De val
Singapore
van
1942,
j^o. 18109.
kunst en cultuur
Dinsdag 17 Februari.
VERDUISTEREN
v. 6.55 uur nam. tot 8.52 uur v.m.
Maant 17 Febr. op 9.46 v.m„
onder 9.36 nam.; 18 Febr. op 10.11
v.m„ onder 10.46 nam.
Nachtdienst DOKTERS: Tusschen
10 u. n.m. en 7 u. v.m. No. 113058
Ziekenfondsleden de Volharding
no. 116364; zg. Siadspatiënten no. 49
T
m
De stemming in Engeland
Commissaris provincie
Groningen
HET INDISCHE OORLOGS
TOON EEL
Ongeveer 60.000 Britsche manschappen
krijgsgevangenschap
De slag
Waarom evacuatie uit
Singapore mislukte
Singapore
De gevolgen van
Singapore’s val
Singapore wordt Sjonanko
Spoorlijn op Malakka hersteld
Singapore als basis voor
Japansche operaties
Vluchtelingenstroom uit Singapore
Politieke crisis
De waarde van
Telefoon 116300 (zeven lijnen) - Giro No. 12509
om Nederlandsch-Indië
begonnen
Admiraal Hart gesneuveld
Berlijn’s reactie op de rede
van Ch archill
Gelukwenschen te Tokio
Japanners vorderen in Birma
Aan de jarige Nederlanders
Helfrich weigerde vloot uit te zenden
Verlies van Palembang een
zware slag
De heer C. F. Staargaard benoemd
COURANT
HAAGSCHE
PRIJS DEZER COURANT:
Bij
voor taan
voor
Kcnmffnuo-
Naar Domei meldt, zouden de vyandelUke strijdkrachten, die op de eiland-
vesting Singapore tot de overgave werden genoodzaakt, ongeveer 60.000 man
sterk zjjn, van wie ongeveer 15.000 Engelschen en 15.000 Australiërs, de overige
30.000 Indiërs. Voorts wordt bekend, dat zich in de stad Singapore op het oogen-
blik van de Japansche bezetting nog ongeveer een millioen menschen bevond,
onder wie 120 Engelsche vrouwen en kinderen.
Het Japansche opperbevel te Singapore is door de Engelschen ingelicht over
de mijnversperringen voor de haven. Voorts is een overeenkomst tot stand ge
komen over het gebruik van in de haven liggende Britsche oorlogsschepen. On-
middellük na de capitulatie zijn de vestingen op en om het eiland Singapore in
bezit genomen en tegelijkertijd is een begin gemaakt met het opruimen van
de mijnen in de wateren in de omgeving. Intusschen hebben Japansche oorlogs
schepen hun aanvallen op schepen voortgezet, die uit Singapore waren gevlucht.
PRIJS DER ADVERTENTIÉN:
‘1 45 ct, daarna iedere regel
Bewijsnummers 5 ct fr. P- post 10 ct-
buiten de
95
De Staatsbegrafenis van Rijksminister Dr. Todt. De Führer legt bij de baar
van zijn trouwen medewerker een krans. .(HoiimaMn)
.Aftonbladet” schrijft uit Londen, dat
Singapore thans een dolk is, gericht op
het hart van het Britsche Rijk. Volgens
de verklaringen van Engelsche marine-ex
perts zullen weldra groote Japansche vloot
eskaders de moderne havenwerken kun
nen gebruiken, kolen kunnen innemen en
herstellingen kunnen ondergaan. Het
groote drijvende dok zal gemakkelijk ge
licht en hersteld kunnen worden.
„Daden spreken luider dan woorden”,
aldus de .Japan Times and Advertiser”.
Na gewezen te hebben op de radiorede,
welke Churchill Zondag heeft gehouden,
vraagt het blad, wat Churchill in werke
lijkheid van zijn Amerikaanschen bondge
noot denkt, die van een „onuitputtelijk ar
senaal der democratie” sprak en hem in
de ure des gevaars in den steek liet. Een
paar maanden geleden hebben de Engel
schen gezegd, dat de val van Singapore het
begin van het einde van het Britsche Rijk
zou beteekenen. De vierhonderdjarige ge
schiedenis van een imperium, waarin de
zon nooit onderging, nadert haar einde.
