JOSÉ IMIDIP.It\N/A MOLEST iO PORTWIJN Dag en nacht oorlogsrisico! Westfaalsche Nederrijnsche Kunst KUNST EN LETTEREN 1940-1941 ONDERWIJS EN KERK VEREENIGDE STATEN De „Westpoint” terug FRANKRIJK ZWITSERLAND Het het CANADA DUITSCHLAND ZUID-AMERIKA SPANJE het Verre Oosten Het fijnste product de Douro van In het Rijksmuseum te Amsterdam De Europeesche oogst INKOOP GOUD en JUWEELEN J. C. VER MAAT Jr„ Juwelier - Oude visscheïr door Will Lehmaim-Canvy JAPAN Megerle over Rede van Göbbels De Japansche oorlogsschepen in Indo-China HAAGSCHE COURANT Zaterdag 2 Aug. '1941 le bl. pag. 2 650-jarige bestaan van Eedgenootschap PRINS KAREL VAN ZWEDEN AAN BOORD S’" KEU LAMES. DE Actieve vertegenwoordigers gevraagd. 'O, OOK BALLETDECORS DOOR E. NOLTENx» Truro de boofdstad van de provincie El Oro, HET SENAATSDEBAT OVER DE VERLENGING VAN DEN DIENSTTIJD Sneek, Oude Koemarkt 33 A'dam, Keizersgracht 399 Het schip ONDERLINGE NEDERLANDSCHE A VERZEKERING MIJ. Ook ZILVER tegen boogen prijs. THOMSONPLEIN 18 - TEL. 333398 Uw Juwelier sinds 1927 in 't Westen WAPENSTILSTAND TUSSCHEN PERU EN ECUADOR Naar de bladen te Lima melden is de wapenstilstand tusschen Peru en Ecuador den 31en Juli gesloten. Het officieel Pe- ruaansche legerbericht deelt mede, dat kort voor het sluiten van den wapenstil stand de Peruaansche troepen een over winning hadden behaald. Zij hadden 8 plaatsen bezet, onder welke Machala, de boofdstad van de provincie El Oro. De regeering van Ecuador heeft tegelijker tijd medegedeeld, dat de lichtingen 1916 tot 1919 gedemobiliseerd zijn. COMMISSIE VOOR MILITAIR BELANGRIJKE ERTSEN De door generaal Franco in het leven geroepen commissie voor militair be langrijke ertsen is gisteren voor de eer ste maal te Madrid bijeengekomben on der voorzitterschap van den chef van den hoogen generalen staf, generaal Davila. Aanwezig waren de directeur-generaal van het mijnwezen, een vertegenwoordi ger van de ministeries voor het leger, de luchtvaart en de marine en tenslotte ver scheidene mijndeskundigen. Te volgens „Associated Press” deesche soldaten een Lunapark aange vallen, om een kameraad te wreken, die bij een ruzie was doodgeschoten. Zij overweldigden de afzetting van vijftig militaire politiemannen en vernielden alle kramen, caroussels en andere in richtingen. Toen de militaire politie ver sterking had gekregen, vielen zij zelfs voor de tweede maal aan om de ver nielingen te voltooien. De voornaamste taak van de genoemde commissie is de stelselmatige exploratie van den Spaanschen bodem om militair belangrijke ertsen op te sporen en te ex- ploiteeren, wanneer zij, ook al zijn zij economisch niet loonend, voor de Spaan- sche oorlogsindustrie toch dringend noo- dig zijn. Uit economische kringen ver luidt, dat de commissie zich o.a. ook zal bezighouden met de kwestie van het weer in Spaansch bezit terugbrengen of ten minste onder Spaansche controle bren gen van de in buitenlandsch bezit zijnde militair belangrijke ertslagen. In den loop van het Senaatsdebat over de* wet betreffende de verlenging van den diensttijd heeft de republikeinsche senator Danaher verklaard, dat de En- gelschen het gebruik van Amerikaansche troepen wenschen op Europeeschen grond tegen Duitschland. De republikeinsche senator Taft gaf van zijn kant uitdruk king aan het vermoeden, dat de Ameri kaansche regeering het voornemen heeft troepen te gebruiken in Zuid-Amerika. Senator Wheeler beschuldigde de film industrie van actieve ophitsing tot oor log. Op gelijke wijze uitte hij zich over Willkie, Stimsön, Knox en Donovan, waarbij hij laatstgenoemde den chef der geheime Amerikaansche politie noemde. Bij deze gelegenheid las Wheeler een schildering voor uit Los Angeles, hoe de filmindustrie van Hollywood geprobeerd heeft, haar personeel te dwingen deel te nemen aan een vergadering, waar Willkie sprak. Desondanks is het bezoek der ver gadering buitengewoon schraal geweest HET ECONOMISCHE VERDEDIGINGS- BUREAU De instelling van een economisch ver- dedigingsbureau onder leiding van