A
I
HET GROOTE AVONTUUR
De Nederlandsche Kultuurraad
753
De distributiebonnen
BINNENLAND
en
De instelling van Kultuur
raad en Kultuurkamer
ii
fej v
De bewaking der bauxiet-
mijnen in Suriname
Vervolg van pag. 1.
I
HAAGSCHE COURANT Woensdag 26 Növ. 1941 TWEEDE BLAD
FEUILLETON
Vijftig k.m. voor Moskou
Maatregelen betreffende het verkeer
ter zee
5W
f w*wt.
f
-
c
•-W
i’
V
Van het front in Noord-Afrika. Italiaansche tanks in den
Plaatsen, waar de bolsjewisten zich genesteld hebben en tegen*
geschut bestreden.
Br., gebak
Kaas
100 gram
125 gram
ben voor
treedt
nu
9
|Wordt wm<0dj|
aanval tegen de vijandelijke linies.
(Orbis-Holland)
stand bieden, worden door Duitsche machinegeweren en storm.
(Orbis-HoUandf
Suiker
Cacao
Koffie-surr.
Jam
Een flinke
(Pol.-Bedijs)
moet echter op gewezen worden,
Roosevelt gaarne de overwonnenen
45-4
45
45
45
45-A
45-B
VI., VI.w.
Melk
Aardapp.
Aardapp.
1 rantsoen
250 gram
250 gram
250 gram
100 gram
Bl„ Br. Geb.
Rijst
Havermout
Gort
Venn, Maiz.
Volgende maand zal de Maastunnel definitief
opengesteld worden. In verband hiermede wordt
overal in dit gigantische bouwwerk met man en
macht gewerkt. De montage der leuningbanden in
het roltrappenhuis op den Rechter Maasoever.
(Polygoan^Hof)
Aanval op de verdedigingslinie voor Leningrad. Het
vijandelijke vuur wordt snel door den Duitschen stoot
troep, die in de stellingen van de bolsjewisten is door,
gedrongen, beantwoord. (Orbis-Holland)
De onderteekening van het Anti-Komintern-Pact.
Van links naar rechtsGraaf Ciano, Rijksminister
von Ribbentrop en de Japansche ambassadeur
Generaal Osjima. (Telefoto-Stapf)
1 k.g.
50 gram
250 gram
500 gram
De Alg. Weesper Hengelaarsbond
vischt met de zegen -de Gaasp
af, om zoo bij "te dragen tot onze
voedselvoorziening.
„knaap”.
2 t.m. 29 November 1941
136 Algem.
Ie per. cacao
137 Algem.
138 Algem.
139 t.m. 142
Algem.
D en E Hav.
143 Algem.
144 Algem.
149 Algem.
145 ton. 148
Algem.
geschapen. Zoodra de secretaris-generaU
van het departement van Volksvoorlich
ting en Kunsten het noodig zal vinden,
twee gilden van de zes in te stellen, zal
de Kultuurkamer bestaan. Tot het tijdstip
van de instelling van die gilden kan de
secretaris-generaal ook nog tijdelijke in
stellingen in het leven roepen of bepaal
de personen met de tijdelijke werkzaam
heden en uitoefening der bevoegdheden
van de gildeleiders belasten.
4 rants.
i rants,
i rants.
I rants.
II liter
H k g.
i k.g.
Vijgen-kweekerlj in eigen land. In
Hoorn wordt in kassen de vijgenboom
gekweekt. De vijgenboom in zijn win
terkleed, zonder bladeren, doch met
vruchten. (Polygovn-Sagert)
5354 Boter
53—54 Vet
N.B. Zeep op bon 135 Algem. van 1 Lm.
30 November.
In harden moeizamen strijd zijn
de Duitsche troepen tot op 50 k.m.
ten N.W. van Moskou opgerukt,
zoo luidde het Weermachtbericht
van 24 November. Na verbitterde
gevechten is daar de stad Sol-
netsjnogorski door pantsertroepen
genomen. Op 50 k.m. voor Moskou
woedt de strijd, de val van de stad
wordt voorbereidStraks zal
ook dit bolwerk van het bolsje
wisme vallen en zal wederom een
bron van ellende worden blootge
legd. Verhongerde, gemartelde bur
gers zullen onmiddellijk hulp noo
dig hebben. Hier is werk te doen
voor de ambulances. Laat Nederland
ook zijn de<i hebben aan dezen
menschlievenden arbeid.
