de St. Laurenskerk te
van
De V-actie
SANDAWAKU
ZILVER AAN DE
De Duitsche opmarsch in het Oosten - Restauratie
Alkmaar-Een karakteristieke Zaansche brug gaat verdwijnen
i
B
Aji
Ki
ETAAGSCHE COURANT Woensdag 23 Juli 194T TWEEDE BEAD
FEUILLETON
I *1
I?
'J,
Na*
Chineesche
de
(.Wordt vervolgd)'.
Haaivischwillie drinkt met kleine,1 goed doen.
DE ZAANDAMSCHE „BRUG DER ZUCHTEN” GAAT VERDWIJNEN. De 150 meter lange, doch slechts
enkele meters breede magere brug over de Zaan, welke de Zaandammers met blijdschap, en wellicht ook met
een tikje weemoed, binnenkort zullen zien verdwijnen. (Polygoon)
OP SLECHTE WEGEN.
DE DUITSCHE ARTH^ERTE HEEFT HET BIJ DEN OPMARSCH BIJZONDER ZWAAR OP DE MODDER
WEGEN IN HET OOSTEN. (Hoffmann)
die
het
OP DEN TERUGTOCHTSWEG DER SOVJETS.
EEN DOOR BOMMEN VERNIELDE SPOORBRUG IN DE OEKRAÏNE.
EEN GOEDERENTREIN WERD HIER GETROFFEN. (Wette-Hoffmann)
als
Hy
(Nadruk verboden
O
DE GROOTE OF ST. LAURENSKERK TE ALKMAAR wordt
grondig gerestaureerd. Het geheele bouwwerk staat rondom in de
steigers. Alle daken zijn reeds voorzien van een nieuwe
onderbedekking. (Polygoon)
Gornenburg staat al bij hem en
trekt hem de laarzen uit. Haaivisch
willie schaamt zich een beetje; dat
hy zoo als klein kind behandeld
wordt, had hy nooit kunnen droomen.
Maar hy is ook zoo zwak... zoo
zwak...
En nog eer hij zich behoorlijk heeft
uitgestrekt, slaapt hij reeds.
Niki staat over hem gebogen
en moeder by haar ziek kind,
dekt den reus toe.
Harry, fluistert hij bezorgd,
zou het niet beter zyn, dat we bij
hem waken? Misschien wordt hy
vannacht onrustig; misschien heeft
hy iets noodig. De arme jongen moet
behoorlijk verpleegd worden.
Gelijk heb je, Niki.
Graaf Harry Rouca Gura gaat
naast het bed van Haaivischwillie zit
ten. Hij zal de eerste vier uur waken.
Daarna kan Niki hem aflossen.
De uren verstrijken. Haaivischwil
lie ligt in diepen slaap. Zijn ademha
ling gaat rustig en regelmatig. Hij
beweegt zich nauwelijks.
In den haard knetteren de berken
blokken. Af en toe springt een vlam
omhoog en werpt een fantastischen
schyn in de kamer. Rust en vrede
heerschen in de blokhut
Niki Gornenburg slaapt eveneens.
Een glimlach speelt op zijn goedmoe
dig gelaat.
Traag kruipt de tyd. De maan,
drijvend in een bad van zilver, werpt
een melkachtig licht op de taiga.
Doch weldra gaat ze schuil achter de
dikke wolkenbanken en het oerwoud
ligt weer in somber duister.
Graag Harry Rouca Gura kijkt op
zijn polshorloge. De vier uren van
zijn nachtwaak zyn verstreken. Zal
hy Niki wekken? Neen. Hjjzelf kan
toch niet slapen. Daarvoor is hij te
opgewonden.
Opgewonden. Opgewonden van ge
luk. Het is alsof een loodzware last
van zyn borst is genomen. Want nu
is alles licht en gemakkelijk te dra
gen. Het drukkende, worgende nood
lot is verdwenen.
Hy, Harry graaf Rouca Gura, had
reeds alle hoop opgegeven. Stom,
zonder klagen, zonder er met iemand
een woord over te spreken, heeft hij
wekenlang datgene in zijn borst ge
dragen, wat hem een boosaardig, ge
vaarlijk, verscheurend monster
scheen: de moordende gedachte, dat
ze aan hun noodlot niet konden ont
komen; het martelende besef, dat de
taiga met de regelmaat van een pla-'
baar het zwijgen op. Neen, voorloopig
mag hij niet spreken; eerst moet hij
rusten. En dan flink eten en drinken;
tenminste: indien hjj trek heeft. Na
’t eten moet hy direct naar kooi.
Slapen als ’n beer. Morgen of over
morgen is er nog ruimschoots gele
genheid om alles te vertellen.
