6
HAAGSCHE EN AMISFOOKTSE KRUKKEND ANS.
pokken echter niet grooter, zoodat het scheen belroos,
mazelen en pokjes, allestegelijk. Wederom werd bloed
onttrokken door aderlating op den arm en koppen op
het voorhoofd. H. M. behield tot kort vóór haar ver
scheiden het volle bewustzijn. De koning heeft haar
geen oogenblik verlaten en sliep zelfs in de ziekekamer.
Negen doctoren stonden haar ter zijde.
Nu weenen d’Onderdanen
Geheele zeên van tranen,
en schieten als wonderboomen van Nineveh lijkpredi-
catiën en rouwdichten uit de breinbassenniet alleen
de hoogleeraar Bidloo opent zijn professorale dichtader,
zelfs de elfjarige Lodewyk Schelte geeft een versje en
een grafschrift met den aanhef:
Hier leit begraven onder de Aard
De Konings Vrou MARIA STUAART.
Een paar honderd ontboezemingen ongeveer in dien
trant zouden kunnen aangehaald worden, want ons
waterland is ten allen tijde rijk in waterpoëzie. Enkele
juweeltjes uitgezonderd, is dit zoodje uitnemend ge
schikt voor den kaaswinkel. Die edelsteenen zijn van
Janus Broukhusius (Joan van Broekhuysen), Arnold
Moonen, Lucas Rotgans en Johannes Vollenhove. Voor
den vijfden man zij men op zijn hoede, want in zekeren
bundel wordt gevonden een Rouw-klagte van een
kwant, die zich teekent Constanter in groot-kapitaal,
behalve de a en de e, die klein-cursief zijn. Aangezien
de echte heelemaal groot-kapitale Constanter reeds acht
jaren dood was en e excellentie, eminentie of edele
J) Chr. Pierson, Ter jaargedachtenis Op het Afsterven der alder-
doorluchtigste majesteyt Maria Stuart, Tot Gouda, 1695. (Vers van
60 regels). In plano.