HAAGSCBE COURANT De beelden bij den ingang ll Sill 1^ BINNENLAND STADSNIEUWS Vrijdag 25 Juli 1941. O «fa o ferr i. mg* het Zuiderpark van en Sociaal-economisch genootschap „Nederland Europa” De 3000ste deelnemer aan den stempeltocht door Den Haag DERDE BLAD 55.000 boete PRIJSOPDRIJVING VAN LUXE GOEDEREN f 10.000 voor Nederlandsche Oorlogsinvaliden In de Eerste Nederlandsche Wit metaal fabriek te Leiden wordt de laatste hand gelegd aan den kop van de 4 meter hooge bronzen vrouwenfiguur, bestemd voor den ingang van het Zuiderpark (Polygoon) Commissaris voor de confes- sioneele vakvereenigingen Wat is „waardevol volksgoed”, wat „handwerk” Gisteren heeft de directeur van de Haagsche Vereeniging voor Vreemdelingenverkeer, mr, R. H. Woltjer, den 3000sten deelnemer aan den stempel tocht ,.Den Haag”, Gijs Berk, als herinnering een foto-al bum aangeboden (Polygoon De inlevering van metalen Spaarzaamheid is een deugd. Weest ook spaar zaam met gas en electriciteit Kettinghandel in cacao zwaar beboet Distributie van zeep Engelsche luchtaanvallen op ons land Aanmelding voor het Vrijwil ligerslegioen Nederland De heer H. J. Woudenberg benoemd - p met Vervolg van het le blad. Leeuwarden, Amsterdam, uur, No. 17936 GEERTEKERK WORDT VOORLOOPIG NIET GESLOOPT NEDERLANDSCHE AANNEMERS WERKZAAM IN DUITSCHLAND r i i l i l I i i i l t t 4 t i t t De regeling voor extra zeep De secretaris-generaal van het departe ment van Handel, Nijverheid en Scheep vaart maakt het volgende bekend: In de onlangs in de dagbladen versche nen bekendmaking betreffende de distri butie van zeep werd medegedeeld, dat per sonen, die in aanmerking meenen te ko men voor extra rantsoenen zeep op grond van de omstandigheid, dat zij door werk zaamheden aan bijzondere verontreiniging van lichaam of kleeding zijn blootgesteld of doordat extra zeep voor hen uit hygië nisch oogpunt noodzakelijk is. vóór Zater dag 26 Juli a.s. de aanvraagformulieren md 80 bij de plaatselijke distributiedien- sten dienen af te halen. In afwijking hier van is thans echter bepaald, dat deze for mulieren moeten worden afgehaald gedu rende het tijdvak van Maandag 28 Juli tot en met 9 Augustus a.s., op nader door de distributiediensten bekend te maken data. De distributiediensten zullen tevens be kend maken, waar en wanneer deze formu lieren weder dienen te worden ingeleverd. Zooals reeds werd medegedeeld, dienen degenen aan wie extra rantsoenbonnen voor zeep zijn uitgereikt, hiermede tot 1 Februari 1942 uit te komen. Een uitzondering vormt hierop echter de groep van personen, die „vuilen ar beid” verrichten. Deze zullen een hoe veelheid bonnen ontvangen, welke voor twee maanden, dus tot 1 October 1941 toe reikend is, waarna nieuwe bonnen kunnen worden aangevraagd. Men kan niet meer kiezen voor de oude orde DE ROODE KRUIS-COLLECTE DER N.S.V.O. Een N.V. te ’s-Gravenhage, welke in normale tijden comestibles, conserven cn Zuidvruchten importeert, was er, toen na 10 Mei 1940 vrijwel niets meer kon wor den ingevoerd, toe overgegaan het groot ste deel van haar voorraden tegen ver hoogden prijs uit te verkoopen. Voor zoo ver na 10 Mei nog wel goederen werden ingekocht, waren bovendien in den ver- kooppsijs niet alleen de meerdere kosten van aankoop, maar ook het oude winst percentage ingecalculeerd. In dit geval had men echter volgens de dwingenóe voorschriften slechts de oude, in geld uit gedrukte winstmarge op den verhoogden inkoopsprijs mogen leggen. Ook had men nog ongeoorloofd hooge prijzen weten te berekenen door een be paald artikel niet aan vaste afnemers, detaillisten, te leveren, maar het direct als „grootwinkelier” aan consumenten te verkoopen, waarbij dan uiteraard detail prijzen in rekening werden gebracht. De directeur der N.V., V. D., die de theorie der vervangingswaarde huldigde, was daardoor tot een prijspolitiek geko men, welke in alle opzichten indruischt'' tegen de beginselen der Prijzenbeschik- king 1940 no. 1. Te