30 het dorpshuis, voor dat de afkondiging plaats had, zijne aanstaande vernedering had vernomen. Hij was echter niet •onder het wee bezweken, want de geldboete bij vroeger handvest daarop gesteld, kon hij wel betalen en zou hij wel te boven komen, en wat de processie aanging, die tocht zou zoo moeilijk niet zijn. Aagte dacht er echter anders over. Zij had immers niet de verbittering van haar vader in ’t gemoed, welke telkens op welde bij Jan Jacobsen, wanneer hij aan de zaak dacht, en zich de verleiding van zijn zoon herinnerde. Zij kon dus met meer berusting nadenken over de in haar oog zeer zware straf, welke genade moest lieeten. Het is waar, het leven van haar vader werd gespaard, hunne goederen bleven behouden, maar bij de gedachte, dat haar vader in het guurste gedeelte van het jaargetijde dat den meesten invloed uitoefent op oude lieden, bloots hoofds en barrevoets het geheele dorp van den Haghe, van zijn zuidelijkste grens af, eerst naar het Hof, en daarna naar het dorpshuis, moest doorloopen, kromp haar hart ineen en was 't haar of haar vader daardoor zijn leven zou verbeuren. En dan nog daarbij de schande, die hem en, in hem, ook haar trof. Eenige oogenblikken later hoorde zij de bevestiging van ’t geen vader haar had medegedeeld door Andries Sasse- bout, die even de woning was ingeloopen, toen hij vader zich had zien verwijderen, en tegenover Aagte zichzelf strafte als boete voor zijne medeplichtigheid, door haar, met de eene knie ter aarde gebogen, nog eenmaal vergiffenis af te smeeken. Zij had hem echter van haar afgewend, maar had gewezen op het Mariabeeld, was toen naast hem neder-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1890 | | pagina 113