50 JOHANNES BOSBOOM. x) „In memoriam* P. A. M. Bo ale van TIensbroek, en Potgieterdaar ging Bosboom om met alle schilders die Nederland in den laatsten tijd bezat. Daar kon voorzeker Potgieter een toepassing vinden van zijn hoogst dichterlijk Woord Onloochenbare eenheid van kunst en karakter! Wat spits van ’t gebergte is Uw wieken te steil? de vleugel van ’t kleiner gevogelte knakt er. den adelaar geeft gij heel ’t landschap er veil: en geest en gemoed, door ’t geloove geprikkeld, voor wie zich de dampkring van ’t aardsche verdunt, hoe. straalt U ’t verschiet, dat der ziel zich ontwikkelt, hoe blaakt haar de blik, in de heemlen gegund I Hoe gelukkig ging het leven voorbij van het echtpaar Bosboom-Toussaint 1 En hoe mocht de schilder naar waarheid in zijn aanteekeningen melden: „Met een gevoel van groote dankbaarheid zij hier herinnerd, dat bij gelegenheid van ons 25-jarig huwelijk een prachtig .huldeblijk’’ ons werd aangeboden namens een groot aantal kunst-vrienden uit alle oorden des lands” Den IBden April 1886 scheidde de dood Mevr. Bosboom-Toussaint op aarde van haar gemaal. Droef heid vervulde zijn gemoed. Zijne vrienden dachten Bosboom verslagen te vinden, doch het was verwon derlijk te zien, met welk eer. Christen-moed hij den slag wist te dragen. Het verlies was onherstelbaar groot voor hem, maar het werd overstraald door het bewustzijn, dat hij het geluk had gehad, zóólang met haar te leven. Een zekere vrome dankbaarheid ver hief hem boven het gewone menschenleed en de heilige de kunst steunde hem. Met stralende van hare triomfen, maar vooral hoe edelhoe scherp zij zag en vereermg voor oogen verhaalde hij hoe goed zij was en

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1893 | | pagina 148