Men staat op een keerpunt van de wereld
geschiedenis
Voor z-Gravenhage bij vooruitbet. per 3 mnd. met „Kikeriki", „De Nieuwste Mode”
koloniaal Bijblad” en „Letterkundig Bijblad’ f 3.15. Franco per post met Mode
pad 4.20. zonder Modeblad f 3.95, - Buitenland f 9.45. Landen waarop het
verlaagd intern- drukwerk-posttarief van toepassing is 7.35 p. kw. Bij postkantoren
legen de geldende goedgek. abonn.prijzen. Afz nummers 5 ct, fr. p. post 10 ct
kunst be-
beteekenen
Het keizerlijke Japansche hoofdkwartier
maakt bekend, dat Singapore voortaan een
nieuwen naam zal dragen. De vroegere
Britsche vesting zal van nu af aan heeten
Sjonanko (lichtende zuidhaven).
Het eiland Singapore zal
heeten Sjonan (Zuiderlicht).
—i de rustelooze zee van onderzoek
toetsing vreet de hardste rotsen van
vroegere veilige zekerheid weg.
I Vulkënen werken rondom ons en wer-
fcende vulkanen hebben nog nooit het
bouwsel van menschenhanden ontzien.
pqS menrchelijk bestaan is één blijven
de en eindelooze worsteling tusschen
opbouwen en vernietigen, zoo goed als
tjeel het leven der natuur dit is. Wij
moeten ook telkens weer omverhalen en
vernieuwen, of we slapen in en wie het
bestaande zoeken vast te houden door
het nieuwe van zich af te jagen, wor-
leste door dat nieuwe
,Jiet zal niet lang meer duren, of het
lot van de vijandelijke bases Port Dar
win en Soerabaja zal zijn beslist”, aldus
admiraal Suutsoegoe in een beschouwing
over de militaire gevolgen van den val
van Singapore. Hij wijst er op, dat alle
overige bases van den tegenstander in
het Zuiden van den Stillen Oceaan reeds
in handen van de Japanners zijn. De val
van Singapore beteekent derhalve niet
slechts het verlies van Australië. Nieuw-
Zeeland en Ned.-Indië. maar dit heeft
tevens het einde van de beheersching van
den Indischen Oceaan en van Indië ten
gevolge. De val van Singapore is een
voorspel voor de ineenstorting van de
Engelsche wereldheerschappij.
De snelheid, waarmee het herstel in de
oorlogsgebieden geschiedt, blijkt uit de
omstandigheid, dat het verkeer op de
spoorbaan van 1700 k.m. die de grens van
Birma verbindt met Singapore. Zondag
is hervat, nadat in de afgeloopen week de
dam, die het vasteland verbindt met het
eiland Singapore, was hersteld.
Majoor Nakajima, van de persafdeeling
van het Japansche leger, heeft in een ra
diotoespraak Singapore de beste basis ge
noemd voor de toekomstige Japansche
operaties.
In een speciaal bericht uit Batavia
meldt de „Daily Mail”, dat Batavia op
het oogenblik door vluchtelingen uit Sin
gapore en van het schiereiland Malakka
wordt overstroomd. Geen der vluchtelin
gen kan beweren, dat hij gemakkelijk
heeft kunnen vluchten. De schepen, waar
mede de vluchtelingen naar Batavia voe
ren. zijn onderweg door de Japanners ge
torpedeerd of minstens uit de lucht aan
gevallen. De meeste vluchtelingen bezit
ten nog slechts de kleeren, die zij dragen
en deze ontbreken zelfs bij velen.
De tijd, waarin wij leven, maakt het
jger velen moeilijk het roer recht te
i houden; het gist en woelt aan alle kan
ten en
en L
j onze
In Duitsche politieke kringen is de
berustende toon opgevallen van Chur
chill’s rede ter gelegenheid van de
capitulatie van Singapore, waaruit de
politieke, militaire en organisatori
sche onbekwaamheid van den Brtt-
schen staatsman spreekt, aldus meldt
het A.N.P. uit Berlijn.
De bewering, dat Churohill de dood
graver van het Imperium is gewor
den, wordt volgens toonaangevende
kringen in de Wilhelmstrasse ten
volle bevestigd door zijn laatste rede.