vice- president Wallace wordt in Washington, naar de „Herald Tribune” en de „New York Times” melden, gelijk gesteld aan de vorming van een bureau voor de eco nomische oorlogvoering. De „Herald Tri bune” meldt, dat Wallace administratie ve volmachten heeft gekregen, welke ge lijken op die van den president. Daar mede wordt hij de meest invloedrijke vice-president in de Amerikaansche ge schiedenis. In de kunstzaal „Kunst van onzen Tijd”- alhier wordt op 6 Augustus, des middags om 3.30 uur, een tentoonstelling geopend van’ ontwerpen van balletdécors door E. Nolten, waarbij de heer mr. W. H. Th. Perizonius een openingswoord zal spre ken. DE LEVENSMIDDELENPOSITIE In een radiorede over de levensmidde lenvoorziening in Japan in oorlogstijd, heeft de minister van land- en bosch- bouw verklaard, dat Japan geen levens- middelenzorgen behoeft te hebben, hoe lang de oorlog ook moge duren. De mi nister verklaarde verder, dat Japan niet alleen een rijstland is, maak ook in alle windrichtingen is omgeven door de zee met zijn rijkdom aan visch. Het spreekt vanzelf, dat na een oorlog van 4 jaar in China op zekere gebieden schaarsch- te merkbaar wordt. Het streven der re geering heeft ten doel, de productie van den landbouw te verhoogen, den invoer van rijst uit te breiden en tevens een verstandige regeling van het verbruik in te voeren. In een hoofdartikel van de „Berliner Börsen Ztg.” bespreekt Karl Megerle dén toestand in het Verre Oosten en met name de kwestie Indo-China. De nieuwe ordening in het Verre Oosten on der leiding van Japan, zoo schrijft hij o.a., heeft groote vorderingen gemaakt. Tusschen Japan en Frankrijk is een ver drag gesloten, waarin de beide regee- ringen zich tot gemeenschappelijke ver dediging van Indo-China verplichten en een volkomen blokkade. Wanneer de Britsche regeering verklaart, dat de blokkade niet tegen het Finsche volk is gericht, moet worden geconstaterd, dat juist het Finsche volk door deze blok kade te lijden zal hebben bij gebrek aan levensmiddelen en verbruiksgoede- ren. Wanneer met de verwijzing naar het Finsche volk bedoeld wordt, dat En geland door een slechter worden van de levensvoorwaarden van het Finsche volk druk wil uitoefenen op de finsche re geering, stelt dit de zaak geenszins in een fraaier daglicht. In haar antwoord, evenals in gepubli ceerde berichten over de verklaring der Finsche regeering van 28 Juli, passeert de Britsche regeering geheel en al het voornaamste motief van Finland, dat n.l. Engeland met den vijand van Fin land een militair bondgenootschap heeft gesloten en zich verplicht heeft hem met alle middelen te steunen. Als bewijs voor de conclusie, welke uit dezen stand van zaken moet worden getrokken, dient het op 30 Juli in de „Daily Herald” verschenen artikel, waarin wordt ver klaard, dat de Britsche legatie in Hel sinki dient tot buitengewoon nuttige waarnemingspost en berichtencentrum, dat zoo lang mogelijk moet worden opengehouden. De Sovjets begrijpen wel waarom. Belangrijke Verzameling moderne kunst In het Rijksmuseum te Amsterdam is hedenmiddag om 3 uur de tentoonstelling „Westfaalsch-Nederrijnsche Kunst van dezen tijd” geopend. Deze tentoonstelling, welke schilder kunst, grafiek en beeldhouwkunst omvat, van West-Duitsche kunstenaars, is geor ganiseerd door het Karl Ernst Osthaus Museum der stad Hagen in Westfalen in samenwerking met de Nederlandsch-Duit- sche Kuituur Gemeenschap. Het doel is tot een regelmatige uitwis seling van Nederlandsche kunst in Duitschland en Duitsche kunst in Neder land te kómen. Reeds eerder trokken Nederlandsche schilders naar Keulen en op het oogen- blik exposeeren, zooals bekend, de meest representatieve Nederlandsche schilders en beeldhouwers in het Karl Ernst Osthaus- museum te Hagen. Tegelijkertijd is nu te Amsterdam in het Rijksmuseum een expositie ingericht, welke de Nederlanders, doet kennis maken met het werk der moderne West-Duitsche kunstenaars Met dr. Gerhard Brüns, den directeur van het Stedelijk Museum te Hagen, heeft het