JOSÉ IMIDIP.It\N/A
MOLEST
iO
PORTWIJN
Dag en nacht
oorlogsrisico!
Westfaalsche Nederrijnsche Kunst
KUNST EN LETTEREN
1940-1941
ONDERWIJS EN KERK
VEREENIGDE STATEN
De „Westpoint” terug
FRANKRIJK
ZWITSERLAND
Het
het
CANADA
DUITSCHLAND
ZUID-AMERIKA
SPANJE
het Verre Oosten
Het fijnste product
de Douro
van
In het Rijksmuseum te
Amsterdam
De Europeesche oogst
INKOOP GOUD en JUWEELEN
J. C. VER MAAT Jr„ Juwelier
- Oude visscheïr door Will Lehmaim-Canvy
JAPAN
Megerle over
Rede van Göbbels
De Japansche oorlogsschepen in
Indo-China
HAAGSCHE COURANT Zaterdag 2 Aug. '1941 le bl. pag. 2
650-jarige bestaan van
Eedgenootschap
PRINS KAREL VAN ZWEDEN
AAN BOORD
S’"
KEU LAMES.
DE
Actieve vertegenwoordigers gevraagd.
'O,
OOK
BALLETDECORS DOOR E. NOLTENx»
Truro
de
boofdstad van de provincie El Oro,
HET SENAATSDEBAT OVER DE
VERLENGING VAN DEN
DIENSTTIJD
Sneek, Oude Koemarkt 33
A'dam, Keizersgracht 399
Het
schip
ONDERLINGE NEDERLANDSCHE
A VERZEKERING MIJ.
Ook ZILVER tegen boogen prijs.
THOMSONPLEIN 18 - TEL. 333398
Uw Juwelier sinds 1927 in 't Westen
WAPENSTILSTAND TUSSCHEN PERU
EN ECUADOR
Naar de bladen te Lima melden is de
wapenstilstand tusschen Peru en Ecuador
den 31en Juli gesloten. Het officieel Pe-
ruaansche legerbericht deelt mede, dat
kort voor het sluiten van den wapenstil
stand de Peruaansche troepen een over
winning hadden behaald. Zij hadden 8
plaatsen bezet, onder welke Machala, de
boofdstad van de provincie El Oro. De
regeering van Ecuador heeft tegelijker
tijd medegedeeld, dat de lichtingen 1916
tot 1919 gedemobiliseerd zijn.
COMMISSIE VOOR MILITAIR
BELANGRIJKE ERTSEN
De door generaal Franco in het leven
geroepen commissie voor militair be
langrijke ertsen is gisteren voor de eer
ste maal te Madrid bijeengekomben on
der voorzitterschap van den chef van den
hoogen generalen staf, generaal Davila.
Aanwezig waren de directeur-generaal
van het mijnwezen, een vertegenwoordi
ger van de ministeries voor het leger, de
luchtvaart en de marine en tenslotte ver
scheidene mijndeskundigen.
Te
volgens „Associated Press”
deesche soldaten een Lunapark aange
vallen, om een kameraad te wreken,
die bij een ruzie was doodgeschoten. Zij
overweldigden de afzetting van vijftig
militaire politiemannen en vernielden
alle kramen, caroussels en andere in
richtingen. Toen de militaire politie ver
sterking had gekregen, vielen zij zelfs
voor de tweede maal aan om de ver
nielingen te voltooien.
De voornaamste taak van de genoemde
commissie is de stelselmatige exploratie
van den Spaanschen bodem om militair
belangrijke ertsen op te sporen en te ex-
ploiteeren, wanneer zij, ook al zijn zij
economisch niet loonend, voor de Spaan-
sche oorlogsindustrie toch dringend noo-
dig zijn. Uit economische kringen ver
luidt, dat de commissie zich o.a. ook zal
bezighouden met de kwestie van het weer
in Spaansch bezit terugbrengen of ten
minste onder Spaansche controle bren
gen van de in buitenlandsch bezit zijnde
militair belangrijke ertslagen.
In den loop van het Senaatsdebat over
de* wet betreffende de verlenging van
den diensttijd heeft de republikeinsche
senator Danaher verklaard, dat de En-
gelschen het gebruik van Amerikaansche
troepen wenschen op Europeeschen grond
tegen Duitschland. De republikeinsche
senator Taft gaf van zijn kant uitdruk
king aan het vermoeden, dat de Ameri
kaansche regeering het voornemen heeft
troepen te gebruiken in Zuid-Amerika.
Senator Wheeler beschuldigde de film
industrie van actieve ophitsing tot oor
log. Op gelijke wijze uitte hij zich over
Willkie, Stimsön, Knox en Donovan,
waarbij hij laatstgenoemde den chef der
geheime Amerikaansche politie noemde.
