94
Reeds dadelijk werd het nieuw gekochte huis ingericht
voor zijne bestemming en het huisvesten van eenige Oude
Lieden, terwijl op den 4 Mei 1766, voor het eerst een
70 tal kinderen in hetzelve werd opgenomen.
Men kan zich niet voorstellen hoe algemeen de belang
stelling werd, welke de nieuwe inrichting verwekte.
Bijna dagelijks werden aan de Administratie geschenken
gedaanvan meubelen voor het huiskleedingstukken voor
de Armen, groenten en runderen voor de voeding der kin
deren, voorts tegemoetkomingen van allerlei aard, wat alles,
tot in de geringste bijzonderheden toe, met nauwkeurigheid
in de notulen is opgeteekenden een doorslaand bewijs op
levert hoezeer aan alle Katholieken dezer stad de nieuwe
inrichting ter harte ging, terwijl iedereen iets wilde toebren
gen om die nieuwe inrichting te helpen tot stand brengen.
Al spoedig moest de Administratie overgaan tot de uit
breiding van het Weeshuis, door het aanbouwen van eenen
vleugel, welk nieuw gebouw uitsluitend voor de huisvesting
der jongens zoude worden gebezigd, en nog tot op den hui-
digen dag, 1839, die bestemming behouden heeft.
Regenten hadden namelijk reeds in 1765 eenen tuin en
koepel aangekocht, voor f 1159,40, gelegen naast het eerste
aangekochte gebouwen waren bij resolutie van den Magistraat
van ;s-Gravenhageop 6 November 1765, geautoriseerd tot
dien aanbouw, welke dan ook in 1767 werd ten uitvoer
gelegd, voor de som van f 28518,175, waarvoor de pennin
gen door afzonderlijke giften werden bijeengebracht, terwijl
de eerste steen aan hetzelfde jongenshuis werd gelegd op
den 16 April 1768, door den Baron Reischach, Minister
Plenipotentiaris van den Keizer van Oostenrijk, terwijl een