9
Lyon in 1246 gehouden, werd
van
Van Nouhuijs: Het lievelingsbeeld der vromen en J. Meerman
Leven van Graaf Willem II.
2) Nuijens, t. z. p.
bewijze:
sus sum
voogd, en onderteekende en bezegelde de vonnissen, terwijl
de eerste sclienkings-oirkonde, die van hem alleen uitging,
van den jare 1241 dagteekent.
Kerken en kloosters genoten ten allen tijde zijn bijzondere
gunst en beschermingwant achting voor den H. Godsdienst
en echte vroomheid werden hem als ware het aangeboren.
Eeeds strekte het omschrift van zijn zegel hiervoor ten
«Spes mea Dorainus a juventute mea, in te confi-
ex utero; de ventre matris meae tu es protector
meus». Mijne hoop is de Heer van mijne jeugd af, op U
heb ik vertrouwd van den moederschoot af; van den schoot
mijner moeder zijt Gij mijn beschermer.
Hoe hoog Willem den Kloosterlijken Staat schatte, be
wijzen zijn tallooze en vorstelijke schenkingen, en zijn
brieven getuigen door welke edele gezindheid zijn mildheid
werd gedreven. Hoe jong ook, was hij iemand van uit
stekende hoedanigheden van geest en lichaam. Zijn hof, dat
hij gewoonlijk te Haarlem, in het tegenwoordige stadhuis,
hield, werd spoedig heinde en ver vermaard. 2) Doch was
hij bestemd om al zijn voorgangers in wijsheid en roem te
overtreffen, er greep nu in Europa eene gebeurtenis plaats,
welke hem, den jongen Hollander, aan het hoofd zou
plaatsen der tijdelijke macht, en hem een luister zou schen
ken, welken geen Nederlander, Karel V uitgezonderd, met
hem deelen zou.
Op het concilie