88
Die bedenking' gold te meer in eenen tijd, toen de Ka
tholieken, slechts bij wijze van toelating in den staat be
stonden enhoewel het Bestuur dezer stad de zaak der
Armen gunstig gezind was, zoo konde eene onderneming,
als die, waaraan men arbeidde, niet licht tot stand komen,
wanneer zij niet werd begunstigd door aanzienlijke stadge-
nooten.
De Heer Offerman zag dit zeer wel in, en wendde zich
te dien einde tot den Hoog Wel Geb. Heer Jhr. Mr. Gerardus
Petrus Diert, Heer van Melissant, een der aanzienlijkste
Katholieken der stad, misschien wel van het land, en wien
men bereid vond de zaak onder zijne bescherming te nemen.
De Heer Diert trad in overleg met twee zijner bevriende
geloofsgenootende Heeren Mr. Isaak Johan de Eoy en Mr.
Cornelis Paulus Hoyinck van Papendrechtbeiden Advocaten
te ’s-Gravenhagedie gezamenlijk onderzoek deden naar
de wijze, waarop in andere steden het R. 0. Armbestuur
werd gevoerden op dien grondslag een generaal plan en
reglement ontwierpen voor de Directie van de R. C. Armen
te ’s-Gravenhage, dat, in 23 artikelen vervat, de dui
delijkste blijken draagt van hun doorzicht, beleid en zaak
kennis;-een plan, waarmede zich de Heer Offerman geheel
kon vereenigen.
Deze Heeren, ondersteund door de gezamenlijke pogingen
der Heeren Geestelijken, deden nu al het mogelijke om een
werk tot stand te brengen, waarvan het nuttige en noodza
kelijke meer en meer werd ingezien; en zij slaagden in
hunne pogingen bijzonder gelukkig.
Tot beter verstand der zaak moet hier worden opgemerkt
dat de fondsen der Armendie onder beheer van den