83 FRANKRIJKS KERK. J) C. Huygens geeft in een T Casuaris ”t eene andere uitlegging aan den naamsoorsprong zijner Latïjnsche Straatnaam-gediclitenniettemin kan toch die j cle aanleiding voor beide uitleggingen zijn. (Red.) genaamd naar den Kasuaris, welke in 1616 aan Prins Maurits vereerd, in die straat geborgen werd. r) Het terrein van het Fransche hof was vroeger, in 1681, ingenomen door het huis van Mr. Beverwaart en omstreeks 1711 woonde daar Earl, graaf van Alber- marle. Men zal zich een denkbeeld van de uitgestrekt heid kunnen vormen, als men bedenkt, dat de plaats, waar nu de kerk staat, de pastorie, de Fransche legatie, de stallen van wijlen Prins Frederik, en aan den overkant, de grond van de latere manege tot het hotel van den Franschen gezant behoorden. De Markies kocht al dien grond voor zijn gouvernement en richtte zijn huis vorstelijk in. Zelfs liet hij in een naburig straatje gebouwen oprichten voor zijn gevolg. Men noemde dat: Les Appendances”, hetgeen waar schijnlijk den naam aan den Apendans heeft gegeven, (v. Stockum, ’s-Gravenhage in den loop der tijden). De gezant liet ook in zijn huis een kapel inrichten. De toeloop van volk was zoo groot, dat er reeds in het volgende jaar een nieuwe kapel werd gebouwd, nu ruim genoeg om de Katholieke bevolking van ’s-Graven hage te helpen. Doch de kapelaan van den gezant kon wegens ongesteldheid zijne bediening niet langer waarnemen. Nu verzocht de gezant aan Pater de Bije om in de kapel der Fransche legatie dienst te doen. Reeds had de Pater in zijn ordegenoot Wilhelmus Matheeus (de naam wordt verschillend geschreven) een ijverigen medewerker gekregen. Zij ontvingen hun aan stelling van kapelanen der Fransche ambassade. Pater

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1895 | | pagina 195