Steunt de Nederlandsche ambu
lance en stort uw bijdrage, iets
meer dan u kunt missen, op giro
rekening 8-7-6-0-0, Nederland
sche ambulance, Koninginnegracht
22, ’s-Gravenhage.
De Kultuurraad is een
iopen
baar lichaam. Zijn zetel is gevestigd te
ger en klein van gestalte, maar had een
breed, rond gelaat, bruingebrand door
de zon, met ruwe, eerlijke trekken.
Hoe kan ik zoo idioot zijn? over
woog hij. Omdat die man over mijn
schouders heen de foto van een mooie
vrouw bekijkt, ga ik mij allerlei onzin
in het hoofd halen. Mijn speurdersbloed
begint mij parten te spelen.
Terwijl hij wou gaan zitten, zag hij
op zijn zetel een papiertje liggen, waar
op zjjn naam stond getikt. Het werd er
vermoedelijk neergelegd door een be
diende van het vliegveld, om zjjn plaats
aan te duiden. Riefenberg schreef er
„journalist” onder en overhandigde het
aan zijn medereiziger. Deze schudde
gul de nem toegestoken hand en haalde
een visitekaartje uit zijn zak, waarop
stond te lezen Sander Lebon, planter”.
Daarmee was de kennismaking ge
daan. Samen probeerden zij klaarheid
te zien in de» puzzle van straten en
pleinen, toen het vliegtuig boven Lyon
vloog. Daarna ontdekten zij aan den ho
rizont een blauwe streep, de Middel-
landsche Zee, en vijf minuten later
taxide de metalen' vogel over het vlieg
veld van Marigname, bij Marseille.
Terwijl de piloten druk in de weer
waren met de Fransche douane en post
bedienden, werd de. benzinetank aanwe
nen gewerkt, een heele kan „slechte”
koffie leeggedronken en kende Riefen
berg het verleden van zijn reismakker:
hoe deze op 21-jarigen leeftijd naar
Afrika was getrokken als staatsbedien
de, hoe een geschil had geleid tot ont
slag en hoe hij een harde school had
doorgemaakt, om eindelijk als planter
te slagen. Nu had Lebon een verlof van
vier maanden achter den rug en keerde
terug naar zijn plantage.
In het Verordeningenblad is opgenomen
een verordening, houdende maatregelen
betreffende het verkeer ter zee. Hierbij
wordt bepaald, dat de „Hafenüber-
wachungsstelle” aan schepelingen en pas
sagiers van binnengeloopen schepen een
landpas kan uitreiken, welke recht geeft
zich op bepaalde tijden in bepaalde deelen
van het bezette Nederlandsche gebied op
te houden. Een toestemming voor het bin
nen- en uitreizen is daarnaast niet ver-
eischt. Bij niet nakoming van de gestelde
voorwaarde worde de betrokkene geacht
onbevoegd te zijn binnengereisd. Voorts
wordt bepaald, dat binnengeloopen en
voor vertrek bestemde schepen slechts mo
gen worden betreden door hun schepe
lingen en passagiers, personen werkzaam
bij het laden of lossen of andere werk-’
zaamheden en personen met een bewijs
van de Hafenüberwachungsstelle. Overtre
ding van deze maatregelen kan worden
bestraft met een tuchtrechtelijke straf van
ten hoogste 20.000 voor elk geval afzon
derlijk, welke straf eveneens kan worden
opgelegd aan ^engene, die verantwoorde
lijk is voor de naleving, tenzij deze de met
zijn plicht overeenkomende zorgvuldigheid
heeft betracht of bewijst, dat hem dit niet
mogelijk was.
zen, maar komen zij voort uit het Neder
landsche kultuurleven zelf.
Zooals gezegd, kunnen de bemoeiingen
van den Kultuurraad zich uitstrekken
over zaken, die onder welk departement
of onder welke particuliere instelling ook,
ressorteeren. Bijzonder nauw is de Kui-
tuurraad verbonden met het departement
van Volksvoorlichting en Kunsten en met
het departement van Opvoeding, Weten
schappen en Kultuurbescherming. De sa
menwerking met deze departementen zal
uiteraard het innigste zijn. De uiteinde
lijke beslissing over te nemen maatrege
len blijft vanzelfsprekend bij den Rijks-
commissaris berusten, met name in geval
van meeningsverschil. In het algemeen
is het de bedoeling van den Rijkscom-
missaris in den Kultuurraad een orgaan
te scheppen, dat bedoelt het kultureele
geweten van het Nederlandsche volk te
vertegenwoordigen, en door den Kultuur
raad de mogelijkheid te scheppen, wen-
schen, die in het Nederlandsche volk le
ven, naar voren te brengen en een gezond
streven naar ontwikkeling te bevorderen.