Bij deze gelegenheid las Wheeler een
schildering voor uit Los Angeles, hoe de
filmindustrie van Hollywood geprobeerd
heeft, haar personeel te dwingen deel te
nemen aan een vergadering, waar Willkie
sprak. Desondanks is het bezoek der ver
gadering buitengewoon schraal geweest
HET ECONOMISCHE VERDEDIGINGS-
BUREAU
De instelling van een economisch ver-
dedigingsbureau onder leiding van vice-
president Wallace wordt in Washington,
naar de „Herald Tribune” en de „New
York Times” melden, gelijk gesteld aan
de vorming van een bureau voor de eco
nomische oorlogvoering. De „Herald Tri
bune” meldt, dat Wallace administratie
ve volmachten heeft gekregen, welke ge
lijken op die van den president. Daar
mede wordt hij de meest invloedrijke
vice-president in de Amerikaansche ge
schiedenis.
In de kunstzaal „Kunst van onzen Tijd”-
alhier wordt op 6 Augustus, des middags
om 3.30 uur, een tentoonstelling geopend
van’ ontwerpen van balletdécors door E.
Nolten, waarbij de heer mr. W. H. Th.
Perizonius een openingswoord zal spre
ken.
DE LEVENSMIDDELENPOSITIE
In een radiorede over de levensmidde
lenvoorziening in Japan in oorlogstijd,
heeft de minister van land- en bosch-
bouw verklaard, dat Japan geen levens-
middelenzorgen behoeft te hebben, hoe
lang de oorlog ook moge duren. De mi
nister verklaarde verder, dat Japan niet
alleen een rijstland is, maak ook in alle
windrichtingen is omgeven door de zee
met zijn rijkdom aan visch. Het spreekt
vanzelf, dat na een oorlog van 4 jaar
in China op zekere gebieden schaarsch-
te merkbaar wordt. Het streven der re
geering heeft ten doel, de productie van
den landbouw te verhoogen, den invoer
van rijst uit te breiden en tevens een
verstandige regeling van het verbruik
in te voeren.
In een hoofdartikel van de „Berliner
Börsen Ztg.” bespreekt Karl Megerle
dén toestand in het Verre Oosten en
met name de kwestie Indo-China. De
nieuwe ordening in het Verre Oosten on
der leiding van Japan, zoo schrijft hij
o.a., heeft groote vorderingen gemaakt.
Tusschen Japan en Frankrijk is een ver
drag gesloten, waarin de beide regee-
ringen zich tot gemeenschappelijke ver
dediging van Indo-China verplichten en
een volkomen blokkade. Wanneer de
Britsche regeering verklaart, dat de
blokkade niet tegen het Finsche volk is
gericht, moet worden geconstaterd, dat
juist het Finsche volk door deze blok
kade te lijden zal hebben bij gebrek
aan levensmiddelen en verbruiksgoede-
ren. Wanneer met de verwijzing naar
het Finsche volk bedoeld wordt, dat En
geland door een slechter worden van de
levensvoorwaarden van het Finsche volk
druk wil uitoefenen op de finsche re
geering, stelt dit de zaak geenszins in
een fraaier daglicht.
In haar antwoord, evenals in gepubli
ceerde berichten over de verklaring der
Finsche regeering van 28 Juli, passeert
de Britsche regeering geheel en al het
voornaamste motief van Finland, dat
n.l. Engeland met den vijand van Fin
land een militair bondgenootschap heeft
gesloten en zich verplicht heeft hem
met alle middelen te steunen. Als bewijs
voor de conclusie, welke uit dezen stand
van zaken moet worden getrokken, dient
het op 30 Juli in de „Daily Herald”
verschenen artikel, waarin wordt ver
klaard, dat de Britsche legatie in Hel
sinki dient tot buitengewoon nuttige
waarnemingspost en berichtencentrum,
dat zoo lang mogelijk moet worden
opengehouden. De Sovjets begrijpen wel
waarom.
Belangrijke Verzameling moderne kunst
In het Rijksmuseum te Amsterdam is
hedenmiddag om 3 uur de tentoonstelling
„Westfaalsch-Nederrijnsche Kunst van
dezen tijd” geopend.
Deze tentoonstelling, welke schilder
kunst, grafiek en beeldhouwkunst omvat,
van West-Duitsche kunstenaars, is geor
ganiseerd door het Karl Ernst Osthaus
Museum der stad Hagen in Westfalen in
samenwerking met de Nederlandsch-Duit-
sche Kuituur Gemeenschap.
Het doel is tot een regelmatige uitwis
seling van Nederlandsche kunst in
Duitschland en Duitsche kunst in Neder
land te kómen.
Reeds eerder trokken Nederlandsche
schilders naar Keulen en op het oogen-
blik exposeeren, zooals bekend, de meest
representatieve Nederlandsche schilders en
beeldhouwers in het Karl Ernst Osthaus-
museum te Hagen.
