126 EENIGE BIJZONDERHEDEN BETREFFENDE DE B.-K. PAROCHIE. van woordigh kodde, in des voorn, overledens plaatz tot priester was aan gestel tversoekende in seer civile termen, dat bij de heeren Burgemeesteren als Ambaghts-heeren, ge- approbeert, en aan haar Edie aangenaam mocht wesen waarop versocht zijnde, een weinigh bnijten, en kort daarop wederom binnen te staan, heeft de heer presiderende Burgem1'. Bedel hem aangeseijt, dat haar Edle Achtb. hem gesien, en geexami- neert hebbende de commissie bij boven gemelten Bisschop op hem verleent, ook approbeerden en dat hij haar aangenaam sonde wesen: recommanderende hem ten genisten de rust, en eenigheid binnen den voorz. dorpe, en heerlijkheid, soo veel mogelijk sonde wezen, te versorgen, en onderhouden: twelk hij beloofde te zullen doen. Wijders is hem ook aangeseijt, dat sich aan den gerechte van Hijswijk insgelijk sonde heb ben aan te geven, omme aldaar bij den Secretaris te werden geëxnegistreert. tWelk hij ook aannam te sullen doen. Daarop hem. door de gesamentlijke heeren, geluk in sijne nieuwe functie is toegewenscht. Alvorens naar aanleiding van dit document iets meer aangaande Pastoor Stalpaert v. d. Wielen en de R. K. Parochie van Rijswijk mede te deelen, meenen wij eerst een woord te moeten zeggen aangaande eene on juistheid, welke in deze resolutie voorkomt en onge twijfeld aan sommige onzer lezers reeds is opgevallen. De stedelijke regeering maakt hier melding van „den Bisschop van Utrecht tegenwoordigh Kodde.'' De bedoelde persoon is klaarblijkelijk Petrus Codde, die in dien tijd, van 1688 af, Apostolisch Vicaris was van de Hollandsche Missie. Maar Codde was Bisschop Sebaste i. p. i., niet Bisschop van Utrecht. De laatste Bisschop van Utrecht was geweest Frederik Schenk van Tautenburg, overleden in 1580. Na hem is het Bisdom van Utrecht door de Hervorming te niet ge gaan en eerst in 1853 wederom opgericht. Hoe komt Godde hier dan aan dien titel van Bisschop van Utrecht? Naar onze meening is dit gemakkelijk te verklaren.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1894 | | pagina 251