7 DE HAAGSCHE MUSEA. blijktdat hij steeds geldgebrek had. 2) Zie Dr. Bode’s opstel in Oud-Holland 1891. -) De Heer Dr. A. Bredius was zoo welwillend die te geven. Dezelfde mannaar rechtsdoor een grooten helm gedekten onlangs voor 100.000 francs aan het Museum te Berlijn aangebodendagteekent eveneens van 1650, evenals het portret op het Mauritshuis en eentot heden niet teruggevonden afbeelding, van voren gezien, doch ons bekend door een in 1768 door Schmidt gegraveerde prentvertoont hetzelfde gelaat. Meerdere voorbeelden zijn aan te voeren x), doch één en het meest afdoende, mag niet onvermeld blijven. Eene wandeling naar het Mauritshuiskan ons dade lijk inlichten. Onder onzen kop is tentoongesteld een photographic naar een portret van denzelfden per soon, geteekendRembrandt ƒ1654, en behoorende aan het Museum in de Ermitage te St. Petersburg. Het ruwezinnelijke in den kop op het Maurits huis is hier vervangen door een ziekelijk en zeer ver zwakt uiterlijk. Het teekent Adriaen’s naderend einde. Het ging onzen Adriaen niet naar den vleesche of misschien te veel naar den vleesche, zoodat zijn handwerk verliep. Uit verschillende archiefsprokkelswaaraan ook de handteekening (uit ’tjaar 1646) is te danken,2)

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1892 | | pagina 110