77
HET VAN WASSENAEE-GEDENKTEEKEN.
Texel te brengen,
7 Deze grensde aan het Huis van den Heer van Oosterwijk, wiens
perceel aan den hoek van het Heulstraatjc en Kneuterdijk stond. De
Admiraal heeft aldaar zeven ja ren gewoond, toen zijn kleinzoon in 1701
het Huis van den Heer van Oosterwijk kocht, die beide genoemde per-
ceelen deed afbreken en er het deftige Paleis voor in de plaats stelde.
Vergel. van Stockuro, 's Gravenhage in den loop der lijden, blz. 185.
2) Hollandtze Mercurius 1665.
In den morgen van den 20sten Mei verliet de admiraal
zijne woning op den Kneuterdijk om zijne bestemming
te volgen. Na vooraf afscheid van alle hooge Collegiën
te hebben genomen, vertrok hij met een karos tot
Haarlem, waar voor de Amsterdamsche-waterpoort het
Staten-jacht gereed lag om hem naar
welke reis twee dagen duurde. 2)
Den 23ste>i Mei stak de vloot, die tot de machtigste
behoorde welke ons vaderland ooit heeft uitgerust,
door het fraaiste wêer begunstigd in zee. Zij bestond
uit 103 oorlogschepen, 7 jachten, 11 branders, 12
galjots, was bewapend met 4869 stukken geschut en
bemand met 21631 koppen. Men had haar in 7 eskaders
verdeeld, gecommandeerd door: den Luit. Admiraal
Generaal van Wassenaer Obdam. opperbevelhebber, de
Luit. AdmiralenJan Evertsen, Egbert Meussen Korte-
naer en Auke Stellingwerf, benevens de Vice-Admiralen
Cornells Tromp, Cornells Evertsen (de oude) en Volckert
Adriaensze Schram.
Eerst den 13en Juni, des morgens te 3 uur, kwam
het bij Lestoffe tot een treffen tusschen onze vloot en
het Engelsch eskader, onder bevel van York, die ter
zijde werd gestaan door den bekwamen Vice-Admiraal
William Penn. Onder York stonden Prins Robbert,
zoon van den verdreven en alhier overleden Koning
Frederik van Boheme, verder Edward Montagne, Lawson,
Mings en Ayscue. Deze vlagofficieren zouden zich als