Tegelijkertijd is nu te Amsterdam in het
Rijksmuseum een expositie ingericht,
welke de Nederlanders, doet kennis maken
met het werk der moderne West-Duitsche
kunstenaars
Met dr. Gerhard Brüns, den directeur
van het Stedelijk Museum te Hagen, heeft
het tentoonstellingscomité, onder leiding
van den schilder Eduard Gerdes, hoofd
van de afdeeling beeldende kunst van het
departement voor Volksvoorlichting en
Kunsten, de beste en meest representa
tieve werken uit Hagen verzameld. En al
kan men in de gereserveerde zalen van het
Rijksmuseum niet alle stukken uit Hagen
overbrengen, toch wordt er hier een uit
stekend overzicht gegeven van het werk
dat in dezen tijd in West-Duitschland ge
maakt wordt. Er zijn goede en sterke
schilderijen en aquarellen, welke kenmer
kend zijn voor het West-Duitsche land.
Landschappen uit het Nederrijnsche, uit
het schoone Sauerland en uit de industrie
gebieden, maar ook tal van krachtige por
tretschilderingen, stemmige stillevens en
kleurige typen van het land treft men hier
aan.
Behalve schilderijen en aquarellen laat
de tentoonstelling, waar men vandaag nog
druk bezig was met de laatste werkzaam
heden, ook tal van fraaie grafieken als
mede goede beeldhouwkunst zien. Opval
lend is het daarbij, dat de plastiek en gra
fiek zeer sterk vertegenwoordigd zijn.
De hoogst belangrijke tentoonstelling is
hedenmiddag in het Wagenhof van het
Rijksmuseum geopend. De secretaris-gene-
raal van het departement van Volksvoor
lichting en Kunsten, prof. dr. T. Goede-
waagen, sprak een begroetingswoord. Het
Zepparoni-kwartet luisterde de bijeen
komst op met het spelen van kwartetten
van Schubert en Dirk Schafer.
Belangrijke Tentoonstelling
Er was gisteren gelegenheid om de
expositie van tevoren te bezichtigen. De
schilderijen waren vrijwel alle gehangen,
de plastieken hadden hun plaats gekregen
en zoo kon men rustig een totaal indruk
krijgen van het werk der Westfaalsche en
Nederrijnsche kunstenaars, dat tot ons ge
komen is.
En die totaal-indruk is meer dan gun
stig. De tentoonstelling in Amsterdam
staat op een hoog niveau en bevat zeer
veel, dat ver boven de middelmaat uit
komt en zelfs enkele uitermate belang
rijke werken, die in de kringen van Ne
derlandsche kunstenaars volle belangstel
ling en aandacht verdienen. Waar het de
taak van den kunstrecensent .en kunstbe
schouwer is, over een zoo omvangrijke ten
toonstelling als deze een algemeen en
samenvattend oordeel te schrijven, in ob
jectieven en opbouwenden zin, zal ik deze
totaal-indruk nader uitwerken eer tot be
schouwing der werken zelf wordt overge
gaan. Men kan daarbij zeggen, dat de
Nederlandsche tentoonstelling, die op dit
De Korrespondenz Dienst aus Deutsch
land publiceert een overzicht over
1940-1941 ten aanzien van de voedsel
productie in Europa en komt tot het
resultaat, dat dit jaar een beneden het
gemiddelde liggende oogst heeft op
geleverd. Volgens het overzicht zijn de
oorzaken hiervan in de eerste plaats de
bijzonder langdurige koude in het voor-
jaar van 1940, waardoor een groot per
centage van het laat in den herfst ge
zaaide graan uitwinterde en de bewer
king van den bodem vertraagd is. In de
tweede plaats is dit veroorzaakt door
het gebrek aan arbeidskrachten voor
den landbouwer voor de talrijke groote
gevechtshandelingen in het voorjaar van
1940. Verder heeft de oogst ook geleden
door de gevechtshandelingen zelve.
Daarbij komen nog de moeilijkheden van
het binnenbrengen van den oogst door de
massale vlucht der landelijke bevolking
in West-Europa. Moeilijker echter nog
dan dit alles was het feit, dat de graan
schuur van Europa, d.w.z. het gebied
van de Midden- en Beneden-Donau ge
teisterd was door vorst en overstroo-
mingen en een beslist geringen oogst aan
broodgraan heeft opgeleverd, hetgeen de
exportcapaciteit van deze landen in 1940
zeer benadeeld heeft. Ook Spanje had
de storingen, die den verbouw van graan
door den burgeroorlog had ondergaan,
nog niet overwonnen.
