Vergelija het artikel van Dr. Krul iu den Tijdspiegel van Maart 1893, Koning Lodewijk „Asklépios.” -) Zoodra zich de ziekte van den jongen Prins openbaarde, had men dit aan Napoleon’s beroemden geneesheer Corvisart ge schreven, daar deze een der eersten was, die een middel tegen de kroep hadden uitgevonden. Maar het antwoord kwam te laat, terwijl bovendien de geneesmiddelen terstond bij de eerste ver schijnselen der kwaal hadden moeten worden gebruikt. (Mémoi res sur Mad. la Duchesse de St. Leu p. 29.) 3) Hurau’s Dagboek. Gemeente-arehiet. DE DOOD VAN KONING LODEWIJK NAPOLEON^ OUDSTEN ZOON. 119 neesheer Latour, niet aan zijn behoud. Men liet den patient ’s avonds om 6 uur Engelsche, koortswek- kende poeders innemen. Onder die reactie vroeg de Prins nog om speelgoed, dat men hem gaf, doch het was de laatste opflikkering van leven. Om 10 uur gaf hij in de armen zijner moeder den geest. 2) Toen verviel de Koningin in een doffe droefheid en was niet van het lijkje weg te krijgen. Zij wrong hare armen door die van haar stoel, opdat men haar niet zou kun nen verwijderen, doch de zenuwen waren zoodanig over spannen, dat zij in zwijm viel. Men nam toen de ge legenheid te baat om de Koningin, op haar stoel gezeten, naar hare kamers te vervoeren, en toen zij bij kwam was de toestand van dien aard, dat men voor haar leven vreesde. De smart had haar te suf-geslagen om haar tranen te doen storten. Eindelijk kwam een der kamer- heeren op het denkbeeld, het lijkje van den Prins te halen en op den schoot der moeder te plaatsen. Deze aanblik had zulk een uitwerking op de Koningin, dat zij hare tranen den vrijen loop kon geven, en ge red was. Nauw was de mare bekend of het klokkenspel op den St. Jacobstoren werd weggenomen en alle openbare vermakelijkheden geschorst. 3) De Koninklijke Courant

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1894 | | pagina 242