96
’s-Hertogenbosch had gegeven, en tot erkentelijkheid voorde
goede diensten, daardoor aan die Stad bewezen.
In vervolg van tijden mocht dit gesticht meermalen de
eer genieten bezoeken te ontvangen van de aanzienlijkste
autoriteiten, zoowel Geestelijke als Wereldlijke, en steeds
mocht men de vleiendste betuigingen ontvangen van tevre
denheid over het richtig beheer der Administratie en de doel
matige verpleging en opleiding der jonge lieden.
De eerste welwillendheid der ingezetenen verflauwde niet,
maar werd meer en meer aangewakkerd, bepaaldelijk door
de Eerwaarde Geestelijkheid, en vooral door den HeerCley,
die met welgevallen de ontwikkeling zag eener stichting,
waarvan Zijn Eerw. in zekeren zin mede de grondlegger was.
Om die bijzondere belangstelling op eene treffende wijze
te toonenmaakte Zijn Eerw. in 1780, en alzoo, nadat de
Administratie 16 jaren had bestaan, aan dezelveten behoeve
der Armen en Weezen, het geschenk van een kabinet schil
derijen, prenten en teekeningen, welke in de tegenwoordige
jongenseetzaal werden ten toon gesteld, door Heeren Vendu
meesters, op last van den Heer Burgemeester, kosteloos wer
den verkocht, en de som opbrachten van 4167.
Dan die goede wil, hoe algemeen ook, vermocht niet te
voorkomen, dat de Administratie, reeds van den beginne af
aan, te worstelen had met eene der grootste moeielijkheden,
welke eene Administratie kan ondervinden; gebrek namelijk
aan genoegzame fondsen, om geregeld aan de aangegane
verbintenissen te voldoen.
Het getal Weezen en Armkinderendie aan de zorg
van Regenten werden opgedragenalsmede der arme huisge
zinnen welke ondersteuning behoefdenwas steeds klimmende