84
II
Londennog ongesluierd door den dikkendrabbigen
nevel onzer stoomeeuw, schitterende op den 21 n April
van het jaar onzes Heeren 1689 in den vollen glans
der heerlijke voorjaarszon. De zwarehoog opgetrokken
paleizen en kerkenmet tinnen en torenspitsenkonden
zich nog spiegelen in den geheimzinnigen vloed, die
in breede bochten kronkelendzich wringt door de
staden toenzooals hij nog heden isde hartader
was, van haar leven en bestaan.
Het is nog vroeg in den ochtend.
om gedurende een
EEN HAAGSCH BINNENHUISJE DEK 17° EEUW.
ofte op predickdagen oock tegelyckgebeden souden
werden gedaenen dat de Griffier Kinschot ordre had
om tselve den Heer Burgemeester Rosa, bekend te
maken”.
Er ligt iets eerbiedwaardigs in
week lang het Nederlandsche Volk in het Huis des
gebeds te bepalen bij den moeilijken tochtdien hun
Stadhouder ondernomen haden van welks goeden
uitslag zooveel afhingen ook iets kenmerkendsdat
het Volk in een dergelijk plechtig uur zijn dierbaren
VorstPrins Willem IIIherdachtmet hem was in den
gebedeen in gedachten de reisde hoogst gevaarlijke
reis medemaakte.
Ook Cornelia van der Poll vond men in het kerk
gebouw en in het gebed voor den Prinsmengde zij
dat voor haar echtvriend.
De tocht gelukte volkomenhet gebed werd ver
hoord. De onderneming mocht de kroon der overwinning
dragen; zij leidde tot het uitroepen van onzen Prins
tot Koning van Engeland.