harer verontschuldiging voerde de. N.V. aan, dat de prijsverhooging slechts/ luxe-goederen betrof en niet distributie- goederen of eerste levensbehoeften. Dit verweer werd echter door den inspecteur voor de prijsbeheersching verworpen. Vol gens dezen hadden nog afgezien vat» de wettelijke bepalingen de overtredin gen der prijsvoorschriften de N.V. in een voordeeliger positie gebracht dan haar concurrenten, die de voorschriften wel na leefden. Dit is een bevoorrechting, die sociaal niet kan worden goedgekeurd. De N.V., die de Prijzenbeschikking 1940 no. 1 had overtreden, werd ^es we ge door den inspecteur voor de prijsbeheersching te den Haag veroordeeld tot een boete van 55.000. UITGESLOTEN SLAGERS Het Rijksbureau voor de Voedselvoor ziening in oorlogstijd maakt bekend, dat wederom 29 slagers wegens frauduleuze slachtingen of het voorhanden hebben van vleesch, afkomstig van frauduleuze slachtingen, voor geruimen tijd van het verkrijgen van een toewijzing van vee en vleesch door de Nederlandsche Veehou- derijeentrale zijn uitgesloten. Tegen deze slagers is proces-verbaal opgemaakt. De N.S.B.-persdienst meldt Op Donderdag 24 Juli werd door de leidster der Nationaal Socialistische Vrou wenorganisatie een bedrag van 10.000, een gedeelte van de opbrengst van de collecte voor het Duitsche Roode Kruis, aan den commandant van „Kareol” over handigd. Dit bedrag is bestemd voor de Neder landsche oorlogsinvaliden. Gelijktijdig werden nog 1000 sigaren overhandigd. De Duitsche pers uit zich, naar het Nederlandsche Perskantoor te Berlijn meldt, met geroote voldoening over het feit, dat niet alleen Nederlandsche arbei ders in Duitschland werken, maar dat ook Nederlandsche firma’s met haar vol ledig personeel talrijke opdrachten in Duitschland uitvoeren. Bij den woning bouw te Weenen en Hamburg, in Lotha ringen en bij de Hermann Göring-werken zijn talrijke Nederlandsche aannemers werkzaam en wel tot groote tevrede i- heid der opdrachtgevers. De Nederlan ders bouwen hecht en wel doortimmerd en.x... zijn niet duur. KINDJE TE WATER GERAAKT EN GERED Door onbekende oorzaak is gistermid dag de 4-jarige K. van R. uit de Marcelis- straat in het water langs de Haringkade geraakt. De 25-jarige P. A. Donk uit de Jacob Vermeystraat sprong gekleed te water en wist het knaapje op het droge te brengen. Het jongetje is door den ge neeskundigen dienst naar het Roode Kruisziekenhuis vervoerd en daar ter ob servatie opgenomen. Geweldige verschuiving in de machtsverhoudingen Uiteraard is deze oorlog van voorbij- gaanden aard, eh, zoo vraagt men, is het dan niet vroeg genoeg, wanneer wij onze besluiten nemen, als tenminste eenmaal de bezetting is opgeheven? Daarop zou ik het volgende willen antwoorden deze bezet ting is niet een los opzichzelfstaand feit, zelfs niet alleen maar een klein onderdeel van een militaire noodzakelijkheid, maar is, en dat wordt nogal eens over het hoofd gezien, een symbool, een kenteeken voor ons het meest in het oog springende van een geweldige verschuiving in de machtsverhoudingen. Deze verschuiving is het blijvende resultaat van den oorlog en wij kunnen daarmede niet vroeg genoeg rekening houden. Het is zelfs het eenige feit, waarmede wij rekening moeten hou den, want er is voor ons geen alternatief. Wie nog gelooft, in verlangen naar een vage hoop van verwerkelijking, dat Enge land met of zonder Rusland, desnoods met of zonder Amerika dezen oorlog militair zou kunnen winnen, zou ik willen vragen voor zichzelf deze hoop eens nader te pre- ciseeren. Ik zie daartoe geen kans. En één ding weet ik zekernooit zal het Duit sche volk zich weer in het Engelsche ga reel laten spannen of dwingen. Een mili taire overwinning van Engeland beteekent niet een nieuwe orde, welke dan ook, maar den volmaakten chaos en de bolsjewiseering en den ondergang van Europa. Zoo gezien bestaat er voor ons geen alternatief. Wij mogen voor ons volk en in ruimeren zin voor Europa, den