154
dien tijd
HERINNERINGEN AAN, ENZ.
wanden bedekte, werd als den grootsten van
beschouwd.
In de audiëntiezaal der prinses trok een tafel van
lapis lazuli aller blikken tot zich. Dit geschenk van
den keizer aller Bussen had eene waarde van 750,000
gulden.
In de eetzaal die met het heerlijkst stukadoorwerk ver
sierd was, bewonderde men twee portretten, geschilderd
door van Dijck, en twee meesterstukken van Velasquez,
welke voor de schoonste en best bewaarde werden ge
houden. De muren der heerlijke danszaal waren geheel
gedekt met cararisch marmer. In het midden bevond
zich eene kandelaar van 30,000 gulden.
„Niets”, schrijft Dierickx in zijne Souvenirs du
vieux Bruxelles, „niets kan ons een denkbeeld geven
van den luister dezer zaal gedurende een bal. Daghelder
verlicht door duizende kaarsen, wier zachte stralen
zich spiegelden in de diamanten der dansende schoonen,
in het sierlijk marmer der muren, wordt ze tot heden
door geene zaal in rijkdom en sierlijkheid overtroffen”.
Doch het was niet enkel de pracht en rijkdom, die
het paleis des prinsen zoo aantrekkelijk maakten, neen
alles werd bezield door de beminnelijkheid van den
prins, door de lieftalligheid der prinses Anna Paulowna.
De Belgen hadden spoedig begrepen, dat zij in den
kroonprins een beschermer hadden gevonden; dat de
held van Quatrebras en Waterloo, onder wiens bezielend
woord en heldhaftig voorbeeld zij ten zege waren ge
leid, hunne rechtmatige grieven verstond; dat hij de
politiek zijns vaders in geenen deele goedkeurde, en
ziedaar waarom het volk hem liefhad, hem vereerde en
de morrende klacht inhield in zijne tegenwoordigheid.
Helaas! Te laat benoemde Willem I zijn zoon tot