Zij was eene bekende zonderlinge Haagsche type. Dit huis wordt
thans bewoond door den heer J. Mendes Continuo, voorlezer der Ned.
Portugeesch Isr. gemeente alhier.
WIE ER IN 1715 IN HET VOORHOUT WOONDE, ENZ. 101
Hetzelfde geldt van Isac Feox, jodendocter (No. 92)
Heeft stellig en zeker hier nooit gewoond is ook geen
Portugeesche joodsche naam, evenmin als (No. 209).
Francisqub Parasse en Leonore Barasse, jodinnen.
Trouwens ook een niet joodsche naam in de lijst
(No. 156) nl. d’ predikant Jacobus de Pire komt mij
apokrief voor. Het schijnt dat de heer Servaas. Van
Rooijen er ook zóo over denkt, want naast dien naam
is een vraagteeken gesteld.
Verschillende Portugeesche joodsche namen zijn ook
verkeerd gespeld, bijv. (No. 173) Lussade; moet zijn:
Lousade; (No. 206) Medini; moet zijn: Medina.
Met No. 154 vindt men Pieter Henriques joden-
merchant. Pieter klinkt echter, vooral voor dien tijd,
niet joodsch. Ook al weder apokrief. No. 100 Costes
des Ju(!??) Joode; een abacadabra-naamOnder No.
195 Rebecca Israël Mello jodin, koffiewinkel. Meer dan
130 jaren later heb ik in ’t zelfde huisje (thans No. 80)
eene Rebekka Israël Mello gekend die daar een koffie
winkel had. (Dit teeken ik alleen als eene curiositeit
aan.)
Aan het slot van zijn opstel merkt de heer Servaas
Van Rooijen op, dat de lijst een eigenaardig licht
werpt op de deftige Joodsche Portugeesche bevolking
dier dagen (1715) en doet hij vragen omtrent haar
verschillende synagogen.
Ja, inderdaad door intellectueele ontwikkeling en
groote fortuinen, stonden in dien tijd verschillende
Haagsche Portugeesche Israëlieten hoog, ja zelfs zeer