54 DE HOOGEBE BURGERSCHOOL ENZ. dening werd bepaalddat bij vacaturesde betrekkin gen aan bet gymnasium en de hoogere burgerschool zouden gescheiden worden, en de benamingen „le en 2e afdeeling van het gymnasium” zouden vervallen. Ook het toezicht werd nu aan afzonderlijke Com missies opgedragen; leden der eerste Commissie uit sluitend belast met het toezicht op de scholen van M. O. alhierwaren de HH. Mr. J. Kappeyne van de Coppello Dr. L. J. Egeling, A. H. Drijfhout van Hooff Mr. J. J. van Geuns Mr. J. Heemskerk Bz., J. G. W. Fijne enR. A. W. Sluiter. De scheiding tusschen de twee inrichtingen van onderwijs was nu volkomenalleen bleef nog deze be paling bestaandat leerlingen der H. B. S., die tot de 3e klasse waren bevorderdtoegang hadden tot de le klasse van het gymnasium, waarvan nu de cursus vijfjarig werd; als gevolg van de wet op het H. O. van 1878 is echter- ook deze bepaling vervallen. Het aantal leerlingen, dat bij de opening der school 44 bedroeg, nam van jaar tot jaar toe en bereikte in 1880 een maximum van 278na dat jaar nam het aantal af, waarschijnlijk een gevolg van de oprichting van de H. B. S. met driejarigen cursusdoch het is gedurende de laatste jaren weder toegenomen en be draagt thans ruim 200. In het onderwijzend personeel hebben vele veran deringen plaats gehadvan de leeraren die bij de ope ning der school aanwezig warenis alleen de Heer Chatelain nog in functie. Verschillende staten aan het officieel gemeente verslag toegevoegd geven de statistieke uitkomsten. Een er van wijst op de vruchten die het onderwijs aan de school heeft opgeleverd.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1892 | | pagina 157