52
1) Zie Bijlagen I, II en III.
«Sta op dit point,
Baldus
gezegd
Justitie 'voor
sy veele, en
houden
«Praetjens, praetjens! kerm zoo niet over
een Eed, want ge had’er straks andere ge-
«men mag ook bij
Galemus uitvalt
het doen van
dachten over. (Baldus betoogde toen:
leevende sweeren»), amice, het isje om den Eed niet,maer
om dat die Eed jou sou verhinderen in het geld trekken,
ook heb ik voor jaer en dag, wel hooren seggen, dat
de Senatus supremus (het Hof van Holland), niet in het
sin had, dien Eed te doen observeren.» Dit Reglement,
door het Hof den 15 Februari 1G92 gerenoveerd, een oud
paardje uit den stal van 1659, vervat in 59 artikelen, was
een doode letter gebleven. Immers de Pleitbezorger had
jaarlijks 20 a 25 mille noodigen dus moesten er heel wat.
ganzen geplukt worden. 12 mille was maar een peule-
schilletje.
Wordt zoo even van den Eed gesproken, ook de werk
staking is aan de orde. De beste, grootste en oudste Advo
caten «sweeren na andere steden (te sullen) trekken.»
Rechters, advocaten, doctoren predikanten krijgen ieder
hun beurt; de solliciteurs zijn «onweetende Bokken en Vo-
leurs»; het Hof is «den raed van schaepen», e. z. m.
Advocaten hadden in hun Consideratiën en Grieven blz. 8
dat het respect, en aensien van de hoven van
een groot gedeelte, daer in is gelegen, dat
fraije Advocaten hebben, dewelke haer eerlijk
Galenus voegt Baldus toe
welke haer eerlijk houden, wat stil». Baldus: «- ik seg,
eerlijk houden, Grover kan het niet gezegd worden,
en is tevens een staaltje van den aard en het karakter van