chaos niet wenschen, wij moeten ons thans reeds indenken in en aanpassen aan een nieuw geordend Europa en wij zijn tegenover ons volk verplicht daaraan mede te werken. Dat beteekent voor ons allen nieuwe bindingen en tot nu toe ongekende verplichtingen. Wij allen, ook zij. die niet mee willen doen, zien deze nabij of aan den horizon en naahmate wij deze bindingen en verplichtingen wen schen en zoeken, of wel schuwen en afwij zen, gevoelen wij ons vrij of onvrij. In den diepsten grond ligt de bestaansreden van dit, ons genootschap in de noodzake lijkheid ons vertrouwd te maken met onze nieuwe bindingen en zóó en niet anders onze innerlijke vrijheid te heroveren. Want hebben wij eenmaal het inzicht in onze nieuwe plichten gewonnen, hebben wij er kend. dat het ónze plichten zijn, dan kun nen, ja dan móeten wij deze als vrije menschen op ons nemen en uit vrijen wil vervullen. Zes koeien gedood In den afgeloopen nacht vlogen weder om eenige Britsche vliegtuigen boven ons land en wierpen enkele bommen af. De schade beperkte zich tot lichte beschadi gingen van woonhuizen. Voorts werden zes koeien gedood. Het inlichtingenbureau kunstvoorwer pen en antiquitéiten omschrijft de be grippen „waardevol volksgoed” en „hand werk” als volgt: Met „waardevol volksgoed” wordt be doeld gebruiksartikelen in handwerk uitgevoerd, die de herinnering bewaren aan oude gewoonten en gebruiken, wo ninginrichting, bedrijfsleven, kleder drachten enz., zoowel van Nederland als van Nederlandsch-Indië. Met „handwerk” wordt bedoeld be halve het onder waardevol volksgoed te rekenen oudere werk ook de door kunstenaars uitgevoerde of naar hun mo del gemaakte nieuwe kunstnijverheid. Vraagt voor deze voorwerpen vrijstel ling op formulier 2. slechts de onvermijdelijk onaangename, tragische en betreuienswaardige kanten en factoren zien, maar al diegenen, die gelooven en innerlijk ook weten, dat deze tijd van geweldige revolutie in ons we relddeel belangrijken positieven inhoud voor ieder cultuurvolk heeft, zullen ook wel begrijpen, dat het werk der organi satie van het Nederlandsche bedrijfsle ven een uiterst belangrijk onderdeel, ja een steunpilaar zal vormen Van het ge wijzigde gemeenschapsbestel, dat ook voor Nederland in onze dagen groeit.” Prof, van Loon Prof, van Loon beantwoordde de drie sprekers en bracht hun dank voor hun redevoeringen. Spr. is overtuigd, dat in het genootschap een behoefte gevoeld wordt actief mede te werken aan den wederopbouw van Europa. De strijd tegen het bolsjewisme staat daarbij op den voorgrond. De bijeenkomst werd vervolgens onder broken teneinde in een pauze van ge dachten onderling te wisselen en andere deelnemers kennis te maken. Hierna vereenigden zich de aanwezigen voor een gemeenschappelijken maaltijd. Tijdens den maaltijd maakte prof. dr. Snijder het feit bekend, dat dr. H. Krekel dezer dagen zal worden benoemd tot professor in de philosofie der geschiede nis aan de universiteit te Leiden. Spr. memoreerde in dit verband het vele I werk, dat dr. Krekel gedurende de afge loopen jaren heeft verricht ten behoeve van de Nederlandsche voorlichting aan gaande de buitenlandsche politieke stroo- ming en verhoudingen. Tal van menschen zagen steeds weer opnieuw verlangend uit naar het wekelijksche buitenlandsche overzicht van den heer Krekel, dat steeds uitmuntte door bijzondere helderheid. Iedereen was steeds onmiddellijk na het lezen op de hoogte der feiten. Na den maaltijd vereenigden zich de aanwezigen op het terras van het Kur- haus. De leden der verschillende commis sies hadden daarbij de gelegenheid met elkander kennis te maken. De persdienst der N.S.B. meldt In ons bericht van 22 Juli j.l. vermeld den wij dat Zeist slechts een bedrag van /6 voor de Roode Kruis-collec‘«, welke werd gehouden door de Nationaal- Socialistische Vrouwen-Organisatie. op bracht. Dit berust echter gelukkig op een misverstand. De voor Zeist gedaae opgave van 6 was een nagekomen