DE WAPENBORDEN DER VLIESRIDDERS IN DE GROOTE KERK. 151 eigendommen der Orde bewaarde, verboden er eenen aan de heeren te leenen. Het Kapittel, en zelfs liet eenvoudige jaarfeest, was een bijeenkomst tot bewaring en handhaving eener goede broederschapmaar ook een rechtbank van eerezaken. Op de benoeming der Leden, die het vast gestelde getal der Ridders, weldra op dertig gebracht, volmaakten, volgde het kiesche artikel van het onder zoek naar de gedragingen, zoowel van het Hoofd als van de Leden. Met uitzondering van Reinout van Bre- derode, over wien nader zal gesproken worden en in wien het zwaartepunt der handelingen van het Kapittel lag, werd iedereen onderworpen aan de critiek zijner medebroederen. Zelfs de zestigjarige Hertog, de mach tige en in velen gestruikelde Bourgondiër, ontkwam niet aan de censuur. Echter liep het dezen keer goed af. Met genoemde uitzondering van den heer Van Vianen, waren er geen aanmerkingen, zoodat de kan selier aan de Heeren „un compliment'’ maakte en hoopte dat zij zoo zouden voortgaan Anders ging het niet altijd zoo gemakkelijk. Het eerst gehouden Kapittel verklaarde Jan van Neuchatel uitgesloten van de Orde, omdat hij lafhartig uit den slag gevlucht was Een voorbeeld van zachtmoedige straf trof koning Filips den Schoonen, omdat hij te zeer overgegeven was aan het spel. Daar hij slechts dertien jaar telde, zou men hier aan knikkers denken, maar hij had zijn jong hart op de dobbelsteenen gezet, en moest voor straf zijner gruweldaden, dienzelfden avond, eer hij in zijn bed stapte, één Pater noster en één Ave Maria bidden. Maar dat het niet altijd zoo ge makkelijk toeging, mogen enkele staaltjes ons leeren. Het gebeurde weleens, dat twee Ordebroeders die

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1894 | | pagina 276