Op de vraag, of de oppositie in Enge
land, die Churchill ondubbelzinnig heeft
gedreigd, te Berljjn van bijzondere be-
teekenis wordt geacht, verklaarde men.
dat de oppositioneels stroomingen uiter
aard met belangstelling worden waarge
nomen. Het heeft evenwel geen zin, be
schouwingen ten beste te geven of Chur
chill blijft dan wel moet gaan, want on
afhankelijk daarvan blijft het feit be
staan, dat Engeland zoowel in het eene
als in het andere geval den oorlog zal
verliezen.
program nog ietwat vaag voorkomen.
De kunstenaar verwacht natuurlijk vóór
alles, dat de Kultuurraad de kunst zal
zien als doe 1, niet als middel.
Van het begrip cultuur bestaan vele
definities. Wanneer men de cultuur
in samenhang met de
schouwt, dan kan cultuur
activiteit van het gedachte- en gevoels
leven, ontvankelijkheid voor schoonheid
en menschelijk meegevoel. De kunste
naar echter, die bijvoorbeeld beheerscht
wordt door theorieën volgens welke hij
het sociale leven verbeterd zou willen
zien, streeft een doel na, dat van geheel
anderen aard is dan het doel van den
kunstenaar. Er zijn intusschen strek-
kingswerken, die tevens wel degelijk
kunstwerken zijn. De kunst heeft haar
bestaansreden en haar doel in zichzelf.
Wie haar als middel gebruikt, misbruikt
haar. Een kunstenaar, die tevens mora
list is, heeft zich in zijn werk vóór alles
als kunstenaar te geven. De moraal zal
zich dan juist vanzelf in volle zuiver
heid openbaren. Men stelle aan de kunst
geen andere eischen dan dat zij kunst
blijve. Alleen dan heeft zij den invloed,
dien wij van haar verwachten. Vragen
als: mag de kunst dan niet verheffen,
niet opwekken tot het goede, niet mede
werken aan de verbetering van de maat
schappij? hebben hiermee tevens haar
antwoord.
De kunst mag alles mits ze vóór
alles kunst zij. Maar zij laat zich niet
straffeloos dwingen tot een of andere
taak, haar met de meest edelaardige,
ethische en humane bedoelingen opge
legd. Dan ontaardt de kunst Ook hier
zal, betwijfelen wij niet de Kultuurraad
zijn functie verstaan. Er is bij zijn in
stallatie van „cultuurpolitiek’’ gespro
ken. Dit is een ietwat benauwend woord.
Het is ons niet geheel duidelijk, wat er
mede bedoeld wordt. Zeker mag het niet
dat zijn, wat de zuivere en waarachtige
begrippen van Kunst en Cultuur slecht
zouden kunnen verdragen.
Het D.N.B. meldt uit Genève: United
Press noemt de stemming in Engeland een
politieke crisis. Men meent te Loriden, dat
de ernstige kwestie, die zich heeft voor
gedaan, niet kan worden geregeld door
handige redevoeringen of door het pres
tige van Churchill. Sommigen gelooven
zelfs, dat Churchill's positie als premier in
gevaar verkeert United Press verklaart,
dat de critiek zieh niet keert tegen be
paalde leden der regeering; men heeft den
indruk, dat een algeheele kabinetswijzi
ging noodig is. Sir Stafford Cripps is een
dergenen, die men gaarne in het Engel
sche oorlogskabinet zou zien.
De Londensche correspondent der „Go-
teborgs Handels och Sjoefarts Tidningen”
maakt melding van toenemende politieke
spanning in Engeland, die van rechts en
links tegen Churchill merkbaar wordt. De
binnenlandsche politieke crisis in Enge
land ontwikkelt zich snel.
„Bij de eerstvolgende parlementsdebat-
ten zal Churchill hard aangepakt worden”,
meldt de Londensche correspondent van
„Nya Dagligt Allehanda”. Churchill moet
eindelijk zijn geheele kracht wijden aan
het minister-presidentschap en strategi
sche problemen overlaten aan een man,
die van zijn kant al zijn tijd aan deze taak
kan wijden.
met de
van de kampongs verbonden 'boor^ de
was Faleiiwaïrg met Hatavia ver
bonden <3f uur), met Singapore (3 uur)
«i met Medan (8 uur). Het groote vlieg-
Talangbetoetoe. ligt
rijden per auto van de
ikaj^ Paten^öang
Van 1—5 regels f 1.75 Iedere regel meer tot 10 regels
meer 50 ct Reclames 95 ct pet regel.
