1 T RIJDEN EX RIJTUIGEN. Bekendmaking XLVI (P. 1.) - De BURGEMEESTER der gemeente ’s-Gra venhage, Gezien art. 40 der Algemeene Politie-verordening, waarin, onder bedreiging van straf, is voorgeschreven dat de bestuurders van rijtuigen verplicht zijn om de maatregelen, door de politie te nemen in het belang van orde en veiligheid, na te komen en om onmiddellijk te voldoen aan de bevelen van de politie om op te rijden, op te houden of langzaam te rijden, Heeft goedgevonden vast te stellen de volgende maatregelen, in acht te nemen voor rijden en rijtuigen in de nabijheid van gebouwen waarin samenkomsten worden gehouden Art. 1. Er zal met rijtuigen van bezoekers worden aan- en weggereden in één of meer files, zooals door de politie wordt aangewezen. Art. 2. De bestuurders, die met hunne rijtuigen op de be zoekers blijven wachten of hen komen af halen, zijn verplicht óf zich te plaatsen in de file door de politie aan te wijzen, óf zich te verwijderen naar de plaatsen door de politie aan te wijzen. Zij zijn verplicht ook daar aan de bevelen der politie te ge hoorzamen. Art. 3. De bestuurders, die met hunne rijtuigen in de file staan, mogen de volgorde, waarin zij geplaatst zijn, niet ver laten dan met vergunning en onder toezicht van de politie, of om weg te rijden in de richting door de politie aan te wijzen, nadat de gebruikers er plaats in genomen hebben. Art. 4. Bij het eindigen der samenkomsten moeten de be stuurders met hunne rijtuigen voor de toegangen op- en af rijden in de volgorde, waarin zij in de file geplaatst zijn en naarmate zij afgeroepen worden. Art. 5. Wanneer de gebruikers van een rijtuig tweemalen zijn opgeroepen en niet verschijnen, moet de bestuurder met dat rijtuig, op bevel der politie, doorrijden in de richting en naar de plaats door de politie aan te wijzen. Graven h ageden 31 December 1885. De Burgemeester, PATIJN.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1889 | | pagina 48