tentoonstellingscomité, onder leiding van den schilder Eduard Gerdes, hoofd van de afdeeling beeldende kunst van het departement voor Volksvoorlichting en Kunsten, de beste en meest representa tieve werken uit Hagen verzameld. En al kan men in de gereserveerde zalen van het Rijksmuseum niet alle stukken uit Hagen overbrengen, toch wordt er hier een uit stekend overzicht gegeven van het werk dat in dezen tijd in West-Duitschland ge maakt wordt. Er zijn goede en sterke schilderijen en aquarellen, welke kenmer kend zijn voor het West-Duitsche land. Landschappen uit het Nederrijnsche, uit het schoone Sauerland en uit de industrie gebieden, maar ook tal van krachtige por tretschilderingen, stemmige stillevens en kleurige typen van het land treft men hier aan. Behalve schilderijen en aquarellen laat de tentoonstelling, waar men vandaag nog druk bezig was met de laatste werkzaam heden, ook tal van fraaie grafieken als mede goede beeldhouwkunst zien. Opval lend is het daarbij, dat de plastiek en gra fiek zeer sterk vertegenwoordigd zijn. De hoogst belangrijke tentoonstelling is hedenmiddag in het Wagenhof van het Rijksmuseum geopend. De secretaris-gene- raal van het departement van Volksvoor lichting en Kunsten, prof. dr. T. Goede- waagen, sprak een begroetingswoord. Het Zepparoni-kwartet luisterde de bijeen komst op met het spelen van kwartetten van Schubert en Dirk Schafer. Belangrijke Tentoonstelling Er was gisteren gelegenheid om de expositie van tevoren te bezichtigen. De schilderijen waren vrijwel alle gehangen, de plastieken hadden hun plaats gekregen en zoo kon men rustig een totaal indruk krijgen van het werk der Westfaalsche en Nederrijnsche kunstenaars, dat tot ons ge komen is. En die totaal-indruk is meer dan gun stig. De tentoonstelling in Amsterdam staat op een hoog niveau en bevat zeer veel, dat ver boven de middelmaat uit komt en zelfs enkele uitermate belang rijke werken, die in de kringen van Ne derlandsche kunstenaars volle belangstel ling en aandacht verdienen. Waar het de taak van den kunstrecensent .en kunstbe schouwer is, over een zoo omvangrijke ten toonstelling als deze een algemeen en samenvattend oordeel te schrijven, in ob jectieven en opbouwenden zin, zal ik deze totaal-indruk nader uitwerken eer tot be schouwing der werken zelf wordt overge gaan. Men kan daarbij zeggen, dat de Nederlandsche tentoonstelling, die op dit De Korrespondenz Dienst aus Deutsch land publiceert een overzicht over 1940-1941 ten aanzien van de voedsel productie in Europa en komt tot het resultaat, dat dit jaar een beneden het gemiddelde liggende oogst heeft op geleverd. Volgens het overzicht zijn de oorzaken hiervan in de eerste plaats de bijzonder langdurige koude in het voor- jaar van 1940, waardoor een groot per centage van het laat in den herfst ge zaaide graan uitwinterde en de bewer king van den bodem vertraagd is. In de tweede plaats is dit veroorzaakt door het gebrek aan arbeidskrachten voor den landbouwer voor de talrijke groote gevechtshandelingen in het voorjaar van 1940. Verder heeft de oogst ook geleden door de gevechtshandelingen zelve. Daarbij komen nog de moeilijkheden van het binnenbrengen van den oogst door de massale vlucht der landelijke bevolking in West-Europa. Moeilijker echter nog dan dit alles was het feit, dat de graan schuur van Europa, d.w.z. het gebied van de Midden- en Beneden-Donau ge teisterd was door vorst en overstroo- mingen en een beslist geringen oogst aan broodgraan heeft opgeleverd, hetgeen de exportcapaciteit van deze landen in 1940 zeer benadeeld heeft. Ook Spanje had de storingen, die den verbouw van graan door den burgeroorlog had ondergaan, nog niet overwonnen. De oogst van het broodgraan van 1941 is’ volgens de Dienst aus Deutschland in vele deelen van Europa reeds binnen gehaald. Met uitzondering van Honga rije, dat ook in 1941 te lijden heeft gehad van overstroomingen en hoog water. Ove rigens hebben echter alle landen van het Europeesche continent, die een graan overschot produceeren, zeer bevredigen- ucu voamuBvucu vtumuouuovucu ..