Incasso binnen de stad 5 cent
vooruitbetaling: Kleine Advertenties
I toch ten
achterhaald.
In hoeverre kan bij dit zoeken in
deze worsteling de j.l. Woensdag plech-
tig geïnstalleerde Kultuurraad’ een
functie vervullen? Men zou ook de
vraag hebben kunnen stellen of het niet
f wenschelijker geweest zou zijn den
Kultuurraad op te richten wanneer de
I omstandigheden gestabiliseerd waren.
Voor een antwoord op deze vragen kan
gewezen worden op de woorden uit de
rede van den Rijkscommissaris by de
installatie van den Kultuurraad, die,
sprekend over de omwenteling der
tijden, o.m. zeide:
„Het is een kenmerk van deze revo
lutie, dat zij alles moet vernietigen en
afbreken wat a.h.w. als een verstarde
I korst de bronnen van ons gezonde leven
afsloot en bijna deed uitdrogen, om
juist daardoor deze bronnen weer te
doen vloeien, opdat de ware vorm van
ons volksbestaan van alle ontaarding
worde bevrijd. In dezen zin heeft deze
revolutie in haar diepsten kern een be
houdend, conservatief karakter.”
Deze woorden immers kunnen direct
op den Kultuurraad slaan. Hij immers
beoogt eveneens datgene te vernietigen,
I dat onze cultuur met ontbinding of im-
potentie bedreigt, doch houdt vast aan
[de oude waarden, waarop onze cultuur
moor de eeuwen heen haar grondvesten I
f rond.
I Dat reeds nu, tijdens den bezettings
tijd, een lichaam als de Kultuurraad
opgericht wordt, is iets heel bijzonders.
Het bewijst, dat het de bezettende over
heid niet onverschillig is, hoe kunst en
I wetenschap zich tijdens de bezetting
handhaven en ontwikkelen en dat deze
overheid dus anders tegenover ons land
staat dan tegenover bezet gebied alleen.
Het onderstreept nogmaals de toezeg
ging, dat ons bestaan als zelfstandig
volk verzekerd is, want anders zou er
geen cultureele zelfstandigheid voor
Nederland kunnen bestaan en zou een
Kultuurraad geen zin hebben.
De omwenteling der tijden, de revo
lutie, brengt met zich mede niet alleen
een ommekeer in het nationale leven,
doch ook op alle gebieden daarvan.
Deze verandering in wereldbeschouwing,
die zich ook in Nederland voltrekt, heeft
het cultureele leven in ons land reeds
poote wijzigingen aangebracht Een
vast omlijnde „cultuurpolitiek” bestond
echter niet; de instelling van den Kul
tuurraad is een stap in deze richting.
Dat de Kultuurraad met concrete
plannen of met een vast omlijnd pro
gramma te voorschijn zou komen, was
nog niet te verwachten. Het arbeidsveld
is te groot en daardoor te weinig over-
^chtelijk, dan dat de Raad zijn strategie
^middellijk gereed kon hebben. Prof.
G. A. S. Snijder noemde den Nederland-
tehen Kultuurraad het cultureele gewe
ten van het Nederlandsche volk. Hij kan
en zal dan ook Nederlandsche belangen
Verdedigen, tegen wie dan ook, en zal
Sedurig aansporen tot handelen ten
8°ede. Heel wel ziet de Raad eenerzijds
dat hij met raad en voorlichting,
door zorg en begunstiging oneindig
^neer kan bereiken dan met verboden;
anderzijdó zijn er maatregelen getroffen
dat zijn raad wel degelijk gehoord en
uiet veronachtzaamd ter zijde gelegd
*ordt.
Iü zijn groote rede, niet uit
gesproken, naar ons nader blijkt, als
officiëele vertegenwoordiger van de
bezettende macht heeft de Rijkscom-
toissaris veel naar voren gebracht, dat,
zijn belichting van nationaal-socialis-
bsch standpunt, verhelderend kan wer-
aen. Hoe breed opgezet echter zijn rede
was, niemand zal meer dan dr.
“eyss-Inquart er zich van bewust zijn,
dat met zijn rede, hoe diep zijn be
bouwingen ook gingen, het onderwerp
«cultuur” was uitgeput. Er zou nog iets
zeggen zijn geweest over cultuur en
^bltus. vooral ook over de macht der
Religie, de religie, die vóór alles de cul-
b’Ur beveiligt. Cul’tuur komt van „co-
,ere dat is: bebouwen van het land en
*t is vol diepen en symbolischen zin.