Haaivischwillie kijkt rond.
Waar is de doctor?
De vraag komt geheel onverwacht
en Niki heeft er niet op gerekend. Hij
schenkt juist thee in en kijkt nu den
graaf aan.
De doctor? O, die is even buiten.
Harry Rouca Gura wijst achteloos
in de richting van het venster; zijn
stem is volmaakt rustig en onver
schillig.
Haaivischwillie knikt en vraagt
niets meer. Verbaasd en min of
meer wezenloos zit hij op de bank en
staart zwijgend naar den vloer.
Zoo, Haaivischwillie, na het
koude bad in de rivier zal een warme
slok je goed doen. Drink eens!
Graaf Rouca Gura reikt hem den
beker thee, waarin Niki een flinken
scheut rum heeft gegoten. Het
brouwsel ruikt heerlijk.
32)
Doch als ze binnen zijn, is Niki
plotseling met stomheid geslagen. Is
dat Haaivischwillie? Wat ziet
kerel er vreeselijk uit. Is hij
werkelijk?
Ja, Haaivischwillie is veranderd.
Hij is ontzettend mager; de jukbeen
deren steken bijna door het vel; de
oogen zjjn onnatuurlijk groot en lig
gen diep in de blauw omrande
kassen.
Wankelend, nauwelijks in staat nog
een voet te verzetten, laat hy zich op
een bank vallen. Doch om zijn bleeke,
kleurlooze lippen speelt een geluk
kige glimlach. Hij weet geen woord
te zeggen. Slechts zijn oogen, welke
zoo merkwaardig groot zijn gewor
den, stralen in zeldzamen gloed.
Hij wil iets zeggen, doch graaf
Rouca Gura legt hem met een ge-
Tschikoff,
tenslotte doctor
Sillery? En zou het onafwendbare
noodlot niet eveneens zyn grijpvin
gers uitstrekken naar Niki Gornen
burg en tenslotte naar hemzelf?
Was die heele expeditie niet een
dwaze, onzinnige onderneming ge
weest? Natuurlijk. Doch hy, graaf
Harry Rouca Gura, was niet verant
woordelijk voor datgene, wat buiten
de grens van het nuchtere verstand
lag. Trouwens: zou hy niet onder
dezelfde omstandigheden wederom
zijn leven voor de kameraden wagen?
Wat was per slot van rekening aan
heih gelegen? In Wladiwostok had
hy eens tot De Vegaz gezegd:
Ik ben jager. Jager; niet meer
en niet minder. Of, indien u een an
der woord voor hetzelfde begrip ver
kiest, noem me dan: landlooper!
IN ALLE DEELEN VAN DEN HAAG zijn groote spandoeken, land
kaarten en affiche’s aangebracht met de V van Victorie, want
Duitschland wint voor Europa op alle fronten. (Polygoon)
neten-beweging elk wezen doodde,
dat zyn gewyde eenzaamheid durfde
schenden. Hadden niet alle kamera
den aan deze regelmaat moeten ge
hoorzamen? Eerst de
gids, daarop De Vegaz, vervolgens
Wassil Michailowitsch
Haaivischwillie en
OVER EEN DOOR DE PIONIERS GEBOUWDE PONTONBRUG TREKKEN
DE DUITSCHE TROEPEN OVER DE DUNA.
(Weltbild-Polygoon)
snelle teugen. De beker is in een
ommezien leeg.
Nog zoo’n slok? vraagt Niki
Gornenburg, die reeds met de flesch
rum klaar staat.
Haaivischwillie schudt het hoofd.
Wil je wat eten? Een stuk her
tenbout met gebakken boonen?
Dank je. Neen, ik heb werke
lijk geen honger. Morgen gaat het
misschien beter.
Hij kijkt den graaf aan.
Zou ik misschien wat te rooken
kunnen krijgen?
Te rooken? Natuurlijk, ouwe
knaap! Met genoegen!
Rouca Gura springt op. Hij heeft
nog één blikje sigaretten. Haaivisch
willie mag rooken zooveel hem lust.
Haaivischwillie rookt langzaam en
met welbehagen. En drinkt bovendien
nog den tweeden beker thee met
rum. De beide vrienden kijken hem
aan, alsof hij uit den doode her
rezen is.
Nog geen twintig minuten later
maakt Haaivischwillie kleine oogjes.
Het kost hem de grootste moeite
wakker te blijven.
Zoo, kerel, en nou slapen. Sla
pen als een mormeldier. Dat zal je
-
r
■M—»
-
EEN DER KAZEMATTEN VAN DE STALIN-LINIE.
(Weltbild-Polygoon)
D
i
F
s is
s- tl