Prof. Goedewaagen deelde o.a mede,
dat men de oprichting van de Nederland
sche Kultuurkamer eigenlijk moet zien als
een onderdeel van een groot ontwikke
lingsproces, dat zich eigenlijk al tiental
len van jaren voltrekt. Zooals in de ne
gentiende eeuw de arbeidersklasse lang
zamerhand tot de erkenning is gekomen
en zich door organisatie als het ware een
vasten vorm heeft gegeven, zoo is de
Nederlandsche Kultuurkamer bedoeld als
een organisatie van het Nederlandsche
kultureele leven, kuituur in den zin van
omvattende de pers, de radio, de film en
verschillende kunsten. Het onderwijs en
de wetenschap worden hier dus niet mede
bedoeld. De Nederlandsche Kultuurkamer
is bedoeld als de organisatie van de Ne
derlandsche kultuurwereldeen organisa
tie, die pleit voor de belangen, zoowel
voor de vakkundige belangen als voor de
economische en sociale belangen van de
kultuurwerkers. Qe Kultuurkamer is zoo
gedacht, dat zij zal worden verdeeld in
zes gilden, het persgilde, het filmgilde,
het muziekgilde, het gilde voor theater
en dans, het gilde voor bouwkunst, beel
dende kunsten en kunstambacht en het
letterengilde. Men wordt niet lid van een
gilde, maar lid van de Nederlandsche
Kultuurkamer. Men wordt dan echter bij
een der gilden ingedeeld. De Kultuurka
mer is gedacht als een lichaam met pu
bliekrechtelijke bevoegdheden. De presi
dent van de Nederlandsche Kultuurkamer
heeft, natuurlijk binnen het kader van
de geldende wetsvoorschriften, de be
voegdheid, verordeningen uit te vaardi
gen en beschikkingen te nemen. Lid kun
nen worden niet alleen natuurlijke perso
nen, maar ook vereenigingen, m.a.w., een
kunstkring, een zangvereeniging, een fan
farekorps, enz. Niet lid van de Kultuur
kamer kunnen zijn Joden en Joodsch ver-
maagschapte personen.
Men kan de cultuurkamer zien als een
soort van bemiddeling tusschen de over
heid en het kultuurleven. als een plaats,
waar beiden elkander ontmoeten. Het is
voot de overheid van het grootste belang,
dat een dergelijk forum geschapen wordt’
Wanneer vroeger de overheid in contact
wilde treden met de kunst, de pers of de
film, ging dat eigenlijk van geval tot
geval. Tenslotte sprak prof. Goedewaagen
nog over den overgangstoestand, waarin
wij ons bêvinden. Door de verordening
wordt de eigenlijke K^uurkamer niet op
gericht, maar de mogelijkheid voor de
oprichting is door deze verordening wel
Artikel 7. De president heeft, ter
voorbereiding en uitvoering van zijn be
slissingen, een bureau tot zijn beschik
king. Aan het hoofd van Bit bureau
staat een dagelijksche bestuurder, die
door den president wordt benoemd.
Artikel 8. De president is bevoegd,
zich gegevens te laten verstrekken door
alle Nederlandsche autoriteiten, bu
reaux, instellingen, lichamen en inrich
tingen, zoowel van publiekrechtelijken,
als van privaatrechtelijken aard, betref
fende alle aangelegenheden, welke op
zijn taak betrekking hebben.
Deze instellingen zijn verplicht, den
president, de door hem gewenschte in
lichtingen te verstrekken, zoomede hem
in de door hem gemachtigde personen
in staat te stellen, tot inspecties en hun
toegang te verleenen tot al hetgeen door
hen wordt georganiseerd.
De secretarissen-generaal van de de
partementen van opvoeding, wetenschap
en cultuurbescherming, zoomede van
volksvoorlichting en kunsten, stellen den
president tijdig in kennis van hun meer
belangrijke plannen op het gebied, het
welk tot de taak van den Kultuurraad
behoort.
