’s-Gravenhage, 19 October 1894.
om steeds ijverig
Al weer een jaargang!
Dat staalt en sterkt den redacteur,
op den ingeslagen weg voort te gaan.
De gewone plichtplegingen tegenover mijne medewerkers
mogen in de eerste plaats, in dit korte woord, niet ver
geten worden. Allen mijn hartelijken dank!
Al wederom moesten er belangrijke bijdragen tot een
volgenden jaargang worden verschoventrouwens wie
zou ooit getwijfeld hebben aan gebrek aan stof.
Immers al bestaat er een „de Riemeb”, en al hebben,
voor en na dien geschiedschrijver, tal van geleerden en
snuffelaars, ieder op hunne wijze, belangrijke mede-
deélingen omtrent de geschiedenis van den Haag gedaan,
nochtans is die geschiedenis in geen jaren volschreven
Ik verwijs daartoe naar het Verslag. Ons arbeidsveld
is nog ruim genoeg, en de grond is nog niet uitgeput.
Moge ’t mij gegund zijn daarop velen, oude en nieuwe
medewerkers, te ontmoeten!