**et brengt ons tot bij de bronnen van
8«meenschapsleven en het is dan
volkomen juist wat de Rijkscom-
”"ssari3 heeft gezegd, namelijk, dat de
n bet volk geboren cultuur ook geheel
d*enst moet staan van het volk. In
ezen zin 2al Kultuurraad een be-
I^Srijke functie kunnen vervullen; voor
overige echter zal velen zijn werk-
Deze courant verschijnt dagelijks behalve op Zon- en Feestdagen
BUREAUX WAGENSTRAAT 35 37
Bijkantoor: Scneveningen Keizerstr 319, Tel. asoaiü; Filialen: Rijswijk
Kantoorboekn. Leeuwendaal, Oranjelaan 3, Tel 119461. Voorburg, Boekhan
del H. E. G. Ruys Heerenstr. 124, Tel. 778038; N.V. Kantoorboekh Th. .i
de Koning, Goudsbloemlaan 3, Tel. 330263; Boekh. J. B. v. Seters Jr., There-
slastr. 108a. Tel. 772444: Boekh. E. O Couvée, van Hoytemastr. 66. Tel. 721187
De slag om Malakka is met een totale
Japansche overwinning geëindigd en de
slag om Nederlandsch-Indië, waarvan zoo
veel afhangt, is met de bezetting van Pa-
lembang begonnen” schrijft Associated
Press. De Japanners zijn thans in staat,
hun winsten snel te vermenigvuldigen en
er moeten nieuwe, zware slagen verwacht
worden. De vereenigde naties maken een
crisis door, welke haar geheele bekwaam
heid en besluitvaardigheid eischt.
Het blad „Philadelphia Record” ver
klaart: Terwijl de geallieerden zich achter
de Straat van Johore veilig waanden, even
als de Franschen achter hun Maginotlinie,
heeft Japan gewerkt. Wij hebben de kracht
van de Japanners onderschat en onze pa
raatheid overschat.
„New York Sun” schrijft: Het heeft geen
zin de Japansche overwinning te kleinee-
ren. Het verlies van Singapore beteekent
meer dan het verlies van een machtige
vesting. De vereenigde naties moeten on-
middellijk haar oorlogsprogram herzien.
De Amerikaansche admiraal Thomas
Hart, die den 7en Februari, naar men
zeide, wegens ziekte het opperbevel over
de geallieerde vloot in den Stillen Oceaan
aan den Ned.-Indischen vice-admiraal
Helfrich moest overgeven, is volgens een
bericht uit Soerabaja, aan boord van den
Amerikaanschen kruiser „Houston” ge
sneuveld. De kruiser „Houston” werd den
ten Februari in den zeeslag bij Java met
2 Ned.-Indische kruisers tot zinken ge
bracht.
Australië mobiliseert alles
de verdediging
Naar de Britsche nieuwsdienst uiit Syd
ney meldt, heeft de Australische minister
president. Curtin, bekend gemaakt, dat de
ministerraad aan het oorlogskabinet heeft
opgedragen, de noodige maatregelen te
nemen om de geheele bevolking en alle
hulpbronnen des lands, zoowel de men-
schelijke als de materieeie. voor de ver
dediging te mobiliseeren. Curtin voegde
hieraan toe: dat wil m.a.w. dit zeggen,
dat elk menschelijk wezen in dit land, of
het wil of niet, zich thans in dienst der
regeering bevindt om voor de verdediging
1 van Australië te werken.
stad volgens posttarief.
ct; Dienstaanbiedingen 75 ct
Advertentiën waarin voorkomt „Brieven aan het bureau van dit blad 10 ct
In een onafgebroken stroom hebben
gezanten en militaire attache’s der ver
bonden staten bezoeken gebracht aan de
Japansche hoofdkwartieren van leger en
vloot te Tokio, om hun gelukwenschen
aan te bieden bij den val van Singapore.
De ambassadeurs van Duitschland, Italië,
Mandsjoekwo en Nanking en de gezanten
der mogendheden van het pact van drie
maakten hun opwachting bij den chef
van den staf van het leger, generaal
Soegijama, terwijl de militaire attache’s
hun gelukwenschen op het ministerie van
marine aanboden.