«unci, de, deels zelfs ook buitengewoon goede, de behandeling der ladingen op Japan- oogsten verkregen. Ook al heeft men in 1940-1941 zijn toevlucht moeten nemen tot reserves, de graanvoorraad wordt toch, nog vergroot door den Noordafri- kaanschen graanoogst, weer aangevuld. Belangrijker nog dan het gunstige resul taat van den oogst in 1941 wordt door den Dienst aus Deutschland de uitbrei ding geacht van de oppervlakte, die met broodgraan is bebouwd, in het bijzonder in de Noord- en West-Europeesche landen. VERVELENDE PROPAGANDA FILMS De „New York Journal American” schrijft, dat de serie „vervelende, on- rustzaaiende propagandafilms”, welke de Vereenigde Staten de laatste jaren hebben overstroomd, financieel alle een fiasco zijn geworden. Aan den eersten eisch voor elke propaganda, namelijk overtuigingskracht, voldeden zij niet. Het Amerikaansche volk heeft ze afge wezen en dit bewezen door weg te blij ven uit de bioscopen. EMBARGO OP EXPORT VAN VLIEGTUIGBENZINE De uitvoer van vliegtuigbenzine en olie wordt gestaakt naar landen van het Westelijk halfrond, met uitzondering van het Britsche wereldrijk en van de niet-bezette landen, die zich verzetten tegen aanvallen. De uitvoer van andere petroleumproducten naar het buitenland met uitzondering van de bovenge noemde gebieden mag niet grooter zijn dan het gemiddelde van voor den oorlog. Het exportverbod omvat even eens zekere ruwe producten, waaruit vliegtuigbenzine wordt vervaardigd. SOLDATEN OVERVALLEN LUNAPARK (Nieuw-Schotland) hebben 500 Cana- De luchtaanval op Finsch gebied Tenslotte wordt gezegd: het antwoord van Engeland behelst geen verwijzing naar het op 30 Juli door Engelsche vliegtuigen boven Finsch gebied op Pet- samo uitgevoerde bombardement, dat schade heeft veroorzaakt aan Finsch bezit en slachtoffers heeft geëischt on der de burgerbevolking. Het moet op vallen, dat het bombardement is uitge voerd, voordat Engeland zijn antwoord op de, langs diplomatieken weg door Finland gestelde vragen, betreffende de betrekkingen tusschen de beide landen, had gegeven. Bovendien is het opmer kelijk, dat Engeland reeds voor het ver melde voorstel van Finland van 28 Juli een moederschip voor bombardements vliegtuigen, naar de nabijheid der Fin sche territoriale wateren had gezonden. Dit alleen toont, dat het bombardement van Liinahamari het resultaat is ge weest van een militaire voorbereiding, welke Engeland reeds voor den genoem den datum had getroffen. Ryti over Amerika United Press meldt uit Helsinki; Tijdens een ontvangst van de pers verklaarde de Finsche staatspresident Rysto Ryti, dat hij hoopte, dat de Vereenigde Staten niet in den oorlog zullen treden, om op deze wijze mede te helpen aan een duurzamen vrede na den huidigen oorlog. Hij verklaarde voorts, te meenen, dat de tegenwoordige oorlog tusschen Finland en de Sovjet-Unie, teneinde zou zijn, eer eenige effectieve hulp voor de Sovjet-Unie geboden zou kunnen worden. Ik koester de oprechte hoop, dat de buitengewoon vriendschappelijke betrekkingen tusschen de Vereenigde Staten en Finland, die se dert het ontstaan van den Finschen staat bestaan, zullen voortduren. Finland strijdt voor zijn leven. Wij wor den aangevallen en wij verdedigen ons. Finland zal tot den zegenrijken vrede strij den, die naar wij hopen en verwachten spoedig zal komen”. De ontvangst van de buitenlandsche pers had plaats in het paleis van den president. Ryti weigerde zich uit te laten over den Britschen luchtaanval op Petsamo en over het verbreken van de diplomatieke betrek kingen tusschen Finland en Engeland. Minister Göbbels heeft gisteren gouw-gemachtigden van de N.S.-Volks- wohlfahrt uit geheel Duitschland ont vangen, die te Berlijn zijn bijeengekomen voor een werkvergadering van enkele dagen. Göbbels betoogde in zijn toespraak, dat niemand thans nog den socialen wil van Duitschland kan betwijfelen. Deze sociale orde, welke voor het Duitsche volk reeds vanzelf spreekt, werkt ook op andere volken aanlokkelijk en fasci- neerend. De minister zette daarop in bijzonder heden uiteen, welke taak voor de N.S.