212 OUD-HOI.LANDSCHE KUNST. zijnde liet jaar van de voltooing van den bouw, terwijl met groote vergulden letteren in liet fries der deklijst zelve het reeds genoemde opschrift is gebeiteld: Ne Jupiter Quidem Omnibus. Op deze kroonlijst rust boven de beide middelste galerij-bogen tusschen Corintische kolommen met af- sluitlijst en gebeeldhouwde zij- of pvergangs-stukken nog een zandsteenen bovenbouw, die zoowel tot afsluiting van het daarachter gelegen dak. als tot bekroning moet dienen, en in eene halfrond gesloten, ondiepe nis het wapen van de provincie Holland bevat. Op een klein fronton daarboven met kwart rond uitgeholde voeting staat een beeld, de Liefde voorstellende, terwijl de beelden welke „het Geloof'' en „de Hoop" symbo- liseeren op de kroonlijst der galerij, juist boven de kolommen der zij—pijlers en die welke „de Kracht" en „de Gerechtigheid voorstellen op de buiten-piedestals der balustrade geplaatst zijn, piëdestals met rijk gebeeld houwde paneelen aan de voorzijde, waarvan de motieven geïnspireerd zijn door of ontleend aan de uitgave „Cartouches” van Hans Vredeman de Vriese, getuige plaat 166 in het werk van 0. Guilmard „Lesmaitres Ornemanistes”twee dier paneelen, zijn op bijgaande plaat afgebeeld. Geheel van zandsteen opgetrokken met breed ver diepte voegen, verraadt de galerij in hare profileringen, in al hare details, in hare overgangen en proportiën. in allen deele, zooals trouwens de geheele bouw, de hand eens meesters, van een man van talent, die kennis en smaak bezittend, reeds t'huis was in dien nieuwen stijl, de Renaissance, welke hiermede in het „Vleck van die Haghe” zijn eerste en tegelijkertijd zijn beste raadhuis in Noord-Nederland geleverd heeft.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1895 | | pagina 329