De oogst van het broodgraan van 1941
is’ volgens de Dienst aus Deutschland in
vele deelen van Europa reeds binnen
gehaald. Met uitzondering van Honga
rije, dat ook in 1941 te lijden heeft gehad
van overstroomingen en hoog water. Ove
rigens hebben echter alle landen van het
Europeesche continent, die een graan
overschot produceeren, zeer bevredigen-
ucu voamuBvucu vtumuouuovucu ..«unci, de, deels zelfs ook buitengewoon goede,
de behandeling der ladingen op Japan- oogsten verkregen. Ook al heeft men in
1940-1941 zijn toevlucht moeten nemen
tot reserves, de graanvoorraad wordt
toch, nog vergroot door den Noordafri-
kaanschen graanoogst, weer aangevuld.
Belangrijker nog dan het gunstige resul
taat van den oogst in 1941 wordt door
den Dienst aus Deutschland de uitbrei
ding geacht van de oppervlakte, die met
broodgraan is bebouwd, in het bijzonder
in de Noord- en West-Europeesche landen.
VERVELENDE PROPAGANDA
FILMS
De „New York Journal American”
schrijft, dat de serie „vervelende, on-
rustzaaiende propagandafilms”, welke
de Vereenigde Staten de laatste jaren
hebben overstroomd, financieel alle een
fiasco zijn geworden. Aan den eersten
eisch voor elke propaganda, namelijk
overtuigingskracht, voldeden zij niet.
Het Amerikaansche volk heeft ze afge
wezen en dit bewezen door weg te blij
ven uit de bioscopen.
EMBARGO OP EXPORT VAN
VLIEGTUIGBENZINE
De uitvoer van vliegtuigbenzine en olie
wordt gestaakt naar landen van het
Westelijk halfrond, met uitzondering
van het Britsche wereldrijk en van de
niet-bezette landen, die zich verzetten
tegen aanvallen. De uitvoer van andere
petroleumproducten naar het buitenland
met uitzondering van de bovenge
noemde gebieden mag niet grooter
zijn dan het gemiddelde van voor den
oorlog. Het exportverbod omvat even
eens zekere ruwe producten, waaruit
vliegtuigbenzine wordt vervaardigd.
SOLDATEN OVERVALLEN
LUNAPARK
(Nieuw-Schotland) hebben
500 Cana-
De luchtaanval op Finsch gebied
Tenslotte wordt gezegd: het antwoord
van Engeland behelst geen verwijzing
naar het op 30 Juli door Engelsche
vliegtuigen boven Finsch gebied op Pet-
samo uitgevoerde bombardement, dat
schade heeft veroorzaakt aan Finsch
bezit en slachtoffers heeft geëischt on
der de burgerbevolking. Het moet op
vallen, dat het bombardement is uitge
voerd, voordat Engeland zijn antwoord
op de, langs diplomatieken weg door
Finland gestelde vragen, betreffende de
betrekkingen tusschen de beide landen,
had gegeven. Bovendien is het opmer
kelijk, dat Engeland reeds voor het ver
melde voorstel van Finland van 28 Juli
een moederschip voor bombardements
vliegtuigen, naar de nabijheid der Fin
sche territoriale wateren had gezonden.
Dit alleen toont, dat het bombardement
van Liinahamari het resultaat is ge
weest van een militaire voorbereiding,
welke Engeland reeds voor den genoem
den datum had getroffen.
Ryti over Amerika
United Press meldt uit Helsinki; Tijdens
een ontvangst van de pers verklaarde de
Finsche staatspresident Rysto Ryti, dat hij
hoopte, dat de Vereenigde Staten niet in
den oorlog zullen treden, om op deze
wijze mede te helpen aan een duurzamen
vrede na den huidigen oorlog.
Hij verklaarde voorts, te meenen, dat de
tegenwoordige oorlog tusschen Finland en
de Sovjet-Unie, teneinde zou zijn, eer
eenige effectieve hulp voor de Sovjet-Unie
geboden zou kunnen worden. Ik koester
de oprechte hoop, dat de buitengewoon
vriendschappelijke betrekkingen tusschen
de Vereenigde Staten en Finland, die se
dert het ontstaan van den Finschen staat
bestaan, zullen voortduren.
Finland strijdt voor zijn leven. Wij wor
den aangevallen en wij verdedigen ons.
Finland zal tot den zegenrijken vrede strij
den, die naar wij hopen en verwachten
spoedig zal komen”.
De ontvangst van de buitenlandsche pers
had plaats in het paleis van den president.
Ryti weigerde zich uit te laten over den
Britschen luchtaanval op Petsamo en over
het verbreken van de diplomatieke betrek
kingen tusschen Finland en Engeland.
Minister Göbbels heeft gisteren
gouw-gemachtigden van de N.S.-Volks-
wohlfahrt uit geheel Duitschland ont
vangen, die te Berlijn zijn bijeengekomen
voor een werkvergadering van enkele
dagen.