Artikel 9. Het Rijk draagt de kosten,
verbonden aan de werkzaamheden van
den Kultuurraad. De president maakt
jaarlijks een begrooting op, welke de
goedkeuring van den secretaris-generaal
van het departement van Financiën be
hoeft. De president is verantwoordelijk
voor een regelmatig beheer, volgens de
begrooting.
De jaarlijksche rekening van den
Kultuurraad is telkenjare aan de veri
ficatie door de algemeene rekenkamer
onderworpen. Op grond van het rapport
der algemeene rekenkamer, verleent de
secretaris-generaal van het departement
van Financiën, den president decharge.
Artikel 10. De ter uitvoering van deze
verordening noodzakelijke voorschriften,
kunnen bij instructie van den Rijkscom-
ziissaris voor het bezette Nederland
sche gebied worden gegeven.
Artikel 11* Deze verordening
heden in werking.
pij. Ook het gelaat was verborgen, met
uitzondering van één oog.
Het verwonderde Riefenberg, dat het
in een Afrikaansche stad zoo druk kon
zijn. Op bijna alle kruispunten stond een
blanke verkeersagent, die de handen
vol had om ongelukken te voorkomen.
Op de voetpaden van het centrum was
er zooveel beweging, dat men zich in
een Europeesche hoofdstad zou hebben
gewaand. Talrijke inlanders slenterden
rustig tusschen de meer zenuwachtige
Europeanen. De blanke dames liepen
„Grand Hotel” gekleed in lichte zomertoiletten. Het
eenige verschil met haar zusters in
Europa was, dat bijna alle blootsvoets
waren in sandalen, de teenen goed
zichtbaar. Het was moeilijk dit niet op
te merken, want meegt alle vrouwen
hadden de nagels van haar teenen op
vallend rood gekleurd.
Als een filmbeeld ging dit schouwspel
aan de oogen van den journalist voor
bij. zoodat hij er niet meer dan een
vluchtigen indruk van kon meedragen.
Lebon zat naast hem en tijdens dezen
korten ontdekkingstocht had hij te kam
pen met een onbedaarlijke lachbui,
welke steeds nieuw voedsel vond bij de
minste eigenaardigheid, welke hem in
de straten opviel.
Italiaansche persstemmen
Uit Rome seint Stefani:
Roosevelt heeft een waren gangster -
streek uitgehaald door zich meester te
maken van Nederlandsch-Guyana, zoo
schrijft de „Popolo di Horna”. Eenigen
tijd geleden beperkte hij zich tot econo
mische penetratie, tot het zich meester
maken van de grondstoffen, tot de vor
ming van luchtbases. Thans prefereert hij
heel eenvoudig de landen te rooven, die
aan anderen toebehooren. Intusschen
wordt gemeld, dat overvallen van gelij
ken aard binnenkort zullen worden ge
pleegd door de V.S. ten aanzien van
Fransch-Guyana en Martinique in Mid-
den-Amerika. Deze nieuwe ondernemingen
kunnen niet veel verbazing wekken. Er
dat
en
ontwapenden berooft. Ten slotte is het
niet anders dan een jakhalzen- en gieren-
politiek. Zal Washington nog eens zijn
groeten maaltijd krijgen van het lijk van
Groot-Brittannië?
Goedewaagen, president van de Neder-
lansche Kultuurkamer, eenige mededee-
lingen gedaan inzake de verordeningen,
waarbij deze lichamen zijn ingesteld.
Prof. Snijders verklaarde o.m. het vol
gende De Nederlandsche Kultuurraad is
een orgaan, dat door den Rijkscommissa-
ris in het leven is geroepen en bedoelt de
ontwikkeling van het Nederlandsche kul
tuurleven te bevorderen. De functie van
den Kultuurraad is in de eerste plaats
consultatief. Te dien einde is de Kultuur
raad bevoegd bij alle Nederlandsche auto
riteiten en inrichtingen, zoowel openbare
als particuliere, inlichtingen te vragen
omtrent aangelegenheden, die tot het ar
beidsgebied van den Kultuurraad beboo-
ren en deze instellingen zijn verplicht alle
gewenschte inlichtingen te verstrekken.