- Volkswohlfahrt voortvloeit uit de groote politieke conflicten en verklaarde, dat het Duitsche volk thans beseft, dat het dezen oorlog moet voeren ter hand having van zijn levensrecht, ter verdedi ging van zijn sociale orde en daarmee voor het bestaan en het welzijn van het geheele land. Het geheele volk begrijpt waarom het ditmaal gaat. Het weet wat in dezen oorlog te winnen is, maar ook in welk gevaar wij ons bevonden en wat De correspondent van de „Nitsji nitsji sjimboen” meldt, dat Japansche oor logsschepen in den middag van 31 Juli in de baai van Camranh zijn binnenge- loopen. Generaal-majoor Raishjiro Soe- mita, het hoofd van de Japansche mi litaire missie in Indo-China, kwam voor den intocht der vloot aan om half acht ’s ochtends, teneinde met den Franschen bevelhebber van de marinebasis te on derhandelen omtrent de nadere détails van het binnenvaren der schepen. Nadat de voorbereidende maatregelen voltooid waren en volledige overeenstemming was bereikt, vertrok Soemita met het zelfde oorlogsschip, waarmede hij zijn intocht had gemaakt, teneinde naar de basis terug te keeren, waar de hoofd macht is gestationneerd. Hierna deed het Japansche eskader zijn formeele in tocht met een vlaggenparade der sche pen op denzelfden middag. Thailand staat geen steun punten af Volgens een bericht van „United Press” uit Singapore, heeft het consu- laat-generaal aldaar van Thailand tegen gesproken, dat Thailand met Engeland of Japan overeenkomsten zou hebben aangegaan, betreffende het inrichten van steunpunten op Thailandsch gebied. Thailand verleent aan niemand steun punten, zoo wordt in het bericht gezegd. De Japansche scheepvaart S.P.T. meldt uit Tokio: Met groote opmerkzaamheid volgen de kringen van den Japanschen buitenlandschen handel, sche schepen. De toezegging van Sumner Welles aan den Japanschen ambassadeur Nomoera, dat tot 2 Augustus voor Amerika be stemde ladingen zouden worden in be slaggenomen, doch ladingen, welke voor derde landen bestemd zyn, ongehinderd in de Vereenigde Staten konden worden gelost, geeft geen garantie voor hetgeen na bovengenoemde datum met de Ja pansche ladingen zal geschieden. In Ja pansche handelskringen is men van meening. dat na 2 Augustus, alle Ja pansche ladingen in beslag zullen wor den genomen, ongeacht hun bestem ming. Dit zal waarschijnlijk tot gevolg hebben, dat de Japansche scheepvaart op de Vereenigde Staten wordt stop gezet. Het ministerie van Financiën heeft bekend gemaakt dat het Japansche schip „Tatuta Maru”, dat in de haven van San Francisco voor anker ligt zijn lading ruwe zijde ter waarde van 2$ millioen dollar mag lossen. In den vorigen nacht stond het schip reeds op het punt met zijn lading naar Japan terug te keeren, naar Associated Press meldt Japan met inachtneming van de terri toriale onschendbaarheid en de Fran- sche souvereiniteit over Indo-China, het recht krijgt daar steunpunten in te rich ten. Op 29 Juli heeft Japan daarvan ge bruik gemaakt. De politieke beteekenis van dit verdrag ligt voor de hand. De rechtstreeksche Japansche invloed is een geweldig stuk naar het Zuiden opge schoven in een gebied, waarin zich tij dens dezen oorlog de agressieve en vijandige krachten tegen Japan steeds duidelijker gegroepeerd hadden. Het in zicht in dit feit en de teleurstelling, dat Japan de EngelschAmerikaansche agressie is vóór geweest, spreekt uit de verontwaardiging, waarmee Engeland en Washington het Japansche optreden hebben opgenomen. Deze verontwaardi ging heeft een dubbelen grondslag. Nooit was het Japansche optreden gerecht- yaardigder dan thans. Onze bondgenoot in het Verre Oosten heeft het niet eens noodig, zijn aangelegenheid met eigen ar gumenten te rechtvaardigen. De argu menten zoowel als de methoden heeft hem president Roosevelt zelf geleverd. Toen Roosevelt verleden jaar den Engel- scheh de steunpunten in West-Indië af nam, hebben wij geschreven, dat men goed