Göbbels betoogde in zijn toespraak,
dat niemand thans nog den socialen wil
van Duitschland kan betwijfelen. Deze
sociale orde, welke voor het Duitsche
volk reeds vanzelf spreekt, werkt ook op
andere volken aanlokkelijk en fasci-
neerend.
De minister zette daarop in bijzonder
heden uiteen, welke taak voor de N.S.-
Volkswohlfahrt voortvloeit uit de groote
politieke conflicten en verklaarde, dat
het Duitsche volk thans beseft, dat het
dezen oorlog moet voeren ter hand
having van zijn levensrecht, ter verdedi
ging van zijn sociale orde en daarmee
voor het bestaan en het welzijn van het
geheele land. Het geheele volk begrijpt
waarom het ditmaal gaat. Het weet wat
in dezen oorlog te winnen is, maar ook
in welk gevaar wij ons bevonden en wat
De correspondent van de „Nitsji nitsji
sjimboen” meldt, dat Japansche oor
logsschepen in den middag van 31 Juli
in de baai van Camranh zijn binnenge-
loopen. Generaal-majoor Raishjiro Soe-
mita, het hoofd van de Japansche mi
litaire missie in Indo-China, kwam voor
den intocht der vloot aan om half acht
’s ochtends, teneinde met den Franschen
bevelhebber van de marinebasis te on
derhandelen omtrent de nadere détails
van het binnenvaren der schepen. Nadat
de voorbereidende maatregelen voltooid
waren en volledige overeenstemming
was bereikt, vertrok Soemita met het
zelfde oorlogsschip, waarmede hij zijn
intocht had gemaakt, teneinde naar de
basis terug te keeren, waar de hoofd
macht is gestationneerd. Hierna deed
het Japansche eskader zijn formeele in
tocht met een vlaggenparade der sche
pen op denzelfden middag.
Thailand staat geen steun
punten af
Volgens een bericht van „United
Press” uit Singapore, heeft het consu-
laat-generaal aldaar van Thailand tegen
gesproken, dat Thailand met Engeland
of Japan overeenkomsten zou hebben
aangegaan, betreffende het inrichten
van steunpunten op Thailandsch gebied.
Thailand verleent aan niemand steun
punten, zoo wordt in het bericht gezegd.
De Japansche scheepvaart
S.P.T. meldt uit Tokio: Met groote
opmerkzaamheid volgen de kringen van
den Japanschen buitenlandschen handel,
sche schepen.
De toezegging van Sumner Welles aan
den Japanschen ambassadeur Nomoera,
dat tot 2 Augustus voor Amerika be
stemde ladingen zouden worden in be
slaggenomen, doch ladingen, welke voor
derde landen bestemd zyn, ongehinderd
in de Vereenigde Staten konden worden
gelost, geeft geen garantie voor hetgeen
na bovengenoemde datum met de Ja
pansche ladingen zal geschieden. In Ja
pansche handelskringen is men van
meening. dat na 2 Augustus, alle Ja
pansche ladingen in beslag zullen wor
den genomen, ongeacht hun bestem
ming. Dit zal waarschijnlijk tot gevolg
hebben, dat de Japansche scheepvaart
op de Vereenigde Staten wordt stop
gezet.
Het ministerie van Financiën heeft
bekend gemaakt dat het Japansche schip
„Tatuta Maru”, dat in de haven van San
Francisco voor anker ligt zijn lading
ruwe zijde ter waarde van 2$ millioen
dollar mag lossen. In den vorigen nacht
stond het schip reeds op het punt met
zijn lading naar Japan terug te keeren,
naar Associated Press meldt
Japan met inachtneming van de terri
toriale onschendbaarheid en de Fran-
sche souvereiniteit over Indo-China, het
recht krijgt daar steunpunten in te rich
ten. Op 29 Juli heeft Japan daarvan ge
bruik gemaakt. De politieke beteekenis
van dit verdrag ligt voor de hand. De
rechtstreeksche Japansche invloed is
een geweldig stuk naar het Zuiden opge
schoven in een gebied, waarin zich tij
dens dezen oorlog de agressieve en
vijandige krachten tegen Japan steeds
duidelijker gegroepeerd hadden. Het in
zicht in dit feit en de teleurstelling, dat
Japan de EngelschAmerikaansche
agressie is vóór geweest, spreekt uit de
verontwaardiging, waarmee Engeland
en Washington het Japansche optreden
hebben opgenomen. Deze verontwaardi
ging heeft een dubbelen grondslag. Nooit
was het Japansche optreden gerecht-
yaardigder dan thans. Onze bondgenoot
in het Verre Oosten heeft het niet eens
noodig, zijn aangelegenheid met eigen ar
gumenten te rechtvaardigen. De argu
menten zoowel als de methoden heeft
hem president Roosevelt zelf geleverd.
