25
Het was eene uiterst moeitevolle, eene dikwerf bijna
hopelooze taak, om die stoere koppen onzer voorouders,
wier taal zij natuurlijk eerst moesten leeren spreken,
ontvankelijk te maken voor hun leer, en dat konden
zij eerst, nadat zij hun vertrouwen hadden gewonnen,
door hunne zieken te genezen, door hen met goeden
uitslag bekroonden raad te geven ten opzichte van hun
vee, of van hun land, of van hun woningbouw, en eerst
zóo langs individueelen weg de harten winnend, wonnen
zij eindelijk ook de hoofden, en zóó op het laatst den
geheelen mensch.
een meer individueel en een meer zich zelfbewust bestaan.
De komst van het Christendom stond in die dagen
gelijk met eene maatschappelijke revolutie, en vormt
waar zij optreedt in hare gevolgen de eigenaardigste
en weldadigste 'revolutie, die de geschiedenis ons heeft
opgeteekend.Gelijk bij elke revolutie, zoo was ook hier een
partij van behoud, ’t zij dan uit eigenbelang, 't zij
omdat men wars was van iets nieuws, en van daar dat
het zwaard van Karei den Groote den knoop eindelijk wel
moest doorhakken „laat u doopen tot Christen of sterf.”
En van uit het Groene Eiland, van uit Ierland, dat
reeds in de 5e eeuw door St. Patrick tot het Christen
dom was gebracht, kwamen zij tot ons die geloofshelden,
de eersten en de besten van hun land, een Willebrordus,
een Bonifacius, een Willehadus, eene Walburga, alles
en allen achterlatend, om in voor hen onbekende streken,
om aan hen onbekende natuurgenooten, om aan onze
heidensche voorouders, als ’t kon, moest liet zijn zelfs
met opoffering van eigen leven, de Christelijke gods
dienst te brengen en hen tot Christenen te bekeeren.
HET KASTEEL „DIE HAGHE.”