gift. Het totaalbedrag voor Zeist is 1377.86. Het „gevoel voor vrijheid” Daarom kan het zijn nut hebben, ten slotte nog een oogenblik juist bij de „gevoelsmomenten”, die velen er nog van weerhouden zich uit hun starre enertie los te werken, stil te staan. Be drieg ik mij niet, dan gaat het hier in de allereerste plaats om het gevoel van v r ij h e i d, welks ontbreken velen verhindert hun richting te bepalen en hen veroordeelt tot „afwachten”. Zij, die zich op dit standpunt stellen, vergeten één ding: dat zij zichzelf juist door het „afwachten” het voornaamste element der vrijheid, de keuze, op den duur ontnemen. Want, als de beslissing eenmaal geval len is. blijft er uiteraard slechts één mo gelijkheid open en het lijkt mij meer dan dubieus, of men zich dan „vrijer” zal ge voelen, dan nu. Maar wij willen de zaak ook nog van een ander gezichtspunt beschouwen. Wat hebben wij onder deze vrijheid te ver staan? Toch zeker niet, dat wij geheel onafhankelijk van eiken invloed van buiten in staat zijn te handelen zooals wij zelf, persoonlijk, willen. Want die vrijheid hebben wij nooit bezeten en zul len wij ook nooit bezitten. Wie daarnaar streeft, ook de meest verstokte individua list, tast niet alleen de grondslagen der menschelijke samenleving aan, maar kan ook slechts aan h^t bereiken of zelfs be naderen van zijn ideaal te gronde gaan in de kracht van zijn isolement. Want de mensch kan nu eenmaal niet leven en ge lukkig zijn zonder binding en verplichting. Iedere poging daartoe is een aanloop tot zelfvernietiging en een aanslag op de maatschappij. Ik weet wel, dat sommigen het op dezen weg een heel eind gebracht hadden en hebben. Maarwaren zij gelukkig? En wat komt er terecht van zulke outsiders? Ieder normaal, gezond mensch behoeft zich maar even te bezin nen, om te beseffen, dat deze vrijheid nooit of te nimmer een ideaal was, of ooit kan zijn. De vrijheid is dan ook niets absoluuts en bestaat slechts in het gevoel vrij te zijn in zijn handelingen en het gevoel zijn beslissingen te treffen in overeen stemming met den grondslag van zijn Wezen en zijn redelijk inzicht. En, al maak ik mij sterk, dat er onder u nauwelijks iemand is die niet in de jaren, welke achter ons liggen, dikwijls heeft gehan deld en beslist, anders, dan hij zelf gewild zou hebben onder dwang van buiten dus wij waren toch aan die grenzen min of meer gewend en gevoelden ze niet ieder oogenblik als zoodanig „Maar nu is het anders”, zal men mij tegenwerpen, „ons land is bezet gebied en wij kunnen niet meer doen en laten wat wij willen”. Inderdaad, wij leven in „bezet gebied”, dat behoeft men mij werkelijk niet te vertellen en ik geloof, dat ik den inhoud I van dit feit beter begrijp, dan velen, die zich verkneukelen over een „proteststa king”, een doorgesneden kabel of andere lichtzinnige domheden, waarvoor maar al te vaak menschen moeten boeten, die er part noch deel aan hebben. Inderdaad, het is nog steeds oorlog en de oorlog heeft zijn eigen recht, het recht van de macht, zooals ieder, die het kleinste geschiedenis boekje nog eens wil herlezen, kan weten, en ook niet behoorde te vergeten. Wij moeten ons daarin schikken en de ons opgelegde beperkingen dragen, wel wetend en beseffend, dat het nog heel anders zou kunnen zijn. Men kan dus niet meer „kiezen” voor de oude orde, want deze keus beteekent wanorde, neen erger: de chaos. Want niemand make zich de illusie, dat het Duitsche volk, na de ervaringen van de laatste kwart-eeuw, zich weer gedwee in het gareel zou laten spannen ge steld al, dat de andere partij daartoe in staat zou zijn. Ook deze laatste mo gelijkheid willen wij voor een oogenblik onder het oog zien. Wie daaraan nog niet gelooft, dient ook een weg tot ver werkelijking van zijn hoop te zien. Wel nu, wil men zich niet in dwaze phan- tasmagorieën wiegen, dan zal men moe ten inzien, dat deze weg, gegeven de omstandigheden, eenvoudig niet denk baar is. Hoofdzaak is, dat