40 van Aagte. Haar goed hart zegevierde boven haar plaagzucht en Aagte vriendelijk naar zich toetrekkende, terwijl zij ver trouwelijk de hand haar op den schouder lei en met de andere hand hare vingeren omvatte, zeide zij: «Word maarniet naijverig Aagte, ik houd van Andries zooveel als ik van ieder ander jonkman houddie er goed uitziet en eene pla gerij over heeft voor eene flinke deerne. Ik houd van Andries omdat hij oprecht en goed is, omdat ik weet, dat hy by al zijne opgeruimdheid en levenslustigheid de taveerne slechts bezoekt om de gezelligheid, en zoowel de veile deernen, als het verkeerbord vliedt Ik prijs dy gelukkig, dat du zijne liefde moocht ontvangen. Aagte hy is dijns waardig. Aagte werd meer en meer verlegen met haar bezoek. Zij gaf geen antwoord, maar vleide zich na deze woorden als een kind bij hare moeder, tegen Geerte aan, waardoor hare blonde haren de bloozende wang van Geerte raakten. Geerte, de vroolijke Geerte, was nu plots ook in eene droeve stemming vervallen. Zij had nu alles begrepenen het doel van Aagte doorzien. Zij herinnerde zich zekeren avondtoen Andries Sasseboutmisschien wel door haar eigen schuld, gemeenzamer met haar was geweest, dan dat zij ooit een jonkman zou hebben toegelaten. Zij dacht ook aan Gijs van Maestricht, wiens onheilspellende blikken zij dien avond had opgemerktnadat hij met Andries woerden had gewisseld. Alles werd haar klaar en duidelijk. Zij doorzag het web. Zij wilde het verbreken, en de achteloos daarin gevlogen diertjes aan de vrijheid en aan ’t leven en aan ’t liefdes geluk weergegeven. «Aagte, sprak zij, geloof niet wat de Limburger dy heeft gezegd. Geloof slechts dijn trouwen Andries. Heeft

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1890 | | pagina 123