij dat alleen konHij liep
den heelen tijd op te spelen, liet
direct aan zijn ouders zien en
Moeder, vader, dit heb ik van Kees,
mijn allerbeste vriend
Jullie begrijpt, dat het een reuzefijne
verjaarspartij werd
R. DE RUYTER-v. d. FEER.
De uitslag
Eenigen tijd geleden heeft de V.V.V.
’s-Gravenhage voor de tentoonstelling
„Bloemen en Beelden” Zuiderpark alhier
een fotowedstrijd uitgeschreven. Voor
dezen wedstrijd zijn 96 inzendingen bin
nengekomen van in totaal 346 foto’s:
klasse A (Beginners) met 211 foto’s;
klasse B (Gevorderden, kunst- en vak
fotografen) met 78 foto's; klasse C (Kleu
renopnamen) met 57 foto’s.
Een dezer dagen heeft de jury, bestaan
de uit de heeren: S. G. A. Doorenbos,
directeur der Gemeente Plantsoenen te
’s-Gravenhage, W. Schuurman, kunst-
fotograaf te 's-Gravenhage; J. F. Stips,
bestuurslid Haagsche Kleinbeeldfotoclub;
K. Voskuilt secretaris der tentoonstel
lingscommissie „Bloemen en Beelden
1941” en G. A. W. Wagenaar, bestuurslid
van de Haagsche afdeeling der Neder-
landsche Kleinbeeldvereeniging, de bin
nengekomen foto’s gekeurd. De resulta
ten zijn zeer bevredigend.
De uitslag is als volgt: klasse A le prijs
(zilveren medaille van de Gemeente
’s-Gravenhage) P. A. Janson te den Haag;
2e prijs (verzilverde medaille van de
V.V.V. ’s-Gravenhage) C. Uithol te Sche-
veningen; 3e prijs (bronzen medaille van
de V.V.V. ’s-Gravenhóge) G. P. Veldman.
Eervolle vermeldingen: P. D. Gijzenij,
J. Marinus, H. C. Rietdük, J. W. Verhuist
allen te den Haag en /f. C. G. Bender te
Delft.
Klasse B le prijs
van de Gemeente
Huizinga te den Haag; 2e prijs (verzil
verde medaille van de V.V.V. ’s-Graven
hage) mej. R. Payens te den Haag; 3e
prijs (bronzen medaille van de V.V.V.
’s-Gravenhage) C. J. J. Könings te den
Haag; eervolle vermeldingen: mej. M.
den Hertog te den Haag en P. de Boer
te den Haag.
Klasse C le prijs (zilveren medaille
van de Gemeente ’s-Gravenhage) H. J.
Storm te den Haag; 2e prijs (verzilverde