op dit precedent moet letten. Door dat Roosevelt van de Engelschen steun punten vroeg op het Westelijk halfrond en Engeland dit verlangen inwilligde, is de politiek van steunpunten tot een interna tionaal gebruik geworden. Wanneer het voor Roosevelt geen misdaad is. steun- punten aan een andere mogendheid te ontnemen, en voor Engeland geen schande, die steunpunten af te staan, dan kan men niet inzien, waarom Welles te keer gaat tegen een politiek, die zijn president zelf heeft uitgevonden. Het verdrag tusschen Japan en Frank rijk is in ieder geval niet onrechtmatiger dan dat tusschen Roosevelt en Churchill. Trouwens, Japan houdt zich trouw aan het beginsel der zelfbeperking tot de na tuurlijke leefruimte, zooals vastgesteld in het driemogendhedenpact, en blijft streng binnen zijn gebied, terwijl Roose velt en Engeland hun steunpunten ge stuwd hebben naar andere gebieden en met geweld aan zwakke staten ontno men hebben. Japan is in het Verre Oos ten, zooals Europa in het Westen, be voegd en verplicht, om op alles te zijn voorbereid met het oog op de geen gren zen kennende uitdaging van Roosevelt. De samenwerking van Roosevelt met Engeland, Tsjoenking en Nederlandsch- Indië droeg een duidelijk anti-Japansch kenmerk. Alleen onder Engelsch-Ame- rikaanschen invloed hebben de autori teiten van Nederlandsch-Indië het aan gedurfd, de Japansche economische wen schen van de hand te wijzen. Bovendien kon Japan de samenwerking van de An- gelsaksen met de Gaullisten niet over het hoofd zien. Het moest in Syrië waar nemen, hoe dit Fransche gebied door de Engelschen veroverd en min.of meer aan de Gaulle werd uitgeleverd. Nadat met Engelsche hulp reeds vroeger in de Zuidzee Caledonië door de Gaullisten is bezet, heeft zoo juist ook in Tahiti een de Gauille-putsch plaats gehad. Dezelfde krachten waren merkbaar in Indo-China, tezamen met den Engelsch-Amerikaan- schen invloed, welken Japan overigens reeds bij zijn bemiddelingsactie tusschen Thailand en Indo-China duidelijk be speurd heeft. In de totale Japansche politiek moet deze bescherming van den Zuidelijken flank, ook in verband met de samenwer king der Angelsaksische mogendheden met Tsjoenking en het bolsjewisme, ge zien worden. De positie van Japan in dit gebied is door dit verdrag geweldig versterkt. Uiteraard kon het bij zijn optreden op het begrip van zijn bondgenooten ver trouwen. Het proces van de nieuwe orde ning schrijdt in het Verre Oosten gesta dig voort, evenals in Europa. LEAHY BIJ PETAIN De Amerikaansche ambassadeur, ad miraal Leahy, is gisteren in gehoor ont vangen door het staatshoofd, maar schalk Pétain. Het onderhoud, dat an derhalf uur duurde, handelde over de algemeene situatie. Men meent boven dien, dat gesproken is over de ontwik keling van de gebeurtenissen in het Verre Oosten. EXAMENS Duitsch L.O. Geslaagd alhier de heerenG. de Groot, Leidschendam; I. J. Krol, Gro ningen; G. Tiems, Klazienaveen; A. Bak ker, Rotterdam; G. U. de Duyn, Hilver sum; G. Hoekstra, Huizen (N.H.) C. H. T. Luske, Amsterdam; Th. A. A. Wig- man, Nijmegen en de damesG. C. M. Mijnders, ’s-Gravenhage; A. C. J. van Eijck, Rotterdam; A. M. Lok, Haulerwijk (Fr.); de heeren G. H. Hermans, Eind hoven; A. Kruithof, Nijmegen; J. van Pelt, Heukelom; F. J. Royackers, St. Willebrord; W. G. Smits, Dinxperlo; M. Huizer, Bolnes; P. J. G. Jansen, Venray; E. A. Téitsma, Hilversum; de dames M. E. Pronk, Usselo; E. de Vries, Alk maar; M. J. C. Somers, Hillegersberg. COMMUNISTEN GEARRESTEERD De politie van Nantes heeft in het departement der Beneden-Loire 20 com munisten gearresteerd, die tegen den staat gerichte propaganda hadden ge voerd. De meeste gearresteerden waren reeds eerder gestraft. MINISTERRAAD IN VICHY ZAL BELANGRIJKE BESLISSINGEN NEMEN De bladen verwachten van den van daag bijeengeroepen ministerraad in Vichy belangrijke beslissingen. De aan wezigheid van den gevolmachtigde der Fransche regeering in de bezette gebie den, ambassadeur de Brinón, wordt door alle bladen naar voren gebracht. De „Matin” wijst er eveneens op, dat de vroegere ministerpresident en minister van buitenlandsche zaken, Laval, zich op het oogenblik ophoudt op zijn bezit ting in Chateldon, in de nabijheid van Vichy. DE RIJKSARBEIDSDIENST VOOR VROUWELIJKE JEUGD Een verordening van den Führer en rijkskanselier betreffende verderen oor- logsarbeid van den rijksarbeidsdienst voor de vrouwelijke jeugd wordt door het rijkswettenblad gepubliceerd. In de verordening word bepaald, dat de opge roepen dienstplichtige meisjes na hun rijksarbeidsdienstplicht nog 6 maanden verplicht zijn oorlogshulpdienst te ver richten, binnen het gebied van het Groot-Duitsche Rijk in bureaux bij dienstinstanties van de Weermacht en de overheid, in ziekenhuizen en bij sociale instellingen, evenals bij hulpbehoevende, in het bijzonder kinderrijke gezinnen. DE BUITENLANDSCHE ARBEIDERS De afdeeling voor arbeidskrachten van het centrale bureau van het Duitsche Arbeidsfront, dat omvattende sociale verzorgingsmaatregelen voor de in Duitschland werkende buitenlandsche ar beidskrachten heeft genomen, heeft thans voor de Fransche, Vlaamsche, Neder landsche, Deensche, Slowaaksche en Ita- liaansche arbeiders tijdschriften in hun eigen taal uitgegeven. Deze tijdschriften zullen er toe bijdragen, het vertrouwen, dat de buitenlanders in hun Duitsche werkgevers stellen, te versterken. Dekt U op solide en voordeelige wijze door U aan te sl :iten bij de Ond. Ned. Molest Verz. Mij., gevestigd te Sneek. Over het op 30 Juni 1941 afge- loopen halfjaar kannen alle schaden worden betaald. Er behoeft geen omslag te wor den geheven. 9 Van de voorschotheffingen kan een belangrijk gedeelte worden gereser veerd voor schadehetaling in het volgend halfjaar. Voorschotheffing fO.6O per f 1OOO.- per halfjaar. Groote risico spreiding. ons had bedreigd, als het bolsjewisme uit het Oosten in een onbewaakt oogen blik Duitschland had overvallen. In deze gigantische worsteling zal de overwin ning bevochten worden door de Duitsche Weermacht onder het' veldheersgenie van dan Führer. Bij een stralende zon zijn gisteren in het geheele land de herdenkingsplechtig heden geopend naar aanleiding van het 650-jarig bestaan van het Eedgenootschap. Reeds iri den vorigen nacht had op de nationale geboorteplaats de „Rütli-Wiese” aan den Zuidelijken arm van het Vier- woudstedenmeer, in tegenwoordigheid van enkele duizenden personen een een voudige plechtigheid plaats. De hoof den van de kantons Uri, Schwyz en Un- terwalden ontstaken het bondsvuur in een machtige houtstapel. Vervolgens werd door het hoofd van het kanton Uri een toespraak gehouden, welke neerkwam op de gelofte onvoorwaardelijk trouw te blij ven aan het heilige legaat. Hierna staken de vertegenwoordigers van alle kantons hun fakkels aan het Rütli-vuur aan, om dit door middel van booten over het meer van daar uit verder door fietsers, bere den manschappen en wandelaars naar de verschillende kantons over te brengen, waar met deze fakkels des avonds de va- derlandsche Augustus-vuren zouden wor. den ontstoken. Naar aanleiding van den nationalen feestdag van 1 Augustus heeft generaal Guisan een dagorder tot de troepen ge richt, welke als volgt luidt: De tegenwoordige tijd is een tijd van beproeving. Zeker wij zijn gespaard voor het lijden, dat thans een deel der mensch. heid teistert. Getrouw aan het gegeven woord heeft het buitenland de onschend baarheid van onze neutraliteit gerespec teerd. Verder wordt in de dagorder gezegd, dat het er voor Zwitserland om gaat „eensgezind, vastberaden, plichtbewust te zijn en nauwlettend te waken voor zijn rechten. Derhalve kan de taak van het leger nog niet als geëindigd, niet’ eens als beperkt beschouwd worden. Deze taak eischt echter offers, die iedereen moedig dient te brengen. Wat de toe komst betreft, denkt aan de nieuwe, be tere wereld, welke gij allen met smart verbeidt. Verwacht echter niet, dat zij als door een wonder geboren zal worden. Zij zal veeleer het product van een ster kere en rijpere generatie zijn, die zich