13 HET JACOBA-PEIËEL. het Binnenhof echter in den dan is dit een zijn. Godsdienst het platteland van Alkmaar De Friezen zijn Germanengeen Duitscherszoo- als de Batavendie algemeen als onze voorouders worden beschouwdwat zij niet zijn. Deze worden genoemd van de eerste tot de vijfde eeuw en treden dan voor altoos af; het krachtige friesche ras nam hen gemakkelijk in zich op. Julius Caesar vermeldt hen het eerste anno 54 als Batavi (in het grieksch Bataboi of Bataoüoi) ergo Bataven, niet Bataviers of nog leelijker Batavieren. Al moge het eiland der Bataven, insula BatavorumZuid-Holland omvatten, bewijsdat wij van gemengd ras en taal waren die der Friezen. Op van Noord-Hollandaan deze zijde en van Zuid-Holland wordt friesch gesprokensterk vermengd met nederduitsche ele menten d. z. frankiesche of oud-saksiesche invoegse- len. Het nederduitsch is hollandschvlaamsch en platduitsch. In het begin der veertiende eeuw, onder het henegouwsche huiswerd het hollandsch door spekt met fransche woorden en ontstond de mode die taal te spreken. Vóór de tiende eeuw is er van Den Haag nergens sprake. Dirk I, die officieel nimmer den titel van graaf voerdezou in de wildernis achter de zeedui- nen een jachthuis, een soort van blokhuis hebben laten bouwen, als pleisterplaats bij jagen en visschen. In „des graeven haghe” of houte vestigden zich eeni- ge volgelingenvooral toen in tateren tijd bij of op die plek een kasteel verreeswaarvan L„L nog getuigt. De graven woonden er beginne niet, maar hielden verblijf te Dort, Vlaar- dingenZierikzee’s-GravenzandeLeiden of Haarlem. Toen Dirk V in 1074 Delft en omstreken heroverd

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1892 | | pagina 116