Uit deze consultatieve taak spruit voort,
dat dus de Kultuurraad alle uitingen van
het kultureele leven gadeslaat en alle bo
venbedoelde diensten en instellingen door
adviezen ondersteunt. Daarmede is voorts
verbonden de bevoegdheid van den Kul
tuurraad zelf het initiatief te nemen. Met
nadruk zij er echter nog eens op gewe
zen, dat de raad geen uitvoerende be
voegdheid heeft. Deze blijft berusten bij
de openbare lichamen, die daartoe aange
wezen zijn. De Rijkscommissaris heeft de
zen vorm gekozen om een orgaan te
scheppen, dat niet door administratieve
bemoeiingen wordt belemmerd. In ver
band daarmede zijn ook de leden van den
Kultuurraad voorloopig niet onder de
ambtenaren van de departementen geko-
21 Nov. Lm. 9 December 1941
Boter
Boter m.red.
(Nadruk verboden)
6) -
Feitelijk was- het een gek gevat En-
kele uren geleden nog, leefde hij alleen
maar voor zijn reis en het verhaal, dat
hij er over in zijn blad zou schrijven.
Thans voelde hij ’t schrijfwerk als .een
zwaren plicht en de reis liet hem on
verschillig. Wat gaf hij er om, dat hij
thans over Frankrijk vloog, straks bo
ven de Middellandsche Zee en morgen
over de woestijn. Alleen het goudland
van Loepoeta telde nog maar voor
hem, het tragische geval van den ge-
wurgden Demet, de strijd tegen onbe
kende tegenstanders en Ada Iljen.
Ada Iljen... Waarom moest hij
weer denken aan den vorschenden blik,
welke even na het vertrek over zijn rug
heen op Ada Iljen's foto was gevestigd.’
Sedertdien had hij zijn medereiziger
niet meer aangekeken en deze had geen
aanstalten gemaakt om kennis met
bern te maken.
Kon hjj nu zyrx hand vrijelijk over bet
TOELICHTING VAN PROFESSOR DR.
G. A. S. SNIJDERS EN PROFESSOR DR.
T. GOEDEWAAGEN
In de persconferentie hebben prof. dr.
G. A. S. Snijders, president van den Ne-
derlandschen Kultuurraad, en prof. dr. T.
23 Lm. 29 November 1941
Brood
Brood
Vleesch
45 Vleeschw.
Melk I
Aard.
Aarti.
Gistermorgen vond in het Rijksmuseum
te Amsterdam de opening plaats van de
tentoonstelling „Barnsteen, goud der zee".
Overzicht van de drukte. Op den
voorgrond links de Beauftragte voor de
stad Amsterdam, Senator Böhmker en de
hoofdcommissaris van. politie, de heer
S. Tulp. (Polygoon-Zeylemaker)
I
Een elegante zwarte mantel,
afgezet met zilvervossenbont.
(W eltbild-Polygoon)
plaats biedt zij bovendien een voortreffe
lijke springplank voor naderhand moge
lijke Amerikaansche acties. Tevens vormt
de samenwerking tusschen de Ver. Sta
ten en de uitgeweken Nederlandsche re-
geering een waarschuwing aan Japan.
Tenslotte brengt deze stap de militaire
belangen der Ver. Staten en der Zuidame-
rikaansche landen dichter dan ooit te
voren bijeen. Niet in de laatste plaats
verbetert het nieuw verworven Ameri
kaansche steunpunt de strategische posi
tie der Ver. Staten op de smalste plaats
van den Atlantischen Oceaan tegenover
West-Afrika.
De correspondent van de „New York-
Times" te Washington merkt op. dat deze
maatregel, gecombineerd met de verkla
ring over de uitstrekking van de leen- en
.pachtwet tot hulp aan de Gaullisten, een
eind maakt aan iederen twijfel, dat de
samenwerking met de regeering te Vichy
practisch is beëindigd, al zijn ook de be
trekkingen met Vichy nog niet afgebro
ken.
V
- -
I
vuld en gingen Riefenberg en Lebon in
den bar van de luchthaven iets gebrui
ken. TDoor de groote ramen zagen ze
het vertrek van een Fransch verkeers
vliegtuig. De lucht was gevuld met het
geronk van militaire toestellen, welke
schitterden in het felle licht van de Zui
derzon.
Lebon vond alles slecht: het brood,
de eieren en de koffie; vooral de koffie.