In den Japanschen Senaat en de Kamer
werd een dankadres, gericht tot de ge-
heele weermacht, voorgelezen.
De officieele feesten ter gelegenheid van
den val van Singapore zullen in heel Ja
pan morgen plaats hebben.
In Britsche berichten uit Rangoon
wordt toegegeven, dat de Japansche troe
pen over de Salwien zijn getrokken bij
Paan, ongeveer 120 k.m. van de rivier
monding. en op den Westelijken oever
reeds vasten voet hebben gekregen. Te
gelijkertijd zijn kleine Japansche afdee-
lingen de Salwien beneden Paan overge
stoken.
Radio Rangoon heeft gistermiddag den
toestand in Birma uiterst ernstig ge
noemd. De Japansche troepen hebben de
omgeving van Thaton bereikt, dat 60 k.m.
ten Noorden van Martaban ligt en men
verwacht in Rangoon een spoedigen aan
val der Japanners op de stad. De af
stand van Thaton naar den weg en de
spoorlijn, welke van Rangoon naar Man
delay leidt en het eerste deel vormt van
de beroemde Birma-route. bedraagt
slechts 130 k.m.
Van harte gelukgewenscht jarige Ne
derlanders. Gelukgewenscht dat u dezen
verjaardag vandaag kunt vieren in een
Nederland, waar geen ronde vlag met
hamer en sikkel waait. Gelukgewenscht.
jarige Nederlanders, dat er mannen ge
weest zijn, die zich vrijwillig gemeld heb
ben om mede te helpen dat gevaar af te
wenden. Vergeet daarom op dezen dag
die mannen niet. Velen hebben reeds hun
bloed geofferd en liggen gewond in het
hospitaal. Denkt daarom aan de veriaar-
dagstorting voor de Nederlandsche Am
bulance. Maakt even zoo i.1
kwartjes of guldens, als u jaren teM over
op gironummer
Nederlandsche Ambulance,
gracht 22, 's-Gravenhage
De V.P B.-correspondent meldt uit
Berlijn Uit de tot dusver nogal magere
Engelsche commentaren op den val van
Singapore blijkt duidelijk, dat het de
bedoeling is geweest, om de Britsch
Australische en Indische troepen naai
Sumatra en Java te evacueeren om op
die wijze een zegerijken terugtocht te
volbrengen. Deze tactiek is volkomen
mislukt, vermoedelijk in de eerste plaats,
doordat vice-admiraal Helfrich had ge
weigerd, een door oorlogsbodems be
schermde transportvloot van Java naar
Singapore te sturen. Ook de evacuatie
van vrouwen en kinderen heeft veel te
wenschen overgelaten, zooals blijkt uit
een telegram van den Times-correspon-
dent te Singapore die inmiddels te Ba
tavia is aangekomen.
Hij seint, dat de laatste vrouwen en kin
deren de vorige week Dinsdag uit Singa
pore zijn vertrokken. Toen zij ’s middags
om 3 uur aan de pier verschenen, bleek
dat niemand bij deze evacuatie de leiding
had. Kort achtereen ondernamen de Ja
panners twee bomaanvallen, welke de al-
gemeene verwarring nog verhoogden. La
ter kwam men tot de ontdekking, dat men
op een heel ander punt van de haven
moest verzamelen, om daar op een schip
naar N.O.I. te wachten. De Times-corres-
pondent slaagde erin, een plaatsje te vin
den op een kleine vrachtboot, die koers
zette naar Java Van al zijn bagage kon
hij slechts wollen kleeding, een beetje ta
bak, een flesch water en een handdoek
meenemen. Uren achtereen kon hij de ge
weldige rookwolken gadeslaan, welke bo
ven Singapore hingen, en die veroorzaakt
werden door de geweldige vuurzee, die de
enorme voorraden stookolie en benzine
van Engeland’s machtigste steunpunt in
het Verre Oosten verteerde.
De Britsche nieuwsdienst noemt het ver
lies van het Ned.-Indische oliecentrum
Palembang „een zwaren slag”. Deze dienst
meldt verder, dat het grootste deel van
Sumatra, vooral de olievelden in het Noor
den. reeds zijn afgesneden. Den geallieer
den blijven mitsdien nog slechts de petro-
leumveïden van Java over, die echter, naar
de Britsche nieuwsdienst constateert, niet
toereikend zijn om hun behoeften te dek
ken.