Toen Roosevelt verleden jaar den Engel-
scheh de steunpunten in West-Indië af
nam, hebben wij geschreven, dat men
goed op dit precedent moet letten. Door
dat Roosevelt van de Engelschen steun
punten vroeg op het Westelijk halfrond en
Engeland dit verlangen inwilligde, is de
politiek van steunpunten tot een interna
tionaal gebruik geworden. Wanneer het
voor Roosevelt geen misdaad is. steun-
punten aan een andere mogendheid te
ontnemen, en voor Engeland geen
schande, die steunpunten af te staan,
dan kan men niet inzien, waarom Welles
te keer gaat tegen een politiek, die zijn
president zelf heeft uitgevonden.
Het verdrag tusschen Japan en Frank
rijk is in ieder geval niet onrechtmatiger
dan dat tusschen Roosevelt en Churchill.
Trouwens, Japan houdt zich trouw aan
het beginsel der zelfbeperking tot de na
tuurlijke leefruimte, zooals vastgesteld
in het driemogendhedenpact, en blijft
streng binnen zijn gebied, terwijl Roose
velt en Engeland hun steunpunten ge
stuwd hebben naar andere gebieden en
met geweld aan zwakke staten ontno
men hebben. Japan is in het Verre Oos
ten, zooals Europa in het Westen, be
voegd en verplicht, om op alles te zijn
voorbereid met het oog op de geen gren
zen kennende uitdaging van Roosevelt.
De samenwerking van Roosevelt met
Engeland, Tsjoenking en Nederlandsch-
Indië droeg een duidelijk anti-Japansch
kenmerk. Alleen onder Engelsch-Ame-
rikaanschen invloed hebben de autori
teiten van Nederlandsch-Indië het aan
gedurfd, de Japansche economische wen
schen van de hand te wijzen. Bovendien
kon Japan de samenwerking van de An-
gelsaksen met de Gaullisten niet over
het hoofd zien. Het moest in Syrië waar
nemen, hoe dit Fransche gebied door de
Engelschen veroverd en min.of meer aan
de Gaulle werd uitgeleverd. Nadat met
Engelsche hulp reeds vroeger in de
Zuidzee Caledonië door de Gaullisten is
bezet, heeft zoo juist ook in Tahiti een
de Gauille-putsch plaats gehad. Dezelfde
krachten waren merkbaar in Indo-China,
tezamen met den Engelsch-Amerikaan-
schen invloed, welken Japan overigens
reeds bij zijn bemiddelingsactie tusschen
Thailand en Indo-China duidelijk be
speurd heeft.
In de totale Japansche politiek moet
deze bescherming van den Zuidelijken
flank, ook in verband met de samenwer
king der Angelsaksische mogendheden
met Tsjoenking en het bolsjewisme, ge
zien worden.
De positie van Japan in dit gebied is
door dit verdrag geweldig versterkt.
Uiteraard kon het bij zijn optreden op
het begrip van zijn bondgenooten ver
trouwen. Het proces van de nieuwe orde
ning schrijdt in het Verre Oosten gesta
dig voort, evenals in Europa.
LEAHY BIJ PETAIN
De Amerikaansche ambassadeur, ad
miraal Leahy, is gisteren in gehoor ont
vangen door het staatshoofd, maar
schalk Pétain. Het onderhoud, dat an
derhalf uur duurde, handelde over de
algemeene situatie. Men meent boven
dien, dat gesproken is over de ontwik
keling van de gebeurtenissen in het
Verre Oosten.
EXAMENS
Duitsch L.O.
Geslaagd alhier de heerenG. de
Groot, Leidschendam; I. J. Krol, Gro
ningen; G. Tiems, Klazienaveen; A. Bak
ker, Rotterdam; G. U. de Duyn, Hilver
sum; G. Hoekstra, Huizen (N.H.) C. H.
T. Luske, Amsterdam; Th. A. A. Wig-
man, Nijmegen en de damesG. C. M.
Mijnders, ’s-Gravenhage; A. C. J. van
Eijck, Rotterdam; A. M. Lok, Haulerwijk
(Fr.); de heeren G. H. Hermans, Eind
hoven; A. Kruithof, Nijmegen; J. van
Pelt, Heukelom; F. J. Royackers, St.
Willebrord; W. G. Smits, Dinxperlo; M.
Huizer, Bolnes; P. J. G. Jansen, Venray;
E. A. Téitsma, Hilversum; de dames
M. E. Pronk, Usselo; E. de Vries, Alk
maar; M. J. C. Somers, Hillegersberg.
COMMUNISTEN GEARRESTEERD
De politie van Nantes heeft in het
departement der Beneden-Loire 20 com
munisten gearresteerd, die tegen den
staat gerichte propaganda hadden ge
voerd. De meeste gearresteerden waren
reeds eerder gestraft.