wij hier nog eens vaststellen, dat wij ons niet met binnen- landsche politieke tegenstellingen zullen bezighouden. Dat wil niet zeggen, dat wij ons tegenover politieke richtingen plaat sen. A priori wordt niemand op grond van politieke overwegingen uitgesloten of gezocht. Het gaat ons in de eerste plaats om een onbevoordeelde, zakelijke samenwerking. Men zal ons wellicht tegenwerpen, dat dit op het oogenblik in Nederland niet mogelijk is. Het zal moeten blijken, en het zou in ieder ge val te betreuren zijn, wanneer dit be zwaar steekhoudend bleek te zijn en men op grond hiervan meende, zich zelfs van kennisneming van de feiten te moeten onthouden. Men zal ons misschien ook voorhouden, dat geen Nederlander zich thans vrij kan maken van „gevoelsmo menten”. Dat kan juist zijn. Wij hande len gelukkig niet alleen op grond van redelijke argumenten, en ieder heeft zijn gevoelsoverwegingen, die hem, haast instinctief, een bepaalde richting wijzen. In het Geertekerk-probleem. n.l. over de vraag, of dit historische gebouw al dan niet zal worden gesloopt, is, nadat zoo goed als vast stond, dat de kerk onder sloopershanden zou komen, in zooverre verandering gekomen, dat het college van B. en W. van Utrecht thans den gemeen teraad het volgende meedeelde In verband met de ter visie legging van de bestemmingsvoorschriften van den Geertehof in de nota van B. en W. over Geertekerk-Geertehof d.d. 21 Juni 1941, deelen wij den gemeenteraad mede, dat thans een schrijven is ontvangen van den secretaris-generaal van hen departement van Opvoeding, Wetenschap en Cultuur bescherming, dat op grond van nieuwe en bekend geworden gegevens, hij zijn toestemming tot stooping van de Geer'e- kerk voorloopig intrekt. Naar aanleiding hiervan hebben de regenten van de ver- eenigde gods- en gasthuizen medegedeeld, dat zij zich genoodzaakt zien van het plan-van der Steur af te zien (dit plan van van der Steur hield in. dat de Gee-- tekerk zou worden afgebroken en e t daarvoor in de plaats zou komen e n hofje, n.l. de Geertehof). In deze omstan digheden, zoo besluiten B. en W.. zull-.n de ontworpen bestemmingsvoorschriften niet in behandeling worden gebracht. Rede van professor dr. G. A. S. Snijder Vervolgens nam prof. dr. G. A. S. Snijder het woord. Aan zijn rede ontlee- nen wij het volgende: De redenen, die tot de stichting van het Genootschap „Nederland en Europa” leidden, hebt u indertijd in de pers, zij het ook in het kort, kunnen lezen. Waar om wij besloten ons jonge genootschap te vereenigen met den iets minder jon gen sociaal-economischen kring, heeft prof, van Loon u zooeven uiteengezet In den eersten oproep hebben wij ge zegd, dat ons genootschap berust „op de overtuiging, dat alle voorteekenen er op wijzen, dat een nieuwe Europeesche orde ontstaat en dat het Duitsche Rijk daar in de leidende plaats zal innemen”. Sindsdien is eenige tijd verloopen en één het belangrijkste voorteeken is in vervulling gegaan. Wanneer tot voor kort menigeen nog kon aarzelen, velen misschien nog den oorlog tusschen de „have’s” en de „habenichtse” als een machtstrijd konden zien, die wel belang rijk was en ook wel gevolgen zou heb ben voor ons land, maar waarvan men I het resultaat toch met een zekere gela tenheid kon afwachten, dan is dat sinds 22 Juni wel anders geworden. Bij het nagaan van een partij thee, welke door een Rotterdamschen winke lier buiten de distributie om zou zijn gekocht, trof de recherche, behalve een hoeveelheid thee, ook 115 pakken cacao aan. Bij onderzoek bleek deze cacao af komstig van een fabriek van chocolade en suikerwerken. Deze was bij het uit persen van cacaoboonen ter verkrijging van cacaoboter in het bezit gekomen van eenige honderden kilogrammen ca cao en er toe overgegaan, deze in den clandestienen handel te verkoopen. De weg van de fabriek naar den win kelier was echter wel lang geweest. Niet minder dan vier tusschenpersonen hadden zich bij dezen verkoop weten in