21
HET JACOBA-PRIËEL.
om met een dichter-
- de plechtige ernst
toovert ons der vaderen
Ginds staat de escli, voor den Scandinavië!’ den
heiligsten aller hoornen; onbuigsaamheid en koele
hardheid kenmerken hem, die daardoor eerder met
het scandinaviesche dan met het friesche volkska
rakter overeenstemt. Maar -
lijk plantkundige te spreken
van den trotschen beuk
heilig woud voor den geest. De krachtige eik herin
nert aan den stoeren voorzaatmet zijn bladeren
bekransten zich de priester en de roemruchtige bur
ger van oud-Rome. Eiken en beuken zijn de mach
tigste karakters in ons nederige bosch. De statige
linde is de uitverkorene van het volk; het heeft
haar lief, vervormt haar tot priëelen en gewelven,
verbindt haar innig aan zijn sprookjes en liederen,
aan zijn geestelijk leven en aan zijn eeredienst.
7751574. Acht eeuwen! 775: hoe was het vóór
achthonderd jaar? 1574: hoe zal het na acht
eeuwen zijn
Havamal geeft het antwoord:
Wat zult ge vinden
Al vraagt ge de runen
De hoogheiligen,
Die de góden schiepen,
Hoogepriesters schreven
Dat niets beter zij dan zwijgen.
En de hoogepriester zeide tot Frithjof:
Verzoen u met uw vijand, met u zelven
Gij zijt verzoend ook met den God des lichts.
Verwonderd blikte ik rond: sprak daar een heiden?