78 EEN HAAGSCH BINNENHUISJE DER 17e EEUW. „Dank- en Beededag, over deze zoo gewigtige onder- „neminge uitgeschreven zijnde, vertrok nog den 26n „uit ’s-Gravenhagebleef den 27n tot Hellevoet Sluis; „werd den 28n door Gedeputeerden van haar Ed. Gr. „Mog. uitgeleidging in den Briel op het schip ge- „naamt den Briel, scheep, hebbende aan boord by zig „den Admiraal Willem Bastiaansz. Schepers, en den Vice-Admiraal en Grave van Stirum, en stevende den „29n zeewaards.” Nog eens de mensch wikt, en God beschikt. Naar de wijsheid des Allerhoogsten was nog niet het juiste tijdstip gekomen om den tocht vruchtbaar te doen zijn. Er moesten nog dagen over heen gaan. Een hevige storm uit het Zuid-Westen was het middel in Zijn hand, om het doel des te meer te bevorderen. De ontredderde vloot moest de Hollandsche haven weder binnenloopende schade moest worden hersteld van de paarden der ruiterij waren er vele gewond of gestorvennieuwe moesten worden aangeschaft of gerequireerden ongeveer 14 dagen waren noodig om zich voor te bereiden tot de tweede uitvaart. Moeder en dochter zaten op den 30n van Wijnmaand treurig bijeen; de hevige windvlagen, die de luiken op hun hengsels deden knarsenhet loeien door den schoorsteenhet gutsen van den nederplassenden regen het losrukken van dakpannen en schoorsteenen en het omverhalen van boomen door de ontzettende natuur kracht, had vooral in de harten dier twee vrouwen droefheid verwekt. Bovendien hadden beidensedert het vertrek van Pietergeen schrijven gehad. Wel hadden zij brieven afgezondenmaar het antwoord was uitgebleven hetgeen hun angst nog vermeerderde.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1892 | | pagina 181