28 BIJLAGE O2. Bas, Van Bylandt, Godon, Graaf. Heydenryck, Snouckkaert v. Schauburg, die een gelijk verzoek ontvangen, eene commissie te willen vormen, welke de bevoegdheid zal hebben, zich meerdere leden, deskundigen of anderen, doch liefst leden onzer Vereeniging, te assumeeren. b Zonder die commissie door een bepaald mandaat te willen binden, acht het Bestuur het wenschelijk dat behalve andere punten, waaromtrent die Commissie hare hooggewaardeerde voorlichting zal willen verleenen. hoofdzakelijk drie vragen, zullen behooren te worden onderzocht en be antwoord. namelijk: 1'. is de tijd thans reeds gekomen, om in déze handelend op te treden, en zoo neen, welk kan het geschikte oogenblik daartoe geacht worden 20. op welke wijze moet in deze gehandeld worden; speciaal moet bij andere vereenigingen propaganda gemaakt worden? 3°. zal tot bestrijding der kosten alleen op het Rijk moeten worden gerekend, of zal het dienstig zijn, een fonds samen te stellen uit bijdra gen van particulieren en Vereenigingen? Het Bestuur vleit zich van U een gunstig antwoord op deze uitnoodi ging te ontvangen, dat ten huize van den Secretaris (Javastraat 44) wordt ingewacht, terwijl met het oog op den inhoud van dit schrijven, het wel overbodig zal zijn, hierbij te voegen, dat het Bestuur het niet wenschelijk acht, dat aan dien inhoud (reeds nu) openbaarheid worde gegeven. Het Bestuur der Vereeniging „Die Haghe^ Mijne heer en. Het is mij hoogst aangenaam u hier te ontmoeten; ik heet u welkom te dezer plaatse: het bestuur der Vereeniging diellaghe acht zich gelukkig dat een zoo groot aantal mannen van naam, stand en rang, en van er kende capaciteiten, allen leden dezer Vereeniging, wel aan zijn oproep heeft gehoor willen geven om een zaak ter harte te nemen, welke ernstige overweging vereischt. en die, mocht zij slagen, zoo zeer zal medewerken tot bevordering van het doel der Vereeniginghet doen herleven van de oude geschiedenis van ’s-Gravenhage. We ontveinzen ons niet, dat we een zware taak op uwe schouderen hebben gelegd, maar we zijn overtuigd, dat naarmate die taak zwaarder drukt, gij uw geest-, werk- en wilskracht in hoogere mate zult willen aanwenden om mogelijke bezwaren te overwinnen, en haar meteenig. zoo niet volkomen, succes te bekronen. In elk geval aanvaardt gij. mijne heeren die taak onder goede voor- teekenen. Óf is het niet een gelukkig samentreffen, dat met het inrichten uwer Commissie samenvalt eene gunstige beschikking van Zijne Excel lentie, den Minister van Waterstaat. Handel en Nijverheid, -waardoor een zeker aantal exemplaren van het bekende, ik mag haast wel zeggen, be roemde Rapport over de Landsgebouwen van ons werkend lid, den Rijks- bouwmeester Peters, onder gunstige voorwaarden, ten behoeve onzer leden, werd afgestaan; en dat. terzelfder tijd, aan het Gemeente-museum ten ge- b Later is dit geschied, wat zal blijken uit het volgende jaarverslag.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1896 | | pagina 116