Nieuw-Guinea
In verband met het gestadige oprukken
van de Japanners bereidt Nieuw Guinea
zich voor op alle eventualiteiten, zoo
wordt uit Port Moresby gemeld Het ge
heele gebied van Papoea staat thans on
der militaire controle van generaal-ma
joor Morres. die den burgerlijken gou
verneur. Murray, is opgevolgd.
Het werd reeds eerder in ons blad
duidelijk gemaakt, dat de val van
Singapore, welke thans een feit gewor
den is, voor Nederlandsch-Indië, en
dan voornamelijk vóór Java, de meest
ernstige gevolgen zal hebben, Japan
draalt geen oogenblik; iedere dag, elk
uur wordt benut en niet op één enkel
punt, maar op de meest uiteengelegen
punten van het groote eilandengebied.
Op Ambon, op Zuid-Celebes en op
Zuid-Sumatra ontwikkelen de Japan
sche strijdmachten een onweerstaanbare
activiteit. De bezetting van Palembang
wijst erop, dat men den grooten aanval
op Java niet eerder wil ondernemen
vóór men in het veilige bezit is van de
voornaamste steunpunten, van waaruit
deze aanval met alle kans op succes kan
worden ondernomen. Men moet aan
nemen, dat op de bezetting van Palem
bang, die van Telok Betong, op Suma
tra’s Zuidpunt, zal volgen, waardoor de
smalle Straat Soenda, tusschen Java en
Sumatra, zal worden beheerscht. Ook
met een bezetting van Banka en Billi
ton, de beide groote tineilanden, zal
men in de naaste dagen rekening moe
ten houden. In het Noorden zijn Pon-
tianak, Bandjermasin, Makassar, Dje-
neponto en Ambon als evenzoovele be
dreigingen van Java in Japansche han
den overgegaan. Onder deze omstandig
heden is de groote aanval op Java nog
slechts een kwestie van weinige dagen.
De Anambas-eilanden
Gisteren werd gemeld, dat Japansche
strijdkrachten de Anambaseilanden hadden
bezet ongeveer 300 k.m. Noordoostelijk
van Singapore gelegen. Deze eilanden
bevinden zich bij den mees* Noordelijken
ingang van de Straat van Karimata,
welke de verbinding vormt tusschen de
Zuid-Chineesche Zee en de Java-zee. Voor
een veilige vaart van de Japansche trans
porten van het Noorden naar Java zijn
deze eilanden van groote beteekenis.
De groep eilandjes maakt deel uit van
den Poelau Toedjoeh archipel, die uit
meer dan 300 grootere en kleinere eilan
den bestaat, zij behooren administratief
tot de residentie Riouw en Onder hoor ig-
heden De Ana.nba eilanden, met West
en Groot-Anambas. vormen de voornaam
ste groep; Djemadja, Siantan. en Ma tak
zijn de grootste eilanden, waarop de klap
percultuur van betrekkelijk veel belang
is. De kleinere eilanden zijn geheel in
klappertuinen herschapen. Overigens zijn
zij grootendeels met zware bosschen be
dekt, die goed timmerhout leveren. On
Djemadja wint de bevolking een soort
van olie uit den stam van den Kroewing-
bootn, welke olie zeer geschikt is om
vaartuigen, waterdicht te maken en te
harden. Van de zeestraten zijn Straat
lm poel. Noordelijk van Djemadja, en de
ook om haar natuurschoon bekende Straat
Matak van groot belang. De voornaam
ste plaats op de Anambaseilanden is
Terempa op het eiland Siantan, aan een
kleine baai, die een uitstekende anker
plaats vormt ook voor grootere schepen.
Het is een welvarende plaats met vele
groote en fraaie woningen, van de Chi-
neesche en Maleische klappertuinbezit-
ters. Uit deze beknopte gegevens blijkt
voldoende, dat de Anambaseilanden voor
Japan bijzondere beteekenis hebben.
