139 DE KIJKSeiETEKIJ, ENZ. deze schitterende uitkomst om zeer be- gelegde taak ten volle aan hen was toevertrouwd. In 1810 werd de deugdzaamheid van door hen gegoten geschut aan een zware proef onderworpen. Met twee kanonnen van 24 pnd. gegoten op last van den Fran- schen Inspecteur-Generaal Delaubaij werd de proef genomen, hoeveel schoten deze zouden kunnen weerstaan alvorens onbruikbaar te worden men deed uit elk stuk 1500 schoten, waarvan veelal 100 schoten daags, om de 4 minuten, dus met groote snelheidde stukken bleven bruikbaar. De gebroeders Maritz wendden zich toen met spoed tot den generaal Delaubaij met het verzoek de proef te doen voortzetten, totdat de kanonnen inderdaad onbruikbaar zouden zijn, doch door den kolonel Baltus, Chef van den staf der Artillerie in Holland, wiens tusschenkomst zij in deze hadden ingeroepen, werd geantwoord, dat de voortzetting der proef door hem onnoodig werd geacht, daar een kanon ’t welk 1500 schoten tegen 50 daags kan weerstaan, zeker 6000 schoten zoude uithouden indien met minder snelheid werd gevuurd, en zoo ging de vordere beproeving niet door. Hoewel van grijpelijke redenen in Frankrijk niet veel ophef werd gemaakt bleef het echter niet onopgemerktdaarvoor pleit niet alleen dat bij de inlijving van ons vaderland bij Frankrijk de geschutgieterij in volle werking werd gehouden, doch ook dat de gebr. Maritz van Napoleon de gewichtige en met veel moeilijkheden gepaard gaande opdracht ontvingen om een groot aantal mortieren van 12 cM. en kanonnen van 48 pnd. af te leveren, waarvan de eerste uit den vorm komende meer dan 5000 en de laatste meer dan 8000 Ned. pnd. wogen.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1895 | | pagina 253