meer bewust en met steeds toenemende overgave in den dienst van het vader land zullen stellen”. Amerikaansche troepentransport- „Westpoint”, dat de Duitsche en Italiaansche consulaire ambtenaren uit de Vereenigde Staten naar Lissabon ge bracht heeft en met de Amerikaansche consulaire ambtenaren uit Duitschland, Italië en de bezette gebieden terug keerde, is gisteren in de haven van New York gearriveerd. Behalve de consulaire ambtenaren be vonden zich ook prins Karei van Zweden, de broer van koning Gustaaf en de in dertijd door de Duitsche autoriteiten ge arresteerde en later tegen de beide Transozeanvertegenwoordigers uitgeruil de Amerikaansche correspondenten Hot- telet en Allen, aan boord, meldt United Press. moment in Hagen is, en die het werk van onze moderne schilders, hetzij uit eigen inzending, hetzij uit musea-bezit, naar bui ten uitdraagt, even representatief is als de Duitsche expositie te Amsterdam. De Nederlanders zijn over het algemeen colo- ristisch verder. Er zijn natuurlijk uitzon deringen, te Amsterdam vindt men coloris ten van opmerkelijke begaafdheid; maar in algemeenen zin genomen is het karak ter van den doorsnee Nederlandschen kunstschilder coloristisch, wat de geheele sfeer van zijn land met water en wolken, met nevel en superbe lucht-en-liChteffec- ten met zich meebrengt. Dit eigene in onze schilderkunst, ge dragen door een traditie die tot het hoog ste behoort wat de Europeesche cultuur voortbracht, maakt, dat wij zoo ingescho ten zijn op de werkwijze der Nederland sche meesters en dat wij door hen gewend zijn geraakt landschappen op hun en dus: op ónze wijze te zien, dat wij ons even moeten omstellen om ander geaard werk ten volle te verstaan. Want zonder dit verstaan is geen wezenlijke, van bin nen uitgroeiende waardeering en bewon dering mogelijk. Er is veel gesproken over het verwante, stamverwante en ver bondene in de Nederlandsche, de West faalsche en Nederrijnsche kunst. Zeker: verwantschap is er. De overeen komsten zijn interessant. Maar dit neemt niet, weg, dat er, nog boeiender, inte ressanter en opvallender verschillen zijn. Hollandsche en Vlaamsche schilderkunst staan, louter artistiek gesproken, op be paalde wijze dichter bijeen dan Hagen en Amsterdam. Maar juist deze verschillen, die in coloriet, kleur en sferische tinten en halftinten speciaal tot uiting komen, die ons dwingen tot „omstellen”, die ons dus geestelijk wakker houden,- doen ons beseffen hoe rijk,- gevarieerd en einde loos geschakeerd de Geest is. En welk een zegen dat dit zoo is! Wat zou het een geestelijke niveleering en een helsche, martelende verveling zijn als het anders ware! Slechts uniformiteits fetichisten kunnen hier bezwaar tegen hebben. Waar de Nederlander het als kleur- gever en colorist vaak wint, daar merkt men een nieuwe, verrassende verschils- factor in de plastiek. Onomwonden moet men toegeven, dat de exposanten in Am sterdam het. waar het de beeldhouw kunst betreft, vaak van ons winnen. Plastisch zijn onze Oostelijke naburen verder dan wij. Op het gebied van zwart-en-wit kunst is het een onbesliste wedstrijd van den geest. De afdeeling grafiek op de tentoon stelling in Hagen geeft op géén stukken na het niveau onzer Nederlandsche gra fiek weer. De organisators weten dat zelf en hebben er in hun voorwoord in de catalogus op gewezen. De afdeeling gra fiek op de Amsterdamsche expositie daarentegen, is van een voortreffelijke vertegenwoordiging en geeft namen van den allereersten rang, aanwezig in hun besten en meest representatieven arbeid: Paul Westerfrölke, Alfred Kitzig, Her mann Katelhön en anderen zijn begrip pen geworden! Dit is een algemeene inleiding en een eerste algemeene indruk van de geheele expositie, die in dit eerste, korte artikel tot uiting komt. In een volgende beschou wing wil ik schilderkunst, plastiek en grafiek meer in het bijzonder, naar de werken en de makers behandelen. B. van Eysselsteijn.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Haagsche Courant | 1941 | | pagina 2