MINISTERRAAD IN VICHY ZAL
BELANGRIJKE BESLISSINGEN
NEMEN
De bladen verwachten van den van
daag bijeengeroepen ministerraad in
Vichy belangrijke beslissingen. De aan
wezigheid van den gevolmachtigde der
Fransche regeering in de bezette gebie
den, ambassadeur de Brinón, wordt door
alle bladen naar voren gebracht. De
„Matin” wijst er eveneens op, dat de
vroegere ministerpresident en minister
van buitenlandsche zaken, Laval, zich
op het oogenblik ophoudt op zijn bezit
ting in Chateldon, in de nabijheid van
Vichy.
DE RIJKSARBEIDSDIENST VOOR
VROUWELIJKE JEUGD
Een verordening van den Führer en
rijkskanselier betreffende verderen oor-
logsarbeid van den rijksarbeidsdienst
voor de vrouwelijke jeugd wordt door
het rijkswettenblad gepubliceerd. In de
verordening word bepaald, dat de opge
roepen dienstplichtige meisjes na hun
rijksarbeidsdienstplicht nog 6 maanden
verplicht zijn oorlogshulpdienst te ver
richten, binnen het gebied van het
Groot-Duitsche Rijk in bureaux bij
dienstinstanties van de Weermacht en de
overheid, in ziekenhuizen en bij sociale
instellingen, evenals bij hulpbehoevende,
in het bijzonder kinderrijke gezinnen.
DE BUITENLANDSCHE ARBEIDERS
De afdeeling voor arbeidskrachten van
het centrale bureau van het Duitsche
Arbeidsfront, dat omvattende sociale
verzorgingsmaatregelen voor de in
Duitschland werkende buitenlandsche ar
beidskrachten heeft genomen, heeft thans
voor de Fransche, Vlaamsche, Neder
landsche, Deensche, Slowaaksche en Ita-
liaansche arbeiders tijdschriften in hun
eigen taal uitgegeven. Deze tijdschriften
zullen er toe bijdragen, het vertrouwen,
dat de buitenlanders in hun Duitsche
werkgevers stellen, te versterken.
Dekt U op solide en voordeelige wijze
door U aan te sl :iten bij de Ond. Ned.
Molest Verz. Mij., gevestigd te Sneek.
Over het op 30 Juni 1941 afge-
loopen halfjaar kannen alle schaden
worden betaald.
Er behoeft geen omslag te wor
den geheven.
9 Van de voorschotheffingen kan een
belangrijk gedeelte worden gereser
veerd voor schadehetaling in het
volgend halfjaar.
Voorschotheffing fO.6O per f 1OOO.-
per halfjaar. Groote risico spreiding.
ons had bedreigd, als het bolsjewisme
uit het Oosten in een onbewaakt oogen
blik Duitschland had overvallen. In deze
gigantische worsteling zal de overwin
ning bevochten worden door de Duitsche
Weermacht onder het' veldheersgenie van
dan Führer.
Bij een stralende zon zijn gisteren in
het geheele land de herdenkingsplechtig
heden geopend naar aanleiding van het
650-jarig bestaan van het Eedgenootschap.
Reeds iri den vorigen nacht had op de
nationale geboorteplaats de „Rütli-Wiese”
aan den Zuidelijken arm van het Vier-
woudstedenmeer, in tegenwoordigheid
van enkele duizenden personen een een
voudige plechtigheid plaats. De hoof
den van de kantons Uri, Schwyz en Un-
terwalden ontstaken het bondsvuur in
een machtige houtstapel. Vervolgens werd
door het hoofd van het kanton Uri een
toespraak gehouden, welke neerkwam op
de gelofte onvoorwaardelijk trouw te blij
ven aan het heilige legaat. Hierna staken
de vertegenwoordigers van alle kantons
hun fakkels aan het Rütli-vuur aan, om dit
door middel van booten over het meer
van daar uit verder door fietsers, bere
den manschappen en wandelaars naar
de verschillende kantons over te brengen,
waar met deze fakkels des avonds de va-
derlandsche Augustus-vuren zouden wor.
den ontstoken.
Naar aanleiding van den nationalen
feestdag van 1 Augustus heeft generaal
Guisan een dagorder tot de troepen ge
richt, welke als volgt luidt:
De tegenwoordige tijd is een tijd van
beproeving. Zeker wij zijn gespaard voor
het lijden, dat thans een deel der mensch.
heid teistert. Getrouw aan het gegeven
woord heeft het buitenland de onschend
baarheid van onze neutraliteit gerespec
teerd.
Verder wordt in de dagorder gezegd,
dat het er voor Zwitserland om gaat
„eensgezind, vastberaden, plichtbewust te
zijn en nauwlettend te waken voor zijn
rechten. Derhalve kan de taak van het
leger nog niet als geëindigd, niet’ eens
als beperkt beschouwd worden. Deze
taak eischt echter offers, die iedereen
moedig dient te brengen. Wat de toe
komst betreft, denkt aan de nieuwe, be
tere wereld, welke gij allen met smart
verbeidt. Verwacht echter niet, dat zij
als door een wonder geboren zal worden.