te schakelen. Élk op zijn beurt had den prijs aanzienlijk verhoogd. De fabrikant, H., had bij dezen kettinghandel „slechts” 3 per k.g. ontvangen, de •winkelier echter betaalde reeds 5,25 en verkocht zelf weer voor 6 per k.g. De prijs van 9 Mei 1940, vermeerderd met de toegestane verhoogingen, be draagt evenwel in geen geval meer dan 1.50 per k.g. De tusschenpersonen werden veroor deeld tot boeten van 350 tot 50. Den winkelier S., den opkooper, die reeds voor de derde maal de prijsvoofschrif ten had overtreden, werd een boete van 1000 plus verbeurdverklaring van de in beslag genomen cacao en thee opge legd. De fabrikant van de cacao ten slotte, zag zich door den inspecteur van de prijsbeheersching te ’s-Gravenhage wegens overtreding van de prijzenbe schikking 1940 no. 1 tot 3000 boete veroordeeld Bovendien werd voor hem ook publicatie van het vonnis gelast. Het Nederlandsche volk heeft zijn eigen lot in handen Men kan het niet vaak genoeg her halen geen macht buiten ons be schikt over ons lot als volk. Wijzelf, ieder voor zich, en allen gezamen lijk, het Nederlandsche volk heeft zijn eigen lot in handen. Blijft onze taal Nederlandsch, onze kunst Neder- landsch van gezicht, onze aard Ne derlandsch, blijft de wijze en hoe danigheid van ons werk Neder landsch, dan b 1 ij v e n wij Neder landers. Dat zal echter niet door woorden, maar door daden geschie den, dat zal niet in defensieve af sluiting, maar slechts in open, strijd vaardige samenwerking zoo kunnen zijn. Wij moeten weer wennen aan de wijde ruimte, niet alleen ter zee, over land, wij moeten van deze ruimte leeren zien. van het Nederlandsche bedrijfsleven. Spr. begon met op het feit te wijzen, dat de organisatie-commissie zich nog midden in haar werkzaamheden bevindt, zoodat het niet de tijd is om een samenvattend overzicht van haar werkzaamheden te geven, of om reeds te spreken over pro blemen, welke de commissie thans nog bezig houden. Een uiteenzetting omtrent enkele prin- cipieele punten was volgens spreker ech ter wel gewenscht. De heer van Maas dijk herinnerde vervolgens aan vroegere organisaties van het bedrijfsleven en wees op de gildenorganisatie in de Mid; deleeuwen. Deze organisatie was echter niet voor alle tijden bruikbaar. Een groo- tere vrijheid werd nopdzakelijk. Ook deze echter werd spoedig door tegenoverge stelde tendenzen beïnvloed. Door wet geving en vooral ook door overeenkom sten tusschen belanghebbenden werden regelingen gemaakt. In enkele landen werd een revolutionnairen weg gevolgd. In Italië heeft men na de revolutie lang zaam aan de organisatie opgebouwd. Deze is thans nog niet geheel gereed. Werkgevers en werknemers worden ver tegenwoordigd in corporaties. In Spanje en Portugal heeft men een overeenkom stig systeem. Men heeft in deze landen het bedrijfsleven op verticale wijze in gedeeld. Over het algemeen is het lid maatschap niet verplichtend. In Nederland zag men in de laatste jaren naast steeds meer ingrijpen van de overheid ook het groepsgewijze op treden van belanghebbenden. Spr. wees op de Grondwetswijziging van 1938, waardoor lichamen voor beroeps- en be drijfsleven werden mogelijk gemaakt en op de Bedrijfsradenwet, waardoor be- drijfsraden, samengesteld uit vertegen woordigers van werkgevers en werk nemers, konden worden gevormd. Ook bij de wet op het verbindend verklaren van ondernemersovereenkomsten ging men uit van het bestaan van groepen. Spr. ging hierna over tot de behande ling van de nieuwe verordeningen over de organisatie van het bedrijfsleven. De organisatie-commissie, welke werd in gesteld om de organisatie op te bouwen, moest zeer snel werken en zij heeft ook zeer snel gewerkt. Reeds thans zijn eenige groepen gevormd en vele andere staan op het punt gevormd te worden. De organisatie in Nederland moet na tuurlijk nauw aansluiten aan de Duitsche organisatie wegens de plaats van Neder land in de wordende Europeesche groote ruimte, maar toch zal op