De bezetting van Palembang
Niet alleen uit zuiver strategisch oog
punt zal Japan haast hebben gemaakt
met de bezetting van Palembang de stad
Palembang waarover wij reeds eerder
bijzonderheden gaven en het gewest
van denzelfden naam bezitten verschei
dene centra van belangrijke industrieën
In de eerste plaats is de oliewinning in
dit gewest van buitengewoon groote be
teekenis ruim de helft van de Ned.-
Indische productie wordt op Sumatra ge
wonnen. Het ontginnings-, raffinage- en
verkoopbedrijf van alle bij de Shell-
groep aangesloten in Zuid-Sumatra wer
kende maatschappijen wordt uitgeoefend
door de Bataafsche Petroleum Mij. De
op de boorterreinen dezer mij. gewonnen
ruwe olie wordt langs verschillende, in
totaal 1500 k.m. lange buisleidingen door
meer dan 20 pompstations naar Pladjoe
(Palembang) gepompt om daar verwerkt
te worden.'
De ruwe olie van de „Nederlandsche
Koloniale Petroleum Mij.” wordt van haar
boorterrein, tusschen de Moesi en de 1^-
matang gelegen, langs een 127 k.m. lange
pijpleiding naar de aan de samenvloeiing
van de Komering en de Moesi, even be
nedenstrooms tegenover Pladjoe, gelegen
raffinaderij Soengei Gerong gepompt.
Zeer waarschijnlijk zullen deze pijpleidin
gen en groote raffinaderijen niet onge
schonden in de handen der Japanners
zijn gevallen. De vernieling van dergelij
ke voor eiken vijand belangrijke objecten
lag reeds vele jaren geleden binnen het
Indische defensie-systeem; zij is geen uit
vinding van dezen oorlog. De vraag is
echter, of er voldoende gelegenheid is ge
weest om afdoende vernietigingen uit te
voeren.
De Lematang-kolenveden, in het ge
west Palembang gelegen, hebben even
eens aan de stad Palembang groote voor-
deelen gebracht. Van groot belang voor
de stad zijn de bedrijven van de N.V. In-
dustrieele Mij. „Palembang”; de werf en
de machinefabriek van deze maatschappij
nemen een groote plaats in in het
scheepsbouwbedrijf aan de Moesi
Palembang is, tenslotte, een zeer belar g-
rijk knooppunt van land- en waterwegen.
Tal van wegen, gedeeltelijk voor licht,
voor een kleiner deel ook voor zwaar
transport geschikt, komen in de stad sa
men. Het rivier-verkeer en het auto-ver-
keer hebben een groote vlucht genomen
Palembang is door de lijnen van den
Zuld-Suiylatra Spoorweg met een klei
ne 600 k.m. in exploitatie
voornaamste plaatsen van het gewest
,^=-i d-
veel dubbeltjes Uucht was Palembang met Batavia
Het Rijkscommissariaat maakt bekend:
De Rijkscommissaris voor het bezette
Nederlandsche gebied benoemde op grond
van par. 1 zijner verordening nr. 108-1940
(vierde verordening over bijzondere be
stuursrechtelijke maatregelen) den vroe-
geren regeeringscommissaris voor de be-
stuurshervorming in Nederlandsch-Indië,
den heer C. F. Staargaard te Laren, tot
commissaris der provincie Groningen.
De heer C. F. Staargaard niet te
verwarren met ir. W. F. Staargaard. oud-
Vclksraadslid. oud-hoofdinsp. van de S.S.
in Indië en oud-voorzitter van den Ind. On-
dernemersbond werd op 28 Februari
1885 te Soerabaja geboren. Hij liep de
H B S. in Amsterdam af en studeerde
daarna aan de Indologische faculteit in
Leiden. In 1905 vertrok hij als jong be
stuursambtenaar naar Ned.-Indië. waar
hij in de jaren '05 tot '17 verschillende
bestuursfuncties in de Buitengewesten
vervulde, een periode, die door een twee
jarig verblijf in den Haag, van 1913 tot
T5 werd onderbroken, in welken tijd hij
de lessen aan de Ned.-Indische bestuurs-
academie volgde.
Van 1917 tot 1928 was de heer Staargaard
ambtenaar, onderhoofd en hoofd van het
Kantoor Bestuurszaken der Buitengewes
ten van het Departement van Binnen-
landsch Bestuur. In 1928 werd hij be
noemd tot regeeringscommissaris voor de
bestuurshervorming, welke functie hij tot
1933 vervulde. Van zijn hand verschenen
verschillende publicaties, o.a. in het „Ko
loniaal Tijdschrift” en in het werk van
prof. Stibbe: „Nederl.-Indië” over „Onze
Staatkunde ta.v. de Buitengewesten”.