45
de fransche editie
polsslagen
Zoo vind ik b.v. vermeld, dat
December 1777 de gildeknecht
een paar Almanakken door de Ed. Achtb.
’s Gravenhage verboden, namelijk de Henri
een kleine plechtigheid tot het
op order van den Magistraat, op 15
December 1777 de gildeknecht van het Boekverkoopersgilde, bij de res
pectieve gildebroeders werd rondgezonden om den verkoop te verbieden
en de voorhanden exemplaren op te halen van de nuttige Staats-Almanak
voor het jaar 1778, vervattende een beknopt denkbeeld der voornaamste
Staaten van Europa, bij T. en J. A. Crayenschot te Amsterdam, bij welke
firma ook een fransche editie verscheen.
Die Almanak blijkt al sedert het jaar 1767 te zijn uitgegeven. Ook bezit
de gemeente den jaargang 1781, en de frausche editie van het verboden
jaar.
In 178*2 werden opnieuw
Heeren Burgemeesteren van
Quatre Almanach en de Nieuwe Almanach van Louw en Krelis, beide
voor het jaar 1783. De laatste werd gedrukt bij de Wed. Van Egmond
te Amsterdam.
Ditzelfde lot trof in 1789 de Almanac de rarekiek voor het jaar 1790.
Ik hoop later in de gelegenheid te zijn hieromtrent meer te zeggen,
ook over de groote serie verboden boeken in den Haag, waaromtrent ik
belangrijke gegevens bezit.
Nu heb ik slechts kunnen aanstippen, waar ik blijven moest in het
kader van een openingswoord.
In verband daarmede ten slotte nog
vervullen van eene aangename plicht.
Ik kwijt mij daarvan gaarne, wanneer ik de nieuw benoemde en nieuw
toegetreden leden van „die Haghe” een hartelijk welkom coeroep.
Er zijn er wederom velen in onzen kring opgenomen, jong van hart,
en jong van hoofd, en jong ook, waar het geldt jeugdige werkkracht
te ontwikkelen en van goeden wil blijk te geven.
Jonge leden noem ik hen, al zijn er onder hen enkelen die den officieelen
leeftijd hebben bereikt, en van wie sommigen dien reeds sedert lang-
hebben overschreden.
Waar het echter gaat om de geschiedenis van ons geliefd ’s-Graven-
hage te bestudeeren en te doorvorschen heeft men een eeuwige jeugd.
Immers in de rij der Nederlandsche steden bekleedt het Vorstelijk
’s-Gravenhage een uitstekende, zoo niet de eerste plaats.
De stad munt niet slechts uit door tal van vroeger en later gestichte
praalgebouwen en paleizen, door schoone omgeving en ligging, maar zij
is ook rijk aan eene reeks van de merkwaardigste geschiedkundige her
inneringen in ’s lands historie
Met recht moet zij worden aangemerkt als de gewijde, de klassieke
grond, waarop grootendeels de geschiedenis en lotgevallen des lands ge
boren zijn en zich het eerst ontwikkeld hebben.
Genoegzaam sedert haar oorsprong verspreidde zich van de stad’s Gra
venhage, dat om zoo te zeggen, het hart van Nederland is, de gewich
tigste invloed over het geheele rijk; want zoowel reeds in den Gravelij-
ken. als later in den Stadhouderlijken tijd, gingen van ’s Gravenhage uit
de belangrijkste staatsbesluiten eri bestuursveranderingen. die als zoovele
--1—-1 'in ’s lands geschiedenis moeten geteld worden.