vele gebieden een afwijkende regeling moeten worden I gemaakt, o.a. op het gebied van den han- i del waar, ten gevolge van Nederland’s bijzondere geographische ligging en over- zeesch bezit, de verhoudingen anders lig gen dan bij onze buren. Een van de voornaamste bepalingen is wel het feit, dat de organisaties zelfstandige lichamen zullen worden en hij wees op de verkla ring van de Duitsche regeering van Maart 1933, waarin deze zeide, dat zij geen van staatswege georganiseerde eco nomische burocratie wenschte, maar in tegendeel het private initiatief wenschte te bevorderen. De gedachte aan een zelf bestuur is niet nieuw, zij komt reeds tot uiting in onze grondwet ten aanzien van provincies en gemeenten. In tegenstelling met de Latijnsche lan den worden alleen ondernemers lid van de organisatie. Een andere tegenstelling is het feit, dat men een horizontale indeeling heeft gevolgd. Deze horizontale indeeling sluit echter geenszins de voordeelen van een verticale organisatie uit, daar men door het leggen van dwarsverbindingen ook de verticale belangen kan behartigen. Een moeilijkheid doet zich vaak voor bij de vraag naar de grenzen van de organisatie, bijv, de grens tusschen industrie en «ambacht. De taak van de organisatie-commissie is niet, zooals men vaak meent, het zelf ordenen, maar zij schept slechts de orga nisaties, die eventueel een ordenende functie kunnen vervullen. Niet de geheel staatstaak zal door de organisaties kunnen worden overgeno men. Voor bepaalde algemeene werk zaamheden zullen zeker nog Rijksbureaux gehandhaafd moeten worden. Evenmin zullen ook alle organisaties uit het bedrijfsleven moeten verdwijnen, waarbij men bijv, denken moet aan som- I mige kartels, die naast de groepen zullen I blijven bestaan. Spreker schetste daarna den internen opbouw van de organisaties. I De hoofdgroepen worden onderverdeeld in bedrijfsgroepen, deze in vakgroepen en deze eventueel in ondervakgroepen. De leiding van een organisatie berust bij een voorzitter, bijgestaan door twee plaats vervangers. Samen vormen zij het dage- lijksch bestuur. Een raad van bijstand dient den voorzitter van advies. De dage-J lijksche werkzaamheden worden verricht] door een secretaris. Spr. wees tenslotte op het verschil tus schen den nieuwen voorzitter en de voor-1 zitters van vroegere vereenigingen. De voorzitter moet zijn groepsbelang I behartigen met inachtneming van het algemeen belang. Hierop wijst ook de wijze van benoeming, welke van bovenaf geschiedt De voorzitter is bevoegd aan de leden aanwijzingen te geven. De voorzitter heeft dus een groote macht. Hier moet echter tegenover staan een voortdurend voeling houden met de leden van de organisatie, er mag geen sprake zijn van een van bovenaf dicteeren. De heer van Maasdijk besloot zijn voor dracht met de woorden: „Ik heb u heel in het kort een over zicht gegeven van den opbouw van de organisatie van het Nederlandsche be drijfsleven, zooals die door de organisa tie-commissie in het leven wordt geroe pen. Al diegenen, en ik reken daaronder wel alle aanwezigen in deze zaal, die in - j njef Met ingang van 24 Juli 1941 zijn de volgende aanmeldingsbureaux voor het Vrijwilligerslegioen Nederland opgeheven: Heerlen, hotel du Nord, Stationsstr. 17, Groningen, Rademarkt 23a, Arnhem, hotel Keizerskroon, Markt 32, Breda, Bosch- straat 67, Deventer, hotel van Wely, Kei zerstraat 1 en Utrecht, hotel Thalia, Sta tionsplein 9. In het vervolg kan men zich voor het legioen nog meldenden Haag, Konin ginnegracht 22 en Amsterdam, hotel van Gelder, Damrak 34. De keuring van vrijwilligers voor het legioen geschiedt in de volgende plaat sen 24.7.4110 tot 18 uur, Utrecht, Deut sches Haug. 24.7.4110 tot 13 uur, Roermond, Swal- merstraat 61. 24.7.41 15 tot' 19 uur, Maastricht, hotel Momus, Brithof. 25.7.41 10 tot 18 uur. Huize Schaaf, Breedstraat. 25.7.41 10 tot 13 uur, Eindhoven, Huis Maria, Kruisstraat 53. 25.7.4115 tot 19 uur, den Bosch, Prins Hendrikkazerne. 