Als ge ooit de gelegenheid hebt mij
in Kongo te komen bezoeken, zei hij tot
Riefenberg, dan zal ik u eens Kon-
goleensche koffie laten proeven van
mijn eigen plantage. Bij mijn koffie
vergeleken is mokka „afwaschwater”.
De kleine, dikhoofdige planter ontpop
te zich als een babbelaar en toen een
bediende kwam zeggen, dat het tijd was
om te vertrekken, had hij een ontzet-
Het gisteren verschenen Verordenin
genblad bevat en verordening van den
Rijkscommissaris voor het bezette Ne
derlandsche gebied, betreffende den
Nederlandschen Kultuurraad. Deze ver
ordening luidt als volgt:
Artikel 1. De Nederlandsche Kultuur
raad bevordert de ontwikkeling van het
Nederlandsche kultuurleven en van de
verzorging van de Nederlandsche kui
tuur.
Bij de vervulling van deze taak is de
kultuurraad verplicht, alle uitingen van
het kultureele leven gade te slaan, zoo
mede alle diensten en instellingen,
welke op het gebied van het kultuur-
gaan. leven of de kultuurzorg werkzaam zijn,
door het geven van adviezen te steunen
en deze door het nemen van initiatief
tot bepaalde werkzaamheden op te
wekken*
Artikel 2. T
rechtspersoonlijkheid bezittend,
- r»„_ -
’s-Gravenhage.
Artikel 3. Aan het hoofd van den Kul
tuurraad staat de president. Hij verte
genwoordigt den Kultuurraad in en bui
ten rechte.
De president benoemt een lid van den
Kultuurraad, om hem, in geval van zijn
afwezigheid, m^t inachtneming van de
door hem gegeven richtlijnen, te verte
genwoordigen.
Artikel 4. De Kultuurraad bestaat uit
ten minste'twintig leden. Zij worden
door den president benoemd en ont
slagen.
Het lidmaatschap van den Kultuur
raad is een eere-amb't.
Artikel 5. De president en de leden
van den Kultuurraad worden voor het
aanvaarden van hun ambt beëedigd.
De eedsformule wordt bij instructie
van den Rijkseommissaris vastgesteld.
Artikel 6. De president is voor zijn
beslissingen verantwoordelijk. De leden
van den Kultuurraad dienen hem bij het
nemen van een beslissing, van advies.
Voor het overige wordt de werkwijze
van den Kultuurraad door den president
bij reglement vastgesteld.
Het was een opluchting voor Riefen
berg, toen het gedaver van de motoren
Lebon het zwijgen oplegde.
Nu volgde een lange tocht, op 1000
meter hoogte, boven de Middellandsche
Zee. Heel laag bij de onbewogen water
vlakte dreven wolkenbanken, waar
doorheen soms een schip zichtbaar was.
Tegen den avond pas kwam de kust
van Afrika in het zicht en even later
landde de machine op het vliegveld van
de Senia, op enkele kilometers van de
haven van Oran.
Een auto van het
bracht de piloten en de passagiers naar
de stad. Daar heerschte een wonder
bare drukte en wemelden allerlei ras
sen door elkaar. In de straten leek het
wel een bestendige tentoonstelling van
vervoermiddelen. De hotelwagen kruiste
tend aantal „zure” broodjes naar bin- ouderwetsche koetsen, bespannen met
--i.» -i>- u__ -i— muilezels, antieke auto’s, kameelen, in
landers, die waren ingespannen, alle
mogelijke soorten van karren en... elec-
trische trams. De gevolgde weg liep
door de inlandsche stad: een kleurige,
vuile boel, met scheefgezakte, leemen
woningen en al de huisgezinnen op de
straat. Men zag er negers, Marokkanen
en Arabieren door elkaar krioelen in
hun schilderachtjge plunje. Vele vrou-
,wen waren gehuld in een soort witte
De „Deutsche Allgemeine Zeitung” ver
klaart; Van de politieke en financieele
penetratie, van het aanleggen van steun
punten voor de luchtmacht is het impe
rialisme van Roosevelt thans overgegaaan
tot het bezetten van Zuidamerikaansch ge
bied met de wapens in de hand. Het cp-
gegeven motief, n.L dat de bauxietmijnen
in bescherming moeten worden genomen,
is schaamteloos, daar Amerika aluminium
voor zijn bewapening noodig heeft. Roo
sevelt acht het niet noodig zijn optreden
op ideëele wijze te camoufleeren. Hij stort
zich op Nederlandsch-Guyana, omdat hij
dit gebied het zwakste acht aan de kust
van den Zuidelijken Atlantischen oceaan.
