61 HOE ’s-GRAVENHAGE EEN MOLEN RIJKER WORDT. Het vorstelijk verblijf door den Hollandschen Graaf Willem II nabij den „Haghen-houte”, of in „des Graven wildernis” begonnenhad hij den reeds gemelden graaf Floris ter voltooïng achtergelaten. Daarmede gelukkiger dan met zijne te stichten stad op ’t eiland Schouwen was het voor zijnen dood in zoover voltooiddat hij er zijn verblijf in gehouden heeftgetuige de daarin door hem geteekende handvesten; daarmede was de grondslag gelegd van het Vorstelijk ’s-Gravenhage. Niet zooals bij de stad op Schouwen, had de dood des Graven voor deze nieuwe stichting zulk een noodlottig gevolg. Het slot werd door de volgende Graven steeds tot hun verblijf gekozen en daar rondom verrees het dorp. In plaats dat de inwoners door achteruitgang elders een goed heenkomen moesten zoekenvloeiden de inwoners dat dorp steeds toein plaats van afbreken van ’t be staande werd er te ’s-Gravenhage steeds opgebouwd en en tevens tolvrijheiddit zal niet weinig tot den verderen bloei en vermeerdering van inwoners hebben bijgedra gen en het pas verrezen dorp allengs een stedeke zijn geworden waar de haringvisscherij steeds veel welvaart gaf. Doch dat niets bestendig is kan men ook op Brouwershaven toepassen. De beide voorrechten èn van de haringmarkt èn van de tolvrijheid werden 7 jaren later, dus in 1351 door Willem V ingetrokken. Onge twijfeld heeft deze intrekking de noodlottigste ge volgen gehad; in plaats van steeds te vergrooten en inwoners rijker te worden waren nu velen genoodzaakt elders een beter heenkomen te zoeken en de plaats is vèrmoedelijk toen gedurende eenigen tijd belangrijk achterui tgegaan

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1892 | | pagina 164