26.7.4110 tot 18 uur, Groningen, Con- certhuis, Poelestraat 26.7.419 tot 12 uur, Breda, restaurant Modern. 22.7.4110 tot 18 uur, Zwolle, school a d. Turfmarkt. 28.7.4110 tot 18 uur, Arnhem, Willems kazerne. 29.7.41 10 tot 18 school lepenweg 13. 30.7.4110 tot 19 uur, den Haag, Konin ginnegracht 22. 31.7.41 10 tot 18 uur, Rotterdam, Deut sches Haus Volkspark. De Rijkscommissaris heeft thans, bij het voortzetten van de maatregelen, wel ke in de afgeloopen weken tegen ver scheidene politieke partijen zijn genomen, ook een commissaris benoemd voor de confessioneele vakvereenigingen. Hier mede wordt ook een einde gemaakt aan de verschillende houdingen welke deze verkvereenigingen aannamen ten aanzien van sociaal-economische kwesties, welke verschillende houdingen voortkwamen uit de verbindingen met confessioneele kringen. Verder zal de zorg voor de buiten Nederland te werk gestelde arbeiders vereenvoudigd en gecentraliseerd wor den. Door deze maatregelen worden getrof fen het Roomsch-Katholiek Werklieden verbond, het Christelijk Nationaal Vak verbond, de hierbij aangesloten vakgroe pen, alsmede de Diocesane Arbeiders bonden. Tot commissaris is benoemd de huidige commissarisleider van het N.V.V., H. J Woudenberg. Hij is in deze functie be voegd de zaken van de besturen van de genoemde bonden waar te nemen en bo vendien alle organisatorische, personeele en financieele maatregelen te treffen, welke voortvloeien uit de werkzaam heden van de bonden en welke noodig zijn tot het vereenvoudigen, alsmede tot het samengaan van de Nederlandsche arbeidersbeweging. De statuten van de genoemde bonden zijn niet in tegenspraak met de maat regelen van den commissaris. De Rijkscommissaris heeft nadrukkelijk bepaald, dat de rechten en aanspraken van de leden van de vakbonden, voor zoover deze van economischen aard zijn, van kracht blijven. maar ook den samenhang Wil men hier spreken van „het Rijk”, het Groot- Germaansche Rijk, mij is het goed, al moet ik dan bij voorbaat waarschuwen tegen de misvatting, dat „het rijk” een imperium van tastbaren aard zal zijn, naar den trant van het Romeinsche of het Engelsche imperium. Het rijk, das Reich, moet men veeleer zien en onder gaan als een bindende, verplichtende idee, een onverbrekelijke lotsverbonden heid van allen, die deze gedachte als iets groots en onaantastbaars in zich dragen en behoeden. Wil men liever spreken van een Germaanschen Statenbond, mij is het ook goed, al gevoel ik mij dan verplicht, er op te wijzen, dat de volle nadruk op de verbondenheid dient te vallen. In dat groote geheel is, daarvan ben ik overtuigd, plaats voor ons volk als zelfstandig volk. Zijn staatkundigen vorm kan dit volk zich op den duur slechts zelf scheppen. Een geschonken lappendeken van over geleverde vormen kan nooit het passende kleed van een levend lichaam zijn. Zoo ligt onze innerlijke en onze uiter lijke vrijheid in onze eigen hand. Wij staan thans weer in een wereld vol be weging en leven. Het Duitsche volk is ons voorgegaan, het is vernieuwd her rezen en heeft de teekenen des tijds vóór ons verstaan. Aan den wand van de kamer, waarin wij tot nu toe beklemd, haast angstvallig en schijnbaar door de wereldgeschiedenis vergeten, leefden, heeft de oorlog ten laatste toch een harde waarschuwing met vurige letters ge schreven. Laat deze les niet ongelezen wegdoven en laat ons met alle kracht, moed en vertrouwen, welke in ons zijn, daarnaar handelen. Daartoe op te wekken is het voor naamste doel van het Sociaal-economisch Genootschap „Nederland en Europa”. Rede van den heer H. C. van Maasdijk over „de organi satie van het Ned. bedrijfs leven” Hierna werd het woord gevoerd door den heer H. C. van Maasdijk, die het wel alle aanwezigen in deze zaai, onderwerp behandeldeDe organisatie het tijdsgewricht, dat wij beleven kW™-. ■1 -■’/■Wesp-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Haagsche Courant | 1941 | | pagina 9