115 DE RIJKSGIETERIJ, ENZ. In de Bibliotheek der gemeente ’s-Gravenhage bevindt zich, onder no. 917 der le serie, eene portefeuille stukken, betreffende Schuddegeest en Schudjebeurs. Daartoe behoort eene resolutie van Gecommitteerde Raden, in dato 12 Mey 1777, betreffende het beproeven van „20 stukken Zoo werd de luitenant Smedecken bij verschillende resolutiën van de jaren 1726 tot 1745 dikwijls door Gecommitteerde Raden gelast, „het door de gietmeesters „Jan Adriaan en Cornells Crans nieuw gegoten metalen „kanon te examineren en te proberen.” Of de grofgeschutgieterij, gelijk wel waarschijnlijk is, evenals de verschillende gewestelijke magazijnen en de bijzondere inrichtingen te Delft, onder toezicht stond van den inspecteur der Hollandsche magazijnen, heeft men niet kunnen ontdekkenwel zou men, uit de vele bemoeiingen die de generaal de Greuznach, inspecteur- generaal der magazijnen, gedurende tal van jaren met de gieterij had, moeten besluiten dat ook die inrichting tot zijn inspectie behoordehet is echter zeker dat zelfs onder Verbruggen geen artillerie-officieren op den duur bij het gieten en bewerken van het geschut tegen woordig waren en alles in deze aan de eerlijkheid van den gieter werd overgelaten. Bij resolutie van den 26 Juni 1770 arresteerden Gecommitteerde Raden voor het eerst een instructie voor den inspecteur en de verdere officieren der artillerie, die zouden worden gedetacheerd om bij het gieten, bewerken en beproeven van het geschut tegenwoordig te zijn. Toen J. Maritz in 1773 begon te werken, werden de majoor Muslij en de kapitein Wasschenfelder bij de gieterij gedetacheerdhet duurde echter tot 20 April 1776 eer de kolonel Muslij door den Prins Erfstad houder tot inspecteur over de gieterij werd aangesteld.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1895 | | pagina 229