Zij zal veeleer het product van een ster
kere en rijpere generatie zijn, die zich
meer bewust en met steeds toenemende
overgave in den dienst van het vader
land zullen stellen”.
Amerikaansche troepentransport-
„Westpoint”, dat de Duitsche en
Italiaansche consulaire ambtenaren uit de
Vereenigde Staten naar Lissabon ge
bracht heeft en met de Amerikaansche
consulaire ambtenaren uit Duitschland,
Italië en de bezette gebieden terug
keerde, is gisteren in de haven van New
York gearriveerd.
Behalve de consulaire ambtenaren be
vonden zich ook prins Karei van Zweden,
de broer van koning Gustaaf en de in
dertijd door de Duitsche autoriteiten ge
arresteerde en later tegen de beide
Transozeanvertegenwoordigers uitgeruil
de Amerikaansche correspondenten Hot-
telet en Allen, aan boord, meldt United
Press.
moment in Hagen is, en die het werk van
onze moderne schilders, hetzij uit eigen
inzending, hetzij uit musea-bezit, naar bui
ten uitdraagt, even representatief is als
de Duitsche expositie te Amsterdam. De
Nederlanders zijn over het algemeen colo-
ristisch verder. Er zijn natuurlijk uitzon
deringen, te Amsterdam vindt men coloris
ten van opmerkelijke begaafdheid; maar
in algemeenen zin genomen is het karak
ter van den doorsnee Nederlandschen
kunstschilder coloristisch, wat de geheele
sfeer van zijn land met water en wolken,
met nevel en superbe lucht-en-liChteffec-
ten met zich meebrengt.
Dit eigene in onze schilderkunst, ge
dragen door een traditie die tot het hoog
ste behoort wat de Europeesche cultuur
voortbracht, maakt, dat wij zoo ingescho
ten zijn op de werkwijze der Nederland
sche meesters en dat wij door hen gewend
zijn geraakt landschappen op hun en
dus: op ónze wijze te zien, dat wij ons
even moeten omstellen om ander geaard
werk ten volle te verstaan. Want zonder
dit verstaan is geen wezenlijke, van bin
nen uitgroeiende waardeering en bewon
dering mogelijk. Er is veel gesproken
over het verwante, stamverwante en ver
bondene in de Nederlandsche, de West
faalsche en Nederrijnsche kunst.
Zeker: verwantschap is er. De overeen
komsten zijn interessant. Maar dit neemt
niet, weg, dat er, nog boeiender, inte
ressanter en opvallender verschillen zijn.
Hollandsche en Vlaamsche schilderkunst
staan, louter artistiek gesproken, op be
paalde wijze dichter bijeen dan Hagen en
Amsterdam. Maar juist deze verschillen,
die in coloriet, kleur en sferische tinten
en halftinten speciaal tot uiting komen,
die ons dwingen tot „omstellen”, die ons
dus geestelijk wakker houden,- doen ons
beseffen hoe rijk,- gevarieerd en einde
loos geschakeerd de Geest is. En welk
een zegen dat dit zoo is! Wat zou het een
geestelijke niveleering en een helsche,
martelende verveling zijn als het anders
ware! Slechts uniformiteits fetichisten
kunnen hier bezwaar tegen hebben.
Waar de Nederlander het als kleur-
gever en colorist vaak wint, daar merkt
men een nieuwe, verrassende verschils-
factor in de plastiek. Onomwonden moet
men toegeven, dat de exposanten in Am
sterdam het. waar het de beeldhouw
kunst betreft, vaak van ons winnen.
Plastisch zijn onze Oostelijke naburen
verder dan wij.
Op het gebied van zwart-en-wit kunst
is het een onbesliste wedstrijd van den
geest.
De afdeeling grafiek op de tentoon
stelling in Hagen geeft op géén stukken
na het niveau onzer Nederlandsche gra
fiek weer. De organisators weten dat zelf
en hebben er in hun voorwoord in de
catalogus op gewezen. De afdeeling gra
fiek op de Amsterdamsche expositie
daarentegen, is van een voortreffelijke
vertegenwoordiging en geeft namen van
den allereersten rang, aanwezig in hun
besten en meest representatieven arbeid:
Paul Westerfrölke, Alfred Kitzig, Her
mann Katelhön en anderen zijn begrip
pen geworden!
Dit is een algemeene inleiding en een
eerste algemeene indruk van de geheele
expositie, die in dit eerste, korte artikel
tot uiting komt. In een volgende beschou
wing wil ik schilderkunst, plastiek en
grafiek meer in het bijzonder, naar de
werken en de makers behandelen. B.
van Eysselsteijn.