55 AANTEEKESINGEN BETREFFENDE MAATREGELEN ENZ wanneer nl. de eigenaar daarvan dit toestond of verlangde. Daarna komen bepalingen voor betreffende de in richting van de straatriolen, waarvan de kosten blijkbaar voor rekening van den eigenaar van liet daaraan ge legen huis kwamenverder nog eenige bepalingen aangaande het schoonhouden en het voorkomen van ver stoppingen, wordende elke overtreding of nalatigheid gestraft met eene boete van niet minder dan 3 ponden en bovendien werd het noodige, bij nalatigheid, na eenen bepaalden termijn, van gemeentewege, voor rekening van den overtreder, in orde gebracht. De open goten vóór de stoepen moesten breed zijn 18 cM. eh de overdekte of onder stoepen loopende goten breed 20 cM. Verder wordt een gedwongen schoonmaken van straten en riolen op Zaterdag voorgeschreven en eigenaardig is het, hoe de menschen ook toen door voorschriften geleid moesten worden tot eensgezind handelen, want er werd bepaald, wie het eerst, en wie vervolgens, met het schoonmaken moest beginnen, opdat de een niet zou bederven wat de andere reeds in orde had gebracht. Nauwkeurig werd de tijd aangegeven, in verband met het daglicht in de verschillende jaargetijden. Op eene boete van zes ponden voor elke overtreding werd aan de metselaars verboden om straatgoten te maken, want die lui schenen de goten wel eens hooger te leggen dan de straten waarvoor zij dienden. Voor dat werk werden alleen de straatmakers gemachtigd. Nu komen de vleeschhouwers, varkensslagers en veehouders aan de beurt. De mest van hun vee, die op hunne erven verzameld was, moest voor half Mei daarvan verwijderd zijn, op eene boete van 10 ponden. Zoodra. de buren er last van hadden, mocht de mest

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1895 | | pagina 166