24 gezwollen mond of wang, aantoonde, enkel en alleen de hulp van een kiezentrekker te behoeven. Ook de vleesch- en pensbanken liep men stillekens voorbij. De wakkere en kloeke gezellen wisten maar al te goed, dat hunne vrouwen reeds hare inkoopen hadden gedaanen dat bij hunne tehuiskomst, het met zorg toebereide vleesch hen dampend en rookend zou wachten. Bovendien was bij velen hunner nog vleesch in de kuip, waarvan de scherpte van de pekel door een Hinken dronk biers kon worden verzacht. Bij de vischbanken op de kleine markt was het wat levendiger. Versche en gulle mooten kabeljauw of blanke schelvisch, zoo even van Scheveningenover den muilen zandweg, langs het Koordeinde aangevoerd, vonden gereede koopers bij de suppoosten van het Hof of bij de dienstmaagden van edelen en notabelen. De gemeene buren van den Haghe gebruikten enkel visch op de vastendagen. Hoeveel aantrekkelijks de vischmarkt dan ook bood, wer den niettemin de verkoopsters met haar waar alleen gelaten, toen zich ’t klokgeslag van het dorpshuis deed hoeren. Dit was hot teeken, dat de Vorst of Stedehouder, zijne raden, of wel de Magistraat eene publicatie deed kondigendie steeds aller belangstelling wekte. Vooral ditmaal was de belangstelling groot. Het was toch in den Haghe algemeen bekend gewordendat de gezellen der volrye, opnieuw weder, als vóór vijfjaar, ongeregeld heden hadden gepleegd. Een tiental mannen had zelfs ge weld gebruikt, en de straf, daarop gesteld, was niet gering verbeuring van lijf en goed. Die gestrenge straf zou zeker zijn ten uitvoer gelegd, ware het niet, dat eenige van den gerechte, poorters en

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1890 | | pagina 107