De bezetting van Suriname
als aanval op Zuidameri-
kaansch gebied beschouwd.
Het ANP. meldt uit Berlijn:
De maatregelen der Vereenigde Staten
tegen Nederlandiscii-Guyana worden in
Duitsche politiek kringen als een imperia
listische daad van geweld beschouwd en
een eersten militairen aanval der Ver
eenigde Staten op Zuidamerikaansch ge-
<bied genoemd. Het masker van idealisme
dat Roosevelt en zijn raadgevers opzetten
om hun bedoelingen tot expansie te ver
bergen, laat men ditmaal, naar in dezelf
de kringen verder verklaard wordt, val
len. daar van Amerikaansche zijde ock
toegegeven wordt, dat de „beveiliging”
van het in Nederlandsch-Guyana voorko
mende bauxiet aanleiding gaf tot dezen
stap. De bewering, waarmede men in de
Ver. Staten de daad van geweld verder
tracht te rechtvaardigen, n.l. dat van uit
Fransch-Guyana een bedreiging van de
bouxietmijnen in Nederlandsch-Guyana
te vreezen is, wordt in Berlijn zoo
belachelijk gevonden, dat men er
niet nader op in wenscht te
Als de woordvoerder van de regeering
der Vereenigde Staten in verband met
de geheele gebeurtenis de bezetting van
Fransch-Cayenne en Martinique eischt is
en daar wijst men hier in het bijzonder
op. het volkomen doorzichtig, dat de be
zetting van Guyana niet een afgesloten
hoofdstuk vormt, doch beschouwd moet
Worden als het begin van een aantal maat
regelen voor den verderen opmarsch op
het Zuidamerikaansche vasteland. Men
acht het hier tevens niet uitgesloten, dat
bij de bezetting van Nederlandsch-Guy
ana door Amerikaansche troepen, de
omstandigheid zou hebben meegesproken,
dat de Braziliaansche tegenstand tegen
de vestiging van Amerikaansche steun
punten m Brazilië nog te sterk is en
men zich daarom dicht iri de nabijheid
wilde nestelen om een springplank te heb-
verdere acties.
Amerikaansche persstemmen
Uit New York seint het D N B.:
De bezetting van Nederlandsch Guyana
door Amerikaansche strijdkrachten wordt
ook door de Newyorksche ochtendbladen
onder zware koppen en in uitvoerige
commentaren behandeld. De „Herald Tri
bune” verklaart, dat de beteekenis van
dezen stap zoo groot is, dat zelfs de des
kundigen slechts met moeite de opeenvol
ging van de daaruit voortvloeiende conse
quenties kunnen bepalen. In de eerste
plaats is door de bezetting van de Neder
landsche kolonie Fransch-Guyana volle
dig omsingeld en geïsoleerd. In de tweede
z
papier laten loopen, dan zou hij in snel
tempo het verhaal doen van de avontu
ren, welke hij beleefde van midder
nacht, tot op het oogenblik van zijn
vertrek. Zooiets zou zekgr op buitenge
wone wijze in den smaak vallen van
zijn lezers. Maar dat mocht nu juist
niet. Het kwam er nu voor hem op aan
een normaal vertrek te fantaseeren. Hij
moest glimlachen, terwijl hij de woor
den over de laatste toebereidselen voor
zijn tocht, moeizaam, als een leugenpa-
ternoster, aaneenlijmde.
Plotseling voelde hij twee vingers op
zijn schouder drukken. Zijn bloed stond
stil en even keek hij strak voor zich
heen. Toen draaide hij langzaam het
hoofd om en keek in het... lachende,
vriendelijke gezicht van zijn medereizi
ger. Deze wees links naar buiten, naar
de verre einders. Riefenberg volgde de
richting door een eeltige hand aange
duid en ontdekte de vage omtrekken
van iets, dat op besneeuwde bergen ge
leek. De vreemdeling riep iels, dat ver
loren ging in het geronjt van de moto
ren. Hij vroeg dan het potlood van den
journalist en schreef „de Alpen”.
Riefenberg knikte bevestigend. Hij
was overeind gelezen en samen keken
zij uit het raampje. Tersluiks nam Rie-
ïenberg zijn reisgezel op. Deze was ten-
I
d